Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden over het Deltaprogramma 2025 (Kamerstuk 36600-J-4)
36 600 J Vaststelling van de begrotingsstaat van het Deltafonds voor het jaar 2025
Nr. 5
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 22 oktober 2024
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen voorgelegd
aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de brief van 17 september 2024
inzake het Deltaprogramma 2025 (Kamerstuk 36 600 J, nr. 4).
De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 22 oktober 2024. Vragen en
antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, P. de Groot
Adjunct-griffier van de commissie, Meedendorp
Vragen en antwoorden
1
Hoe groot is de extrapolatie van het Deltafonds?
De budgetten van het Deltafonds worden jaarlijks met een jaar geëxtrapoleerd. Met
de verlenging tot en met 2038 komt in totaal – inclusief structurele ontvangsten van
derden zoals de bijdrage van de waterschappen aan het HWBP – een ruimte van ongeveer
€ 1,9 miljard beschikbaar op het Deltafonds.
Het Deltafonds kent langlopende meerjarige programma’s zoals het HWBP en het Deltaprogramma
Zoetwater. De doorlopende verplichtingen (exploitatie, onderhoud en vernieuwing, netwerkkosten
RWS en langlopende meerjarige programma’s) op het Deltafonds worden ook elk jaar verlengd
en opgevangen door de extrapolatie. Na aftrek daarvan resteert een toevoeging van
€ 473 miljoen aan de investeringsruimte in 2038.
2
Hoe is bij het komen tot de begroting van het Deltaprogramma rekening gehouden met
de constatering van de Deltacommissaris dat er 41 miljard euro nodig is (met een bandbreedte
van 9 miljard euro) om het Deltaprogramma te kunnen uitvoeren? En welke onderdelen
uit het Deltaprogramma gaan dit gat in de begroting merken?
De constatering van de Deltacommissaris in het Deltaprogramma 2025 is dat de kostenschatting
van het Deltaprogramma de veronderstelde beschikbare budgetten in totaal met 13 miljard
euro overschrijdt, met daarbij een bandbreedte van 9 miljard euro. Dit wordt voornamelijk
veroorzaakt door de nieuwe inzichten over de dijkversterkingsopgave die eind 2023
aan de Kamer zijn gemeld. Voor dijken die niet voldoen aan de norm is per dijktraject
een globale inschatting van de versterkingsopgave gedaan. Deze eerste inschatting
kwam uit op 2.000 kilometer en tegen hogere kosten dan eerder geraamd. Deze cijfers
zijn nog omgeven met veel onzekerheden. Het afgelopen halfjaar heeft IenW uitgebreide
gesprekken gevoerd met alle keringbeheerders om de kostenraming aan te scherpen. Aan
het eind van 2024 zal de Kamer hierover nader worden geïnformeerd.
3
Wordt er in het Deltaprogramma ook aandacht besteed aan de watervervuiling door onder
andere PFAS? Zo ja, hoe?
Waterkwaliteit valt niet in de scope van het Deltaprogramma. Het voldoen aan de Kaderrichtlijn
Water en het oplossen van het PFAS-probleem zijn speerpunten van het kabinet. Het
Deltaprogramma gaat niet over waterkwaliteitsaspecten of toelating of beheersing van
stoffen zoals PFAS.
4
Wat is de focus voor komend jaar op het programma Ruimte voor de Rivier?
Komend jaar wordt gewerkt aan het nader vormgeven van het programma Ruimte voor de
Rivier 2.0. Daarbij wordt voortgebouwd op het programma Integraal Riviermanagement.
Via onderzoek wordt gewerkt aan het verder uitwerken van het beleid voor de inrichting
van het rivierengebied om ruimte in de rivier te maken voor waterberging/waterveiligheid,
zoetwaterbeschikbaarheid, goederenvervoer per binnenvaart, natuur en economische ontwikkeling.
Dit gaat om onderzoek zowel voor de rivierbodemligging als voor de afvoer van rivierwater
en de ruimte die daarvoor nodig is. Daarnaast wordt in het rivierengebied ook gewerkt
aan concrete projecten. In 2025 zal op verschillende plekken de schop in de grond
gaan, waaronder in Arcen, tussen Ravenstein en Lith (project Meanderende Maas) en
Oeffelt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.C. (Peter) de Groot, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
M. Meedendorp, adjunct-griffier