Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van de leden Sneller, Michon-Derkzen en Kuik over agressie en geweld tegen beroepsgroepen met een publieke functie
Vragen van de leden Sneller (D66), Michon-Derkzen (VVD), Kuik (CDA), Mutluer (GroenLinks-PvdA) en Temmink (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over agressie en geweld tegen beroepsgroepen met een publieke functie (ingezonden 2 november 2023).
Mededeling van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 23 november
2023).
Vraag 1
Onderschrijft u de conclusie van onderzoeker en adviseur agressie en geweld mevrouw
Koetsenruijter dat het voor normherstel essentieel is dat altijd aangifte wordt gedaan
van agressie en geweld tegen mensen met een publieke functie?1 Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat gaat u doen om de aangiftebereidheid te verhogen?
Vraag 2
Kunt u toelichten in hoeveel procent van dergelijke gevallen van agressie of geweld
aangifte wordt gedaan? In hoeveel procent leidt dit tot een veroordeling?
Vraag 3
Hoe geeft u als werkgever invulling aan de verplichting van artikel 3 van de Arbeidsomstandighedenwet,
waaruit volgt dat u verantwoordelijk bent voor de veiligheid van werknemers zoals
politiemedewerkers?
Vraag 4
Draagt u in dat kader zorg voor een normherstellende reactie bij een incident met
agressie of geweld tegen een werknemer en wordt er altijd aangifte gedaan namens de
werknemer binnen 48 uur, zoals gesuggereerd door mevrouw Koetsenruijter?2
Vraag 5
Op welke wijze bevordert u dat Rijksbreed op een adequate wijze invulling wordt gegeven
aan deze wettelijke verplichting als het gaat om het tegengaan van, en zo goed mogelijk
omgaan met, agressie en geweld?
Vraag 6
Wat doet de overheid in brede zin om te leren van agressie en geweld tegen beroepsgroepen
met een publieke functie? Op welke wijze wordt overheidsbeleid getoetst op het voorkomen
van bepaalde vormen van agressie?
Vraag 7
Bent u bereid te bevorderen dat het leren omgaan met agressie ook onderdeel wordt
van de opleiding van brandweermensen?3
Vraag 8
Bent u bereid om te kijken of de veiligheidsregio een grotere rol kan krijgen bij
het ondersteunen van brandweermensen die te maken krijgen met geweldsincidenten, bijvoorbeeld
door in gesprek te gaan met veiligheidsregio’s over de mogelijkheden van aangifte
doen namens het slachtoffer van een geweldsincident?
Vraag 9
Onderschrijft u de conclusie dat meer onderzoek en monitoring nodig is naar de aard
en oorzaak van incidenten om deze effectief te kunnen bestrijden, juist ook van incidenten
waar geen strafrechtelijke norm is overschreden en aangifte dus niet in de rede ligt?
Vraag 10
Hoe reflecteert u op de vraag van bijvoorbeeld de veiligheidsregisseur in gemeente
Tilburg om de veiligheidsregisseurs bij gemeentes de bevoegdheid te geven om processen-verbaal
van aangiftes op te maken van incidenten van agressie en geweld tegen medewerkers
in die gemeente? Kan dit een positief effect hebben op de snelheid waarmee aangifte
wordt gedaan en de aangiftebereidheid onder medewerkers van gemeentes?
Vraag 11
Bent u bereid in overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) te treden
om te bewerkstelligen dat iedere gemeente op een laagdrempelige manier een meldpunt
inricht voor agressie en/of geweld tegen mensen met een publieke functie en de Kamer
over de uitkomsten van dit overleg te informeren?
Vraag 12
Wat doet u om politie, Openbaar Ministerie en de Rechtspraak te wijzen op het belang
van het gebruik van de meldcode «veilige publieke taak» in aangiftes, wat aangeeft
dat prioriteit moet worden gegeven aan de opsporing en het onderzoek, en dat er een
mogelijkheid bestaat om een zwaardere straf op te leggen? Acht u het in dat kader
noodzakelijk om het programma «veilige publieke taak» nieuw leven in te blazen?
Vraag 13
Wat is de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de motie van het lid
Van der Werf c.s. (Kamerstuk 36 360 VI, nr. 19) die de regering verzoekt om «naar voorbeeld van PersVeilig, een samenwerkingsverband
op te richten voor werkgevers en werknemers in deze beroepsgroepen die onder druk
staan, waarin zij collectief hulp kunnen bieden bij individueel leed, waarbij met
betrokkenheid van het Openbaar Ministerie en de politie wordt gewerkt aan hulp bij
aangiftes, weerbaarheidstrainingen, preventiemaatregelen en advies om geweld en agressie
tegen te gaan»?
Vraag 14
Welke extra mogelijkheden tot het opleggen van bestuursrechtelijke maatregelen ziet
u om agressie en geweld tegen beroepsgroepen met een publieke taak tegen te gaan?
Kunt u toelichten in welke mate het volgens u gaat om bredere toepassing van reeds
bestaande mogelijkheden en in welke mate nieuwe wettelijke mogelijkheden dienen te
worden gecreëerd?
Vraag 15
Bent u bereid te onderzoeken welke mogelijkheden er binnen de bestaande civielrechtelijke
kaders liggen om boetes op te leggen voor agressief gedrag of geweld tegen mensen
met een publieke taak? Kunt u daarin ook meenemen hoe de te verhalen directe en indirecte
schade van incidenten kan worden berekend?
Vraag 16
Kunt u toelichten wanneer het onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum
(WODC) over de straftoemeting bij VPT-zaken (Veilige Publieke Taak) gereed zal zijn?
Vraag 17
Welke andere acties gaat u ondernemen naar aanleiding van berichten, zoals «tientallen
rechters en officieren voelen zich bedreigd, weigeren sommige zaken» van 30 oktober
2023?4
Mededeling
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Sneller (D66), Michon-Derkzen
(VVD), Kuik (CDA), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over agressie
en geweld tegen beroepsgroepen met een publieke functie (ingezonden 2 november 2023)
niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet
alle benodigde informatie is ontvangen.
Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.