Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Dekker-Abdulaziz over het voorspellend algoritme van de politie
Vragen van het lid Dekker-Abdulaziz (D66) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het voorspellend algoritme van de politie (ingezonden 28 augustus 2023).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 13 oktober
2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 3.
Vraag 1
Wat is uw reactie op de risico’s en de twijfels over de effectiviteit die in het artikel
worden aangehaald, die gepaard gaan met het gebruik van een dergelijk voorspellend
algoritme?1
Antwoord 1
De politie zet algoritmes in als ondersteuning van het politiewerk, bijvoorbeeld in
toepassingen voor het doorzoeken van in beslaggenomen gegevensdragers op afbeeldingen
met beeldherkenning. Het gebruik van algoritmes versnelt het werk van rechercheurs
en maakt het werk effectiever en efficiënter.
Ook het Risico Taxatie Instrument Geweld (hierna: RTI-G) werd ingezet ter ondersteuning
van het politiewerk. Het RTI-G werd nooit op zichzelf gebruikt en werd altijd door
politiemedewerkers geduid (human in the loop), waarbij het doel was om te signaleren- en te adviseren om aan de voorkant van het
probleem te komen en geweld tegen te gaan.
Ik vind het belangrijk dat de menselijke tussenkomst bij het gebruik van algoritmes
voldoende geborgd is in de organisatie, zodat risico’s zoals die in het artikel worden
aangehaald gemitigeerd kunnen worden. Indien de effectiviteit van een algoritme twijfelachtig
is zou dat algoritme niet gebruikt moeten worden. De politie heeft de inzet van het
algoritme RTI-G recent opnieuw tegen het licht gehouden. Omdat nut, noodzaak en kwaliteit
hiervan onvoldoende te onderbouwen zijn, heeft de politie het gebruik van RTI-G gestopt.
Vraag 2
In hoeverre was dit een zelflerend algoritme?
Antwoord 2
Het RTI-G was geen zelflerend algoritme.
Vraag 3
In hoeverre deelt u het standpunt dat wanneer zaken als geslacht en leeftijd meespelen
in een risicoprofiel, er sprake kan zijn van een discriminerende werking?
Antwoord 3
In algoritmes (en ook in bijvoorbeeld het maken van handmatige selecties) die consequenties
hebben voor individuele personen bestaat de mogelijkheid van een discriminerende werking,
ook als er andere factoren dan geslacht en leeftijd worden gebruikt. Het is daarom
belangrijk dat er doorlopende controle en evaluatie plaatsvindt op het algoritme om
te bezien of (soms ongemerkt) sprake is van directe of indirecte discriminatie. Belangrijk
daarbij is de manier waarop een algoritme wordt ingezet, en bijvoorbeeld de wijze
waarop menselijke tussenkomst geborgd is.
Vraag 4
Kunt u reflecteren op hetgeen bekend staat als de confirmation bias in relatie tot
dit algoritme? Klopt het volgens u dat als mensen uit armere wijken een verhoogd risico
krijgen toebedeeld, die vooringenomenheid bevestigd wordt?
Antwoord 4
De politie heeft bij mij aangegeven dat er geen onderzoek is gedaan naar in hoeverre
er sprake zou kunnen zijn van confirmation bias in het RTI-G. Omdat het niet meer
in gebruik is, zal er geen onderzoek meer plaatsvinden.
Vraag 5
In welke mate is het algoritme, het Risicotaxatie Instrument Geweld (hierna: RTI-G),
recentelijk nog gebruikt? Kunt u aangeven hoeveel personen in de laatste jaren een
risico indexatie hebben gekregen en hoeveel vervolgstappen daaruit voortvloeiden?
Antwoord 5
De politie heeft geen gegevens om deze vragen te beantwoorden. Het gebruik van het
RTI-G is gestopt.
In de periode dat het RTI-G werd gebruikt, werden rapportages opgesteld die geraadpleegd
konden worden, maar niet werden vastgelegd in de politiesystemen.
Vraag 6
Kunt u toezeggen dat dit algoritme onafhankelijk wordt getoetst (bijvoorbeeld door
het College voor de Rechten van de Mens) of mensenrechten op de juiste manier worden
gewaarborgd, middels een IAMA of een vergelijkbaar instrument?
Antwoord 6
De politie heeft aangegeven inmiddels met het gebruik van RTI-G te zijn gestopt.
Vraag 7
In hoeverre deelt u de opvatting dat dit algoritme in strijd is met artikel 1 van
de Grondwet (recht op gelijke behandeling, vrij van discriminatie op basis van bijvoorbeeld
geslacht)?
Antwoord 7
Voor zover bekend is niet uit te sluiten dat hiervan sprake is geweest voor 2017.
Afkomst of etniciteit mag niet meewegen in een risico-taxatie gericht op geweldpleging.
De factor etniciteit is in 2017 uit het algoritme gehaald. Sindsdien wordt deze variabele
niet meer gebruikt. De politie is inmiddels gestopt met het gebruik van RTI-G.
Vraag 8 en 10
Hoe kunnen burgers zich verdedigen tegen het risicoprofiel waarin het algoritme van
de politie hen heeft ingedeeld, met alle gevolgen van dien?
Bent u bereid om de wet/het beleid aan te passen zodat mensen een bezwaar kunnen aanmaken
en dat de aannames en scores van het algoritme altijd gecommuniceerd worden met diegene
waarover het gaat?
Antwoord 8 en 10
Personen kunnen zich niet altijd verzetten of verdedigen tegen de inzet van een specifiek
middel door de politie. Dat geldt in principe voor veel middelen die de politie inzet,
waaronder het gebruik van een algoritme maar ook bijvoorbeeld het vorderen door een
agent van een identiteitsbewijs ter controle, of het gebruik van camera’s op straat.
Dit is niet mogelijk omdat het zou betekenen dat een verdachte gedurende het opsporingsonderzoek
geïnformeerd moet worden over het feit dat hij of zij verdacht wordt. Wanneer een
onderzoek naar een persoon naar de rechter gaat, is er wel mogelijkheid tot verzet
tegen algoritmes die zijn ingezet.
Op het moment dat er gestart werd met de persoonsgerichte aanpak, waarnaar verwezen
wordt in het artikel, zijn de betrokken personen daarover geïnformeerd.
Vraag 9
Kunt u toezeggen dat het algoritme stop wordt gezet, tot de resultaten van de beoordeling
door de politie bekend zijn?
Antwoord 9
De politie heeft aangegeven inmiddels met het gebruik van RTI-G te zijn gestopt.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Temmink (SP),
ingezonden 24 augustus 2023 (vraagnummer 2023Z14242).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.