Schriftelijke vragen : Het bericht 'Onenigheid Rijk en provincie fnuikt redding van de grutto'
Vragen van de leden Bromet (GroenLinks), Boswijk (CDA) en Grinwis (ChristenUnie) aan de Minister voor Natuur en Stikstof over het bericht «Onenigheid Rijk en provincie fnuikt redding van de grutt» (ingezonden 17 april 2023).
Vraag 1
Kent u het bericht «Onenigheid Rijk en provincie fnuikt redding van de grutto»?1
Vraag 2
Klopt het dat van de beloofde miljoenen voor het ondersteunen van de grutto nog vrijwel
niets is uitgekeerd?
Vraag 3
Kunt u de strekking van het artikel bevestigen dat boeren slechts hun bedrijfsvoering
aanpassen als er langjarige afspraken kunnen worden gemaakt en er geen langjarige
afspraken komen, omdat Rijk en provincies het niet eens worden over de lange termijn?
Vraag 4
Hoe is de bereidheid van boeren om zonder langjarige overeenkomst te participeren
van tevoren ingeschat? Is de verwachting uitgekomen?
Vraag 5
Bent u van mening dat provincies ook zonder garanties uit Brussel of Den Haag en op
eigen risico wederzijds verplichtende afspraken met boeren moeten maken? Of ziet u
hier toch een rol in voor het Rijk?
Vraag 6
Deelt u de mening van de heer Winsemius, dat het risico dat er straks geen geld komt
uit Brussel «vrijwel nul» is?
Vraag 7
Deelt u de mening van de heer Winsemius, dat het Rijk dit risico makkelijk kan dragen?
Vraag 8
Deelt u de mening, dat Nederland hoe dan ook de grutto moet redden, ook als er straks
geen geld meer uit Brussel komt? Deelt u ook de mening dat de theoretische onzekerheid
over de lange termijn geen beletsel kan en mag zijn voor het aangaan van overeenkomsten
met provincies en boeren?
Vraag 9
Kunt u ingaan op de stelling dat uitsluitend raaigras van negatieve invloed op de
grutto is?
Vraag 10
Welke andere middelen zijn er of kunnen er zijn om agrarisch natuurbeheer, zoals kruidenrijk
grasland en ecologisch maaien, te stimuleren? Ziet u mogelijkheden om het succesvolle
project van Urgenda en de Land- en Tuinbouworganisatie Nederland (LTO) om kruidenrijk
grasland te stimuleren van 1.001 hectare op te schalen naar 10.001 hectare of misschien
wel 100.001 hectare?
Vraag 11
Welke feitelijke of morele verantwoordelijkheid heeft de zuivelindustrie, ketenpartijen
en uiteindelijk ook de consument in het beschermen van de grutto volgens u? Bent u
met de zuivelsector en/of ketenpartijen in gesprek over wat zij kunnen of zouden moeten
doen?
Vraag 12
Zouden zuivelbedrijven boeren niet juist moeten stimuleren om te extensiveren, bijvoorbeeld
door juist te betalen voor minder productie per hectare in plaats van meer? Is de
extensivering niet juist de oorzaak van de meeste problemen in en rond de landbouw?
Vraag 13
Hoe komt het extensiveren van de melkveehouderij terug in het Nationaal Programma
Landelijk Gebied (NPLG)?
Vraag 14
Welke andere stimuleringsprogramma’s in landbouw en natuurbeleid van het Rijk, provincies
en de sector werken elkaar tegen?
Vraag 15
Gaat u het, zoals de heer Winsemius hoopt, het «komende zomer eindelijk eens worden»?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van Haga (Groep
Van Haga), ingezonden 17 april 2023 (vraagnummer 2023Z06916).
Indieners
-
Gericht aan
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Indiener
Laura Bromet, Kamerlid -
Medeindiener
Pieter Grinwis, Kamerlid -
Medeindiener
Derk Boswijk, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.