Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Hans Teunissen en Sneller over het artikel ‘VNG waarschuwt voor tekort aan stembureauvrijwilligers bij volgende verkiezingen’
Vragen van de leden Hans Teunissen en Sneller (beiden D66) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het artikel VNG waarschuwt voor tekort aan stembureauvrijwilligers bij volgende verkiezingen (ingezonden 24 juli 2023).
Antwoord van Minister De Jonge (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
13 september 2023).
Vraag 1
Welke concrete acties heeft u ondernomen na eerdere alarmerende signalen over het
aantal stembureauvrijwilligers bij de Provinciale Statenverkiezingen in maart?1
Antwoord 1
Na afloop van de provinciale staten- en waterschapsverkiezingen in maart 2023 hebben
gemeenten en stembureauleden signalen gegeven over de uitvoerbaarheid van het verkiezingsproces.
Om gehoor te geven aan die signalen heeft het Ministerie van BZK een reeks regionale
bijeenkomsten georganiseerd. Uit deze bijeenkomsten kwam naar voren dat vooral de
telling tot in de nachtelijke uren als zeer zwaar werd ervaren. Op dit moment wordt
deze evaluatie door het Ministerie van BZK verder uitgewerkt, in nauwe afstemming
met vertegenwoordigers van vijf gemeenten, de VNG, de NVVB en de Kiesraad. Hierbij
wordt gekeken naar mogelijkheden om de uitvoerbaarheid voor zowel gemeenten als voor
stembureauleden te verbeteren zodat het voor vrijwilligers aantrekkelijk blijft om
deze bijdrage aan onze democratie te leveren.
Vraag 2
Welke concrete acties gaat u naar, aanleiding van deze nieuwe signalen en de vervroegde
Tweede Kamerverkiezingen van november, ondernemen om het tekort aan stembureauvrijwilligers
op te lossen?
Antwoord 2
Het werven van voldoende stembureauleden is in de eerste plaats de taak van de gemeenten.
Ik wil echter de gemeenten daar graag bij ondersteunen. Vanuit de Rijksoverheid wordt
een wervingscampagne opgezet voor het vinden van voldoende stembureauleden en tellers.
Ik ben voornemens om via de regionale media (radio en dagbladen) en via social media
mensen op te roepen om zich bij een gemeente aan te melden als stembureaulid of als
teller. Ook worden in de komende periode ambtenaren bij de Rijksoverheid opgeroepen
om zich aan te melden als stembureaulid of als teller. Daarnaast ben ik in contact
met andere overheidslagen om te zien of zij diezelfde oproep kunnen overnemen. Tot
slot zal ik net als bij voorgaande verkiezingen beeldmaterialen beschikbaar stellen
aan de gemeenten die zij zelf kunnen gebruiken voor de werving van stembureauleden.
Vraag 3
Bent u het eens met de stelling dat op korte termijn een landelijke campagne nodig
is om stembureauvrijwilligers te werven voor de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Een landelijke wervingscampagne via regionale media is onderdeel van de acties die
ik onderneem ter ondersteuning van gemeenten.
Vraag 4
Heeft u al contact gehad met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) over de
hoogte en het al dan niet invoeren van een belastingvrije vorm van de vergoeding?
Zo ja, welke (re)actie heeft u hierop?
Antwoord 4
Gemeenten pleiten ervoor de vergoeding van stembureauleden aan te kunnen merken als
vrijwilligersvergoeding. Deze vrijwilligersregeling is opgenomen in de wet op de loonbelasting
1964 en is bedoeld om kosten die de vrijwilliger maakt te dekken. Het maximumbedrag
waaronder een vrijwilligersvergoeding belastingvrij is, is in 2023 vastgesteld op
€ 190,– per maand en € 1.900,– per kalenderjaar. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd.
De vrijwilligersregeling is echter alleen van toepassing als de werkzaamheden «niet
bij wijze van beroep» worden uitgevoerd. Om te bepalen of hier sprake van is wordt
het criterium gehanteerd dat ervan uitgaat dat er in ieder geval geen sprake van een
vrijwilligersvergoeding is als de uurvergoeding hoger is dan € 5 (of € 2,75 voor een
vrijwilliger jonger dan 21 jaar). Een stembureaulid kreeg bij de afgelopen provinciale
staten- en waterschapsverkiezingen gemiddeld per dag € 165,–, een voorzitter € 194,–
en een teller € 52,–. Voor veel stembureauleden geldt daarom dat de vergoeding voor
hun inzet tijdens de verkiezingsdag boven de € 5,– per uur uitkomt en zij geen gebruik
kunnen maken van de vrijwilligersregeling, maar dat er sprake is van een «marktconforme
beloning».2
Tijdens het debat van 21 juni jl. over het initiatief wetsvoorstel vervroegd stemmen
heb ik naar aanleiding van vragen van lid Mutluer (PvdA) de toezegging gedaan om met
gemeenten het gesprek aan te gaan over hoe het gaat met de vrijwilligersvergoeding
en of er sprake is van eventuele knelpunten in de uitvoeringspraktijk. Over de uitkomst
van deze gesprekken heb gemeld dat ik de Tweede Kamer voor het einde van het jaar
hierover wil informeren. Op dit moment lopen deze gesprekken nog. Gezien de tussentijdse
Tweede Kamerverkiezing zal ik uw kamer over de voortgang van deze gesprekken informeren
in de Kamerbrief over de evaluatie van de provinciale staten- en waterschapsverkiezingen
die u voor het commissiedebat van 28 september 2023 ontvangt.
Vraag 5
Als gevolg van belemmeringen met de omvang van het stembiljet zijn experimenten met
een kleiner stembiljet in een beperkt aantal kleine gemeenten aangekondigd: hoe zien
proces, inhoud en evaluatie van deze experimenten eruit en wat is de huidige stand
van zaken ten aanzien van de voorbereiding?
Antwoord 5
Bij de evaluatie van de gemeenteraadsverkiezingen heb ik het voornemen geuit om een
eerste experiment met nieuwe stembiljetten uit te voeren tijdens de verkiezing van
het Europees Parlement op 6 juni 2024. Het eerste experiment zal op kleine schaal
worden uitgevoerd, bij 4 kleine gemeenten.3 Het experimenteren met een nieuw stembiljet is mogelijk op basis van de Tijdelijke
experimentenwet nieuwe stembiljetten. De precieze inrichting van het experiment staat
beschreven in het Tijdelijk experimentenbesluit nieuwe stembiljetten dat in voorhang
is geweest bij de Tweede en Eerste Kamer4. Het Tijdelijk experimentenbesluit is voor advies aanhangig gemaakt bij de Afdeling
advisering van de Raad van State.
Pas nadat het Tijdelijke experimentenbesluit inwerking is getreden is het mogelijk
om gemeenten aan te wijzen om deel te nemen aan het experiment. Zij zullen daar per
brief door mij voor worden uitgenodigd. Vervolgens moeten de gemeenteraden nog instemmen
met deelname aan het experiment. Het Tijdelijke experimentenbesluit beschrijft de
aspecten waarin de evaluatie inzicht moet geven. Naar aanleiding van vragen van de
leden van de VVD-fractie tijdens de voorhang heb ik aan de evaluatieaspecten toegevoegd
dat het aantal keer dat een kiezer enkel een stemvakje voor een partij en geen stemvakje
voor een kandidaat heeft ingekleurd betrokken wordt bij de evaluatie.5 Ingevolge de motie-Van der Plas (BBB) zal ik uiterlijk een maand voorafgaand aan
het eerste experiment de wijze van evaluatie aan u toesturen en ontvangt u uiterlijk
twee maanden na het eerste experiment de evaluatie.6
Vraag 6
Welke gemeenten zijn benaderd voor voornoemde experimenten en op basis van welke criteria
zijn deze geselecteerd? Doen zij allen mee of zijn hier nog vervolgacties nodig?
Antwoord 6
Er zijn nog geen gemeenten aangewezen om de experimenten uit te voeren. De Tweede
Kamer zal hierover uiterlijk een maand voor het experiment worden geïnformeerd (zie ook mijn antwoord op vraag 5).Bij het selecteren van de deelnemende gemeenten wordt rekening gehouden met een goede
verdeling over Nederland.
Vraag 7
Het vinden van geschikte locaties voor stembureaus is eveneens punt van zorg: wat
is de actuele stand van zaken in het vinden van geschikte locaties en welke vervolgacties
zijn op welk moment voorzien? Welke hulp kan het Rijk hierbij bieden aan gemeenten?
Antwoord 7
Veel gemeenten zijn op dit moment nog op zoek naar geschikte locaties voor de stemlokalen.
Uit de gesprekken met gemeenten komt naar voren dat een deel van de locaties nog niet
bereikbaar is vanwege de zomervakantie. Het is daarom de verwachting dat gemeenten
pas na de zomervakantie het volledige bestand aan stemlokalen kunnen vaststellen.
Op dit moment zijn bij het Ministerie van BZK nog geen signalen bekend dat het vinden
van locaties leidt tot grote problemen. Vanwege de korte voorbereidingstijd voor deze
verkiezing blijft het Ministerie van BZK alert op signalen die mogelijk duiden op
problemen bij het vinden van voldoende stemlocaties.
Vraag 8
Kunt u toezeggen dat u voor het commissiedebat over verkiezingen (gepland op 28 september)
een brief stuurt waarin uitvoerig wordt ingegaan op de stand van zaken ten aanzien
van de organisatie van de aanstaande Tweede Kamerverkiezingen?
Antwoord 8
Ja. In de Kamerbrief over de evaluatie van de provinciale staten- en waterschapsverkiezingen
die ik voor het commissiedebat op 28 september aan uw Kamer wil sturen, zal ik ingaan
op de stand van zaken ten aanzien van de voorbereiding van de Tweede Kamerverkiezing.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.