Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Werf over het falend arrestantenvervoer in de Achterhoek
Vragen van het lid Van der Werf (D66) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het falend arrestantenvervoer in de Achterhoek (ingezonden 22 april 2024).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 28 juni
2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1797.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel van Omroep Gelderland «Politie zegt «sorry» voor falend arrestantenvervoer in Achterhoek»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u bekend met de sluiting van het cellencomplex in Doetinchem in 2020 en de oprichting
van een vervoersdienst voor arrestanten naar Arnhem en Borne, ondanks protesten van
lokale burgemeesters, met als doel te voorkomen dat politiemedewerkers veel tijd kwijt
zouden zijn aan het vervoeren van verdachten?
Antwoord 2
Ja. Ik heb de Kamer hierover eerder geïnformeerd. Zo zijn onder andere de uitkomsten
van de analyse van onderzoeksbureau AEF op uw verzoek ter vertrouwelijke inzage ter
informatie gedeeld met uw Kamer2 (d.d. 11 december 2020, kenmerk 313241) evenals de wijze waarop de afstemming hierover
met het bestuurscollege heeft plaatsgevonden.
Vraag 3 en 4
Bent u op de hoogte van de recente evaluatie waaruit blijkt dat de vervoersdienst
voor arrestanten in de Achterhoek niet naar behoren functioneert en dat dit niet heeft
geleid tot een significante afname van de werkbelasting voor de lokale politie? Zo
ja, wat is uw reactie hier op?
Kunt u aangeven waarom de implementatie van deze vervoersdienst niet heeft geresulteerd
in de beoogde vermindering van de belasting van politiemedewerkers?
Antwoord 3 en 4
Ja, ik heb me hierover laten informeren. Ik heb van de politie vernomen dat uw vraag
doelt op de tweede evaluatie naar de nieuwe werkprocessen naar aanleiding van de sluiting
van de cellencomplexen in 2020. De politie heeft deze evaluatie met het lokale gezag
besproken.
Uit de evaluatie blijkt dat de vervoersdienst in de huidige vorm van beperkte toegevoegde
waarde is. De belangrijkste reden hiervoor is de grootte van de politie-eenheid, waardoor
het niet mogelijk is gebleken om de gehele eenheid te ondersteunen in het vervoer
en het aantal basisteams nog steeds zelf de arrestanten moet vervoeren. Het lokale
gezag heeft op voorstel van de politie daarop besloten om de vervoersdienst voor arrestanten
op te heffen en de formatie die daarmee vrijkomt als gebiedsgebonden politie-formatie
toe te voegen aan de basisteams die een reistijd naar een cellencomplex hebben van
meer dan 60 minuten (heen en terug). Met de extra formatie gaan deze teams weer zelf
arrestanten vervoeren en op momenten dat er geen arrestanten zijn, kan deze formatie
worden ingezet voor het lokale politiewerk.
Vraag 5, 6, 8 en 9
Hoe beoordeelt u de situatie waarin de politie Oost-Nederland, ondanks dat het de
grootste politieregio van Nederland is, minder capaciteit lijkt te hebben vergeleken
met andere regio's, wat volgens burgemeester Boumans van Doetinchem heeft geleid tot
een aanzienlijke daling van 45 procent in het aantal insluitingen, een ontwikkeling
die hij als pijnlijk en onwenselijk beschouwt?
Hoe beoordeelt u de effecten van de genoemde capaciteitsproblemen op de veiligheid
in de Achterhoek, vooral gegeven het feit dat soms maar twee agenten beschikbaar zijn
voor de halve regio tijdens nachtelijke uren?
Bent u het ermee eens dat de situatie in de Achterhoek opnieuw de dringende noodzaak
benadrukt voor een snelle en rechtvaardige herverdeling van politiecapaciteit over
het land? Zo ja, kunt u toelichten waarom er tot op heden onvoldoende vooruitgang
is geboekt bij het implementeren van een evenwichtige verdeelsleutel?
Kunt u uiteenzetten welke stappen wel zijn gezet in de ontwikkeling van een nieuwe
politieverdeelsleutel, en hoe deze is gebaseerd op objectieve criteria, inclusief
een sterkte-zwakteanalyse van de huidige agentendistributie en het adresseren van
specifieke regionale uitdagingen, zoals aanrijtijden en grensoverschrijdende problematiek,
conform de unaniem gesteunde motie van de leden Van der Werf en Kuik uit juli 2023?3, 4
Antwoord 5, 6, 8 en 9
De druk op de capaciteit is niet alleen in de Achterhoek en in de eenheid Oost-Nederland
voelbaar, maar overal in Nederland binnen de hele politieorganisatie. De politie zet
alles op alles om nieuwe medewerkers te werven en op te leiden. Tegelijkertijd is
de verwachting dat de druk op de politiecapaciteit zal aanhouden. Hierom zijn er scherpe
keuzes nodig waar wij de politie voor inzetten.
De sterkte van de eenheid Oost-Nederland, en die van alle andere eenheden, is gebaseerd
op de huidige sterkteverdeelsystematiek. In overleg met het Landelijk Overleg Veiligheid
en Politie is de ontwikkeling van een nieuwe sterkteverdeelsystematiek aanbesteed
en op dit moment in uitvoering. De resultaten daarvan worden eind dit jaar verwacht.
De nieuwe systematiek wordt in afstemming met het Landelijk Overleg Veiligheid en
Politie ontwikkeld en is bedoeld voor de verdeling van nieuwe politiesterkte.
Voor het vervoer van arrestanten wordt binnen de eenheid Oost-Nederland nu voorzien
in een compensatie voor de Achterhoek van 2,6 fte. De burgemeester van Doetinchem
geeft aan dat een goede bijdrage te vinden die niet wegneemt dat de politiecapaciteit
schaars is. De meldkamer heeft bijvoorbeeld de taak ervoor te zorgen dat er een juiste
verdeling is van voertuigen (auto’s met politiemedewerkers) binnen een bepaald werkgebied,
ook in de nacht wanneer politiemedewerkers bezig zijn met arrestantenvervoer. Dat
kan bijvoorbeeld ook betekenen dat de route van auto’s van nabijgelegen basisteams
wordt verlegd.
Vraag 7
Bent u het ermee eens dat er onderzoek gedaan moet worden naar de mogelijkheid om
boa's in te zetten voor het arrestantenvervoer om zo de druk op de politiecapaciteit
te verlichten? Zo ja, welke stappen overweegt u te nemen?
Antwoord 7
Het vervoeren van arrestanten is onderdeel van de wettelijke politietaak die volgt
uit de Politiewet 2012. Sinds 2019 zet politie ATH-politiemedewerkers met een boa
aanwijzing in op arrestantentaken. Hieronder vallen zowel arrestantenvervoer als arrestantenverzorging.
Een overheveling van deze taak naar een andere organisatie die boa’s in dienst heeft,
is op dit moment niet aan de orde.
Vraag 10
Welke maatregelen overweegt u nog meer te nemen om te zorgen dat de politiecapaciteit
in Oost-Nederland, de grootste politieregio van Nederland, op een adequate manier
wordt versterkt?
Antwoord 10
De kabinetten Rutte III en IV hebben de formatie van de politie met circa 4.000 fte
uitbreid, waaronder de 700 fte agenten voor basisteams uit de motie Hermans. Voor
de eenheid Oost-Nederland gaat het om 110 extra fte. Deze uitbreiding vindt plaats
in een periode van grote uitstroom door de pensioengolf en aanhoudende krapte op de
arbeidsmarkt. Het kost tijd om deze uitbreidingen van de politiecapaciteit volledig
te realiseren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.