Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Paternotte over de gang van zaken bij omroep Ongehoord Nederland
Vragen van het lid Paternotte (D66) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de gang van zaken bij omroep Ongehoord Nederland (ingezonden 6 augustus 2024).
Antwoord van Minister Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 29 augustus
2024)
Vraag 1
Hoe beoordeelt u, als systeemverantwoordelijke voor het omroepbestel en de Mediawet,
het gegeven dat in de afgelopen twee dagen vanuit de Raad van Toezicht (RvT), presentatoren,
medewerkers en directeur van Ongehoord Nederland (ON) jegens elkander beschuldigingen
zijn geuit van – onder andere – racisme, antisemitisme, seksisme, machtsmisbruik,
intimidatie en nepotisme?
Antwoord 1
Ik heb de berichtgeving over Ongehoord Nederland gezien en ik maak mij zorgen over
de sociale veiligheid van medewerkers en over de beschuldigingen die zijn gedaan.
Alle medewerkers van de publieke omroep hebben recht op een veilige werkomgeving,
waarin zij hun journalistieke werk kunnen doen. De werkgever heeft hier zorg voor
te dragen. Grensoverschrijdend gedrag, discriminatie, racisme en ander onwenselijk
gedrag, is niet acceptabel en moet binnen de publieke omroep krachtig worden bestreden.
Integer handelen van iedereen, zowel bestuurders, toezichthouders en medewerkers,
is essentieel voor de onafhankelijkheid, integriteit en betrouwbaarheid van de omroep.
Vraag 2
Welke acties heeft u tot nu toe ondernomen en met wie heeft u exact gesproken om opheldering
te krijgen over de gang van zaken bij ON?
Antwoord 2
Het is hier aan de Raad van Toezicht als werkgever om op te treden en aan het Commissariaat
voor de Media (hierna: commissariaat) om toezicht te houden. Ik heb van het commissariaat
begrepen dat de kwestie bekend is en de volle aandacht heeft van het commissariaat.
Ik ben stelselverantwoordelijk en heb geen rol in deze specifieke kwestie. Het voorkomen
van directe politieke inmenging is, gezien de onafhankelijkheid van de publieke omroep,
een belangrijke pijler onder onze rechtsstaat.
Vraag 3
Wat bent u – met inachtmening van uw verantwoordelijkheid – voornemens om te gaan
doen om helderheid te krijgen ten aanzien van de in de publiciteit gebrachte ontwikkelingen
en beschuldigingen?
Antwoord 3
Zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 4
Bent u het ermee eens dat holocaustontkenning door een (waarnemend) hoofdredacteur,
waar directeur Karskens in zijn reactie gewag van maakt, een historisch dieptepunt
van moraliteit bij de publieke omroep zou zijn en bent u bekend met antisemitische
uitingen en holocaustontkenning van één of meerdere medewerkers van Ongehoord Nederland,
zoals gemeld in de reactie van Karskens op diens schorsing? Zo nee, bent u bereid
specifiek te laten onderzoeken of hier van sprake van is of is geweest?
Antwoord 4
Holocaustontkenning is verwerpelijk en kan nooit worden geaccepteerd. Alle verantwoordelijken
binnen de omroep dienen hun verantwoordelijkheden te kennen en te nemen, voorbeeldgedrag
te tonen en te zorgen dat iedereen binnen de omroep functioneert binnen de grenzen
van de wet. Het is aan de omroep om eventueel onderzoek en/of aangifte te doen. Het
is vervolgens in algemene zin aan het Openbaar Ministerie om te beoordelen of er sprake
is van mogelijk strafbare feiten en of vervolging opportuun is.
Vraag 5
Klopt het dat na het vertrek van zakelijk directeur Klever jongstleden juli haar dochter
haar takenpakket heeft overgenomen? Zo ja, hoe beoordeelt u deze opvolging en kunt
u aangeven hoe deze opvolging zich verdraagt met de Gedragscode Integriteit Publieke
Omroep 2021, waarin het «voorkomen dat persoonlijke belangen met die van de mediaorganisatie
verstrengeld raken» een kernprincipe vormt?1
Antwoord 5
De Gedragscode Integriteit Publieke Omroep is duidelijk over het feit dat moet worden
voorkomen dat persoonlijke belangen met die van de mediaorganisatie verstrengeld raken.
Bestuurders horen benoemd te worden op basis van duidelijke openbare profielen, vereiste
deskundigheid en competenties. Het is aan de Raad van Toezicht deze specifieke situatie
te beoordelen, eventueel maatregelen te nemen om belangenverstrengeling en politieke
beïnvloeding te voorkomen en te motiveren waarom er anders gehandeld wordt dan de
Gedragscode aangeeft. Het commissariaat houdt toezicht op de naleving van de Gedragscode.
Ik heb begrepen dat de kwestie de volle aandacht heeft van het commissariaat.
Vraag 6
Kunt u specifiek ingaan op het verwijt van medewerkers van ON dat voormalig zakelijk
directeur Klever tegenover de RvT zich onwaarachtig zou hebben geuit en wat gaat u
doen om te zorgen dat helderheid komt en twijfels kunnen worden weggenomen over de
rol van de zakelijk directeur in deze, aangezien zij tot een maand geleden de primaire
verantwoordelijkheid had voor de bedrijfsvoering?2
Antwoord 6
Zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 7
Kunt u bevestigen of ontkennen dat de directeur van ON rondom de vorming van het huidige
kabinet de redactie zou hebben geïnstrueerd de nieuwe regering met een «jubelstemming»
te onthalen en niet meer kritisch te berichten over PVV, VVD, NSC en BBB en hoe komt
dit bericht op u over, mede in het licht van het feit dat de huidige Minister voor
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp met ON-merchandise verscheen bij haar kennismaking
met de Minister-President en zich bovendien door de heer Karskens liet vergezellen
bij haar hoorzitting?
Antwoord 7
Het is niet aan mij om te reageren op genoemde berichten, die ik overigens ook niet
kan verifiëren. Verder ga ik ook niet over het gedrag van een collega-minister.
Vraag 8
Hoe verhoudt een dergelijke instructie of suggestie om geen kritiek te hebben zich
in uw ogen met het eerste integriteitsprincipe van de publieke omroep, die vraagt
dat het bestuur bijdraagt aan de «onafhankelijkheid en integriteit van de mediaorganisatie»?
Antwoord 8
Onafhankelijkheid betekent niet dat een omroep niet vanuit een bepaalde signatuur
programma’s mag maken. De verschillende omroepen hebben juist een plaats in het bestel
vanwege hun specifieke identiteit. De inhoud van programma’s dient echter wel vanuit
eigen redactionele afwegingen en journalistieke principes bepaald te worden en niet
op basis van externe politieke of commerciële instructies.
Vraag 9
Hoe beoordeelt u het gegeven dat RvT-lid Gert Jan Mulder het schorsen van Karskens
vierde door op X een foto te plaatsen van een feestelijk samenzijn van aantal betrokkenen
bij Ongehoord Nederland én de leider van Forum voor Democratie, specifiek in het licht
van het feit dat de Gedragscode Integriteit Publieke Omroep 2021 vraagt dat de Raad
van Toezicht onafhankelijk dient te zijn en handelt naar het belang van de publieke
mediaopdracht en het feit dat artikel 2.1, lid 2 van de Mediawet vergt dat publieke
mediadiensten een media-aanbod verzorgen dat voldoet aan hoge journalistieke en professionele
kwaliteitseisen?
Antwoord 9
Het is aan het Commissariaat voor de Media om toe te zien op de naleving van de Gedragscode
Integriteit Publieke Omroep 2021 alsook op de naleving van artikel 2.1, lid 2. Zoals
ik hierboven heb aangegeven, is de kwestie bij het commissariaat bekend en heeft het
de volle aandacht. En verder herhaal ik dat alle verantwoordelijken binnen de omroep
hun verantwoordelijkheden dienen te kennen en te nemen, voorbeeldgedrag te tonen en
te zorgen dat iedereen binnen de omroep functioneert binnen de grenzen van de wet.
Vraag 10
Kunt u bevestigen dat oud-presentatrice Blommestijn door de Raad van Toezicht en de
Raad van Bestuur is gevraagd per direct terug te keren naar de omroep nu Arnold Karskens
geschorst is, zoals Blommestijn zelf aangeeft in het Algemeen Dagblad. Zo ja, hoe oordeelt u over de taakopvatting van de Raad van Toezicht als zij zich
bezighouden met het (opnieuw) aannemen van één presentatrice?
Antwoord 10
Ik ga niet over het aannamebeleid binnen omroepen, noch heb ik een oordeel over hoe
binnen de omroep daarover wordt besloten.
Vraag 11
Kunt u deze vragen elk afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 11
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.