Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Peter de Groot over het bericht «Griekse vliegvakantie eindigt voor Nederlanders in nachtmerrie: «Paniek, huilen, flauwvallen en reanimatie»
Vragen van het lid Peter de Groot (VVD) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Griekse vliegvakantie eindigt voor Nederlanders in nachtmerrie: «Paniek, huilen, flauwvallen en reanimatie»» (ingezonden 22 augustus 2024).
Antwoord van Minister Madlener (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 11 september
2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Griekse vliegvakantie eindigt voor Nederlanders in
nachtmerrie: Paniek, huilen, flauwvallen en reanimatie»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe kijkt u aan tegen deze mensonterende taferelen en de gevolgen daarvan door een
defect in een vliegtuig?
Antwoord 2
Het was een hele vervelende situatie aan boord voor de passagiers. Het is belangrijk
dat luchthavens en luchtvaartmaatschappijen er alles aan doen om incidenten te voorkomen
waarbij passagiers lang aan boord moeten blijven vanwege een defect aan een vliegtuig.
Mocht er een defect aan een vliegtuig zijn, dan is het belangrijk dat er wordt geprobeerd
om passagiers zo goed mogelijk te verzorgen en indien mogelijk van boord te laten
gaan.
Vraag 3
Hebben luchtvaartmaatschappijen wat u betreft de plicht om aan boord te zorgen voor
een voldoende verblijfsklimaat, zodat het ook bij defect materieel is uit te houden
in de cabine van een vliegtuig?
Antwoord 3
Het is in het belang van passagiers en de luchtvaartmaatschappij dat het verblijfsklimaat
aan boord van een vliegtuig aangenaam is. Voor zover mogelijk, passen luchtvaartmaatschappijen
hun eigen regels toe over het verblijfsklimaat aan boord van hun vliegtuigen. Het
is uiteindelijk aan de gezagvoerder van het vliegtuig of passagiers vanwege een specifiek
geval van boord moeten of niet.
Vraag 4
Bent u bereid om met (Nederlandse) luchtvaartmaatschappijen en Koepel van luchthavens
in gesprek te gaan om dit vorm te geven?
Antwoord 4
Er lopen vanuit het ministerie verschillende reguliere gesprekken met luchtvaartmaatschappijen
en koepelorganisaties. Tijdens deze gesprekken worden verschillende onderwerpen besproken.
Zaken zoals passagiersrechten komen ook aan bod. In een volgend gesprek zal voor dit
onderwerp aandacht worden gevraagd en aan partijen worden gevraagd te bekijken of
hier extra beleid van de partijen op gewenst is.
Vraag 5
Bent u van mening dat luchtvaartmaatschappijen verplicht moet worden om een vervangend
toestel te regelen bij een defect dat ernstige gevolgen heeft voor de leefomgeving
binnen de cabine van het vliegtuig?
Antwoord 5
Het is belangrijk dat luchtvaartmaatschappijen er alles aan doen om passagiers veilig
en gezond te vervoeren. De gezagvoerder van het vliegtuig kijkt op het moment zelf
naar wat de beste optie is. Dit kan het regelen van een vervangend toestel zijn of
dit kan betekenen dat het vliegtuig wordt gemaakt (en men daarvoor moet uitstappen).
Een vliegtuig zal uiteraard niet defect vliegen en het wachten op een nieuw toestel
is ook niet altijd de gewenste of best passende keuze. Het hangt dus af van het specifieke
geval.
Vraag 6
Zijn er in Nederland regels gemaakt over hoe lang passagiers opgesloten mogen zitten
in een vliegtuig in het geval van een technisch mankement? Zo nee, bent u bereid in
gesprek te gaan met (Nederlandse) luchtvaartmaatschappijen en luchthavens om deze
regels op te stellen en een norm te stellen binnen welke tijd passagiers het vliegtuig
kunnen verlaten in het geval van een technisch mankement?
Antwoord 6
Er bestaat geen specifieke Nederlandse of Europese regelgeving over hoe lang passagiers
aan boord van een vliegtuig mogen blijven in geval van een defect of vertraging terwijl
het vliegtuig aan de grond staat. Er is wel EU-regelgeving over de rechten van vliegtuigpassagiers.
Die regelt voornamelijk de rechten van passagiers bij langdurige vertragingen, annuleringen
en instapweigeringen, maar geeft geen exacte tijdslimieten voor hoe lang passagiers
aan boord van een vliegtuig mogen blijven terwijl het vliegtuig aan de grond staat.
Wel of niet uitstappen is sowieso situatie gebonden. Als het verblijfsklimaat aan
boord prettig is, kan het soms prettiger voor de passagiers zijn om iets langer aan
boord te wachten en dan te vertrekken, dan dat men moet uitstappen en de vertraging
langer oploopt. Een luchtvaartmaatschappij is daarbij afhankelijk van lokale faciliteiten
zoals de verkeersleiding en de grondafhandeling voor de beschikbaarheid van bijvoorbeeld
een Power Unit voor airconditioning en het plaatsen van trappen. Slechts in acute
noodsituaties zoals brand kan worden geëvacueerd, omdat gebruik van de glijbanen van
het vliegtuig mogelijk extra risico’s geeft op verwonding. In gesprek met luchtvaartmaatschappijen,
luchthavens en andere belanghebbenden kan worden gekeken naar of er meer duidelijkheid
kan komen naar hoe gehandeld moet worden in een dergelijke situatie als die in Griekenland.
Vraag 7
Bent u bereid om met uw Europese collega’s in gesprek te gaan over het opstellen van
regelgeving, zodat we deze mensonterende toestanden in de toekomst in heel Europa
kunnen voorkomen?
Antwoord 7
In dit geval gaat het om een incident en dus niet om een vaak voorkomend probleem.
Wel kan bij een aankomende Europese vergadering, zoals de Transportraad, dit punt
opgebracht worden en worden gekeken of andere landen ook met dit soort incidenten
te maken hebben, hoe zij ermee omgaan en hoe zij aankijken tegen eventuele specifieke
regelgeving op Europees niveau.
Vraag 8
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden?
Antwoord 8
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.