Schriftelijke vragen : De brief ‘Informeren gedoogsituatie zero-emissie bedrijfsvoertuigen van 3.501 tot en met 4.250 kg (Kamerstuk 31305-437)
Vragen van lid Bamenga (D66) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de brief «Informeren gedoogsituatie zero-emissie bedrijfsvoertuigen van 3.501 tot en met 4.250 kg» (Kamerstuk 2023D48249) (ingezonden 22 december 2023).
Vraag 1
Zijn er, naast de algemene zorgen over de verkeersveiligheid, tijdens de vrijstelling
en gedoogperiode (ernstige) ongevallen geweest die te herleiden zijn tot het gewicht
van het voertuig?
Vraag 2
De Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) beoordeelt de verkeersveiligheid en de toelating
van voertuigen. Hoe heeft de RDW, in het kader van de gedoogsituatie, geadviseerd
over de veiligheid bij een potentiële verlenging?
Vraag 3
Kunt u toelichten waarom de vergelijking wordt gemaakt met het verschrikkelijke Stint-ongeluk,
aangezien de oorzaak van dat ongeluk niet gerelateerd lijkt aan de verkeersveiligheid
van elektrisch aangedreven bedrijfsvoertuigen?
Vraag 4
Kunt u toelichten waarom u van mening bent veranderd ten opzichte van uw voornemen
om de tijdelijke vrijstelling permanent te maken, zoals beschreven in de evaluatie
van de pilot in de «Stand van zaken Uitvoering Klimaatbeleid Mobiliteit 2022»?1
Vraag 5
Kunt u toelichten waarom u eerst uit gaat van verkeersveiligheid op basis van de resultaten
van de evaluatie in bovengenoemde pilot, maar in uw recente beantwoording2 zegt dat er geen evaluatie is, en wanneer die er is, deze onvoldoende significant
zou zijn?
Vraag 6
Bent u het eens met de stelling dat het zeer onwenselijk is dat wij van ondernemers
vragen te verduurzamen, door bijvoorbeeld zero-emissie zones in steden, en tegelijkertijd
onnodige barrières opleggen om die verduurzamingsstap te maken?
Vraag 7
Bent u het eens met de stelling dat we verschillende definities zouden moeten hanteren
wanneer we spreken over elektrische en niet-elektrische bestelbusjes en vrachtwagens,
in plaats van deze alleen op gewicht te beoordelen, wat leidt tot deze onwenselijke
situatie?
Vraag 8
Hoe wordt er omgegaan met ondernemers die na 1 oktober 2023 een bedrijfsvoertuig willen
aanschaffen? Is er een plan om hen te helpen verduurzamen, gezien de aankoop van een
elektrische bus op dit moment veel onzekerheid met zich meebrengt vanwege de aflopende
vrijstelling?
Vraag 9
Bent u het eens met de stelling dat het wenselijker zou zijn om werk te maken van
de drempels die er liggen omtrent registratie, de definitie van vrachtwagens en fraude,
in plaats van de vrijstelling op te heffen wat ondernemers op kosten jaagt en de verduurzaming
remt?
Vraag 10
Kunt u toezeggen de vrijstelling tot ten minste 1 januari 2025 te verlengen om zo
meer tijd te bieden aan ondernemers die moeten anticiperen op deze verandering, om
ontwikkelingen in de Europese Unie te volgen die in 2024 worden verwacht3, en om zo meer tijd te bieden aan uw ministerie om tot een gepaste oplossing te komen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Mpanzu Bamenga, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.