Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van de leden Tjeerd de Groot en Boulakjar over de UNESCO brief over de voorgenomen gaswinning bij Ternaard
Vragen van de leden Tjeerd de Groot en Boulakjar (beiden D66) aan de Minister voor Natuur en Stikstof en aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over de UNESCO brief over de voorgenomen gaswinning bij Ternaard (ingezonden 18 september 2023).
Mededeling van Minister Van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof) (ontvangen 11 oktober
2023).
Vraag 1
Deelt u de mening dat de Waddenzee een uniek natuurgebied is, het enige natuurlijke
Werelderfgoed in Nederland, dat we zo veel mogelijk moeten behouden en beschermen?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat er zwaarwegende natuurbelangen zijn binnen het Waddengebied?
Vraag 3
Deelt u de mening van United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization
(UNESCO) en diverse wetenschappers dat er op zijn minst gerede twijfel bestaat over
de schadelijkheid van de voorgenomen gaswinning bij Ternaard voor de natuurwaarde
van de Waddenzee?
Vraag 4
Klopt het dat dit juridisch gezien voldoende grond biedt om het afgeven van een natuurvergunning
voor de voorgenomen gaswinning bij Ternaard te weigeren?
Vraag 5
Kunt u aangeven wat valt onder het juridische begrip «mijnbouwwerk»?
Vraag 6
Erkent u dat de verplichtingen van het UNESCO Werelderfgoed ook van toepassing zijn
op besluitvorming rondom gaswinning bij Ternaard omdat de mijnbouwwerken grotendeels
onder de Waddenzee zouden komen te liggen?
Vraag 7
Deelt u de mening dat u, als beheerder van het Werelderfgoed Waddenzee, daarom ook
de verplichtingen uit het UNESCO Werelderfgoedverdrag moet betrekken bij het besluit
over een natuurvergunning voor Ternaard?
Vraag 8
Kunt u reflecteren op de ontstane situatie, waarbij andere UNESCO-landen zich genoodzaakt
hebben gevoeld om zich uit te spreken tegen de mijnbouwactiviteiten op de Waddenzee,
omdat Nederland zelf onvoldoende oog lijkt te hebben voor de natuurwaarden daar?
Vraag 9
Op welke manier worden de verplichtingen uit het Werelderfgoedverdrag en het recente
besluit van de UNESCO, dat een besluit om gaswinning bij Ternaard toe te staan van
invloed is op de werelderfgoedstatus, meegewogen bij het besluiten over een natuurvergunning?
Hoe zal deze belangenafweging inzichtelijk worden gemaakt?
Vraag 10
Bent u bereid een analyse te maken van de Outstanding Universal Value, waarom het
Unesco-rapport duidelijk vraagt?
Vraag 11
Deelt u de mening van de UNESCO dat een samenhangend beeld nodig is van de cumulatieve
effecten voor de natuur van de verschillende mijnbouwactiviteiten die plaatsvinden
op de Waddenzee? Zo ja, bent u bereid alle cumulatieve effecten in kaart te brengen
alvorens een conclusie te trekken over de aangevraagde vergunning?
Vraag 12
Hoe beoordeelt u het recente in gebreke stellen van de Ministeries van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit (LNV) en Economische Zaken en Klimaat (EZK) door de Nederlandse
Aardolie Maatschappij (NAM) vanwege het uitblijven van een beslissing over het vergunnen
van de mogelijke gaswinning bij Ternaard? Deelt u de mening dat deze stap van de NAM
getuigt van weinig omgevingssensitiviteit en weinig hoop biedt voor de zorgvuldigheid
waarmee de NAM zou moeten omgaan met de natuur en het lokale draagvlak?
Vraag 13
Deelt u de mening dat boren in een UNESCO-werelderfgoedgebied op zijn minst vereist
dat een bedrijf een grote mate van maatschappelijke verantwoordelijkheidszin toont?
Vraag 14
Deelt u de mening dat de NAM in het Groningen-dossier niet haar maatschappelijke verantwoordelijkheidszin
heeft genomen?
Vraag 15
Deelt u de mening dat de NAM in reactie op de parlementaire enquête nog niets heeft
gedaan en daarmee geen maatschappelijke verantwoordelijkheidszin toont?
Vraag 16
Deelt u de mening dat, zoals in de Mijnbouwwet (Mbw) wordt genoemd, een gebrek aan
verantwoordelijkheidszin (waaronder ook maatschappelijke verantwoordelijkheidszin),
waarvan de aanvrager blijk heeft gegeven bij activiteiten onder een eerdere vergunning
een grond is om een vergunning te weigeren?
Vraag 17
Deelt u de mening dat, alle hiervoor genoemde bezwaren in overweging nemende, de vergunning
voor Ternaard moet worden geweigerd? Zo niet, op basis waarvan bent u overtuigd van
de maatschappelijke verantwoordelijkheidszin van de NAM?
Vraag 18
Kunt u garanderen dat zowel de impact van de voorgenomen gaswinning bij Ternaard als
de cumulatieve effecten van de winning op de Waddenzee geen negatieve effecten zullen
hebben op de natuurwaarde van de Waddenzee
Vraag 19
Kunt u volledig garanderen, zonder enige vorm van twijfel, dat er nooit of te nimmer
een lekkage zal plaatsvinden van de buizen die worden geboord onder de Waddenzee?
Vraag 20
Op welke manier neemt u de zwaarwegende natuurbelangen mee in het te nemen besluit?
Bent u bereid om alle juridische mogelijkheden aan te grijpen om het afgeven van de
natuurvergunning voor de voorgenomen gaswinning bij Ternaard te voorkomen?
Vraag 21
Deelt u de mening dat, zelfs al zou het zo zijn dat natuurlijke kenmerken niet worden
aangetast door eventueel gaswinning bij Ternaard, een natuurvergunning kan worden
geweigerd vanwege zwaarwegende natuurbelangen?
Vraag 22
Deelt u de mening van het juridische advies van de Waddenacademie dat wanneer door
aanvullend onderzoek het wegnemen van de tekortkomingen van de hand-aan-de-kraan-aanpak
en andere maatregelen het oordeel zou ontstaan dat redelijke wetenschappelijke twijfel
over significante gevolgen kan worden uitgesloten, dan, gelet op de formulering van
artikel 2.7, derde lid van de Wet natuurbescherming, moet worden aangenomen dat de
Minister van LNV alsnog de mogelijkheid heeft om een vergunning te weigeren?
Vraag 23
Deelt u de mening dat normaliter ontwerpvergunningen ter inzage worden gelegd nadat
de Commissie voor de milieueffectrapportage de gelegenheid heeft gehad om over het
Milieueffectrapportage (m.e.r.) advies uit te brengen?
Vraag 24
Klopt het dat dit niet het geval is geweest bij de terinzagelegging voor de vergunning
voor Ternaard? Zo ja, deelt u de mening dat hierdoor de ontwerpen opnieuw ter inzage
moeten worden gelegd?
Vraag 25
Op welke manier zullen omwonenden worden meegenomen in de recente ontwikkelingen en
op welke manier zullen zij een stem krijgen in het vervolgproces?
Vraag 26
Wanneer zal de nieuwe Mijnbouwwet aan de Kamer worden voorgelegd, waarin wordt vastgelegd
dat er geen nieuwe vergunningen zullen worden afgegeven voor mijnbouw op/onder de
Waddenzee, met uitzondering van vergunningen voor onderhoud en verwijdering)?
Vraag 27
Kunt u, uitgaande van de uitgangspunten van de contourennota mijnbouw, aangeven wanneer
er een einde komt aan de bestaande winning op de Waddenzee? Kunt u dit specificeren
per winningslocatie?
Mededeling
De vragen die de leden de Groot en Boulakjar (beiden D66, ingezonden op 18 september)
n.a.v. de Unesco brief over de voorgenomen gaswinning bij Ternaard ingediend hebben
(kenmerk: 2023Z15362), kunnen niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De hiervoor noodzakelijke
interdepartementale afstemming vergt meer tijd. Ik zal uw kamer zo spoedig mogelijk
de antwoorden op de vragen doen toekomen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.