Schriftelijke vragen : Bepalingen ten tijde van het afsluiten van het Non-Proliferatieverdrag over het delen van kernwapens en de controle over kunstmatige intelligentie in geval van beveiliging kernwapens
Vragen van het lid Futselaar (SP) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Defensie over bepalingen ten tijde van het afsluiten van het Non-Proliferatieverdrag over het delen van kernwapens en de controle over kunstmatige intelligentie in geval van beveiliging kernwapens (ingezonden 11 mei 2023).
Vraag 1
Kunt u openheid verschaffen over de documenten die zijn opgesteld ten tijde van de
onderhandelingen over het Non-proliferatieverdrag (NPV) over het delen van kernwapens
tussen de Verenigde Staten (VS) en Nederland en dat deze «afspraken in die onderhandelingen
expliciet aan de orde zijn geweest en geaccepteerd door onderhandelende partijen?1 Waaruit blijkt de instemming door de onderhandelende partijen en welke landen hebben
deze overeenkomst gesloten? Wilt u deze documenten, in ieder geval de documenten die
Nederland betreffen, aan de Kamer sturen?
Vraag 2
Indien neen, waarom niet? Kunt u in dat geval uitleggen hoe zich dat besluit verhoudt
tot transparantie over het kernwapenbeleid zoals de Tweede Kamer verzoekt met het
aannemen van de motie Jasper van Dijk?2
Vraag 3
Indien deze afspraken zijn gemaakt, hoe verhoudt zich dat tot artikel 2 van het Non-proliferatieverdrag
dat stelt dat «each non-nuclear-weapon State Party to the Treaty undertakes not to
receive the transfer from any transfer whatsoever of nuclear weapons or other nuclear
explosive devices or of control over such weapons or explosive devices directly, or
indirectly»?3 Kunt u dat toelichten?
Vraag 4
Hoe verhoudt uw stelling dat het delen van kernwapens door Nederland met de VS is
toegestaan zich tot de Vienna Convention on the Law of Treaties; waarin in artikel
31 lid 3 wordt gesteld dat; «a treaty shall be interpreted in good faith in accordance
with the ordinary meaning to be given to the terms of the treaty in their context
and in the light of its object and purpose»?4 Kunt u dat toelichten?
Vraag 5
Is de analyse correct dat ook bij kernwapens kunstmatige intelligentie wordt gebruikt
of zal worden gebruikt?5 Zo ja, kunt u aangeven wat de huidige ontwikkelingen zijn inzake de toepassing van
kunstmatige intelligentie bij kernwapenbeleid?
Vraag 6
Is het juist dat de waarschuwingssystemen NORAD en Northcom «deels autonoom» zijn,»
omdat er plekken zijn die te gevaarlijk voor militairen zijn om in persoon te bemannen»?
Vraag 7
Deelt u de analyse dat toepassing van kunstmatige intelligentie «in de sfeer van aanval
en verdediging uitgesproken riskant is», met name signaleringssystemen? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 8
Hoe groot is het risico dat Nederlandse beveiliging van kernwapens in ons land gevoelig
zijn voor hacks van digitale inbrekers?
Vraag 9
Bent u bereid (verdere) toepassing van kunstmatige intelligentie bij kernwapens actief
tegen te willen gaan? Zo ja, hoe? Indien neen, waarom niet?
Indieners
-
Gericht aan
K.H. Ollongren, minister van Defensie -
Gericht aan
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken -
Indiener
F.W. Futselaar, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.