Amendement : Amendement van het lid Piri over de mogelijkheid voor nareis van meerderjarige kinderen die tot het gezin van de vreemdeling behoren

Nr. 30 AMENDEMENT VAN HET LID PIRI

Ontvangen 19 juni 2025

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel G, onder 2, wordt aan het voorgestelde derde lid, onder b,
toegevoegd «of meerderjarige kind dat zodanig afhankelijk is van die vreemdeling,
dat hij om die reden behoort tot diens gezin en geen eigen gezin heeft».

II

Artikel VII wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel 1, onder a, vervalt «G, ».

2. In onderdeel 1 wordt na onderdeel a een onderdeel ingevoegd, luidende:

aa. onderdeel G komt te luiden:

G

Aan artikel 29, derde lid, onder b, wordt toegevoegd «of meerderjarige kind dat zodanig
afhankelijk is van die vreemdeling, dat hij om die reden behoort tot diens gezin en
geen eigen gezin heeft».

Toelichting

Het onderhavig wetsvoorstel beperkt zowel voor vluchtelingen als voor subsidiair beschermden
gezinshereniging tot het kerngezin, waardoor onder meer meerderjarige kinderen geen
deel van uitmaken. Echter, uit vaste rechtspraak van het Europees Hof van de Rechten
van de mens volgt dat er familie en gezinsleven tussen meerderjarige kinderen en hun
ouders bestaat wanneer zij in het land van herkomst samenwoonden en de kinderen geen
eigen gezin hebben gevormd. Dit amendement regelt derhalve dat nareis in het kader
van gezinshereniging mogelijk blijft voor meerderjarige kinderen die zelf geen eigen
gezin hebben en in het land van herkomst samenwoonden met de ouders. Hiermee sluit
Nederland ook aan bij de meerderheid van EU-lidstaten die ook een recht op gezinshereniging
voor afhankelijke meerderjarigen kent.

Piri