Schriftelijke vragen : Het rapport van bureau Profundo 'Rabobanks share in the Brazilian bill, accountable for € 9,5 billion to € 61 billion'

Vraag 1

Bent u bekend met het rapport «Rabobanks share in the Brazilian bill, accountable
for € 9,5 billion to € 61 billion»?1

Vraag 2

Hoe past de financiering van dergelijke transacties door financiële instellingen,
zoals de Rabobank, bij het klimaatcommitment dat de Rabobank in 2019 heeft ondertekend
en waarover verschillende voortgangsrapportages zijn verschenen?

Vraag 3

Hoe reflecteert u op het principe van ¨de vervuiler betaalt¨ in relatie tot financiële
instellingen?

Vraag 4

Deelt u de mening dat banken een bijdrage zouden moeten leveren aan het tegengaan
van de klimaat- en natuurcrisis?

Vraag 5

Hoe houdt De Nederlandsche Bank toezicht op het risico voor de maatschappij van dit
soort financieringen en hoe moet dit worden meegewogen in de risicomodellen van banken?

Vraag 6

Welke stappen worden er gezet om het principe van ¨de vervuiler betaalt¨ toe te passen
op financiële instellingen?

Vraag 7

Wat is de stand van zaken van het onderzoek naar maatregelen om te normeren en te
beprijzen zodat financiële instellingen te maken krijgen met true pricing van klimaatrisico’s?

Vraag 8

Zal Nederland zich in het kader van de Europese ontbossingsverordening hard maken
voor een wetsvoorstel om directe en indirecte Europese geldstromen die ontbossing
veroorzaken aan banden te leggen?

Vraag 9

Gaat u met de ondertekenaars van het klimaatcommitment en de financiële sector in
den breedte in gesprek om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te bepreken?

Vraag 10

Hoe kijkt u naar het beprijzen van risico’s door bijvoorbeeld een schadebedrag te
storten in nationale stikstof- en internationale klimaatfondsen?

Vraag 11

Deelt u de mening dat financiële instellingen transparant hun milieu- en sociale schade
zouden moeten berekenen door middel van een gestandaardiseerde rekenmethode, zoals
door Profundo in hun onderzoek voorgesteld?

Vraag 12

Hoeveel Nederlanders hebben de eerlijke geldwijzer geraadpleegd en hoeveel van hen
zijn vervolgens overgestapt naar een bank die minder vervuilend is en een hogere spaarrente
biedt?

Vraag 13

Hoeveel Nederlanders konden niet overstappen omdat zij verplicht moeten bankieren
bij de bank waar zij ook hun hypotheek hebben afgesloten?

Vraag 14

Bent u bereid om met De Nederlandsche Bank te onderzoeken hoe actieve transparantie
over duurzaamheid zoals die volgt uit de Sustainable Finance Disclusure Regulation
(SFDR) toegankelijk kan worden gemaakt voor alle consumenten bij financiële instellingen?