Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Mutluer over bangalijsten op Telegram
Vragen van het lid Mutluer (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over bangalijsten op Telegram (ingezonden 25 april 2024).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 26 juni
2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1761.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Bangalijsten met honderden volgers op Telegram, advocaten
eisen actie van OM»?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
Welke handvatten heeft u om te voorkomen dat bangalijsten worden verspreid op platforms
als Telegram? Wat vindt u van het «dringend beroep» dat kenniscentrum voor online
misbruik OffLimits en advocaten van slachtoffers op u doen om dit aan te pakken en
hoe gaat u hier gevolg aan geven?
Antwoord 2
Het is bekend dat Telegram gebruikt wordt voor verschillende criminele en ongewenste
activiteiten, inclusief het verspreiden van zogenaamde bangalijsten. Telegram is een
applicatie die bestaat uit een openbaar gedeelte met daarnaast de mogelijkheid om
met elkaar in besloten groepen te chatten. In de besloten groepen en de 1-op-1 gesprekken
is de onderlinge communicatie versleuteld. Omdat het hier gaat om besloten groepen
is het lastig om zicht te hebben wat er allemaal in deze groepen omgaat. Zo is er
niet altijd zicht op het bestaan van elke groep en is er vaak sprake van een systeem
van alternatieve groepen waar op overgestapt wordt na neerhalen van een groep of wanneer
men vermoedt dat opsporingsinstanties aanwezig zijn in de groep. In de praktijk is
het voor de opsporing daarom niet altijd eenvoudig om zicht te hebben op alle illegale
activiteiten op Telegram.
Er zijn mogelijkheden voor de politie en het openbaar ministerie om mensen die materiaal
delen, deelnemers van groepen en beheerders die tevens verdacht worden van het plegen
van ernstige strafbare feiten, te identificeren. Medewerking van Telegram is hiervoor
niet altijd nodig. Zelfs zonder hun hulp lukt het de politie in bepaalde gevallen
om mensen te identificeren die illegaal materiaal delen. Afhankelijk van de feiten
en omstandigheden van het geval kunnen hiervoor strafvorderlijke bevoegdheden worden
ingezet.
Ik begrijp het dringende beroep van Offlimits en de advocaten van slachtoffers heel
goed; het is vreselijk dat deze lijsten bestaan en in deze groepen gedeeld worden.
Het is bekend dat Telegram slecht bereikbaar is voor politie en justitie en dat is
zorgelijk. Dat neemt niet weg dat pogingen gedaan blijven worden om in direct contact
te treden met Telegram om bij hen verzoeken en bevelen neer te leggen om het materiaal
te verwijderen.
Vraag 3
Klopt het dat de officier van justitie de bevoegdheid heeft om een bevel aan Telegram
te geven om gegevens op bijvoorbeeld bangalijsten ontoegankelijk te maken, maar dat
justitie weigert op voorhand maatregelen te nemen omdat ze denken dat Telegram daar
niet aan mee zal werken?
Antwoord 3
Als het noodzakelijk is ter beëindiging van het strafbare feit kan de officier van
justitie – ook voordat een verdachte voor het strafbare feit is veroordeeld – in geval
van verdenking van een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid, van het
Wetboek van Strafvordering (Sv), met een machtiging van de rechter-commissaris aan
een aanbieder van een communicatiedienst bevelen om gegevens ontoegankelijk te maken
(artikel 125p Sv).
Het is niet zo dat justitie bij voorbaat weigert om deze bevoegdheid in te zetten
tegen Telegram. Inzet van deze bevoegdheid vraagt in eerste instantie een weging of
aan de daarvoor geldende voorwaarden kan worden voldaan. Zoals gezegd is het lastig
om in contact te treden met Telegram. Dat betekent dat de rechter-commissaris ook
beperkte mogelijkheden heeft om Telegram te horen alvorens een machtiging uit te vaardigen,
terwijl het bieden van gelegenheid daartoe wel een voorwaarde is volgend uit artikel 125p
lid 4 Sv. Tenslotte is Telegram niet in Nederland gevestigd; een bevel zal daarom
via een internationaal rechtshulpverzoek uitgevaardigd moeten worden.
Vraag 4
Welke druk kan het Openbaar Ministerie wel uitoefenen richting Telegram om deze lijsten
te verwijderen en niet meer toe te staan?
Antwoord 4
Als aan de voorwaarden van artikel 125p Sv is voldaan kan de officier van justitie
ervoor kiezen om hiervoor een bevel ontoegankelijkmaking te geven. Zie voor verdere
toelichting het antwoord op vraag 3.
Vraag 5
Kunnen Telegram of haar bestuurders strafrechtelijk worden vervolgd omdat het platform
met de verdere verspreiding van bangalijsten meewerkt aan doxing, sinds 1 januari
2024 in Nederland een strafbaar feit?
Antwoord 5
Strafbare doxing (artikel 285d Wetboek van Strafrecht) doet zich voor in de gevallen
waarin – kort gezegd – persoonsgegevens van een ander worden verspreid om die ander
vrees aan te (laten) jagen, ernstige overlast aan te (laten) doen of ernstig te (laten)
hinderen in de uitoefening van ambt of beroep. Het kan hierbij bijvoorbeeld gaan om
het verspreiden van adresgegevens of een (naakt of niet-naakt) foto van een persoon
op grond waarvan de identiteit van die persoon kan worden vastgesteld. Dit misdrijf
kan ook worden begaan door (bestuurders van) een rechtspersoon. Het is in concrete
gevallen aan het openbaar ministerie te besluiten of vervolging wordt ingesteld, en
zo ja, wie wordt vervolgd en voor welk strafbaar feit.
Vraag 6
Wat gaat u eraan doen om het contact met Telegram te verbeteren? Is het mogelijk om
Telegram op het offline halen van de bangalijsten aan te spreken middels de partij
die het platform in Brussel heeft aangewezen als haar vertegenwoordiger in de EU,
de European Data Protection Office?
Antwoord 6
De wettelijk vertegenwoordiger die Telegram heeft aangewezen is niet de European Data
Protection Office, maar een privaat bedrijf dat European Digital Services Representative
heet. Zij verzorgen de wettelijke vertegenwoordiging voor de Digital Services Act en de Terrorist Content Online Regulation voor bedrijven die buiten de Europese Unie gevestigd zijn. In het geval van deze
casus rondom bangalijsten op Telegram is de Digital Services Act niet van toepassing, omdat deze alleen ziet op het openbare deel van het internet;
niet op interpersoonlijke communicatiediensten of besloten groepen. Omdat Telegram
een wettelijk vertegenwoordiger in België heeft aangewezen is de digitaledienstencoördinator
van België verantwoordelijk voor de handhaving op de Digital Services Act.
In het kader van Europese strafrechtelijke samenwerking bestaat er een netwerk van
officieren van justitie op het gebied van cybercrime. De aanpak van de verspreiding
van illegale content op Telegram en het gebruik van Telegram voor illegale activiteiten
staat hier ook op de agenda.
Vraag 7
Hoe worden de verantwoordelijken aansprakelijk gesteld? Kan bij het strafproces herstelrecht
worden ingezet?
Antwoord 7
Het strafrechtelijke onderzoek inzake de bangalijsten duurt nog voort. Zodra het onderzoek
is afgerond en het dossier bij het openbaar ministerie ligt, zal bekeken worden welke
strafbare feiten er zijn gepleegd en of, en zo ja welke afdoening hiervoor wordt gekozen.
Herstelrecht of mediation behoort in strafzaken zeker tot de mogelijkheden.
Er kan voor het plaatsen van persoonsgegevens op bangalijsten en het verspreiden van
dergelijke lijsten mogelijk ook civielrechtelijke aansprakelijkheid bestaan. Slachtoffers
kunnen dan zelf direct een dader aanspreken op onrechtmatige inhoud. Dit zal door
de rechter worden getoetst aan de voorwaarden van de onrechtmatige daad uit artikel 6:162
van het Burgerlijk Wetboek.
Vraag 8
Hoe wordt slachtofferhulp geboden aan de slachtoffers en hun omgeving?
Antwoord 8
Bij elke aangifte bij de politie die wordt opgenomen, worden de gegevens van een slachtoffer
automatisch doorgestuurd naar Slachtofferhulp Nederland, tenzij de aangever aangeeft
dit niet te willen. Slachtofferhulp Nederland neemt contact op met het slachtoffer
en biedt zowel juridische als emotionele ondersteuning aan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.