Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Houwelingen over maatregelen in het kader van het asiel en migratiebeleid
Vragen van het lid Van Houwelingen (FVD) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over maatregelen in het kader van het asiel- en migratiebeleid (ingezonden 11 maart 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 4 april
2024).
Vraag 1
Kan de Staatssecretaris een overzicht naar de Kamer sturen van alle maatregelen die,
in het kader van het asiel- en migratiebeleid, het kabinet op zichzelf wenselijk zou
vinden maar die niet kunnen worden ingevoerd omdat Nederland het Vluchtelingenverdrag
heeft ondertekend?
Antwoord 1
Zoals vaker aangegeven zijn voor het kabinet de geldende verdragen waaronder het Vluchtelingenverdrag
het uitgangspunt van kabinetsbeleid en is van aanpassing daarvan thans geen sprake.
Om die reden is van maatregelen die niet binnen het Vluchtelingenverdrag geen sprake
en kan daarvan geen overzicht worden geboden.
Wel kan ik uw Kamer in dit verband nogmaals wijzen op de verkenning «Terechte vraag,
verkeerd aanknopingspunt» van mr. J.P.H. Donner en mr. dr. M. den Heijer. De verkenning
richtte zich op de vraag of het Vluchtelingenverdrag van de Verenigde Naties uit 1951
nog bij de tijd is. De verkenning is op 3 juli 2020 door de toenmalige Staatssecretaris
aan de Kamer aangeboden. Uitkomst van de verkenning was onder andere dat de mogelijkheden
om nationaal beleid te voeren beperkter zijn geworden, maar dat het Vluchtelingenverdrag
daar niet de oorzaak van is. Veel nadrukkelijker vloeien beperkingen, volgens de opstellers,
voort uit het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), het recht van de
EU en de jurisprudentie inzake het Verdrag en de EU wet- en regelgeving.
Vraag 2
Kan de Staatssecretaris een overzicht naar de Kamer sturen van alle voordelen die
het Vluchtelingenverdrag Nederland biedt?
Antwoord 2
Het Vluchtelingenverdrag creëert een aantal rechten en plichten voor zowel de verdragsluitende
staten als voor individuele vluchtelingen. Of deze rechten en plichten kunnen of moeten
gekwalificeerd als voordelen is geen objectief gegeven. Wel kan ik ook in dit kader
wijzen op de in het vorige antwoord genoemde verkenning.
Vraag 3
Kan de Staatssecretaris de bovenstaande twee vragen binnen drie weken beantwoorden?
Antwoord 3
Dit is helaas niet gelukt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.