Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg inzake de Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 15 juli 2024 (Kamerstuk 21501-32-1663)
2024D28529 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur hebben
de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister
van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur over de geannoteerde agenda van
de Landbouw- en Visserijraad op 15 juli 2024 (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1663).
De fungerend voorzitter van de commissie,
Graus
Adjunct-griffier van de commissie,
Van den Brule-Holtjer
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
II Antwoord / Reactie van de Minister
III Volledige agenda
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van het geannoteerde agenda en de
overige stukken van de Landbouw- en Visserijraad (Raad) en hebben een aantal vragen
en opmerkingen
Werkprogramma Hongaars voorzitterschap
De leden van de PVV-fractie zijn benieuwd hoe competitief, crisisbestendig, duurzaam,
boervriendelijk en kennis-gebaseerd het landbouwbeleid gaat worden ingevuld. In de
lidstaten zijn grote verschillen op het gebied van klimaat en landbouw, waarbij Nederland
vooroploopt met kennis, innovatie en ontwikkeling. Nederland is onmisbaar met betrekking
tot voedselzekerheid in het verleden, het heden en de toekomst. Vanuit dat perspectief
moet er veel meer rekening worden gehouden met de specifieke teeltomstandigheden in
de vruchtbare delta in de lage landen. De hoogwaardige voedselproductie daar verdient,
in het licht van de Europese voedselstrategie, een betere bescherming. Wordt er bijvoorbeeld
gedacht om lidstaten met vruchtbare delta aan elkaar te koppelen, waarbij ook rekening
gehouden wordt met land specifieke eigenschappen? Deze leden zijn van mening dat er
zo meerdere clusters zijn te bedenken. Deze leden zijn dus benieuwd naar de invulling
die eraan wordt gegeven gebaseerd op crisisbestendigheid, boervriendelijkheid en kennis.
Doordat Nederland vooroploopt zullen daar grote verschillen in zitten waardoor een
gelijke invulling ingewikkeld dan wel niet realiseerbaar lijkt. Hoe kunnen we waarborgen
dat Nederland ruimte krijgt om hier invulling in te geven?
Levensvatbaarheid van plattelandsgebieden – generatievernieuwing en demografische
aspecten
De leden van de PVV-fractie zijn benieuwd hoe er in andere lidstaten naar de levensvatbaarheid
wordt gekeken. Deze leden zijn van mening dat hierin in Nederland zeker een koppeling
met de woningopgaaf moet worden gemaakt, zodat de jeugd in hun dorp kan blijven en
een gezin kunnen stichten, en er daarnaast ruimte voor nieuwe bewoners moet zijn,
zodat een kern ook kan blijven beschikken over de noodzakelijke faciliteiten om de
leefbaarheid en vitaliteit te kunnen borgen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda en de
overige stukken voor de aankomende Landbouw- en Visserijraad. Deze leden hebben daarbij
nog enkele vragen.
Algemeen
De leden van de VVD-fractie herinneren de Minister aan de motie van het lid Van Campen
c.s. (Kamerstuk 36 200 XIV, nr. 27) die vraagt om een jaarlijkse Brusselstrategie, «waarin gezamenlijk met het bedrijfsleven,
maatschappelijke organisaties en onderzoeksinstituten de prioriteiten, thema's en
ambities worden geformuleerd waarvoor het kabinet zich hard maakt bij de Europese
Commissie (EC) en in de Europese Raad.» In de Kamerbrief (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1632) zijn er, in reactie op bovenstaande motie, een aantal goede prioriteiten onder elkaar
gezet. Is de Minister bereid om bij de eerstvolgende Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid
en Natuur (LVVN)-begroting op papier te zetten wat haar «Brusselstrategie» is. Kan
de Minister daarbij niet alleen de prioriteiten uiteenzetten, maar ook uitleggen hoe
zij zich voor die prioriteiten wil gaan inzetten?
Diversenpunt: Impact van Russische acties in de Oostzee en de EU interne markt
De leden van de VVD-fractie lezen dat Russische schepen zich niet houden aan de maatregelen
omtrent het verbeteren van de visbestanden in de Oost- en Baltische zee. Tevens valt
te lezen dat enkele lidstaten oproepen tot een Europese importstop van Russische vis.
Klopt het dat er thans inderdaad geen Europese importstop op Russische vis bestaat?
Indien ja, waarom niet, aangezien «visserijproducten» op de Europese sanctielijst
staan?1 Deelt het kabinet de opvatting dat het wenselijk zou zijn dat er Europese sanctionering
of een importverbod van Russische visproducten is? Kan de Minister zich hier hard
voor maken in de Raad, op gelijke wijze als de motie van de leden Van Campen en Boswijk
(Kamerstuk 21 501-20, nr. 2075) over hogere invoertarieven van Russisch graan? Verder is te lezen dat de EC de lidstaten
aanmoedigt om op nationaal niveau maatregelen te nemen ten aanzien van de import van
Russische visproducten. Overweegt de Minister dat te doen? Zo ja, welke maatregelen
worden er overwogen? Zo niet, waarom niet?
Diversenpunt: Stand van zaken verordeningen Plant Reproductive Materials (PRM) en
Forest Reproductive Materials (FRM)
De leden van de VVD-fractie hebben vernomen dat de onderhandelingen over een Raadspositie
ten aanzien van het voorstel over nieuwe genomische technieken (NGT’s) zijn uitgesteld
door het (toenmalige) Belgische voorzitterschap. Klopt dat en wat is daar de reden
voor geweest? Kan de Minister een stand van zaken geven van het voorstel over NGT’s?
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie hebben kennisgenomen van de stukken voor de Landbouw-
en Visserijraad en hebben nog enkele vragen.
De leden van de NSC-fractie constateren dat de aanstaande Raad de eerste zal zijn
voor deze kersverse Minister. Hoe gaat zij naar deze Raad toe? Hoe bereidt de Minister
zich voor op deze eerste Raad en welke thema’s/onderwerpen zal zij aan de orde stellen?
De leden van de NSC-fractie lezen dat het Hongaarse voorzitterschap ook bijzondere
aandacht wil besteden aan de bescherming van de biodiversiteit. Hierbij zal het voorzitterschap
toewerken richting de 16e Biodiversiteitsconferentie. Wat wordt de inzet van de Minister in de voorbereiding
naar deze conferentie?
De leden van de NSC-fractie lezen dat het voorzitterschap het debat wil voeren over
de levensvatbaarheid van het platteland. Welke ontwikkelingen ziet de Minister op
dit gebied in Nederland? Heeft de Minister goede prognoses/cijfers/analyses van de
vitaliteit van het platteland in Nederland? Ziet de Minister soortgelijke ontwikkelingen
in andere landen?
De leden van de NSC-fractie vragen welke grote uitdagingen de Minister ziet als het
gaat om de vitaliteit van het platteland voor Nederland. Hoe neemt de Minister deze
mee in het Europese debat? Deelt de Minister de mening dat schaalvergroting op het
platteland één van de grootste risico’s is voor de leefbaarheid van het platteland?
Deelt de Minister de mening dat met het verdwijnen van economische activiteit ook
andere functies op het platteland zoals generatievernieuwing, sociale cohesie en de
infrastructuur verdwijnen?
De leden van de NSC-fractie vragen welke kansen of juist bedreigingen de Minister
ziet voor deze ontwikkelingen ten aanzien van natuurbeheer. Bijvoorbeeld voor het
vergroten van het natuurareaal of extensieve vormen van landbouw? Welke mogelijkheden
zou dat bieden voor het vergroten van de biodiversiteit?
De leden van de NSC-fractie lezen dat er via een aantal trajecten wordt ingezet op
multifunctionele landbouw. Om welke trajecten gaat het hier? In hoeverre dragen deze
vormen van multifunctionele landbouw ook bij aan het versterken van de biodiversiteit
van het landelijk gebied, bijvoorbeeld via extensievere, natuurinclusieve vormen van
landbouw? In hoeverre zijn deze trajecten Europees, nationaal en/of regionaal van
aard? Worden deze trajecten goed benut (en uitgeput)? Zijn er nog bepaalde projecten
die wel zouden bijdragen aan die doelstelling maar waarop dit moment geen voorzieningen
voor zijn?
De leden van de NSC-fractie vragen wat vindt de Minister van het bereikte onderhandelingsmandaat
in de Raad over de verordening «welzijn van honden en katten». In hoeverre komt dit
tegemoet aan de inzet van de Minister in de onderhandelingen?
De leden van de NSC-fractie constateren dat in december vorig jaar.na onderhandelingen
tussen Brussel en Londen, de vangst voor vissers van tong met 60 procent werd beperkt.
Nu blijkt dat dat onnodig was: er is veel meer tong in de Noordzee dan toentertijd
is berekend. Is de Minister van plan dit quotum opnieuw op de agenda te zetten in
Brussel? Verwacht zij dat hier op korte termijn meer ruimte voor vissers zal ontstaan?
De leden van de NSC-fractie lezen «Ook zal ik benadrukken dat we voorzichtig moeten
zijn met extra markttoegang voor producten uit derde landen in kwetsbare sectoren,
zoals pluimveevlees.» Verwijst de Minister hiermee naar specifieke regels/normen op
gebied van dierenwelzijn en/of productiemethoden?
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde
agenda van de Landbouw- en Visserijraad van 15 juli 2024. Deze leden hebben daarover
geen vragen, maar zijn vooral zeer verheugd met de laatste paragraaf. Daaruit blijkt
duidelijk dat de nieuwe Minister van LVVN in Brussel tijd en moeite gaat investeren
in goede relaties. Deze leden zien de resultaten van die investering met groot vertrouwen
tegemoet en wensen de Minister succes.
II Antwoord / Reactie van de Minister
III Volledige agenda
Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 15 juli 2024
Kamerstuk 21 501-32, nr. 1663 – Brief Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma,
d.d. 4 juli 2024
Verslag Landbouw- en Visserijraad 24 juni 2024 te Luxemburg
Kamerstuk 21 501-32, nr. 1661 – Brief Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema, d.d. 1 juli
2024
Antwoorden op vragen commissie over de geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad
van 24 juni 2024 (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1655) en stand van zaken RENURE
Nb: voor wat betreft onderdeel II, Renure
Kamerstuk 21 501-32, nr. 1656 – Brief Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema, d.d. 19 juni
2024
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D.J.G. Graus, voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Mede ondertekenaar
A. van den Brule-Holtjer, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.