Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Gewijzigd amendement van het lid Krul ter vervanging van nr. 10 over een verplichting voor de Autoriteit Persoonsgegevens tot raadpleging van belanghebbenden over normuitleg en vast te stellen handhavingsbeleid
36 264 Wijziging van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming en enkele andere wetten in verband met het stroomlijnen en actualiseren van het gegevensbeschermingsrecht (Verzamelwet gegevensbescherming)
Nr. 20
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID KRUL TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 10
Ontvangen 19 mei 2025
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Na artikel I, onderdeel F, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Fa
Aan artikel 14 worden twee leden toegevoegd, luidende:
7. Voordat de Autoriteit Persoonsgegevens beleidsregels vaststelt ter bevordering van
een consequente toepassing van de verordening of over de uitoefening van haar handhavingsbevoegdheden,
dan raadpleegt zij, voor zover passend, belanghebbende partijen. In de onderbouwing
van de beleidsregels gaat de Autoriteit Persoonsgegevens in op hetgeen in de consultatie
naar voren is gebracht.
8. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over de gevallen waarin
het zevende lid toepassing vindt.
Toelichting
Omdat de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) geen aparte instellingswet kent, zijn de
taken en bevoegdheden van de AP vastgelegd in de Uitvoeringswet AVG (UAVG), die is
gebaseerd op de Europese Algemene verordening gegevensbescherming (AVG). In deze verordening
is bijvoorbeeld vastgelegd dat de AP verplicht is om een jaarverslag uit te brengen.
Indiener stelt voor om in de UAVG vast te leggen dat de AP ook verplicht is om belanghebbenden
te consulteren voordat zij normuitleg over de AVG of handhavingsbeleid vaststelt.
Deze verplichting geldt uitsluitend voor zover dat passend is. Hiermee is beoogd om
zoveel mogelijk aan te sluiten bij de bestaande consultatieplicht voor het Europees
Comité voor gegevensbescherming – ook wel de EDPB –, waarin de Europese gegevensbeschermingstoezichthouders
samenwerken (artikel 70 lid 4 AVG). Op grond daarvan moet de EDPB, waar passend, openbare
consultaties houden alvorens bijvoorbeeld richtsnoeren, aanbevelingen en beste praktijken
uit te vaardigen.
Het is belangrijk dat onafhankelijk toezicht samengaat met publieke verantwoording.
Dit is in het geval van de AP van extra belang, omdat zij toeziet op de naleving van
algemeen geformuleerde regels die gelden voor de hele samenleving. Van de publieke
sector tot private bedrijven, burgers en het maatschappelijk middenveld. De AP heeft
veel taken: uitvoering, toezicht, sanctionering, geschilbeslechting en pseudo-regelgeving
Ook heeft de AP ten aanzien van de invulling van wettelijke open normen zeer ruime
bevoegdheden. Het afleggen van verantwoording over de uitvoering van deze taken en
bevoegdheden is daarmee van groot maatschappelijk belang. Burgers, bedrijven en het
maatschappelijk middenveld moeten kunnen zien wie van de overheid waarop aanspreekbaar
is. Dat geldt ook voor toezichthouders. Vanwege het belang van deze verantwoording
regelt het amendement niet alleen een consultatieplicht, maar ook een plicht om in
de onderbouwing van de beleidsregels in te gaan op hetgeen in de consultatie naar
voren is gebracht. Hiermee wordt aangesloten bij een soortgelijke plicht bij de totstandkoming
van wetgeving.1
Een recente evaluatie uitgevoerd in opdracht van de AP laat zien dat er ruimte voor
verbetering is. De AP wordt hierin geadviseerd zich «opener» op te stellen naar de
samenleving en meer prioriteit te geven aan de vaststelling van een duidelijker handhavings-
en normoverdragingsbeleid. De AP erkent in een reactie dat dit een cruciaal onderdeel
is om burgers te beschermen, én om organisaties duidelijkheid te verschaffen. De wetgever
kan hieraan bijdragen door de juiste wettelijke voorwaarden te scheppen. Daarom stelt
indiener voor om wettelijk vast te leggen dat de AP verplicht is om belanghebbenden
te consulteren voordat zij normuitleg over de AVG of handhavingsbeleid vaststelt.
Zo wordt niet alleen de taakuitoefening van de AP beter, maar wordt ook steviger draagvlak
vanuit de samenleving gecreëerd. Het houden van consultaties alvorens beleidsregels
vast te stellen, kan daarmee bijdragen aan de verwezenlijking van het zorgvuldigheidsbeginsel
(artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht). Dat houdt in dat bestuursorganen
de nodige kennis moeten vergaren over de relevante feiten en de af te wegen belangen
en zorgdragen voor een evenwichtige inbreng van de noodzakelijke deskundigheid bij
de besluitvorming. Door consultaties te houden over beleidsregels, kan daarmee de
zorgvuldigheid – en daarmee de juridische houdbaarheid – worden vergroot. De voorgestelde
consultatieplicht laat de onafhankelijke oordeelsvorming van de AP onverlet: het staat
aan de AP te beoordeling in hoeverre zij consultatiereacties al dan niet verwerkt.
Om de consultatieplicht zo helder mogelijk af te bakenen, heeft deze uitsluitend betrekking
op normuitleg inzake de AVG en op het handhavingsbeleid van de AP. Hiermee wordt het
volgende bedoeld:
• Normuitleg inzake de AVG is in het amendement omschreven als «beleidsregels ... ter
bevordering van een consequente toepassing van de verordening». Hierover moet, waar
passend, een consultatie plaatsvinden. Dit is met name passend indien het gaat om
belangrijke normuitleg, bijvoorbeeld omdat die een substantiële impact heeft of in
belangrijke mate afwijkt van wat tot dusver werd aangenomen in de doctrine en rechtspraak.
Te denken valt aan de normuitleg van de term het «gerechtvaardigd belang» in de zin
van artikel 6 AVG, de Handreiking van de AP inzake scraping2 en de uitleg van de AP over de identificatieplicht op grond van de Wet ter voorkoming
van witwassen en financieren van terrorisme.3 De situatie waarin de AP een verwerkingsverantwoordelijke – op diens eigen verzoek
– voorlichting en uitleg over een specifieke norm geeft, kwalificeert in de regels
niet als passend voor het activeren van de consultatieplicht. In dergelijke gevallen
is de verzoeker gebaat bij snelle duidelijkheid van de toezichthouder; een publieke
consultatie terzake past hier niet bij. De AP kan overigens alleen normuitleg vaststellen
voor zover de bestaande normuitleg van de EDPB daarvoor ruimte laat.
• Handhavingsbeleid is in het amendement omschreven als «beleidsregels ... over de uitoefening
van haar handhavingsbevoegdheden». Hiervan is bijvoorbeeld sprake indien de AP in
beleidsregels zou verduidelijken hoe haar handhavingsinstrumenten zich tot elkaar
verhouden en uit welke stappen een handhavingstraject bestaat. In de literatuur is
opgemerkt dat belanghebbenden zich nu onzeker kunnen voelen over de gang van zaken
met betrekking tot een handhavingsonderzoek en dat een stappenplan met duidelijke
termijnen soelaas kan bieden. Het is passend om het ontwerp van dit handhavingsbeleid
het onderwerp te laten zijn van publieke consultatie.4 Een consultatie zou daarentegen niet passend zijn voor zover dit kan leiden tot calculerend
gedrag of consultatie niet in betekenende mate kan leiden tot aanpassing van het voorstel,
zoals het geval kan zijn bij beleid over de prioritering van de handhaving.5
Krul
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Harmen Krul, Tweede Kamerlid