Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Bontenbal, Krul en Boswijk over het bericht “Wake-up call: Microsoft sluit e-mail ICC zonder pardon af”
Vragen van de leden Bontenbal, Krul en Boswijk (allen CDA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Wake-up call: Microsoft sluit e-mail ICC zonder pardon af» (ingezonden 22 mei 2025).
Antwoord van Minister Veldkamp (Buitenlandse Zaken), Antwoord van Staatssecretaris
Van Marum (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 1 juli 2025)
Vraag 1
Klopt het dat de toegang tot de e-mail van de hoofdaanklager van het Internationaal
Strafhof (ICC) op bevel van de Amerikaanse overheid door Microsoft is afgesloten?
Zo ja, wat vindt u hiervan?1
Antwoord 1
Het is niet aan het kabinet om berichtgeving over de implementatie van sancties die
door andere staten zijn opgelegd te bevestigen of te ontkennen. In algemene zin keurt
het kabinet de tegen de ambtsdragers van het Internationaal Strafhof (ISH) opgelegde
sancties af. Het werk van het Hof is essentieel in de strijd tegen straffeloosheid
en het Hof dient zijn mandaat zonder belemmeringen uit te kunnen voeren. De sancties
tegen de hoofdaanklager en vier rechters van het Hof hebben impact op het onafhankelijk
functioneren van het Hof. Tegelijkertijd erkent het kabinet de rechtsmacht die de
VS heeft over Amerikaanse bedrijven. Het kabinet is op meerdere niveaus in gesprek
met de VS om de effecten van de sancties tegen de ambtsdragers van het Hof zo veel
mogelijk te beperken.
Vraag 2
Heeft Microsoft stappen ondernomen om zich tegen dit bevel van de Amerikaanse overheid
te verzetten? Zo ja, welke? Zo nee, wat vindt u hiervan?
Antwoord 2
Het is aan Amerikaanse bedrijven zelf om te wegen hoe ze met de sanctiewetgeving in
hun eigen land omgaan en wat ze daarover communiceren.
Vraag 3
Welke stappen onderneemt u richting Microsoft en de Amerikaanse overheid om de toegang
voor het Internationaal Strafhof tot diensten zoals e-mail te herstellen? Bent u bereid
om hierover zowel met Microsoft als de Amerikaanse overheid in gesprek te gaan?
Antwoord 3
Het kabinet erkent de rechtsmacht die de VS heeft over Amerikaanse bedrijven. Het
kabinet is op meerdere niveaus in gesprek gebleven met de VS om de reikwijdte en effecten
van de sancties tegen de ambtsdragers van het Hof zo veel mogelijk te beperken. Zo
heeft de Minister van Buitenlandse Zaken de Nederlandse zorgen over de sancties recentelijk
nog nadrukkelijk onder de aandacht gebracht bij de Amerikaanse Secretary of StateRubio. Naar aanleiding van de recente uitbreiding van de sanctielijst van de VS met
vier rechters van het Hof is de Amerikaanse tijdelijk zaakgelastigde uitgenodigd op
het Ministerie van Buitenlandse Zaken om een toelichting te geven op de sancties.
Dit gesprek heeft inmiddels plaatsgevonden, waarbij is aangegeven dat Nederland de
sancties tegen ambtsdragers van het ISH afkeurt en pal achter het Hof staat. Daarnaast
staat Nederland in contact met het (Nederlandse) bedrijfsleven over de kwestie van
Amerikaanse sancties tegen het Internationaal Strafhof, onder meer om zogenaamde overcompliance(verder gaan dan de sancties vergen) te voorkomen. Wegens de vertrouwelijkheid kan
er niet in detail worden getreden over de inhoud van deze gesprekken. Ook blijft Nederland
zowel in EU-verband, als in een veelvoud van bilaterale contacten, andere verdragspartijen
oproepen om eveneens een actieve rol te spelen bij het mitigeren van de sancties.
Alle 125 verdragspartijen hebben namelijk een rol te spelen om het Hof zo onbelemmerd
mogelijk te laten functioneren.
Vraag 4
Welke verantwoordelijkheid draagt u als gastheer van het Internationaal Strafhof om
de onafhankelijkheid en het effectief functioneren van het Internationaal Strafhof
te beschermen?
Antwoord 4
Als gastland van het Hof heeft Nederland een aantal specifieke verplichtingen om het
Hof te faciliteren in de (onafhankelijke) uitoefening van zijn werkzaamheden. Deze
zijn vastgelegd in het Zetelverdrag tussen het Internationaal Strafhof en het Gastland.2 Nederland staat in regelmatig en nauw contact met het Hof over hun zorgen ten aanzien
van de sancties en om te bezien wat het gastland kan en moet doen in het kader van
de gastlandverplichtingen. Nederland zal bindende internationaalrechtelijke en verdragsmatige
verplichtingen te goeder trouw nakomen.
Nederland draagt de verantwoordelijkheid voor het zo onbelemmerd mogelijk laten functioneren
van het Hof niet alleen. Alle 125 verdragspartijen hebben hier een rol in te spelen.
Daarnaast zijn er 79 verdragspartijen, waaronder Nederland, aangesloten bij het Verdrag
betreffende de privileges en immuniteiten van het Internationaal Strafhof3, waar eveneens een aantal specifieke verplichtingen uit voortvloeit, zoals bijvoorbeeld
ten aanzien het waarborgen van de immuniteit van de fondsen van het Hof. In dit kader
blijft Nederland, zowel in EU-verband als in een veelvoud van bilaterale contacten,
andere verdragspartijen oproepen om eveneens een actieve rol te spelen bij het mitigeren
van de sancties.
Vraag 5
Klopt het dat deze maatregel in de praktijk betekent dat elke (overheids)organisatie
die gebruikmaakt van Amerikaanse digitale diensten, zoals ministeries en de Tweede
Kamer, de toegang hiertoe op elk moment kan verliezen, zonder enige vorm van checks
& balances zoals tussenkomst van een rechter?
Antwoord 5
Deze Amerikaanse sancties zijn een specifieke maatregel voor een specifieke situatie.
Het kabinet is zich ervan bewust dat afhankelijkheid van een klein aantal techaanbieders
voor digitale diensten zorgt voor risico's op het vlak van o.a. concurrentiepositie,
digitale open strategische autonomie en continuïteit van dienstverlening. Om deze
risico’s te mitigeren wordt in het kader van onder meer de vernieuwing van het cloudbeleid
voor de (rijks)overheid gekeken naar mogelijkheden om cloudtechnologie op verantwoorde
wijze in te zetten.
Vraag 6
Zo ja, deelt u dat dit een ernstige uitholling van de democratie en haar instituties
betekent?
Antwoord 6
Er is momenteel geen sprake van een ernstige uitholling van de democratie en haar
instituties. In voorkomend geval kunnen digitale afhankelijkheden ervoor zorgen dat
het digitaal functioneren van instituties geraakt kan worden door dergelijke maatregelen.
Sommige digitale afhankelijkheden in het overheidsdomein kunnen derhalve een risicoafweging
en aanvullende beveiligingsmaatregelen vereisen. Mede hierdoor besteedt het kabinet
uitgebreid aandacht aan het thema digitale autonomie. Concreet wordt medio dit jaar
een visie voor digitale autonomie en soevereiniteit voor de overheid verwacht.
Vraag 7
Welke maatregelen neemt u om de digitale soevereiniteit van Nederland en de Europese
Unie (EU) te verhogen, door de afhankelijkheid van Amerikaanse digitale diensten af
te bouwen? Bent u bereid om hiervoor een concrete agenda met de Kamer te delen?
Antwoord 7
Zoals u eerder toegekomen is in de Agenda DOSA (Digitale Open Strategische Autonomie)
het kabinetsstandpunt dat digitale afhankelijkheden in algemene zin niet te voorkomen
zijn en horen bij het open handelssysteem. Het is onmogelijk, onwenselijk en niet
noodzakelijk om Europa volledig digitaal autonoom te maken. Wederzijdse afhankelijkheden
vormen de ruggengraat van het open handelssysteem en de internationale samenwerking
waar Nederland en de EU veel profijt van hebben en die ons een sterkere geopolitieke
positie opleveren.
Ook is het kabinet van mening dat we strategischer moeten kijken naar digitale technologie,
en in het bijzonder naar strategische afhankelijkheden met een hoog risico. Het bewuster
worden van eigen krachten in het digitale domein en zelf opbouwen van strategische
capaciteit op sleutelposities kan behulpzaam zijn.
Sommige digitale afhankelijkheden kunnen echter wel een risicoafweging en daaruit
voortvloeiende aanvullende maatregelen vereisen. Een consequentie van een aangescherpt
overheidsbeleid is bijvoorbeeld dat er mogelijk minder digitale diensten van de rijksoverheid
in de public cloud kunnen worden ontwikkeld, afhankelijk van de te beschermen belangen
bij de desbetreffende overheidsdiensten.
Zoals reeds aangekondigd in de kabinetsreactie op de initiatiefnota «Wolken aan de
horizon», zal er voor bepaalde diensten onderzocht gaan worden of er een soevereine
overheidscloud kan worden opgezet. Daarnaast werkt het kabinet actief samen met Europese
partners aan alternatieve oplossingen en een goedwerkende Europese markt.
Het is echter van belang om te realiseren dat bepaalde maatregelen wel een lange doorlooptijd
kennen. Het afbouwen van dergelijke afhankelijkheden is niet een traject van enkele
weken tot maanden, maar van jaren.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het de leden Dobbe
(SP), Piri (GroenLinks-PvdA) en Teunissen (PvdD), ingezonden op 22 mei 2025 (vraagnummer
2025Z10261)
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
E. van Marum, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.