Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Oostenbruggen en Vermeer over het convenant tussen de Belastingdienst en de uitzendbranche betreffende de toepassing van de extraterritoriale kostenregeling
Vragen van de leden Van Oostenbruggen (Nieuw Sociaal Contract) en Vermeer (BBB) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het convenant tussen de belastingdienst en de uitzendbranche (ingezonden 20 augustus 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Idsinga (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst),
mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 10 september
2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het nieuwe convenant dat is gesloten tussen de Belastingdienst en
de uitzendbranche op 6 juni 2024?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat zijn de beleidsoverwegingen geweest om een nieuw convenant af te sluiten tussen
de Belastingdienst en de uitzendbranche, waarom voldeed het vorige convenant niet
meer?
Antwoord 2
Het convenant tussen de Belastingdienst en de uitzendbranche (met daarbij twee annexen)
is gesloten in 2010. Het convenant en de annexen waren niet meer actueel vanwege gewijzigde
wet- en regelgeving. Vanuit de Belastingdienst en de uitzendbranche bestond daarom
de wens om het convenant en de annexen te actualiseren.
Vraag 3
Wat zijn de beleidsoverwegingen geweest om in het nieuwe convenant als eerste voorwaarde
voor de Extraterritoriale (ET-)regeling te stellen dat het uitzendbureau de werknemer
zelf moet werven in het land van herkomst?
Antwoord 3
Een van de voorwaarden voor toepassing van de extraterritoriale kostenregeling (hierna:
ETK-regeling) is dat een werknemer tijdelijk verblijft buiten het land van herkomst
in het kader van de dienstbetrekking. De annex bevat branchespecifieke praktische
afspraken hoe een uitzendonderneming in ieder geval aannemelijk kan maken dat daarvan
sprake is.2 In de annex zijn hiervoor zes voorwaarden opgenomen.3 Een uitzendonderneming die een beroep wil doen op de annex moet aan deze zes voorwaarden
voldoen. Eén van die voorwaarden is dat de uitzendkracht is geworven door een buitenlands
wervingsbureau of een buitenlandse vestiging van de in Nederland gevestigde uitzendonderneming,
dat is gevestigd in (de landenregio van) het land van herkomst van de uitzendkracht
en dat de uitzendkracht staat vermeld op de zogenoemde wervingslijst. Deze en de andere
vijf voorwaarden staan al sinds 2010 in de annex en zijn ongewijzigd overgenomen in
de annex bij het convenant tussen de Belastingdienst en de uitzendbranche van 6 juni
2024.
Vraag 4
Hoe wordt er tot nu toe gehandhaafd op het gebruik van de ET-regeling door werknemers
die al in Nederland waren toen zij werden geworven? Hoe zal dit vanaf nu gaan? Op
welke manier moet de werving in het buitenland aangetoond worden?
Antwoord 4
Handhaving op de toepassing van de ETK-regeling is onderdeel van de reguliere handhaving
van de Belastingdienst. De annex ziet, zoals hiervoor aangegeven, op de wijze waarop
een uitzendonderneming in ieder geval aannemelijk kan maken dat de uitzendkracht tijdelijk
verblijft buiten het land van herkomst in het kader van de dienstbetrekking. Als de
uitzendonderneming voldoet aan de voorwaarden zoals genoemd in onderdeel 1.1 van de
annex, dan is voor de Belastingdienst voldoende aannemelijk dat sprake is van tijdelijk
verblijf buiten het land van herkomst in het kader van de dienstbetrekking. Eén van
de voorwaarden daarvoor is dat de uitzendkracht is geworven door een buitenlands wervingsbureau
of een buitenlandse vestiging van de in Nederland gevestigde uitzendonderneming, dat
is gevestigd in (de landenregio van) zijn land van herkomst en dat de uitzendkracht
staat vermeld op de zogenoemde wervingslijst. De annex ziet niet op buitenlandse uitzendkrachten
die in Nederland worden geworven.
Vraag 5
Hoe vaak is er in de praktijk sprake van dat de ET-regeling wordt gebruikt door werknemers,
die al in Nederland waren, toen zij door het uitzendbureau werden geworven?
Antwoord 5
In het rapport Kunde, kosten en keuzes van de Stichting Economisch Onderzoek (SEO)4 is opgenomen dat de ETK-regeling in 2022 door ongeveer 83.000 werknemers werd gebruikt.
Er zijn geen gegevens voorhanden om een uitsplitsing te maken tussen de gebruikers
van de ETK-regeling die al in Nederland aanwezig waren en ETK-gebruikers die door
de werving naar Nederland zijn gekomen. Volledigheidshalve merk ik op dat extraterritoriale
kosten in de Wet op de loonbelasting 19645 zijn gedefinieerd als extra kosten die de werknemer maakt doordat hij tijdelijk verblijft
buiten het land van herkomst in het kader van de dienstbetrekking. De ETK-regeling
stelt niet als voorwaarde dat de werknemer uit het buitenland is geworven.
Vraag 6
Zijn er plannen om de handhaving te intensiveren, nu de voorwaarde dat arbeidsmigranten
geworven moeten worden in het buitenland door het uitzendbureau zelf, zo nadrukkelijk
in het convenant staat?
Antwoord 6
Zoals hiervoor aangegeven is de voorwaarde dat de uitzendkracht is geworven door een
buitenlands wervingsbureau of een buitenlandse vestiging van de in Nederland gevestigde
uitzendonderneming, dat is gevestigd in (de landenregio van) zijn land van herkomst,
ongewijzigd overgenomen uit de annex bij het convenant tussen de Belastingdienst en
de uitzendbranche uit 2010. Het geactualiseerde convenant en de bijbehorende annex
geven geen aanleiding om het toezicht te intensiveren.
Vraag 7
Wat verwacht u dat de financiële impact gaat zijn van de afspraken die zijn gemaakt
over het gebruik van de ET-regeling in het nieuwe convenant? Leidt dit tot een inkomstenmeevaller
of een inkomstentegenvaller? Om welk bedrag gaat het bij benadering?
Antwoord 7
De voorwaarden in het convenant en de bijbehorende annex zijn inhoudelijk niet gewijzigd.
De actualisatie van het convenant en de annex hebben daarom naar verwachting geen
budgettaire gevolgen.
Vraag 8 en 9
Op welke wijze zijn arbeidsmigranten betrokken geweest bij het besluitvormingsproces,
zoals aanbevolen is in het rapport «Geen tweederangsburger» van het Aanjaagteam Bescherming
Arbeidsmigranten uit 2021?
Waarom geldt als voorwaarde dat het uitzendbureau het vervoer en/of verblijf zou moeten
organiseren van en naar het herkomstland? Hoe verhoudt dit zich tot de Europese vrijheid
van personenvervoer?
Antwoord 8 en 9
De annex bevat praktische afspraken hoe een uitzendonderneming in ieder geval aannemelijk
kan maken dat sprake is van een uitzendkracht die tijdelijk verblijft buiten het land
van herkomst in het kader van de dienstbetrekking. Dit kan blijken uit het organiseren
van het vervoer voor de uitzendkracht vanuit het land van herkomst naar Nederland
of het organiseren van de huisvesting in Nederland. Indien het uitzendbureau niet
het vervoer en/of verblijf van de uitzendkracht organiseert, dient op andere wijze
aannemelijk te worden gemaakt dat aan de voorwaarde voor de ETK-regeling is voldaan.
Er is dan ook geen sprake van een belemmering voor het vrije verkeer van werknemers
zoals opgenomen in artikel 45 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie.
Arbeidsmigranten zijn niet betrokken geweest bij de actualisatie van het convenant
en de annex, aangezien deze afspraken zich hiertoe niet lenen. De wens tot actualisatie
is afkomstig van de rechtstreeks bij het convenant betrokken partijen. Zoals hiervoor
aangegeven geeft de annex een uitzendonderneming handvatten hoe deze aannemelijk kan
maken dat de uitzendkracht tijdelijk verblijft buiten het land van herkomst in het
kader van de dienstbetrekking. Bovendien zijn de voorwaarden in het convenant en de
bijbehorende annex inhoudelijk niet gewijzigd.
Vraag 10 en 11
Hoe verhoudt dit convenant zich tot de afspraken uit het Hoofdlijnenakkoord van 15 mei
2024?
Kunt u inzage geven in de tijdslijn waarbinnen u invulling gaat geven aan de afspraken
in het Hoofdlijnenakkoord rondom de ET-regeling? Gaat dit leiden tot een nieuw convenant?
Antwoord 10 en 11
In het hoofdlijnenakkoord staat dat «bezien wordt of en zo ja, welke fiscale voordelen
onder de ETK-regeling worden versoberd.» Onderzoeksbureau Stichting Economisch Onderzoek
(SEO) heeft de ETK-regeling geëvalueerd. In dat kader ontvangt u op korte termijn
een addendum bij dit onderzoek over het gebruik van de ETK-regeling. Naar aanleiding
hiervan onderzoeken wij verder of en zo ja hoe de ETK-regeling kan worden versoberd,
daarbij ook recht doende aan het doel van deze regeling. Er is nog geen sprake van
een concreet wijzigingsvoorstel. De Belastingdienst heeft op grond van de huidige
wet- en regelgeving afspraken gemaakt met de uitzendbranche, onder meer over de vraag
hoe zij aannemelijk kan maken dat sprake is van een werknemer die tijdelijk buiten
diens land van herkomst werkzaamheden verricht. In dit convenant staat ook dat partijen
het convenant actualiseren of beëindigen bij een relevante wijziging in wet- en regelgeving
of beleid van de Belastingdienst.
Vraag 12
Wanneer wordt het convenant, dat is ingegaan op 6 juni 2024, gepubliceerd door op
de website van de Belastingdienst?
Antwoord 12
Het geactualiseerde convenant en de annex zijn op de website van de Belastingdienst
gepubliceerd6 en medio juni op de websites van NBBU en ABU.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.L. Idsinga, staatssecretaris van Financiën -
Mede namens
Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.