Schriftelijke vragen : De aanpak van illegale handel in beschermde plant- en diersoorten of producten ervan
Vragen van de leden Van Esch en Wassenberg (beiden PvdD) aan de Ministers voor Natuur en Stikstof, van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Justitie en Veiligheid over de aanpak van illegale handel in beschermde plant- en diersoorten of producten ervan (ingezonden 20 juni 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het rapport «Dreigingsbeeld milieucriminaliteit», dat stelt dat
illegale wildlife handel waarschijnlijk een factor is in het ontstaan van epidemieën
door zoönosen?1
Vraag 2
Bent u bekend met het marburgvirus, dat vermoedelijk via vleermuizen of besmet vlees
op mensen wordt overgedragen, waarbij het sterftecijfer kan oplopen tot 90 procent?
Zo ja, bent u bereid om aan de hand van het voorbeeld van het marburgvirus in de World
Health Assembly (WHA) vergadering van mei aan te kaarten dat de (illegale) handel
in wilde dieren grote, nieuwe virusuitbraken tot gevolg kan hebben? Zo nee, waarom
niet?2
Vraag 3
Deelt u de mening dat de handel in wilde dieren zeer omvangrijk is, desastreuze gevolgen
heeft voor dieren en ecosystemen en vaak verbonden is met andere vormen van criminaliteit
zoals drugshandel, mensensmokkel, wapensmokkel en het financieren van terroristische
organisaties? Zo nee, waarom niet?3, 4
Vraag 4
Bent u ermee bekend dat het «Dreigingsbeeld milieucriminaliteit» stelt dat wildlife
crime de vierde grootste criminele industrie is, gebaseerd op omzet en dat Interpol
aangeeft dat wildlife crime elk jaar met vijf tot zeven procent toeneemt en daarmee
twee tot drie keer zo hard groeit als de wereldeconomie?5, 6
Vraag 5
Bent u ermee bekend dat de Financial Action Task Force (FATF) stelt dat de illegale
handel in wildlife als een ernstige internationale, georganiseerde vorm van criminaliteit
kan worden gezien, die corruptie voedt, de biodiversiteit bedreigt en aanzienlijke
gevolgen kan hebben voor de volksgezondheid?7
Vraag 6
Bent u ermee bekend dat het European Crime Prevention Network (EUCPN) stelt dat overheden
wildlife crime niet serieus genoeg nemen als een vorm van criminaliteit met een enorme
verwevenheid met andere vormen van criminaliteit?8
Vraag 7
Bent u ermee bekend dat door criminelen wildlife crime juist wordt gezien als een
vorm van misdaad met een lage pakkans en lage straffen, terwijl er hoge winsten kunnen
worden behaald? Bent u voornemens de maximumstraffen voor wildlife crime te verhogen?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Deelt u de conclusies van bovengenoemde rapporten dat overheden wildlife crime serieuzer
moeten nemen als vorm van criminaliteit, ook gezien de omvang en verwevenheid met
andere vormen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u ervoor zorgen dat deze vorm
van criminaliteit meer structurele aandacht krijgt in de Europese Unie (EU) alsook
in Nederland? Heeft u hierover overleg met andere relevante ministeries?
Vraag 9
Deelt u de mening dat het vaak lastig is om bedreigde dieren en planten te detecteren
in producten, ook omdat de ingrediënten vaak in andere talen staan vermeld? Zo ja,
wat onderneemt u om dit te voorkomen?
Vraag 10
Bent u ermee bekend dat Nederland in de top vijf staat van EU-landen met de hoogste
inbeslagname van illegale handel in wilde dieren en planten, met name medicinale producten,
goed voor 1184 inbeslagnames, 30 procent van de totale inbeslagnames in 2020? Zo ja,
wat doet u tegen deze specifieke handel? Wordt hierover onderling overleg gevoerd
tussen ministeries?9
Vraag 11
Bent u ermee bekend dat Nederland in de top drie staat van bestemmings- en doorvoerhavens
voor met name traditionele medicijnen?
Vraag 12
Wordt het onderwerp medicinale producten structureel geagendeerd tijdens EU-overleggen
over illegale handel in wilde dieren en planten, aangezien zij een belangrijk aandeel
vormen in de inbeslagnames binnen de EU en jaarlijks toenemen? Zo nee, bent u bereid
om dit onderwerp structureel te agenderen tijdens relevante EU-overleggen?
Vraag 13
Bent u ermee bekend dat de meeste illegale handel in wildlife planten en dieren niet
wordt opgespoord, mede veroorzaakt door een tekort aan opsporingscapaciteit en de
moeilijkheid van het herkennen van bedreigde dieren en planten?
Vraag 14
Deelt u het inzicht dat de inbeslagnames slechts het topje van de ijsberg vormen?
Vraag 15
Hoe groot schat u de waarde van illegale handel in Nederland?
Vraag 16
Bent u ermee bekend dat veel illegale handel in wildlife via zee loopt en dat de verwachting
is dat dit de komende jaren zal toenemen? Zo ja, wat is de inzet om deze vorm van
illegale handel aan te pakken, ook met het oog op het feit dat de EU een belangrijke
doorvoer- en bestemmingshaven is voor deze illegale handel en dat Nederland hierbij
een prominente rol lijkt te spelen?10
Vraag 17
Deelt u de mening dat de handel in traditionele producten risicovol kan zijn voor
de volksgezondheid, zoals het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)
stelt in het rapport «Kruidenproducten uit de traditionele Chinese geneeskunde, Een
verkennende studie naar aard, omvang en gebruik»? Zo ja, wat onderneemt u, eventueel
in samenspraak met andere ministeries, om dit probleem aan te pakken, ook gezien het
feit dat andere rapporten stellen dat Nederland een belangrijk bestemmingsland is?11
Vraag 18
Deelt u de conclusies van recente rapporten van het Centrum voor Criminaliteitspreventie
en Veiligheid (CCV), de commissie Van Aartsen en de Algemene Rekenkamer (ARK) dat
de aanpak van milieucriminaliteit in de praktijk te wensen overlaat, omdat opsporing
en vervolging te gefragmenteerd zijn en uiteindelijk sancties niet afschrikwekkend
zijn met grote, vermijdbare milieuschade als gevolg? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat
heeft u sinds deze publicatie ondernomen? Is er onderling overleg tussen de relevante
ministeries en, indien dit het geval is, hoe ziet dit overleg eruit?
Vraag 19
Deelt u de mening dat een andere aansturing nodig is? Zo nee, waarom niet?
Vraag 20
Gaat u naar aanleiding van het reeds gepubliceerde EU Action Plan Against Wildlife
Trafficking (EU-Actieplan) een nationaal plan opstellen, zodat de gestelde EU-doelen
uit dit plan kunnen worden uitgevoerd? Zo ja, per wanneer komt dit nationale plan
en hoe wordt dit opgesteld voor overlappende onderwerpen met relevante ministeries?
Wanneer en hoe wordt de Kamer hierover geïnformeerd? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt
u aangeven in welke vorm dit contact plaatsvindt?12
Vraag 21
Bent u ermee bekend dat het EU-Actieplan als actiepunt noemt dat het bundelen van
middelen, bijvoorbeeld door de oprichting van speciale eenheden die zich uitsluitend
bezighouden met wildlife handel, moet worden aangemoedigd en bevorderd?
Vraag 22
Ziet u meerwaarde in het opzetten van een gespecialiseerde unit, waarbij specialisten
worden verenigd om op dagelijkse basis bezig te zijn met illegale handel in wilde
dieren en planten, aangezien het rapport «Dreigingsbeeld milieucriminaliteit» stelt
dat de aanpak van illegale handel in wilde dieren verdeeld is over diverse autoriteiten,
met versnipperd beleid als gevolg? Zo nee, waarom niet? Zo ja, per wanneer en hoe
is het overleg met relevante ministeries?13
Vraag 23
Bent u voornemens het actiepunt uit het EU-Actieplan uit te voeren dat vraagt om een
bewustwordingscampagne bij consumenten, die moet leiden tot een gedragsverandering
als het gaat om de aankoop van traditionele medicijnen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 24
Hoe wordt de aangenomen motie van de leden Vestering en Akerboom (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1491) over een bewustwordingscampagne over de gevaren van handel in wilde dieren en planten
uitgevoerd? Kunt u aangeven hoe de bewustwordingscampagne wordt vormgegeven?
Vraag 25
Bent u ermee bekend dat als prioriteit 3 in het EU-Actieplan wordt genoemd: «Enforcing
regulations and policies to fight wildlife trafficking effectively», waarbij wordt
geadviseerd dat handhavingsautoriteiten, zoals rechters, beter moeten worden geïnformeerd
over wildlife crime en dat als mogelijkheid wordt genoemd om wildlife crime te integreren
in de nationale curricula van relevante academies en opleidingen? Wat vindt u van
dit actieplan? Bent u bereid in overleg met relevante andere ministeries dit te onderzoeken
en te waarborgen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 26
Wat vindt u van het actiepunt genoemd in het EU-Actieplan dat er richtlijnen moeten
worden opgesteld voor bedrijven en sectoren die vaak betrokken zijn bij handel in
wildlife, zoals aanbieders van traditionele medicijnen, waarin ze worden verplicht
te handelen op hun due-diligence verplichting?
Vraag 27
Bent u bereid om in te zetten op verbetering van technieken die helpen in deze opsporing,
zoals ook genoemd in het EU-Actieplan?
Vraag 28
Deelt u de mening dat er voldoende budget beschikbaar is om het hernieuwde EU-Actieplan
te kunnen waarborgen? Zo ja, welke maatregelen worden genomen om het EU-Actieplan
uit te voeren? Zo nee, bent u bereid het budget te verhogen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 29
Deelt u de mening dat het van belang is om de rol van (illegale) handel in wilde dieren
structureel te bespreken op wereldoverleggen, zoals die van de Wereldgezondheidsorganisatie
(WHO), de Convention on Biological Diversity (CBD) en de Convention on International
Trade in Endangered Species of Wild Fauna and Flora (CITES), gezien de link die er
is tussen (illegale) handel in wilde dieren en zoönose risico’s? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, kunt u aangeven hoe u dit in overleg met relevante ministeries zult adresseren?
Vraag 30
Kunt u nogmaals aangeven hoe de overheid burgersen reizigers informeert over de risico’s van interactie met wilde en exotische dieren,
aangezien die informatie niet werd gevonden op de websites waarnaar wordt verwezen
in antwoorden op eerdere vragen? Bent u alsnog bereid om de informatie te laten opnemen
op relevante websites?14, 15
Indieners
-
Gericht aan
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Gericht aan
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Gericht aan
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
E.M. van Esch, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
F.P. Wassenberg, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.