Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Eerdmans over het bericht ‘Gemeenten met azc’s moeten van minister Faber nog vóór 1 september extra plekken vrijmaken’
Vragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de Minister van Asiel en Migratie over het bericht «Gemeenten met azc’s moeten van Minister Faber nog vóór 1 september extra plekken vrijmaken» (ingezonden 4 september 2024).
Antwoord van Minister Faber-Van de Klashorst (Asiel en Migratie) (ontvangen 1 oktober
2024).
Vraag 1 en 2
Klopt het dat het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) de opdracht heeft gekregen
om vóór 1 september in alle asielopvanglocaties in Nederland (met uitzondering van
opvanglocaties voor alleenstaande minderjarige vreemdelingen) één of twee extra asielzoekers
te plaatsen en dit aan gemeenten te laten weten?1
Klopt het dat u hierover geen overleg heeft gehad met gemeenten, zoals onder andere
de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) aangeeft?
Antwoord 1 en 2
Er zijn afspraken gemaakt met de gemeente Westerwolde over het opvangen van maximaal
2.000 personen in het aanmeldcentrum in Ter Apel. Op 4 september jl. heb ik de Tweede
Kamer per brief geïnformeerd over de bezetting op de opvanglocatie bij het aanmeldcentrum
in Ter Apel en de maatregelen die zijn genomen om de bezetting te doen dalen voor
1 september jl. Zoals vermeld in de brief bleek op 28 augustus de bezetting nog onvoldoende
gedaald om onder de bezetting van 2.000 te komen. Derhalve is het COA op 29 augustus
jl. gevraagd 1 à 2 asielzoekers uit te plaatsen naar elke opvanglocatie in het land.
Tevens heb ik in mijn brief aangegeven dat het COA op grond van art. 3 en 3a van de
Wet COA is belast met het plaatsen van asielzoekers in een opvangvoorziening. Het
COA bepaalt in welke opvangvoorziening een asielzoeker wordt geplaatst, binnen de
afspraken die met gemeenten zijn gemaakt. Waar een bestuursovereenkomst ruimte laat,
mag COA asielzoekers in de opvang plaatsen. Derhalve heeft voorafgaand aan deze maatregel
geen overleg plaatsgevonden met gemeenten of de VNG. Daarbij is het COA gevraagd gemeenten
te informeren. Zoals beschreven in dezelfde brief konden gemeenten die geen medewerking
wilden verlenen dit melden bij het COA. In zulke gevallen is gezocht naar een passende
oplossing.
Vraag 3 en 4
Erkent u dat u gemeenten met deze handelwijze overvalt met asieldwang? Zo nee, waarom
niet?
Deelt u de mening dat u hiermee een principiële grens overschrijdt, ongeacht het aantal
asielzoekers dat u gemeenten dwingt te plaatsen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3 en 4
De genomen maatregel was een noodmaatregel waarbij geen sprake was van dwang. Het
ging met deze maatregel om de maximale benutting van plekken in bestaande locaties.
Gemeenten die geen medewerking wilden verlenen aan de maatregel hebben dat kunnen
melden bij het COA om te komen tot een passende oplossing.
Vraag 5
Realiseert u zich dat deze opdracht kan leiden tot het schenden van bestuursafspraken
over asielopvang met gemeenten en bijvoorbeeld afspraken tussen gemeenten en omwonenden
van opvanglocaties over maximumaantallen? Wat is uw reactie hierop?
Antwoord 5
In mijn reactie op vragen 1 en 2 heb ik aangegeven zeer te hechten aan het nakomen
van gemaakte afspraken. Het schenden van bestuursafspraken is geenszins mijn intentie.
Vraag 6
Waarom kunnen deze asielzoekers, gelet op het overzichtelijke aantal, niet gewoon
op basis van vrijwilligheid worden opgevangen in linkse gemeenten die openstaan voor
meer opvang? Heeft u hierover met dergelijke gemeenten contact gehad voorafgaand aan
uw besluit? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat was de uitkomst?
Antwoord 6
Het COA is continue met gemeenten in gesprek over nieuwe opvanglocaties. Dit heeft
echter niet op tijd in voldoende plekken geresulteerd. Vandaar dat een aanvullende
«last-resort» maatregel is getroffen.
Vraag 7
Is dit een eenmalige actie of sluit u niet uit dat u dit in vergelijkbare situaties
vaker gaat doen?
Antwoord 7
Ik blijf met het COA in gesprek om ervoor te zorgen dat de bezetting in Ter Apel wederom
onder de 2.000 komt en de beschikbare plekken maximaal benut worden. Dit betekent
ook dat bestaande locaties zoveel mogelijk gevuld moeten zijn en asielzoekers zoveel
veel mogelijk doorgeplaatst moeten worden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.H.M. Faber-van de Klashorst, minister van Asiel en Migratie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.