Schriftelijke vragen : Zeer recent in Pakistan herhaalde en herbevestigde fatwa en honderden dreigementen tegen een Nederlandse parlementariër
Vragen van het lid Wilders (PVV) aan de Minister-President over zeer recent in Pakistan herhaalde en herbevestigde fatwa en honderden dreigementen tegen een Nederlandse parlementariër (ingezonden 31 maart 2023).
Vraag 1
Herinnert u zich de fatwa die over mij is uitgesproken door de Pakistaanse TLP-leider
Muhammad Ashraf Asif Jalali die zei: «the government of Pakistan must take a strong
narrative on the adverse blasphemy committed by Geert Wilders» en «he must be handed
over to Muslims for public execution to ensure world peace»?1
Vraag 2
Heeft u er kennis van genomen dat Jalali die fatwa tegen mij recent op 26 maart 2023
heeft herhaald en herbevestigd met de woorden «Our fatwa is final»? Wat is uw oordeel
daarover?
Vraag 3
Bent u door de politie respectievelijk de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding
en Veiligheid (NCTV) en/of de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) hierover
geïnformeerd en tevens over het feit dat de herbevestiging van deze fatwa in één week
tijd tot honderden doodsbedreigingen aan mijn adres heeft geleid waarvan vele die
melden dat ik «de volgende ben na Salman Rushdie» en hun doodsbedreiging kracht bijzetten
met de meest walgelijke filmpjes en plaatjes? Wat is uw oordeel daarover?
Vraag 4
Herinnert u zich dat er al eerder verschillende fatwa’s over mij zijn uitgesproken
waaronder een fatwa die moslims in Nederland oproept mij te vermoorden en dat ik alleen
al vorig jaar mede naar aanleiding daarvan zo’n 900 doodsbedreigingen heb ontvangen?
Wat is uw oordeel daarover?
Vraag 5
Wat is uw oordeel over het feit dat niemand van de vele buitenlandse bedreigers hier
of in hun woonland strafrechtelijk zijn vervolgd? Deelt u de mening dat dat totaal
onaanvaardbaar en onrechtvaardig is?
Vraag 6
Realiseert u zich dat deze fatwa’s en doodsbedreigingen tot gevolg hebben dat mijn
persoonlijke vrijheid en functioneren als parlementariër al bijna twintig jaar beperkt
wordt en dat het alleen al daarom van belang is dat u zich er krachtig tegen uitspreekt
en de daders strafrechtelijk ter verantwoording worden geroepen?
Vraag 7
Bent u van mening dat mensen die een fatwa over mij uitspreken – waaronder Jalali –
en anderen die me met de dood bedreigen altijd strafrechtelijk dienen te worden vervolgd,
danwel in hun woonland danwel zouden moeten worden uitgeleverd aan Nederland om hier
te worden vervolgd? Wat gaat u doen om dit te bereiken zeker nu de fatwa van Jalali
door hem is herhaald en herbevestigd?
Vraag 8
Waarom heeft u als Minister-President de recent herbevestigde fatwa over – en honderden
doodsbedreigingen gericht aan – mij als Nederlands parlementariër niet meteen publiekelijk
veroordeeld?
Vraag 9
Waarom veroordeelt u publiekelijk wél de fakkeldragers tegen mevrouw Kaag maar niet
de mensen die middels een fatwa oproepen mij te executeren of honderden moslims die
hebben opgeroepen en aangekondigd mij te zullen onthoofden, op te hangen, de keel
door te snijden of op andere wijze te vermoorden?
Vraag 10
Bent u bereid u deze vragen gelet op de actualiteit van de vele bedreigingen en de
gevolgen voor mij van de genoemde fatwa, vóór dinsdag 4 april 11.00 uur beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
M. Rutte, minister-president -
Indiener
Geert Wilders, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.