Schriftelijke vragen : De doorvoer van wapenonderdelen naar Israël via de Rotterdamse haven
Vragen van het lid Dobbe (SP) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de doorvoer van wapenonderdelen naar Israël via de Rotterdamse haven (ingezonden 10 juni 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Maersk reageert voor het eerst op demonstraties in
Rotterdam om vervoer F-35-onderdelen: «Misleidende claims»»?1
Vraag 2
Klopt het dat de export en doorvoer van F-35-onderdelen naar Israël vanuit Nederland
stil ligt sinds de rechter op 12 februari 2024 in hoger beroep deze export heeft verboden?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Garandeert u dat sinds 12 februari 2024 geen F-35-onderdelen vanuit Nederland zijn
geëxporteerd of doorgevoerd in de richting van Israël? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Klopt het dat Maersk F-35-onderdelen van F-35-vliegtuigen via de Rotterdamse haven
heeft verscheept, zoals de woordvoerder van Maersk zelf aangeeft in het artikel?
Vraag 5
Klopt het dat de Rotterdamse wethouder Simons heeft gezegd dat F-35-onderdelen door
Maersk niet waren gemeld bij de douane en na controle niet op het schip zijn gevonden?2
Vraag 6
Hoe verklaart u de verschillende verklaringen vanuit Maersk en de gemeente Rotterdam?
Vraag 7
Kunt u reageren op de volgende passage in het artikel: «Het verschepen van onderdelen,
ook als die dus gebruikt worden om gevechtsvliegtuigen te maken, ziet het bedrijf
niet als het vervoeren van wapens.»? Deelt u de mening dat dit wel als wapenexport
geldt? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Wat zegt het feit dat de door Maersk toegegeven verscheping van F-35-onderdelen niet
bij de douane bekend was volgens u over de betrouwbaarheid van het Nederlandse wapenexportcontrolebeleid?
Deelt u de mening dat dit niet moet kunnen?
Vraag 9
Bent u bereid een onderzoek uit te voeren naar de vraag of via Nederland F-35-onderdelen
worden geëxporteerd of doorgevoerd naar Israël? Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Wat gaat u extra doen om te garanderen dat F-35-onderdelen niet vanuit Nederland worden
geëxporteerd of doorgevoerd naar Israël?
Vraag 11
Herinnert u zich uw uitspraak over exportvergunningen met bestemming Israël in het
commissiedebat Wapenexportbeleid dat «het echt onwaarschijnlijk (is) dat er een vergunning
wordt verleend voor de uitvoer naar Israël van wapens die kunnen bijdragen aan de
activiteiten van het Israëlische leger in Gaza of op de Westelijke Jordaanoever»?3
Vraag 12
Aangezien uit onlangs gepubliceerde nieuwe vergunningsgegevens blijkt dat sinds het
debat nog een reeks vergunningen met bestemming Israël is afgegeven, kunt u voor elk
van de volgende vergunningen apart aangeven op basis waarvan uitgesloten werd geacht
dat deze goederen, meer in het bijzonder de wapensystemen waarvoor deze goederen bestemd
zijn, door Israël ingezet zouden kunnen worden in Gaza of de Westelijke Jordaanoever:
NL0074CDIU0184006, Elektronica voor vliegerhelmen; NL0074CDIU0184345, Elektronica
voor vliegerhelmen; NL0074CDIU0184525, Delen voor oorlogsschepen; NL0074CDIU0182267,
Delen voor korvetten; NL0074CDIU0185272, Delen voor korvetten; NL0074CDIU0185706,
Communicatiesystemen en; NL0074CDIU0185558, Delen voor radarsystemen?4
Vraag 13
Kunt u voor de twee «tijdelijke» vergunningen, namelijk NL0074CDIU0183705, Warmtebeeldcamera’s
en NL0074CDIU0186462, Programmatuur voor beveiligde communicatie, aangeven wat de
aard hiervan was? Ging het om reparatie, demonstratie of iets anders? Kunt u voor
beide vergunningen apart aangeven op basis waarvan uitgesloten werd geacht dat ze
door Israël ingezet zouden kunnen worden in Gaza of de Westelijke Jordaanoever?
Vraag 14
Kunt u alsnog nader ingaan op uw uitspraken in het hierboven genoemde commissiedebat
over de vergunning van 4 oktober 2024, NL0074CDIU0181899, Delen, gereedschappen en
technologie voor F-16 gevechtsvliegtuigen, waarover u toen zei dat «deze vergunning
de uitvoer (betreft) van onderdelen voor productiedoeleinden in Israël» en «de onderdelen
na de productiehandeling terug (komen) naar Nederland» en «de goederen niet in Israël
(worden) gebruikt»? Hoe kan het dan dat het volgens het vergunningsoverzicht van uw
ministerie gaat om goederen afkomstig en geproduceerd in Nederland die naar Israël
gaan en geen andere eindbestemming dan Israël hebben? Als Nederland de eindbestemming
zou zijn geweest zou dat toch in de desbetreffende kolom vermeld hebben moeten staan?
Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 15
Weet u zeker dat exportvergunningen voor onderdelen van F-16-gevechtsvliegtuigen met
bestemming VS (zoals bijvoorbeeld NL0074CDIU0187011 van 30 januari jl.) dat land inderdaad
als uiteindelijke bestemming hebben? Hoe controleert u dat en wordt uitgesloten dat
deze onderdelen uiteindelijk alsnog in Israël terechtkomen?
Vraag 16
Bent u gegeven de extreme situatie in Gaza inmiddels bereid in Europa steun te vragen
voor een EU-wapenembargo, zoals de EU eerder deed tegen Rusland, Soedan en Myanmar,
en, zolang er nog geen Europese aanpak is, een nationaal wapenembargo tegen Israël
in te stellen? Zo nee, waarom niet?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Sarah Dobbe, Tweede Kamerlid