Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Becker en Tielen over het bericht 'Geen 'kerst', maar wel ramadan mét scheiding mannen en vrouwen bij overheidsorgaan'
Vragen van de leden Becker en Tielen (beiden VVD) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Geen «kerst», maar wel ramadan mét scheiding mannen en vrouwen bij overheidsorgaan» (ingezonden 5 maart 2025).
Antwoord van Minister Agema (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 27 maart
            2025).
         
Vraag 1
            
Kent u het bericht «Geen kerst maar wel Ramadan met scheiding van mannen en vrouwen
               bij overheidsorgaan»?1
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
Klopt het dat het personeelsbeleid van het CAK dusdanig is dat de viering van kerst
               is omgezet in een winterglowfeest en binnenkort een iftar-maaltijd georganiseerd wordt
               met gescheiden gebedsruimtes voor mannen en vrouwen, waarbij de medewerkers wordt
               opgeroepen mee te doen aan vasten voor een dag?
            
Antwoord 2
            
Onder mijn ministerie vallen 12 zelfstandige bestuursorganen (zbo’s) en in totaal
               21 concernorganisaties. Zij melden mij niet bij welke feestdagen of andere momenten
               zij gedurende het jaar stil staan. Ik begrijp dat Iftars bij veel ministeries en concernorganisaties
               al geruime tijd plaatsvinden, ook reeds tijdens vorige kabinetten.
            
Ik heb navraag gedaan en het CAK heeft mij laten weten dat ze geen gescheiden gebedsruimtes
               aanbieden. Het klopt ook niet dat kerst bij het CAK is omgezet in winterglowfeest.
               Er werd het afgelopen jaar een kerstontbijt of -lunch georganiseerd. Het eindejaarsfeest
               van het CAK heet winterglow.
            
Vraag 3
            
Deelt u de mening dat een overheidsorganisatie wordt geacht (religie-)neutraal te zijn en het dan ook niet past om eenzijdig de iftar te promoten? Deelt
               u de mening dat door het afschaffen van de oorspronkelijke kerstviering er op zijn
               minst de indruk wordt gewekt dat voor één specifieke religie ruimte wordt geboden
               en voor de ander niet? En deelt u de mening dat dat zeer ongepast is voor een organisatie
               die van belastinggeld wordt betaald?
            
Antwoord 3
            
Ik deel uw mening dat een overheidsorganisaties wordt geacht (religie-)neutraal te
               zijn. De kerstviering is echter niet afgeschaft bij het CAK. Er werd het afgelopen
               jaar een kerstontbijt of -lunch georganiseerd.
            
Vraag 4
            
Kunt u zich voorstellen dat er medewerkers bij het CAK zijn die hebben aangegeven
               zich niet prettig te voelen bij deze gang van zaken? Wat zegt u tegen hen en waar
               kunnen zij terecht?
            
Antwoord 4
            
Medewerkers van het CAK kunnen terecht bij het management, de ondernemingsraad, collega’s,
               een intern meldpunt en vertrouwenspersonen.
            
Vraag 5
            
Deelt u de mening dat het scheiden van mannen en vrouwen überhaupt niet past binnen
               een overheidsorganisatie?
            
Antwoord 5
            
Ja. Het CAK heeft mij laten weten dat ze geen gescheiden gebedsruimtes aanbieden.
Vraag 6
            
Komt het aanbieden van gescheiden (gebeds)ruimtes op meer plekken voor binnen (evenementen
               van) het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) of organisaties die
               onder de financiering van het miniserie van VWS vallen? Als u dit niet weet, bent
               u bereid dit in kaart te brengen?
            
Antwoord 6
            
Ik heb een inventarisatie uitgevoerd bij de grootste VWS-organisaties. Bij de meeste
               organisaties wordt gedurende het jaar aandacht besteed aan diverse feestdagen en/-of
               belangrijke momenten. Bij geen van deze organisaties en/-of activiteiten is sprake
               van gescheiden gebedsruimtes.
            
Vraag 7
            
Is het juist dat het CAK momenteel jaarlijks 190 miljoen euro aan belastinggeld ontvangt
               voor het uitvoeren van wettelijke taken rond onder andere de langdurige zorg en de
               Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2015?
            
Antwoord 7
            
In 2024 is circa € 150 miljoen euro door het CAK ontvangen. Dit bedrag betrof circa
               € 127 miljoen euro aan reguliere uitvoeringskosten voor wettelijke taken en 23 miljoen
               euro voor projecten en incidentele uitgaven.
            
Vraag 8
            
Welke afspraken heeft u met het CAK gemaakt over zijn governance en personeelsbeleid?
               Hoe past de eenzijdige inzet op het vieren van de ramadan en het afschaffen van kerst
               binnen deze afspraken? Hoe kon het CAK inschatten dat dit voor u akkoord zou zijn?
            
Antwoord 8
            
De kerstviering is niet afgeschaft bij het CAK. Er werd het afgelopen jaar een kerstontbijt
               of -lunch georganiseerd.
            
Vraag 9
            
Is het juist dat het CAK volgens de laatste kaderbrief nog moet werken aan betere
               dienstverlening voor klanten die zorg gebruiken en aan een doelmatiger besteding van
               belastinggeld? Hoe verhouden dergelijke religieuze programma’s zich tot deze opgave?
            
Antwoord 9
            
Er is geen sprake van religieuze programma’s bij het CAK. Het CAK werkt doorlopend
               aan het verbeteren van haar dienstverlening.2 Deze ontwikkelingen komen periodiek ter sprake in bestuurlijke gesprekken met het
               CAK. Ik zie dat de ingezette ontwikkelingen bij het CAK zijn vruchten afwerpen.
            
Vraag 10
            
Bent u bereid op korte termijn in overleg te treden met het CAK om te waarborgen dat
               het een neutralere insteek kiest ten aanzien van personeelsbeleid en vieringen voor
               het personeel?
            
Antwoord 10
            
Naar aanleiding van het artikel in HP/DeTijd heb ik gesproken met de bestuurder van
               het CAK.
            
Vraag 11
            
Bent u bereid deze vragen binnen een week te beantwoorden?
Antwoord 11
            
Om de vragen goed te kunnen beantwoorden zal ik mij houden aan de standaard beantwoordingstermijn
               van 3 weken.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
M. Agema, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.