Nota van wijziging : Derde nota van wijziging
36 512 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Huisvestingswet 2014, de Omgevingswet, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Woningwet in verband met de versterking van de regie op de volkshuisvesting en met het oog op enkele andere met de volkshuisvesting samenhangende maatregelen (Wet versterking regie volkshuisvesting)
Nr. 21 DERDE NOTA VAN WIJZIGING
            
Ontvangen 23 april 2025
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel II wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel A, wordt in het eerste onderdeel in de begripsbepaling van «betaalbare
                  koopwoonruimte» «€ 390.000» vervangen door «[PM]».
               
2. Onderdeel E, eerste onderdeel, komt te luiden:
1. Het tweede lid komt te luiden:
2. Het eerste lid is ten aanzien van het kunnen aanwijzen van voor verkoop bestemde
                     woonruimte alleen van toepassing op nieuw te bouwen voor verkoop bestemde betaalbare
                     koopwoonruimte.
                  
B
Artikel VII wordt als volgt gewijzigd:
In onderdeel b van het derde lid komt te vervallen: «en de eisen gesteld bij paragraaf 3.2.1
                  van de Omgevingswet, en indien van toepassing, bij of krachtens paragraaf 16.4.1 van
                  de Omgevingswet».
               
C
Na artikel VII wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel VIIa
Op het moment van inwerkintreding van artikel II van deze wet wordt «[PM]» vervangen
                  door het op de dag voor de inwerkingtreding van artikel II, onderdeel A, van deze
                  wet in artikel 7, tweede lid, van de Huisvestingswet 2014 genoemde bedrag.
               
Toelichting
               
In artikel 7, tweede lid, van de Huisvestingswet 2014 staat dat een vergunningplicht
                  kan worden ingesteld voor nieuw te bouwen voor verkoop bestemde woonruimte met een
                  koopprijs van ten hoogste 390.000 euro. Per 1 januari 2025 is dit bedrag geïndexeerd
                  op 405.000 euro.
               
In dit wetsvoorstel wordt een definitie ingevoegd van «betaalbare koopwoonruimte».
                  In die begripsbepaling is uitgegaan van het bedrag van 390.000 euro. Door de wijzigingen
                  in het eerste onderdeel in onderdeel A en onderdeel C wordt het mogelijk om in de
                  definitie van betaalbare koopwoonruimte het bedrag op te nemen zoals dat voor de dag
                  van inwerkingtreding van deze wet is opgenomen in artikel 7, tweede lid, van de Huisvestingswet
                  2014. Doordat de inwerkingtreding van het wetsvoorstel later is dan aanvankelijk beoogd,
                  is dit noodzakelijk gebleken.
               
Het tweede onderdeel in onderdeel A strekt ertoe de leesbaarheid van de bepaling te
                  verbeteren.
               
De wijziging van onderdeel B is herstel van een verschrijving in de tweede nota van
                  wijziging op onderhavig wetsvoorstel. In het tweede onderdeel van onderdeel F staat
                  dat een deel van het tweede lid van artikel VII komt te vervallen, dat moet het derde
                  lid zijn.
               
De Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, M.C.G. Keijzer
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
M.C.G. Keijzer, minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening