Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van der Lee en Thijssen over het faciliteren van fossiele investeringen door banken
Vragen van de leden Van der Lee (GroenLinks) en Thijssen (PvdA) aan de Minister van Financiën over het faciliteren van fossiele investeringen door banken (ingezonden 27 september 2023).
Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 22 december 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het onderzoek van onder andere Follow the Money, Investico en The
Guardian naar het faciliteren van fossiele investeringen door banken?
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
Wat is uw reactie op de bevinding dat ING en ABN Amro sinds het klimaatakkoord van
Parijs mee hebben geholpen aan de uitgifte van meer dan EUR 100 miljard aan obligaties
van fossiele bedrijven?
Antwoord 2
De transitie naar een duurzame economie is een gezamenlijke verantwoordelijkheid en
vraagt een bijdrage van alle sectoren, inclusief de financiële sector. Uit het genoemde
artikel blijkt dat Nederlandse banken, waaronder ING en ABN Amro, hebben bijgedragen
aan de uitgifte van obligaties voor fossiele bedrijven. Gezien de cruciale rol die
de financiële sector speelt in de transitie verwacht ik dat zij een hoog ambitieniveau
hanteren. Daarvoor is het essentieel en waardevol dat financiële instellingen kritisch
bevraagd worden over de mate waarin hun activiteiten in lijn liggen met hun klimaatambities
en de bredere klimaatdoelen.
Vraag 3
Bent u het ermee eens dat banken die helpen fossiele obligaties uit te geven, mede
verantwoordelijk zijn voor de gebrekkige vergroening van obligatiemarkten?
Antwoord 3
Banken opereren binnen een marktsysteem waar vraag en aanbod centraal staan. Het toekennen
van verantwoordelijkheid aan banken voor de vergroening van de obligatiemarkt is een
complex vraagstuk dat zorgvuldige overweging verdient. Voor de vervolgstappen verwijs
ik u graag naar het antwoord op vraag 7.
Vraag 4
Bent u het ermee eens dat er op obligatiemarkten de komende tijd vraag zal blijven
bestaan naar fossiele investeringen, en het dus dweilen met de kraan open is als enkel
banken, pensioenfondsen en verzekeraars gedwongen worden om hun fossiele investeringen
af te bouwen, maar de vergroening van de bedrijfsobligatiemarkt ongemoeid worden gelaten?
Antwoord 4
Financiële instellingen zoals banken, verzekeraars, pensioenfondsen en vermogensbeheerders
beheren aanzienlijke middelen en zijn daarmee een belangrijke afzetmarkt voor bedrijfsobligaties.
Wanneer deze instellingen hun beleggingsbeleid in lijn brengen met de Parijs doelstellingen,
bijvoorbeeld door minder te investeren in CO2-intensieve projecten, zal dit leiden tot een afname in de vraag naar dit type investeringen.
Dat maakt het voor nieuwe CO2-intensieve projecten lastiger om investeerders te vinden.
Vraag 5
Bent u het ermee eens dat het een vorm van groenwassen is dat financiële instellingen
mooie sier maken met hun bijdrage aan klimaat door op hun investeringsportefeuille
te wijzen, maar hun fossiele underwriting-activiteiten hier niet bij vermelden? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 5
Transparantie en integriteit in rapportages zijn essentieel voor financiële instellingen
om het vertrouwen van het publiek te behouden. Het kabinet erkent het belang van het
voorkomen van groenwassen en streeft naar ambitieuze standaarden voor duurzaamheidsrapportage.
De komende richtlijn voor duurzaamheidsrapportering speelt hierin een cruciale rol
en ik heb mij hier in Europa hard voor gemaakt. Deze gestandaardiseerde rapportages
bieden minder ruimte voor ondernemingen om hun rapportages naar eigen inzicht in te
vullen. Daarbij wordt het voor gebruikers van deze informatie gemakkelijker om de
duurzaamheidsprestaties van verschillende (financiële) instellingen te vergelijken.
Vraag 6 en 7
Heeft u het in het kader van het klimaatakkoordcommitment specifiek gehad over de
bijdrage van instellingen aan terugdringen van fossiele investeringen via hun underwriting-activiteiten?
Bent u van plan met de ondertekenaars van het klimaatakkoordcommitment in gesprek
te gaan over hun commitment aan het terugdringen van fossiele underwritingactiviteiten?
Antwoord 6 en 7
Uit het onderzoek van Follow the Money blijkt dat underwriting-activiteiten geassocieerd
worden met een grote CO2-voetafdruk. Met de ondertekening van het klimaatcommitment in juli 2019 committeerden
banken, pensioenfondsen, verzekeraars en vermogensbeheerders zich om bij te dragen
aan de uitvoering van het Klimaatakkoord van Parijs en het Nederlandse Klimaatakkoord.
Ik vind het daarom van belang om met de financiële sector in gesprek te gaan om beter
te begrijpen welke invloed financiële instellingen kunnen uitoefenen via hun underwriting-activiteiten
en hoe zij deze activiteiten meenemen in hun actieplannen. Ik zal dit in de reguliere
gesprekken tussen het ministerie en de financiële sector en de gesprekken in het kader
van het klimaatcommitment terug laten komen.
Vraag 8
Bent u bereid ernaar te streven in het kader van het klimaatakkoordcommitment met
de financiële sector harde afspraken te maken over het terugdringen van fossiele underwriting-activiteiten?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
Met het klimaatcommitment is als gezegd afgesproken dat financiële instellingen een
bijdrage leveren aan de uitvoering van het akkoord van Parijs en het Klimaatakkoord.
Financiële instellingen hebben zich gecommitteerd aan het in kaart brengen van de
klimaatimpact van hun relevante financieringen en beleggingen en het opstellen van
actieplannen voor hun bijdrage aan de vermindering van de CO2-uitstoot. Met het klimaatcommitment zijn geen afspraken gemaakt over met wat voor
maatregelen financiële instellingen deze actieplannen dienen in te vullen, dit is
aan de instellingen zelf. Wel hebben de koepelorganisaties van de financiële sector
een leidraad ontwikkeld die richtlijnen geeft voor de invulling van de actieplannen.
Hier leveren de betrokken ministeries input op, waarbij wij inzetten op ambitieuze
invulling. Op dit moment zijn underwriting-activiteiten hier nog geen onderdeel van.
Ik moedig de koepelorganisaties aan om in de herziening van de leidraad volgend jaar
ook underwriting-activiteiten mee te nemen en zal dit met hen bespreken.
Vraag 9
Bent u het ermee eens dat de Europese strategie om obligatiemarkten te vergroenen
(bijvoorbeeld via het EU Green Bonds-voorstel) zich vooral richt op het reguleren
van wat telt als groen, en te weinig op het terugdringen van fossiele obligaties?
Antwoord 9
De richtlijn duurzaamheidsrapportering legt transparantievereisten op aan alle grote
ondernemingen en beursondernemingen (m.u.v. micro). Deze ondernemingen moeten zowel
hun duurzaamheidsrisico’s, -kansen als -impact in kaart brengen. Zo wordt het voor
investeerders eenvoudiger om zowel duurzame als niet-duurzame investeringen te herkennen.
De EU-standaard voor Europese Groene Obligaties is een ander instrument. De standaard
is vrijwillig en kan door ondernemingen gebruikt worden om aan te tonen dat ze aan
hoge duurzaamheidscriteria kunnen voldoen. Het is waar dat deze standaard bepaalde
verplichtingen met zich meebrengt, maar het kan ook duurzame obligaties aantrekkelijker
maken voor investeerders. Hoewel beide initiatieven waardevol zijn, is er altijd ruimte
voor verdere verbetering. Een belangrijke overweging is dat de
(rapportage)lasten voor duurzame activiteiten niet uiteen gaan lopen met niet-duurzame
activiteiten.
Vraag 10
Kunt u zeggen of Nederland bereid is om er, samen met gelijkgezinde landen, bij de
Commissie op aan te dringen dat zij richting hun volgende mandaat aan de slag gaan
met het inzichtelijk maken en terugdringen van fossiele investeringen in bedrijfsobligatiemarkten?
Welke ideeën heeft u hierover?
Antwoord 10
De Europese Commissie heeft belangrijk werk geleverd omtrent duurzame financiering.
In algemene zin acht ik het van belang dat er niet enkel wordt gekeken naar de afbouw
van investeringen in fossiele activiteiten, maar juist ook op het stimuleren van investeringen
in duurzame alternatieven. Dit ligt niet enkel bij financiële instellingen, maar vergt
ook inspanning van bedrijven en de overheid.
Vraag 11
Is het juridisch mogelijk financiële instellingen te verbieden fossiele underwritingactiviteiten te ondernemen? Wat zijn hierbij in wetgevingstechnische zin de
mogelijkheden en beperkingen?
Antwoord 11
Nederland hanteert in beginsel een terughoudend beleid als het gaat om het verbieden
van specifieke diensten of activiteiten binnen de financiële sector. Wanneer we kijken
naar fossiele underwritingactiviteiten, is het van belang op te merken dat het onderliggende
product, oftewel fossiele brandstoffen, op zichzelf niet verboden is. Hierdoor zou
het opmerkelijk zijn diensten die gerelateerd zijn aan de financiering van dit product
te verbieden.
Vraag 12
Hoe staat het met de uitvoering van de met grote meerderheid aangenomen motie Van
der Lee (32 013, nr. 259) waarin het kabinet opgeroepen wordt de Kamer in de zomer van 2023 te informeren
over de verkenning naar wetgeving voor de verduurzaming van de financiële sector?
Klopt het dat aan deze motie geen uitvoering is gegeven? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
Een versnelling van de klimaattransitie is nodig, wereldwijd, in Europa en in Nederland.
Ik vind het belangrijk dat de financiële sector bijdraagt aan deze transitie, omdat
zij hierin een cruciale rol speelt. Samen met de Minister voor Klimaat en Energie
heb ik dan ook aangekondigd om, samen met de sector, te verkennen of, en, hoe wetgeving
kan bijdragen aan het versterken van de bijdrage van financiële ondernemingen aan
de duurzame transitie.1 Hierbij kijk ik ook naar alternatieven voor wetgeving. Deze verkenning raakt vele
aspecten, waaronder het vestigingsklimaat, regelgeving die in de Europese Unie in
ontwikkeling is2 en de toegang van het MKB tot financiering. Daarom zijn de Ministers van Economische
Zaken en Klimaat en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking hier ook
bij betrokken. Ik voer hierover gesprekken met de sector, maatschappelijke organisaties
en toezichthouders en ben hierover in nauw overleg met de betrokken departementen.
Dit vergt – mede gelet op het voorgaande en de benodigde zorgvuldigheid – meer tijd.
Vraag 13
Is de in de voorgaande vraag genoemde verkenning al af? Zo ja, waarom is deze nog
niet gedeeld? Zo nee, waarom niet, als eerst het plan was deze afgelopen zomer al
af te hebben?
Antwoord 13
Zie hiervoor het antwoord op vraag 12.
Vraag 14
Bent u van plan de Kamer op korte termijn alsnog te informeren over de voortgang?
Antwoord 14
Zoals ik in de beantwoording van vraag 12 en 13 heb aangegeven verken ik momenteel
samen met de Minister voor Klimaat en Energie of en zo ja, hoe wetgeving kan bijdragen
aan het versterken van de bijdrage van financiële ondernemingen aan de duurzame transitie.
Hierbij kijk ik ook naar alternatieven voor wetgeving. Ik streef ernaar uw Kamer voor
het einde van het jaar nader te informeren over de voortgang.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.