Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van de leden Boon en Wilders over het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep te laten horen
Vragen van de leden Boon en Wilders (beiden PVV) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep te laten horen (ingezonden 10 juni 2025).
Mededeling van Minister Uitermark (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
4 juli 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025
wekelijks een islamitische gebedsoproep ten gehore te brengen in de omgeving van de
moskee?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat inwoners van Nederlandse dorpen zoals
Epe – die daar niet om gevraagd hebben – worden geconfronteerd met een luidruchtige
en onverdraagzame islamitische boodschap in hun eigen woonomgeving, terwijl het een
feit is dat 60% van de Nederlanders vindt dat de islam niet bij Nederland hoort?2
Vraag 3
Deelt u de mening dat een islamitische gebedsoproep – in het Arabisch en met religieuze
inhoud – totaal niet te vergelijken is met het traditionele luiden van kerkklokken,
dat cultureel is ingebed en geen verbale religieuze boodschap verspreidt? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 4
Waarom heeft u tot op heden niets gedaan om islamitische gebedsoproepen in de publieke
ruimte te verbieden of aan banden te leggen?
Vraag 5
Bent u alsnog bereid om in te grijpen en deze vorm van islamisering van Nederlandse
wijken en dorpen landelijk te stoppen, bijvoorbeeld door een wettelijk verbod op islamitische
gebedsoproepen in de openbare ruimte?
Mededeling
Op 10 juni jl. hebben de leden Boon en Wilders (PVV) Kamervragen gesteld aan de Minister
van Justitie en Veiligheid over het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf
20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep te laten horen (Kenmerk 2025Z11646). Na overleg is besloten dat deze Kamervragen door mij zullen worden beantwoord.
Dit bericht heeft mij op 30 juni jl. bereikt. Derhalve is het niet gelukt de vragen
binnen de daarvoor gestelde termijn van drie weken te beantwoorden. Ik streef ernaar
dat zo spoedig mogelijk te doen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.J.M. Uitermark, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.