Amendement : Amendement van het lid Omtzigt c.s. over een regeling voor auto's die tussen de 15 en 25 jaar geleden in gebruik zijn genomen
36 418 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2024)
Nr. 47 AMENDEMENT VAN HET LID OMTZIGT C.S.
Ontvangen 23 oktober 2023
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Na artikel I, onderdeel F, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Fa
Artikel 3.20, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel b wordt «15 jaar» vervangen door «25 jaar».
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma wordt
een onderdeel toegevoegd, luidende:
c. 37% van de waarde van de auto als onttrekking in aanmerking genomen indien de auto
meer dan 15 jaar geleden en niet meer dan 25 jaar geleden voor het eerst in gebruik
is genomen.
II
Na artikel II, onderdeel A, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Aa
In artikel 3.20, eerste lid, onderdeel c, wordt «37%» vervangen door «41%».
III
Artikel III komt te luiden:
ARTIKEL III
De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt met ingang van 1 januari 2026 als volgt gewijzigd:
A
In de in artikel 2.10, eerste lid, opgenomen tabel en de in artikel 2.10a, eerste
lid, opgenomen tabel worden de in de laatste kolom van die tabellen als eerste en
tweede vermelde percentages verlaagd met 0,01%-punt.
B
In artikel 3.20, eerste lid, onderdeel c, wordt «41%» vervangen door «45%».
IV
Na artikel VI wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL VIA
De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt met ingang van 1 januari 2030 als volgt gewijzigd:
A
Artikel 3.20 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «15 jaar» vervangen door «25 jaar».
2. In het eerste lid wordt de puntkomma aan het slot van onderdeel b vervangen door
een punt.
3. Het eerste lid, onderdeel c, vervalt.
4. In het vijfde lid, onderdeel b, wordt «vijftien jaar» vervangen door «25 jaar».
B
In artikel 10a.4, eerste en tweede lid, wordt «voor een auto» vervangen door «voor
een auto die niet meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik is genomen ».
V
Na artikel VII, onderdeel A, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Aa
Artikel 13bis, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel b wordt «15 jaar» vervangen door «25 jaar».
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma wordt
een onderdeel toegevoegd, luidende:
c. 37% van de waarde van de auto indien de auto meer dan 15 jaar geleden en niet meer
dan 25 jaar geleden voor het eerst in gebruik is genomen.
VI
Artikel VIII komt te luiden:
ARTIKEL VIII
De Wet op de loonbelasting 1964 wordt met ingang van 1 januari 2025 als volgt gewijzigd:
A
In artikel 13bis, eerste lid, onderdeel c, wordt «37%» vervangen door «41%».
B
In de in artikel 20a, eerste lid, opgenomen tabel en in de in artikel 20b, eerste
lid, opgenomen tabel worden de in de laatste kolom van die tabellen als eerste en
tweede vermelde percentages verhoogd met 0,08%-punt.
VII
Artikel IX komt te luiden:
ARTIKEL IX
De Wet op de loonbelasting 1964 wordt met ingang van 1 januari 2026 als volgt gewijzigd:
A
In artikel 13bis, eerste lid, onderdeel c, wordt «41%» vervangen door «45%».
B
In de in artikel 20a, eerste lid, opgenomen tabel en in de in artikel 20b, eerste
lid, opgenomen tabel worden de in de laatste kolom van die tabellen als eerste en
tweede vermelde percentages verlaagd met 0,01%-punt.
VIII
Na artikel XII wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL XIIA
De Wet op de loonbelasting 1964 wordt met ingang van 1 januari 2030 als volgt gewijzigd:
A
Artikel 13bis wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «15 jaar» vervangen door «25 jaar».
2. In het eerste lid wordt de puntkomma aan het slot van onderdeel b vervangen door
een punt.
3. Het eerste lid, onderdeel c, vervalt.
4. In het vijfde lid, onderdeel b, wordt «vijftien jaar» vervangen door «25 jaar».
B
In artikel 36c, eerste en tweede lid, wordt «voor een auto» vervangen door «voor een
auto die niet meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik is genomen ».
Toelichting
Met het voorgestelde amendement wordt per 1 januari 2024 aan artikel 3.20, eerste
lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001 (Wet IB 2001) en artikel 13bis, eerste lid,
van de Wet op de loonbelasting 1964 (Wet LB 1964) een nieuw onderdeel toegevoegd dat
ziet op auto’s die tussen de 15 en 25 jaar geleden voor het eerst in gebruik zijn
genomen (ook wel «youngtimers» genoemd). Hierbij wordt de bijtelling berekend over
de waarde in het economische verkeer van de auto in plaats van over de catalogusprijs,
waarbij op grond van het amendement per 1 januari 2024 een bijtellingspercentage van
37% gaat gelden in plaats van de in 2023 geldende 35%. Indiener stelt voor dit percentage
per 1 januari 2025 te verhogen naar 41% en per 1 januari 2026 naar 45%. Daarnaast
stelt indiener voor dit onderdeel te laten vervallen per 1 januari 2030, en vanaf
die datum deze categorie auto’s hetzelfde in de heffing te betrekken als auto’s die
niet meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik zijn genomen. Hiervoor geldt
dat de cataloguswaarde van de auto in aanmerking wordt genomen met een bijtellingspercentage
van 22%. Dit wordt gedaan door per 1 januari 2030 artikel 3.20, eerste lid, onderdeel a,
Wet IB 2001 en artikel 13bis, eerste lid, onderdeel a, Wet LB 1964 zodanig aan te
passen dat deze onderdelen gelden voor auto’s die niet meer dan 25 jaar geleden voor
het eerst in gebruik zijn genomen. Tot slot wordt voorgesteld artikel 10a.4., eerste
en tweede lid, Wet IB 2001 en artikel 36c, eerste en tweede lid, Wet LB 1964, waarin
overgangsrecht is opgenomen voor auto’s met een datum van eerste toelating van uiterlijk
31 december 2016, per 1 januari 2030 zodanig (redactioneel) aan te passen dat deze
bepalingen, conform hun doel, slechts blijven zien op auto’s die niet langer dan 15 jaar
geleden voor het eerst in gebruik zijn genomen.
Omtzigt
Van der Lee
Grinwis
Van Weyenberg
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
S.P.R.A. van Weyenberg, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Tom van der Lee, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Pieter Grinwis, Tweede Kamerlid