Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden over Voortgang maatwerkafspraken
29 826 Industriebeleid
32 813
Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Nr. 177
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 30 maart 2023
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen voorgelegd
aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de brief van 27 februari 2023
inzake Voortgang maatwerkafspraken (Kamerstukken 29 826 en 32 813, nr. 173).
De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 27 maart 2023. Vragen en antwoorden
zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, Agnes Mulder
De adjunct-griffier van de commissie, Van Dijke
1
Op welke manier wordt de uitstoot/lozing van (ultra)fijnstof, Polycyclische Aromatische
Koolwaterstoffen (PAK's) en andere Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS'en) meegenomen bij
het opstellen van de maatwerkafspraken?
Antwoord
Onderdeel van de maatwerkaanpak is om met bedrijven ook te komen tot afspraken over
de verbetering van de leefomgeving. Er wordt, waar dat relevant is, ingezet op vermindering
van stikstofemissies en reductie van geluid, geur en de uitstoot van zeer zorgwekkende
stoffen. Om te bepalen welke leefomgevingsproblematiek het meest relevant is, laat
het Ministerie van IenW onderzoek uitvoeren. Dit onderzoek helpt om te kijken waar
de meeste winst te behalen is voor de leefomgeving bij de transitie richting een schone,
circulaire en klimaatneutrale industrie. Mede op basis van de definitieve uitkomsten
van dit onderzoek, de emissieregistratie, de transitieplannen van het betreffende
bedrijf en gesprekken met zowel bedrijf als omgeving, worden in de definitieve maatwerkafspraken
vervolgens concrete reductie- en circulariteitsdoelstellingen opgenomen.
2
Op welke manier wordt gezondheidswinst van omwonenden meegenomen bij het opstellen
van de maatwerkafspraken?
Antwoord
Onderdeel van de maatwerkaanpak is om met bedrijven ook te komen tot afspraken over
de verbetering van de leefomgeving. Een gezonde leefomgeving is een leefomgeving die
als prettig wordt ervaren, die uitnodigt tot gezond gedrag en waar de druk op de gezondheid
zo laag mogelijk is. De maatwerkafspraken zullen hier een bijdrage aan leveren. Per
bedrijf wordt specifiek bekeken wat de belangrijkste knelpunten zijn die aan de orde
zouden moeten komen bij het maken van de afspraken, zie ook het antwoord op vraag 1.
Met uw Kamer wordt regelmatig gesproken over de milieu- en gezondheidsproblematiek
rondom Tata Steel Nederland (TSN).1 Het Ministerie van IenW is samen met het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
(EZK) en de provincie Noord-Holland in gesprek met TSN over de inhoud van een Joint Letter of Intent (JLOI) in vervolg op de afgesloten Expression of Principles (EoP).2 Mede op verzoek van uw Kamer krijgen de gezondheidseffecten een prominente rol in
de maatwerkafspraak en wordt bezien hoe de meest vervuilende onderdelen zo snel mogelijk
kunnen worden uitgefaseerd.
3
Is het de bedoeling dat de totaal beoogde CO2-reductie van alle bedrijven waar maatwerkafspraken mee worden gemaakt samen zullen
optellen tot 34,4 Mton (de restopgaven voor de industrie) plus 1–1,9 Mton of moet
hier nog 4 Mton vanaf gehaald worden, omdat dat geborgd wordt met de CO2-heffing?
Antwoord
De restemissie opgave in 2030 van de gehele industrie (ETS en niet-ets) is in totaal
34,4 Mton. Het totaalpakket van ondersteuning, financiële prikkels en maatwerkafspraken
beoogt om dit te behalen. De CO2-heffing borgt CO2-reductie, maar garandeert niet dat in Nederland wordt verduurzaamd. In het Coalitieakkoord
is de borging van CO2-reductie via de CO2-heffing met 4 Mton verhoogd. De maatwerkaanpak is een extra instrument om bedrijven
in Nederland te verduurzamen, waarbij wordt beoogd om 1 tot 1,9 Mton extra CO2-uitstoot te reduceren, bovenop wat wordt geborgd met de CO2-heffing.
4
Hoe wordt onderscheid gemaakt tussen CO2-reductie die al noodzakelijk is binnen bestaande afspraken en die met generiek instrumentarium
bereikt kan worden en de additionele besparing als gevolg van de maatwerkafspraken,
zodat de additionaliteit gewaarborgd blijft?
Antwoord
De maatwerkafspraken zijn bedoeld om bedrijven te laten verduurzamen in Nederland.
We kijken daarbij of er additionele CO2-reductie ten opzichte van de dispensatierechten in 2030 kunnen worden gerealiseerd.
De reductie ten opzichte van de dispensatierechten is indicatief en in beginsel vertrouwelijk.
De extra CO2-reductie wordt structureel geborgd, omdat het desbetreffende bedrijf de vrijgekomen
dispensatierechten door additionele CO2-reductie door maatwerk niet buiten het bedrijf mag verhandelen.
5
Hoe wordt bepaald of de ambities zoals geformuleerd in de Expression of Principles
leiden tot additionele CO2-reductie ten opzichte van de CO2-heffing?
Antwoord
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar het antwoord op vraag 4.
6
Welke criteria worden gehanteerd om te bepalen welke activiteiten en inspanningen
om te komen tot CO2-besparing en vermindering van milieuvervuiling binnen de maatwerkwerkafspraken vallen
en welke erbuiten?
Antwoord
De maatwerkaanpak is bedoeld voor de twintig grootste industriële uitstoters in Nederland.
Zij moeten zelf interesse hebben in de maatwerkaanpak en bereid zijn blijvend te investeren
en produceren in Nederland en te werken aan een businessmodel op basis van schone
producten en schone productieprocessen. Het bedrijf moet, mede gezien de nationale
doelstellingen, een ambitieus plan hebben om voor 2030 meer CO2-reductie te realiseren dan vooralsnog benodigd om de aangescherpte CO2-heffing voor te blijven of te versnellen en moet een visie hebben op zijn langetermijn
verduurzaming na 2030 die past binnen de context van een klimaatneutrale en circulaire
economie in Nederland in 2050. Indien dit niet realiseerbaar is, ga ik graag in gesprek
over een langetermijnvisie op verduurzaming na 2030 die past binnen de context van
een klimaatneutrale en circulaire economie in Nederland in 2050, om te bezien of er
ruimte is voor maatwerk met als doel extra reductie na 2030. De emissiecijfers van
de Nederlandse Emissieautoriteit zijn leidend bij het bepalen van de grootste industriële
uitstoters. Wat betreft de verbetering van de leefomgeving laat het Ministerie van
IenW onderzoek uitvoeren om te bepalen waar de meeste winst is te behalen. De definitieve
uitkomsten van dit onderzoek worden verder meegenomen in de maatwerkgesprekken. Over
al deze elementen vindt vervolgens het gesprek plaats tussen de bedrijven en de overheid.
Dit moet resulteren in een set afspraken over doelen en wat nodig is om die te realiseren.
7
Wie houdt toezicht op het al dan niet halen van de in de maatwerkafspraken overeengekomen
doelen?
Antwoord
In de maatwerkaanpak zal aandacht worden besteed aan de monitoring van de voortgang
van de realisering van de verschillende projecten, alsmede de monitoring van de uiteindelijke
impact op het klimaat c.q. de CO2-emissiereductie en de andere afgesproken emissiereducties. Verdere exacte invulling
moet nog bepaald worden. Zoals in het antwoord op vraag 4 aangegeven, wordt de extra
CO2-reductie structureel geborgd, omdat het desbetreffende bedrijf de vrijgekomen dispensatierechten
door additionele CO2-reductie door maatwerk niet buiten het bedrijf mag verhandelen.
Verder vind ik het van belang dat er onafhankelijk advies komt over de maatwerkafspraken.
Daarom adviseert de adviescommissie over de concept JLOI, waarbij zij onder adviseren
over het ambitieniveau, de haalbaarheid en kosteneffectiviteit.
8
Wat wordt bedoeld met bindende maatwerkafspraken? Wordt daarmee juridisch bindend
bedoeld?
Antwoord
In de maatwerkaanpak wordt stapsgewijs gewerkt van een EoP, naar een JLOI naar uiteindelijke
bindende, maatwerkafspraken. Met bindende maatwerkafspraken worden inderdaad juridisch
bindende afspraken bedoeld, in de zin dat over en weer verplichtingen worden aangegaan,
die in rechte afdwingbaar kunnen zijn. Het kan daarbij gaan om verschillende soorten
afspraken en verplichtingen, die ook van karakter en in hardheid kunnen verschillen.
Dit hangt mede af van onder meer de aard, de tijdhorizon en de omstandigheden van
de verscheidene projecten. Bij de afspraken die in het kader van de maatwerkaanpak
worden gemaakt, worden de Aanwijzingen voor convenanten in acht genomen.
9
Welke (financiële) sancties zijn er verbonden aan het niet op tijd behalen van de
CO2-reductiedoelen?
Antwoord
Het uitgangspunt van de maatwerkaanpak is wederkerigheid. De overheid en het bedrijf
werken samen om additionele investeringen en CO2-reductie te realiseren en de impact op de leefomgeving te verbeteren. Het realiseren
van de projecten en daarmee het behalen van de doelen is van een groot aantal factoren
afhankelijk, zowel aan de kant van de bedrijven als aan de kant van de overheid. Bij
de vormgeving van de maatwerkafspraken worden de nodige randvoorwaarden gesteld. Dit
vraagt casus specifieke projectsturing en monitoring, zodat tijdig kan worden bijgestuurd
als projecten onverhoopt vertraging dreigen op te lopen (zie ook vraag 7). In de maatwerkafspraken
zal van beide zijden per geval moeten worden bezien wat de consequenties zijn als
een partij zich niet (kan) houden aan de voorgenomen afspraken. Helder mag zijn dat,
zoals gebruikelijk bij subsidieverlening, er geen geld ter beschikking komt als het
project niet wordt gerealiseerd.
10
Hoe wordt een ongelijk speelveld voorkomen, waarbij beperkt beschikbare groene elektriciteit
en waterstof al (grotendeels) vergeven is via de maatwerkafspraken, ten koste van
nieuwe, innovatieve bedrijven waar geen maatwerkafspraken mee gemaakt zijn?
Antwoord
Een van de doelstellingen van het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie (NPVI)
is om toekomstig vraag en aanbod van onder andere stroom en grondstoffen in de industrie
zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen. De maatwerkafspraken helpen om nog beter
zicht te krijgen op de toekomstige energiebehoefte vanuit de bedrijven. Dit helpt
voor de planning van de energie-infrastructuur. Bedrijven staan primair zelf aan de
lat voor het inkopen van stroom en grondstoffen. Overigens is bij het opstellen van
het Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie & Klimaat (MIEK) de behoefte van alle
bedrijven uit de industrie-clusters in ogenschouw genomen en niet alleen de behoefte
van de grootste energie-intensieve bedrijven.
11
Wat is het (maximum)bedrag dat is begroot voor de maatwerkafspraken die zijn gemaakt
met de maatwerkbedrijven? Is dat 3 miljard of 4 miljard euro? En klopt het dat het
mogelijk is dat de Europese Commissie deze staatssteun nog kan afkeuren?
Antwoord
Wanneer een financiële bijdrage van de overheid onderdeel is van maatwerkafspraken,
wordt in eerste instantie onderzocht of generieke instrumenten ingezet kunnen worden.
Deze instrumenten bevatten of geen staatssteun of zijn al door de Europese Commissie
goedgekeurd of vrijgesteld van goedkeuring. Mocht dat onverhoopt niet mogelijk zijn,
dan kan maatwerkfinanciering worden onderzocht en overwogen. Een dergelijk instrument
dient te voldoen aan de geldende staatssteunregels en -kaders. Binnen de maatwerkaanpak
geldt dat voor de verschillende plannen om bedrijven te ondersteunen per geval beoordeeld
moeten worden of er sprake is van staatssteun.
Wanneer financiering wordt geboden die niet marktconform is, zal er in de meeste gevallen
sprake zijn van staatssteun. In zo’n geval kan, om geoorloofd staatssteun te verlenen,
mogelijk een beroep worden gedaan op de staatssteunkaders die mogelijkheden bieden
voor het stimuleren van CO2-reductie zoals onder andere de richtsnoeren voor klimaat, milieu en energie steun
(de Guidelines on State aid for climate, environmental protection and energy (CEEAG)),
de algemene groepsvrijstellingsverordening en het Tijdelijk crisiskader. Ook zijn
er staatssteunkaders inzetbaar die het aantrekken van private financiering voor verduurzaming
kunnen faciliteren. Pas als meer duidelijk is over de precieze activiteiten en financiering
van een project kan een staatssteunbeoordeling worden gedaan en kan de maatwerkafspraak
indien nodig ter goedkeuring worden voorgelegd bij de Europese Commissie. Wel wordt
al eerder contact gelegd met de Europese Commissie over de algemene opzet van de maatwerkaanpak.
Voor verduurzaming van de industrie is binnen het Klimaatfonds indicatief 3 miljard
euro gereserveerd. De besluitvorming over de invulling hiervan vindt dit voorjaar
plaats.
12
Hoe wordt de hoogte van de maatwerksubsidie per maatwerkbedrijf bepaald? Worden de
berekeningen en overwegingen inzichtelijk gemaakt voor de Kamer?
Antwoord
De ambities en doelen van een maatwerkbedrijf om extra CO2 te reduceren worden samen met de gewenste ondersteuning vanuit de overheid in een
EoP vastgelegd. De EoP wordt na ondertekening gepubliceerd. Vervolgens wordt een EoP
concreter en in meer detail uitgewerkt in een concept JLOI. De analyse van de business
case van de projecten is in de JLOI-fase een belangrijk onderdeel, waarbij ook wordt
onderzocht welke generieke subsidie instrumenten eventueel kunnen worden ingezet voor
een positieve business case. Als de inzet van een generiek instrument niet mogelijk
is, kan gekeken worden naar een maatwerksubsidie. Maatwerk kan ook, afgezien eventuele
financiële ondersteuning, andere vormen aannemen.
In het geval van een maatwerksubsidie bepalen de Europese steunkaders in belangrijke
mate de voorwaarden. In sommige gevallen zullen ook externe due diligence onderzoeken
plaatsvinden. Zodra een concept JLOI compleet is, wordt deze voorgelegd aan de externe
adviescommissie. Uw Kamer wordt geïnformeerd over de getekende JLOI, waarbij het advies
van de externe adviescommissie ook openbaar wordt gemaakt. Vervolgens wordt de JLOI
waar nodig (bijvoorbeeld in het kader van de uitvoering) uitgewerkt in bindende maatwerkafspraken,
zoals bijvoorbeeld een subsidiebeschikking. Hierop zijn de gebruikelijke voorwaarden
wat betreft openbaarheid van toepassing. De maatwerkaanpak biedt hiermee een voorspelbaar
proces met duidelijke fases en tussenproducten die transparant en controleerbaar zijn.
13
Kunt u aangeven hoe u gaat zorgen voor transparantie in de totstandkoming van maatwerkafspraken
en bijbehorende subsidiebedragen per maatregel?
Antwoord
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar het antwoord op vraag 12.
14
Wanneer wordt de Kamer geïnformeerd over de hoogte van de maatwerksubsidies die zijn
toegekend aan individuele maatwerkbedrijven?
Antwoord
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar het antwoord op vraag 12.
15
Kunt u aangeven hoe de onafhankelijke commissie deze maatwerkafspraken gaat toetsen?
Antwoord
De Adviescommissie Maatwerkafspraken Verduurzaming Industrie zal zich in haar advies
op basis van de concept JLOI richten op onder andere haalbaarheid, kosteneffectiviteit
en ambitieniveau. Daarnaast kan ik de adviescommissie verzoeken om op een ander moment
(eerder of later in het proces) aanvullend advies te geven.
De adviescommissie is formeel ingesteld met het Besluit van de Minister van EZK van
16 februari 2023.3 Hierin staat in artikel 6.1 aangegeven dat de adviescommissie haar eigen werkwijze
schriftelijk vast zal stellen. Vanuit het Ministerie van EZK zal voorzien worden in
de benodigde informatievoorziening, zodat de adviescommissie weloverwogen over de
concept JLOI’s kan adviseren.
16
Worden de eigen financiële middelen (van moeder en dochterconcern) meegenomen in de
bepaling van de hoogte van eventuele maatwerksubsidies?
Antwoord
Ja, in de maatwerkaanpak wordt per bedrijf een zorgvuldige afweging gemaakt van de
beoogde opbrengsten van de maatwerkafspraken en de noodzakelijke randvoorwaarden om
deze technisch, financieel en juridisch te realiseren. Een grondige analyse van de
business case en de financierbaarheid van de projecten is hier een belangrijk onderdeel
van.
17
Wat is het totaalbedrag dat door Tata Steel Nederland, Dow Benelux, Nobian en OCI
in de afgelopen vijf jaar is uitgegeven aan het verduurzamen van bedrijfsprocessen?
Antwoord
Dit betreft bedrijfsinformatie die de desbetreffende bedrijven alleen zelf kunnen
verstrekken.
18
Komen ExxonMobil, BP-raffinaderij Rotterdam en Shell in aanmerking voor maatwerksubsidies?
Antwoord
De maatwerkaanpak richt zich op de twintig grootste industriële uitstoters, gebaseerd
op de cijfers van de Nederlandse Emissieautoriteit van 2021. Zoals ik in de Kamerbrief
van 27 februari jl. heb aangegeven, behoren ExxonMobil, BP-raffinaderij Rotterdam
en Shell tot deze groep. Per bedrijf wordt vervolgens gekeken wat de mogelijkheden
voor CO2-reductie zijn en wat daarvoor nodig is vanuit de overheid, al dan niet financieel.
Mocht een maatwerksubsidie overwogen worden dan wordt dat per geval bekeken waarbij
een groot aantal factoren en randvoorwaarden een rol zal spelen. Zie ook het antwoord
op vraag 12 voor een verdere toelichting op de verhouding tussen het generieke financiële
instrumentarium en de maatwerksubsidies.
19
Worden de gederfde belastinginkomsten door wegsluizen van winst door moederbedrijven
meegenomen in de beoordeling of een bedrijf aanspraak kan maken op subsidie via de
maatwerkafspraken? Hoe wordt dat gedaan?
Antwoord
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar onderstaande vraag, vraag 20.
20
Van Tata Steel Nederland is bekend dat het moederbedrijf Tata Steel India kunstmatig
winst wegsluist, waardoor de Nederlandse Staat belastinginkomsten misloopt. Kunt u
aangeven of u van plan bent deze misgelopen inkomsten te korten op een eventueel subsidiebedrag
in de maatwerkafspraken?
Antwoord
In zijn algemeenheid zijn bedrijven zelf verantwoordelijk voor hun organisatiestructuur
en financiële geldstromen tussen verschillende bedrijfsonderdelen. Volgens het Nederlandse
vennootschapsrecht komt de winst van een vennootschap de aandeelhouders van die vennootschap
ten goede, tenzij de statuten anders bepalen. Aandeelhouders, in dit geval ook Tata
Steel India, hebben onder voorwaarden, recht op winstuitkering. Het inperken van dit
recht in de vorm van regelgeving kan in strijd zijn met het vrij verkeer van kapitaal
met derde landen zoals neergelegd in het Verdrag betreffende de Werking van de Europese
Unie (artikel 63) en het recht op ongestoord genot van eigendom zoals wordt gewaarborgd
door artikel 1, eerste protocol van het Europees verdrag tot bescherming van de rechten
van de Mens.
Een eventuele subsidie voor verduurzaming is niet bedoeld om een bedrijf te steunen,
maar bijvoorbeeld om een onrendabele top af te dekken van maatregelen die nodig zijn
in het kader van klimaatbeleid maar die op zich zelf niet financieel rendabel zijn.
Dat heeft niets te maken met een eventuele winstbestemming waartoe de onderneming
zou kunnen besluiten.
Van een eventuele korting op een mogelijk toe te kennen subsidiebedrag kan op deze
grond derhalve geen sprake zijn.
21
Wat is de netto inkoop van de eigen aandelen van het afgelopen boekjaar (2022) van
de maatwerkbedrijven? Welk percentage van de nettowinst werd er in hetzelfde boekjaar
uitgekeerd aan aandeelhouders?
Antwoord
Het is niet aan mij om de winstcijfers en het beleid voor winstverdeling van individuele
bedrijven toe te lichten. Hiervoor verwijs ik naar de desbetreffende bedrijven en
openbare bronnen voor zover bedrijven hierover informatie hebben gepubliceerd.
22
Hoe hoog zijn de lastenverzwaringen in 2023 voor de grote uitstoters die in aanmerking
komen voor de maatwerkafspraken?
Antwoord
Het is niet aan mij om uitspraken te doen over de fiscale positie van individuele
bedrijven.
23
Zal de in het coalitieakkoord opgenomen «generatietoets» worden vastgelegd in de maatwerkafspraken?
Antwoord
De generatietoets is ingesteld om jongeren meer inspraak te geven bij de ontwikkeling
van nieuwe wet- en regelgeving. De uitwerking en inzet van de generatietoets is nog
in ontwikkeling. Een generatietoets is niet opgenomen in de maatwerkafspraken.
24
Welke stappen worden gezet om het afsluiten van Expressions of Principles en Joint
Letters of Intent te versnellen?
Antwoord
De komende periode zet ik mij met alle betrokken partijen maximaal in om de vier ondertekende
EoP’s verder uit te werken en tot concrete, uitgewerkte afspraken te komen. Daarnaast
ben ik bezig om zo snel mogelijk met de andere bedrijven uit de top-20 grootste industriële
uitstoters tot een EoP te komen. Hierbij is het primair aan de bedrijven om uitgewerkte
plannen met onderbouwing aan te leveren. Dat is nodig om vervolgens een afgewogen
oordeel te kunnen vormen. De ervaringen die tot nu zijn opgedaan maken het mogelijk
dit soms sneller te doen dan bij de eerste paar EoP’s. Naast snelheid zijn voor mij
echter ook kwaliteit en ambitie van belang.
Om knelpunten aan te pakken en op te lossen heb ik het NPVI opgericht. Zo kan er nog
meer tempo gemaakt worden om de realisatie van de feitelijke verduurzamingsprojecten
te versnellen.
25
Hoeveel financiële middelen verwacht u nodig te hebben voor de vier tot nu toe gestarte
maatwerkafspraken met Tata Steel, Nobian, Dow Chemicals en OCI Nitrogen?
Antwoord
In de ondertekende EoP’s zijn de ambities van de verduurzamingsplannen van TSN, Nobian,
Dow Chemicals en OCI beschreven. Momenteel wordt met deze bedrijven toegewerkt naar
een JLOI. Om tot een JLOI te komen, wordt onder andere de business case uitgewerkt
en getoetst. Hieruit moet duidelijk worden hoeveel financiële middelen er nodig zijn
om de projecten uit te voeren en welke bijdrage men van de overheid verwacht. Hierbij
geldt dat er altijd eerst gekeken wordt naar de mogelijkheden binnen het bestaande,
generieke instrumentarium (zoals de SDE++ regeling), voordat wordt gekeken naar eventuele
mogelijkheden voor maatwerkfinanciering. Het is nog te vroeg om een inschatting te
maken van de uiteindelijke overheidsbijdrage aan genoemde bedrijven.
26
Is het uitgangspunt dat het bedrijf een ambitieus plan moet hebben om voor 2030 meer
CO2-reductie te realiseren dan vooralsnog benodigd is om de aangescherpte CO2-heffing voor te blijven of te versnellen en een visie moet hebben op zijn langetermijnverduurzaming
na 2030 die past binnen de context van een klimaatneutrale en circulaire economie
in Nederland in 2050? Op welke manier en door wie wordt dat plan en deze visie beoordeeld?
Welke criteria worden daarvoor gebruikt?
Antwoord
Het vertrekpunt voor maatwerkafspraken is dat een bedrijf uit de top-20 grootste industriële
uitstoters in 2030 meer CO2-reductie realiseert dan nodig is om de CO2-heffing voor te blijven. Indien een bedrijf tot 2030 aantoonbaar beperkte opties
heeft voor additionele reductie, kan het mogelijk toch voor maatwerk in aanmerking
komen, wanneer uit het klimaatplan van het bedrijf voldoende duidelijk is dat na 2030
grootschalige bovenwettelijke CO2-reductie kan worden gerealiseerd. Wel geldt dat als het gaat om financiële steun
de kaders momenteel tot en met 2030 beschikbaar zijn.
Voor alle bedrijven geldt dat men een klimaatplan met een visie en een stappenplan
op het bereiken van klimaatneutraliteit, zo mogelijk in 2040 en uiterlijk in 2050,
dient te hebben. Dit plan wordt onderdeel van de JLOI die voor advies aan de externe
adviescommissie wordt voorgelegd. De adviescommissie richt zich in haar advisering
onder andere op ambitieniveau, haalbaarheid en kosteneffectiviteit.
27
Hoe verhouden de verduurzamingsplannen van Tata Steel Nederland, Dow Benelux, Nobian
en OCI zich tot de kabinetsambitie om te komen tot een circulaire economie van Nederland
in 2050? Hoe wilt u dit toetsen?
Antwoord
Het is primair aan de bedrijven zelf om te verduurzamen en om met concrete plannen
aan te geven hoe zij additionele CO2-reductie kunnen bewerkstelligen.
Elke maatwerkafspraak moet uiteindelijk een gebalanceerd pakket vormen van plannen
op het gebied van klimaat, leefomgeving en circulariteit, afgestemd op het specifieke
bedrijf. Dit is de kern van de maatwerkaanpak. Zoals in het antwoord op vraag 1 is
beschreven, laat het Ministerie van IenW onderzoek uitvoeren om te bezien welke leefomgevingsproblematiek
het meest relevant is. Hierin wordt ook circulariteit meegenomen. Daarnaast neemt
de externe adviescommissie de mate van verbetering van de leefomgeving ook mee in
haar advies. Ten slotte vormen de plannen van het Kabinet op het gebied van circulaire
economie, bijvoorbeeld het recent gepresenteerde Nationaal Programma Circulaire Economie4, een belangrijke leidraad bij de uitwerking van de afspraken.
Concreet geldt dat in de EoP’s die zijn gesloten met TSN, Dow Benelux, Nobian en OCI
afspraken zijn gemaakt om verdere stappen te maken op het gebied van de circulaire
economie. Bij TSN zal na de voorgestelde transitie van het bedrijf bijvoorbeeld veel
meer schroot toegepast worden in het productieproces dan dat nu het geval is. Dow
Benelux heeft de ambitie steeds meer pyrolyseolie (gemaakt van gerecycled plastic)
toe te passen in haar productieproces, waardoor er minder fossiele grondstoffen nodig
zijn. Nobian wil het gebruik van gas en water fors reduceren. OCI heeft de intentie
om CO2-neutrale en circulaire ammoniak en methanol toe te passen in haar productieprocessen.
Dit leidt in beide gevallen tot een forse afname van gebruik van fossiele grondstoffen
(zoals gas).
28
Onderdeel van de afspraken is ook het voorkomen van een zogenoemd «waterbedeffect»
met betrekking tot de dispensatierechten. Kunt u toelichten welke stappen u neemt
om het waterbedeffect te voorkomen?
Antwoord
Om het waterbedeffect te voorkomen wordt reeds in de EoP’s opgenomen dat het desbetreffende
bedrijf de vrijgekomen dispensatierechten door additionele CO2-reductie door maatwerk niet buiten het bedrijf mag verhandelen.
29
Staan Europese staatssteunregels toe om Tata Steel Nederland te compenseren voor het
vroegtijdig sluiten van kooksfabriek 2 als dit onderdeel wordt van de maatwerkafspraken?
Antwoord
Op dit moment heeft de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG) voor de derde
keer een last onder dwangsom opgelegd aan TSN vanwege overtreding van de milieuvergunning
van Kooks- en Gasfabriek 2. Het is nu eerst en vooral aan TSN om de geconstateerde
overtredingen op te heffen en terug te keren naar een bedrijfsvoering binnen de grenzen
van de milieuvergunning. Indien TSN dit niet doet is het aan het bevoegd gezag Provincie
Noord-Holland en de Omgevingsdienst om verdere maatregelen te treffen. Zolang er sprake
is van een overtreding van de milieuvergunning en een handhavingstraject op deze fabriek
zou een dergelijke compensatie vanuit Europese Staatsteunregels moeilijk te verantwoorden
zijn.
30
Bent u van plan ervoor te waken dat achterstallige milieu-investeringen en energiebesparingsmaatregelen
die in het verleden niet zijn genomen, of andere maatregelen waartoe een bedrijf al
wettelijk verplicht zou zijn, niet alsnog via de maatwerkafspraken met belastinggeld
worden gefinancierd?
Antwoord
Het subsidiëren of financieren van milieumaatregelen die wettelijk verplicht zijn
en ook kunnen worden afgedwongen is niet wenselijk en op grond van de staatssteunregels
ook niet toegestaan. Ik zal de afspraken hier dus kritisch op beoordelen.
31
Welke stappen zijn er ondernomen om op Europees niveau afstemming te vinden over de
gevolgen van de Nederlandse maatwerkafspraken met betrekking tot de ketens van de
bedrijven die vallen onder deze afspraken?
Antwoord
De maatwerkaanpak is gericht op de verduurzaming van de Nederlandse industrie door
het mogelijk maken van additionele scope 1 CO2-reductie in Nederland. Mogelijkheden voor verduurzaming in de keten (scope 3 reductie)
worden waar mogelijk meegenomen in de afspraken met de bedrijven. De maatwerkbedrijven
zijn zelf verantwoordelijk voor het betrekken van de bedrijven in de keten bij hun
verduurzamingsplannen.
32
Hoe wordt op dit moment uitvoering gegeven aan de motie van het lid Dassen c.s. over
in Europees verband gesprekken opstarten over hoe een bijmengverplichting Europees
kan worden uitgerold (Kamerstuk 32 813, nr. 1128)?
Antwoord
Nederland zal op korte termijn in gesprek gaan met de Europese Commissie over het
vervolg van de mededeling over duurzame koolstofcycli. Inzet in deze gesprekken is
om op Europees niveau een norm vorm te geven. De voorbereidingen hiervoor lopen reeds.
33
In welk stadium bevinden de gesprekken met partijen in het kader van de maatwerkafspraken
zich?
Antwoord
De gesprekken met de bedrijven bevinden zich in verschillende stadia.
Met TSN, Dow Benelux, Nobian en OCI zijn EoP’s getekend en lopen de gesprekken om
tot een JLOI te komen. Met vrijwel alle andere bedrijven uit de top-20 grootste industriële
uitstoters lopen de gesprekken en daag ik bedrijven uit om met mij in gesprek te gaan
over ambitieuze maatwerkafspraken. Tot nu toe is bij één bedrijf gezamenlijk geconcludeerd
dat er geen mogelijkheid is voor additionele scope 1 CO2-reductie in 2030 in aanvulling op wat het bedrijf al in voorbereiding heeft.
Een viertal bedrijven uit de top-20 betreft de afvalverbrandingsinstallaties (AVI’s).
Voor de AVI’s geldt dat er momenteel nog andere mogelijkheden inzake CO2-reductie en circulariteit worden onderzocht, voordat een maatwerktraject kan worden
gestart, zie ook het antwoord op vraag 78.
34
Hoe komt het dat er nog maar met vier partijen een eerste stap is gezet?
Antwoord
De maatwerkaanpak is een nieuwe aanpak en heeft tot nu toe al tot vier ambitieuze
EoP’s geleid. De komende tijd zullen er meer EoP’s volgen. De overheid benadert de
bedrijven hierbij actief voor gesprekken, waarbij het aan de bedrijven zelf is om
met ambitieuze plannen te komen. De maatwerkaanpak vergt een intensief proces. Het
gaat om complexe, ingrijpende aanpassingen en grote investeringen voor de lange termijn.
Dit vraagt een zorgvuldig proces van zowel de overheid als de bedrijven, om uiteindelijk
tot concrete en uitvoerbare afspraken over uiteenlopende onderwerpen te kunnen komen.
35
Wat is de beoogde bijdrage aan de klimaatdoelstellingen als de tot nu toe overeengekomen
maatwerkafspraken doorgang vinden? Bijvoorbeeld maar niet exclusief: hoeveel CO2 reductie levert dit op?
Antwoord
In de vier ondertekende EoP’s staan op hoofdlijnen de ambities, verschillende potentiële
onderwerpen en doelen beschreven. Zo kunnen de beschreven ambities in de EoP van Dow
leiden tot een jaarlijkse uitstootreductie van 1,7 Mton in 2030 en 10% stikstofreductie
ten opzichte van 2018. Nobian wil met de maatwerkafspraken 10 jaar eerder nagenoeg
CO2-neutraal worden: in 2030 in plaats van 2040. Ook kunnen de plannen van Nobian zorgen
voor een vermindering van de stikstofuitstoot van ca. 500 ton NOx per jaar. OCI noemt in haar EoP’s verschillende verduurzamingsroutes, die tot minimaal
0,8 Mton en maximaal 1,7 Mton CO2-reductie kunnen leiden. Naast aanzienlijke CO2-reductie zorgen deze routes er ook voor dat de stikstofuitstoot met maximaal 30%
kan worden verminderd. Ik verwijs uw Kamer naar de ondertekende EoP’s voor de volledige
en precieze ambities voor bijdrage aan de klimaatdoelstellingen van de verschillende
bedrijven.5
36
Wanneer verwacht u dat de maatwerkafspraken met alle partijen afgerond zullen zijn?
Kunt u een richtdatum geven per partij en per afgerond stadium?
Antwoord
Ik zet mij, samen met alle betrokkenen, maximaal in om zo snel als mogelijk is tot
maatwerkafspraken met de top-20 grootste industriële uitstoters te komen. Ik wil daarbij
ook op de inhoud van de afspraken ambitieus zijn en realistisch in wat mogelijk is
gelet op onder meer de complexiteit en omvang van de projecten, de vele onzekerheden
in marktontwikkelingen en interne besluitvormingsprocessen van de bedrijven. De overheid
benadert de bedrijven actief voor gesprekken, waarbij het aan de bedrijven zelf is
om met ambitieuze plannen te komen. Aangezien de huidige stand van zaken per bedrijf
verschilt en de overheid hierbij ook afhankelijk is van bijvoorbeeld de interne besluitvorming
van het bedrijf, is het niet mogelijk om een richtdatum per partij en per afgerond
stadium te geven. Ik informeer uw Kamer elk halfjaar over de voortgang van de maatwerkafspraken.
In de volgende voortgangsbrief zal ik ingaan op de dan meest actuele stand van zaken.
37
Hoeveel geld is er toegezegd aan partijen waarmee gesproken wordt in het kader van
de maatwerkafspraken?
Antwoord
Er is op dit moment nog geen geld toegezegd aan de maatwerkbedrijven.
38
Hoe wordt de besteding van deze gelden gewogen tegenover het algemeen belang en niet
alleen bezien vanuit het zo veel mogelijk verduurzamen en behouden van de industrie?
Antwoord
Het verduurzamen van de industrie is van belang voor de Nederlandse klimaatdoelen
en voor onze economie. Daarmee is sprake van algemeen belang. De besteding van gelden
in het kader van de maatwerkaanpak dient doelmatig en doeltreffend te zijn. De afspraken
met de individuele bedrijven worden zeer grondig voorbereid, waar nodig worden de
business cases ook door externe deskundigen gevalideerd. Verder dienen voor zover
van toepassing de afspraken aan de voorwaarden van generieke instrumenten en geldende
staatssteunregels en -kaders te voldoen en wordt de concept JLOI voor advies aan de
externe adviescommissie voorgelegd, die zich onder andere richt op doelmatigheid,
haalbaarheid en ambitieniveau.
39
Hoe wordt voorkomen dat geld bestemd voor Tata Steel Nederland in India terecht komt?
Antwoord
Bij de vormgeving van mogelijke steun wordt erop toegezien dat deze steun expliciet
bijdraagt aan de verduurzaming en verschoning van Tata Steel in Nederland. Tegelijkertijd
wil ik onderstrepen dat er nog geen besluit is genomen over financiële steun aan TSN
in een maatwerkafspraak. Momenteel wordt de business case van TSN op financiële, technische,
economische en organisatorische haalbaarheid beoordeeld. Zolang dit proces niet is
afgerond, kan ik niet vooruitlopen op de vormgeving en voorwaarden van deze mogelijke
steun. Bovendien geldt dat alle overheidssteun door de Europese Commissie wordt getoetst
op de vraag of het geoorloofde staatssteun is. Met deze staatssteuntoets wordt onder
meer gewaarborgd dat met de steun de markt niet wordt verstoord. De staatssteuntoets
waarborgt ook dat de steun ten behoeve komt van het onderhavige project.
40
Wat zijn de met behulp van de maatwerkafspraken te behalen doelstellingen en de uitgangspunten
hierbij?
Antwoord
De maatwerkaanpak is een aanvullend instrument bovenop het Klimaatakkoord om bedrijven
in Nederland te laten verduurzamen. De ambitie is om 1 tot 1,9 Mton extra CO2-reductie in 2030 te behalen. Naast afspraken over CO2-reductie, worden waar relevant ook afspraken over de stikstofreductie en de verbetering
van de leefomgeving gemaakt (bijvoorbeeld door een reductie aan geluid, geur en de
uitstoot van bepaalde stoffen).
41
Hoe wordt er gehandhaafd of een bedrijf ook gaat voldoen aan de gemaakte afspraken?
Antwoord
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar het antwoord op vraag 7.
42
Hoe garandeert u parlementaire controle van het proces rondom de maatwerkafspraken,
om te toetsen of ingezette middelen (en geld) ook doelmatig en doeltreffend besteed
worden? Hoe weegt u dit af tegen bedrijfsgevoeligheid?
Antwoord
De maatwerkaanpak is mede met het oog op de gewenste transparantie stapsgewijs ingevuld.
Deze gefaseerde aanpak doet recht aan de complexiteit van deze vernieuwende aanpak.
Daarnaast is het werken met verschillende fases van belang, omdat het bijvoorbeeld
tijd kost om de technische en bedrijfseconomische uitwerking en onderbouwing te concretiseren.
De stapsgewijze aanpak zorgt voor een duidelijk en transparant proces met herkenbare
tussenproducten om tot uiteindelijke afspraken te komen, maar wel met ruimte om daarbinnen
flexibiliteit te hebben per situatie. De getekende EoP’s en de JLOI’s zullen gepubliceerd
worden. Daarnaast wordt ook het advies van de externe adviescommissie openbaar gemaakt.
De besteding van gelden in het kader van de maatwerkaanpak dient doelmatig en efficiënt
te zijn. De afspraken met de individuele bedrijven worden zeer grondig voorbereid,
waar nodig worden de business cases ook door externe deskundigen gevalideerd. Verder
dienen voor zover van toepassing de afspraken aan de voorwaarden van generieke instrumenten
en geldende staatssteunregels en -kaders te voldoen en wordt de concept JLOI voor
advies aan de externe adviescommissie voorgelegd, die zich onder andere richt op doelmatigheid,
haalbaarheid en ambitieniveau. Uiteraard zal bedrijfsgevoelige informatie vertrouwelijk
behandeld worden.
43
Hoe lang verwacht u dat er zit tussen het tekenen van een Expression of Principles
en uiteindelijk bindende maatwerkafspraken?
Antwoord
Ik zet mij maximaal in om de komende tijd de ambities uit de EoP’s verder uit te werken
in JLOI’s en uiteindelijke, in bindende maatwerkafspraken. Het zal per bedrijf en
per project verschillen hoe snel er uiteindelijke, bindende maatwerkafspraken gemaakt
kunnen worden. Primair vergt het van het bedrijf zo snel mogelijk met noodzakelijke
en gedetailleerde cijfers te komen. Dit kan per casus verschillen. Ook kan de mate
van complexiteit verschillen en daarmee de benodigde tijd.
44
Hoe wordt voorkomen dat partijen waarmee overleg plaatsvindt in het kader van de maatwerkafspraken
een voorkeursbehandeling ontvangen ten opzichte van andere partijen?
Antwoord
De maatwerkaanpak focust zich op de grootste industriële uitstoters, omdat hier in
principe de meeste additionele CO2-reductie te behalen is en hier sprake is van grote, complexe en vaak unieke aanpassingen
en investeringen. De stappen die de grootste uitstoters extra zetten met behulp van
de maatwerkaanpak kunnen ook als vliegwiel functioneren, waarvan de rest van de industrie
en de maatschappij meeprofiteren. De maatwerkbedrijven gaan een extra inspanning leveren
om de Nederlandse klimaatdoelen te bereiken. Dat rechtvaardigt een extra inspanning
van de overheid om de betreffende projecten te faciliteren. Daarnaast kan met de maatwerkaanpak
additionele CO2-reductie bereikt worden, zonder de generieke CO2-heffing voor de andere bedrijven, met name de bedrijven in cluster 6, te verhogen.
45
Kunt u een zo gedetailleerd mogelijk overzicht geven van de gesprekken die er zijn
geweest met partijen in het kader van de maatwerkafspraken en kunt u eventuele gespreksverslagen
meesturen?
Antwoord
Zoals aangegeven in de Kamerbrief van 27 februari jl., zijn we in gesprek met vrijwel
alle bedrijven uit de top-20 grootste industriële uitstoters, zie ook vraag 33 voor
een meer gedetailleerde stand van zaken. Vanwege de vertrouwelijkheid van de gesprekken
en de bedrijfsgevoelige informatie is het niet mogelijk om gespreksverslagen mee te
sturen. Uw Kamer wordt via de halfjaarlijkse voortgangsbrief en de getekende EoP’s
en JLOI’s geïnformeerd over de resultaten van de gesprekken.
46
Heeft u al investeringen toegezegd aan bedrijven met wie overleg is in het kader van
de maatwerkafspraken, zoals het aanleggen van nieuwe energie-infrastructuur of -opwekking?
Antwoord
De maatwerkaanpak is aanvullend op alle generieke instrumenten die worden ingezet
voor de verduurzaming van de industrie. De maatwerkbedrijven zijn al volop bezig met
de voorbereiding van projecten om te verduurzamen en doen daarbij ook een beroep op
de beschikbare generieke instrumenten. De overheid investeert ondertussen in de noodzakelijke
infrastructuur voor de energie en grondstoffen die de bedrijven straks nodig hebben.
De maatwerkaanpak bevindt zich in de fase van gesprekken over de EoP’s en JLOI’s en
in dat kader zijn er nog geen specifieke investeringen aan bedrijven toegezegd.
47
Is er al zicht op welke investeringen in energie-infrastructuur noodzakelijk zijn
om de industrie te verduurzamen? Zo ja, hoeveel geld gaat dit kosten? Zo nee, wanneer
wordt hier meer inzicht in gegeven?
Antwoord
Ja, vanuit het Ministerie van EZK is zicht op de benodigde investeringen in de energie-infrastructuur.
Dit is geïnventariseerd in het Programma Infrastructuur Duurzame Industrie (PIDI).
De benodigde energie-infrastructuurvraag is opgenomen in het MIEK. Er zijn tot nu
toe geen signalen dat er voor de verduurzaming van de maatwerkbedrijven meer infrastructuur
van nationale betekenis nodig is dan is opgenomen in het MIEK.
48
Hoeveel subsidie ontvangen partijen met wie gesprekken worden gevoerd in het kader
van de maatwerkafspraken?
Antwoord
Op dit moment worden de eerste JLOI’s uitgewerkt. Er is nog geen beeld van hoeveel
subsidie de betreffende bedrijven zullen ontvangen, maar dat de maatwerkbedrijven
een beroep zullen doen op het generieke instrumentarium is zeker. Belastingkortingen
maken vooralsnog geen deel uit van de instrumentenmix die wordt ingezet om extra CO2-reductie te realiseren door maatwerkafspraken.
49
Hoeveel belastingkorting ontvangen partijen met wie gesprekken worden gevoerd in het
kader van de maatwerkafspraken?
Antwoord
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar het antwoord op vraag 48.
50
Is meer subsidie dan wel belastingkorting onderdeel van de gesprekken over maatwerkafspraken?
Antwoord
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar het antwoord op vraag 48.
51
Hoeveel belasting betalen partijen met wie gesproken wordt in het kader van de maatwerkafspraken
over de energie die zij verbruiken (uitgesplitst per eenheid energie)? Hoeveel belasting
betalen huishoudens ter vergelijking over hun verbruikte energie?
Antwoord
Het is niet aan mij om uitspraken te doen over de fiscale positie van individuele
bedrijven, zoals ook aangegeven in het antwoord op vraag 22.
52
Welke uitkomst van de maatwerkafspraken is meegenomen bij de berekening van de Klimaat-
en Energieverkenning (KEV) 2022 en ligt dit in lijn met de tot nu toe gerealiseerde
afspraken?
Antwoord
In de Klimaat- en Energieverkenning (KEV) 2022 zijn geen concrete uitkomsten van de
maatwerkafspraken meegenomen. Wel zijn generieke subsidieregelingen in de KEV 2022
meegenomen, waar de maatwerkbedrijven op kunnen trekken.
53
Welke partijen nemen er namens het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK)
deel aan de maatwerkafspraken en welke rol, bijvoorbeeld consultancyfirma’s als adviseurs,
nemen deze partijen op zich?
Antwoord
Het Ministerie van EZK voert zelf de gesprekken met de grootste industriële uitstoters
met een team van eigen deskundigen die deels ook afkomstig zijn van Rijksdienst voor
Ondernemend Nederland (RVO) en het Ministerie van IenW. Voor trajecten met sommige
bedrijven en voor de algemene aansturing van het maatwerkteam wordt daarbij gebruik
gemaakt van de inhuur van externe specialisten en adviseurs en projectsecretarissen.
Daarnaast worden er ook, waar nuttig en nodig, externe onderzoeksopdrachten uitbesteed.
54
In hoeverre worden bedrijven aangesproken op hun verantwoordelijkheid om hun winst
in te zetten om zo snel mogelijk te verduurzamen?
Antwoord
In de gesprekken met de bedrijven wordt uiteraard ingegaan op de verantwoordelijkheid
van de grootste industriële uitstoters zelf om te verduurzamen en hun impact op de
leefomgeving te verminderen. Ik heb me hierover ook eerder uitgesproken. Ik vind de
industrie van belang voor Nederland, maar de industrie moet verduurzamen en aan haar
verduurzamingsopgave voldoen. Alleen een duurzame en schone industrie heeft toekomst
in Nederland.
55
Hoeveel energie verbruiken de partijen met wie gesproken wordt in het kader van de
maatwerkafspraken? Hoe verhoudt dit zich tot alle huishoudens in Nederland?
Antwoord
De Rijksoverheid beschikt niet over de precieze cijfers van energieverbruik per bedrijf.
Uit de CBS Kerncijfers voor 2020 blijkt dat de industrie in totaal een energieverbruik
heeft van 1340 petajoule; waarvan bijna de helft niet-energetisch gebruik betreft
(dus als grondstof). Voor de energie-intensieve industrie was dit 1298 petajoule.
De bedrijven uit de top-20 industriële uitstoters bevinden zich in de chemische industrie,
aardolie-industrie en de basismetaal industrie. Voor deze industrieën was het energieverbruik
in 2020 respectievelijk 835, 192 en 117 petajoule energetisch en niet-energetisch
verbruik. Uit de CBS kerncijfers voor 2020 blijkt dat het finaal energetisch verbruik
van de gebouwde omgeving (huishoudens en diensten) 661 petajoule betrof. Voor huishoudens
was dit 393 petajoule.6
56
Hoeveel full time equivalent (fte) zijn bij het Ministerie voor EZK in dienst om de
maatwerkafspraken te faciliteren?
Antwoord
Bij het Ministerie van EZK wordt gewerkt met een kernteam van circa 15 personen. In
de projectteams werken verder medewerkers mee van verschillende beleidsdirecties,
juridische- en financiële diensten en technische en financieringsdeskundigen van RVO
en medewerkers van andere departementen, met name van het Ministerie van IenW. Daarnaast
werkt een groter team binnen het Ministerie van EZK aan de verduurzaming van de industrie.
57
Hoeveel overleggen zijn er met accountmanagers van de partijen met wie gesproken wordt
in het kader van de maatwerkafspraken op het Ministerie van EZK en daarbuiten? Kunt
u een overzicht geven van de momenten en de locaties van deze overleggen?
Antwoord
Het Ministerie van EZK is sinds maart vorig jaar vanuit de maatwerkaanpak in gesprek
met bedrijven van de top-20 industriële uitstoters. De gesprekken lopen goed en zijn
constructief. Het verschilt sterk per bedrijf waar en op welk niveau er overleg plaatsvindt.
Dit hangt bijvoorbeeld ook af van de fase in de maatwerkaanpak waarin het bedrijf
zich bevindt. Het is ondoenlijk daar een compleet overzicht van te geven.
58
Met hoeveel bedrijven bent u van plan maatwerkafspraken te maken?
Antwoord
De maatwerkaanpak is bedoeld voor de top-20 grootste industriële uitstoters in Nederland.
Ik verwijs u naar het antwoord op vraag 33 voor de stand van zaken per maatwerkbedrijf.
Er vinden (nog) geen gesprekken plaats met de AVI’s en bij één bedrijf is inmiddels
in gezamenlijkheid geconstateerd dat er geen potentieel meer is voor een maatwerkaanpak.
De maatwerkaanpak richt zich op deze bedrijven, omdat daar in potentie de meeste winst
voor het milieu en het klimaat te behalen is. Het is niet uitgesloten dat in een latere
fase de maatwerkaanpak ook op andere bedrijven kan worden toegepast. Het geldt zeker
voor de bedrijven die als industriële stikstofpiekbelasters kwalificeren, maar niet
onder de bedrijven vallen waarmee de maatwerkaanpak verduurzaming industrie is begonnen,
dat er mogelijk een aparte vorm van maatwerk gestart zal worden. Hierover wordt uw
Kamer binnenkort verder geïnformeerd.
59
Kunt u per bedrijf uit de top 20 grootste industriële vervuilers in Nederland aangeven
wanneer u verwacht de Expression of Principles, de Joint Letter of Intent en de bindende
maatwerkafspraken te hebben afgesloten?
Antwoord
Ik verwijs u naar het antwoord op vraag 33 voor een gedetailleerde stand van zaken
per bedrijf. Zoals in de Kamerbrief van 27 februari jl. is aangegeven, zijn er reeds
vier EoP’s ondertekend met TSN, Dow Benelux, Nobian en OCI. Met deze vier bedrijven
lopen de gesprekken om tot een JLOI te komen om zo de EoP’s verder uit te werken en
tot concrete en uitgewerkte afspraken te komen. Met vrijwel alle andere bedrijven
uit de top-20 grootste industriële uitstoters lopen de gesprekken en zetten we er
maximaal op in om in de komende maanden tot een EoP te komen, bij die bedrijven waar
additionele CO2-reductie mogelijk is. Een viertal bedrijven uit de top-20 betreft de AVI’s. Voor
de AVI's geldt dat er momenteel nog andere mogelijkheden inzake CO2-reductie en circulariteit worden onderzocht, voordat een maatwerktraject zou kunnen
worden gestart.
60
Hoe verhoudt de planning van het sluiten van de maatwerkafspraken zich tot het halen
van de reductiedoelstellingen in 2030? Wanneer moeten alle maatwerkafspraken uiterlijk
zijn afgerond om de doelstellingen in 2030 te halen?
Antwoord
Met de maatwerkaanpak wil ik additionele CO2-reductie van 1 tot 1,9 Mton in 2030 realiseren. Dit is additioneel bovenop de generieke
klimaatdoelstellingen uit het klimaatakkoord. Zoals uw Kamer ook in de reeds ondertekende
EoP’s heeft kunnen lezen, wordt er per bedrijf gekeken hoe er additionele CO2-reductie behaald kan worden. Het zal daarom ook per bedrijf verschillen wanneer welk
project gerealiseerd kan worden.
61
Kunt u een overzicht geven van de CO2-uitstoot per bedrijf uit de top 20 grootste industriële vervuilers in Nederland?
Antwoord
De maatwerkaanpak richt zich op de top-20 grootste industriële uitstoters, gebaseerd
op de emissiecijfers van de Nederlandse Emissieautoriteit. Dit zijn openbare cijfers,
waarmee de CO2-uitstoot per bedrijf berekend kan worden.
62
Hoeveel Mton CO2 wordt er per bedrijf uit de top 20 grootste industriële vervuilers in Nederland gereduceerd?
Antwoord
Het is momenteel nog niet mogelijk om al aan te geven tot hoeveel CO2-reductie alle maatwerkafspraken gezamenlijk zullen leiden. Met verschillende bedrijven
zijn we nog in gesprek om tot een EoP te komen, waarin de ambities voor additionele
CO2-reductie opgeschreven zullen worden. Wel heb ik, mede vanwege de ambitieuze plannen
uit de vier EoP’s die reeds ondertekend zijn, er vertrouwen in dat de bedrijven veel
CO2-uitstoot zullen gaan verminderen en dat de beoogde additionele CO2-reductie van 1 tot 1,9 Mton haalbaar is.
63
Kunt u een overzicht geven van de stikstofuitstoot per bedrijf uit de top 20 grootste
industriële vervuilers in Nederland?
Antwoord
De lijst met de top-20 grootste industriële uitstoters kunt u terugvinden in de Kamerbrief
over de voortgang van de maatwerkafspraken van 27 februari jl. De Nederlandse Emissieautoriteit
heeft openbare gegevens over de stikstofuitstoot van deze 20 bedrijven die online
te vinden zijn.7
64
Hoeveel stikstofuitstoot wordt er per bedrijf uit de top 20 grootste industriële vervuilers
in Nederland gereduceerd?
Antwoord
De reeds behaalde stikstofreducties zijn per bedrijf te herleiden uit de openbare
emissieregistratie.8 Met de maatwerkaanpak met de grootste industriële uitstoters wordt ook ambitieus
ingezet op reductie van stikstofemissies. In de reeds afgesloten EoP’s is hiervoor
ruime aandacht. De komende periode zullen de ambities verder worden uitgewerkt in
concrete plannen en reductiepercentages. Ik zal uw Kamer op de hoogte houden van de
overeengekomen reducties van zowel broeikasgassen als stikstof.
65
Kunt u per bedrijf uit de top 20 grootste industriële vervuilers in Nederland aangeven
welke techniek het bedrijf wil gebruiken om de CO2- en stikstofuitstoot te verminderen, bijvoorbeeld groene waterstof, elektrificatie,
carbon capture and storage (CCS) enzovoorts? Hoe verhoudt zich dit tot de huidige
kabinetsplannen voor wind op zee, CCS enzovoorts?
Antwoord
Voor de specifieke technieken die een bedrijf wilt gebruiken om de CO2- en stikstofuitstoot te verminderen, verwijs ik uw Kamer naar de reeds ondertekende
EoP’s, waarin de ambities en voor zover bekend, de technieken, zijn omschreven.
Voor Nobian geldt bijvoorbeeld dat er wordt ingezet op elektrificatie door middel
van een Mechanical Vapor Recompression (MVR). Dit is een soort grote industriële waterpomp
die besparing oplevert van CO2, gas en NOx. Daarnaast zet Nobian in op zero gap chlor-alkali electrolyse. OCI heeft verschillende
pathways geïdentificeerd om CO2- en stikstofreductie te realiseren. Een van de pathways is om ammonia te produceren
met behulp van groene, blauwe of circulaire (uit afvalvergassing) waterstof, waarbij
CCS wordt genoemd als transitie-techniek, of het importeren van groene ammonia. Een
andere pathway is het produceren van methanol met behulp van groene of circulaire
(uit afvalvergassing) waterstof of het importeren van groene methanol. Voor Dow Benelux
worden verschillende technieken gebruikt voor de reductie van CO2 en stikstof: het scheiden van de restgassen in CO2 en waterstof, het afvangen en opslaan (CCS) van de 1,4 Mton CO2, het ombouwen van de krakers op het terrein in Terneuzen om waterstof als voornaamste
brandstof te gebruiken en het vervangen van de gasturbines door elektromotoren wat
zal zorgen voor een CO2-uitstootvermindering van 0,3 Mton. Deze techniek zal eveneens een reductie van 10%
NOx uitstoot ten opzichte van 2018 realiseren. Mogelijk wordt in de fase na 2030 nog
een nadere stikstofreductie behaald door elektrificatie van de krakers. Dit zou kunnen
resulteren in een stikstofreductie van circa 60% ten opzichte van 2018. TSN zet in
op de vervanging van één hoogoven en één kooksgasfabriek door een Direct Reduction
Plant en een elektrische oven.
66
Hoe verhoudt dit zich tot de huidige kabinetsplannen voor de energie-infrastructuur
die onder andere zijn gemaakt in het Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie & Klimaat
(MIEK)?
Antwoord
De energie/grondstoffenvraag die naar voren komt vanuit de maatwerkgesprekken komt
overeen met de energievraag en daaruit volgende infrastructuur behoefte, zoals opgegeven
in de Cluster Energie Strategieën (CES). Waar het infrastructuurprojecten van nationaal
schaalniveau betrof, zijn deze infrastructuurprojecten opgenomen in het MIEK. Vanuit
de maatwerkgesprekken komen vooralsnog geen nieuwe infrastructuurprojecten van nationale
betekenis ten opzichte van het MIEK naar voren.
67
Hoe worden TenneT en de regionale netbeheerders meegenomen bij de maatwerkafspraken
en hoe wordt ervoor gezorgd dat de impact van maatregelen die voortkomen uit de maatwerkafspraken
op onder andere het elektriciteitsnet tijdig in beeld is?
Antwoord
Om tot bindende en wederkerige maatwerkafspraken te komen, zitten alle betrokken partijen
aan tafel. Denk bijvoorbeeld aan de provincies, maar ook de netbeheerders. De netbeheerders,
zoals TenneT, worden daarmee dus actief betrokken bij de maatwerkaanpak en de totstandkoming
van maatwerkafspraken. Daarnaast zijn de netbeheerders ook actief betrokken bij de
CESsen en PIDI en worden zij ook in het NPVI actief betrokken.
68
In hoeverre en op welke wijze worden afspraken over prijsstabiliteit en beschikbaarheid
van onder andere duurzame energie uit wind op zee vastgelegd/meegenomen in de maatwerkafspraken?
In hoeverre kan het zekerstellen van betaalbare windenergie bijdragen aan de financiële
haalbaarheid van projecten die voortvloeien uit de maatwerkafspraken?
Antwoord
Het zekerstellen van grondstoffen wordt actief meegenomen in de CESsen en is ook nadrukkelijk
onderdeel van het NPVI. Voor de specifieke maatwerkafspraken geldt dat aannames over
prijshoogtes en tarieven worden meegenomen in de business case. Hierbij geldt dat
op het moment dat de business case wordt uitgevoerd de aannames gebaseerd zijn op
de situatie zoals die nu is en waarbij zoveel als mogelijk gekeken wordt naar de toekomstige
ontwikkelingen.
69
Wat is precies de relatie tussen Tata Steel en de elektriciteitscentrales in Velsen?
Welke bedrijfsonderdelen van Tata Steel raakt dit? Is er een probleem met ons elektriciteitsnet
als deze centrales wegvallen?
Antwoord
De elektriciteitscentrale van Vattenfall in Velsen levert voornamelijk elektriciteit
aan TSN. Deze elektriciteit wordt voornamelijk opgewekt uit de restgassen van TSN.
De meeste bedrijfsonderdelen maken gebruik van deze elektriciteit, behoudens de hoogovens:
deze gebruiken voornamelijk steenkool als energiedrager. Bij de transitie naar duurzame
staalproductie neemt het elektriciteitsverbruik toe, terwijl de elektriciteitsopwekking
uit restgassen in Velsen wordt afgebouwd. Momenteel onderzoekt TSN in overleg met
de netbeheerders en het Programmabureau Noordzeekanaalgebied welke aanvullende energie-infrastructuur
eventueel nog nodig is ten opzichte van wat al in het MIEK opgenomen is. Hierbij wordt
gekeken naar de duurzaamheid en continuïteit van de eigen en regionale elektriciteitsbehoefte.
70
In hoeveel maatwerkafspraken zijn afspraken gemaakt over flexibele energievraag?
Antwoord
Voor de afspraken over het flexibele gebruik van energie verwijs ik uw Kamer naar
de reeds ondertekende EoP’s. In de EoP met OCI is bijvoorbeeld afgesproken dat partijen
gaan onderzoeken in hoeverre en op welke wijze OCI zich kan verbinden om een gedeelte
van de energieconsumptie flexibel te maken. Ook in de EoP met Nobian is dit meegenomen.
Aangegeven is bijvoorbeeld dat de partijen voornemens zijn om de mogelijkheden te
verkennen om het aandeel van flexibel elektriciteitsverbruik te vergroten.
Voor de EoP’s die in de komende periode ondertekend gaan worden, zullen de intenties
voor het mogelijk maken van een flexibele energievraag, indien mogelijk, worden meegenomen.
71
In hoeverre zijn alle sectoren die bijdragen aan de strategische autonomie van Europa
nu in kaart gebracht?
Antwoord
Uw Kamer is op 8 november jl. geïnformeerd over de kabinetsvisie Open Strategische
Autonomie en de oprichting van de taskforce strategische afhankelijkheden die eind
vorig jaar voor het eerst is bijeengekomen.9 Voor het meireces zal het Kabinet een brief met uw Kamer delen over de kabinetsaanpak
strategische afhankelijkheden, de rol van de taskforce strategische afhankelijkheden
hierbinnen en een afbakening van gebieden waarvoor extra aandacht wenselijk is.
72
Hoe verhoudt de in de genoemde ambitie van 1 tot 1,9 Mton extra CO2-reductie zich tot de inhoud van de begeleidende webpagina, waar staat dat met de
vier nu getekende intentieverklaringen maximaal 9,1 Mton gereduceerd kan worden? Klopt
het dat met de reductie van één bedrijf, zo wordt bijvoorbeeld voor Dow een besparing
van 1,7 Mton genoemd, de totale ambitie al behaald worden? Hoeveel CO2-besparing wordt er daadwerkelijk verwacht van de maatwerkafspraken?
Antwoord
De ambities uit de vier nu getekende EoP’s kunnen leiden tot een totale CO2-reductie van maximaal 9,1 Mton. De ambities van Dow voor verduurzaming kunnen bijvoorbeeld
leiden tot een jaarlijkse uitstootreductie van 1,7 Mton CO2. Dit betreft de totale CO2-reductie. Een gedeelte van deze totale CO2-reductie is meer dan wat de bedrijven zouden moeten reduceren om de CO2-heffing in 2030 voor te blijven. Van de maatwerkbedrijven wordt verwacht dat zij
voldoen aan de klimaatdoelstellingen voor 2030 en dat zij daarnaast, met behulp van
de maatwerkaanpak, additionele CO2-reductie kunnen bewerkstelligen.
73
Tot hoeveel additionele CO2-reductie in 2030 tellen de al afgesloten Expressions of Principles op?
Antwoord
Het is vanwege bedrijfsvertrouwelijke informatie niet mogelijk om aan te geven hoeveel
additionele CO2-reductie de al afgesloten EoP’s bevatten. Voor de concrete ambities van de bedrijven
verwijs ik u naar de reeds ondertekende EoP’s van TSN, Dow Benelux, Nobian en OCI.
74
Tot hoeveel additionele CO2-reductie in 2030 zullen de maatwerkafspraken naar de meest recente schattingen in
hun geheel op kunnen tellen?
Antwoord
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar het antwoord op vraag 62.
75
Welke bedrijven komen als eerste in aanmerking voor een mogelijk toekomstige uitbreiding
van de maatwerkafspraken? Op welke wijze zal daar een keuze in worden gemaakt en kunnen
bedrijven zich dan zelf aanmelden voor het maken van maatwerkafspraken?
Antwoord
Zoals in het antwoord op vraag 58 aangegeven, richt de maatwerkaanpak zich nu op de
top-20 grootste industriële uitstoters in Nederland. De maatwerkaanpak richt zich
op deze bedrijven, omdat daar in potentie de meeste winst voor het milieu en het klimaat
te behalen is. Het is niet uitgesloten dat in een latere fase de maatwerkaanpak ook
op andere bedrijven kan worden toegepast. Daarnaast geldt voor de bedrijven die als
industriële stikstofpiekbelasters kwalificeren, maar niet onder de bedrijven vallen
waarmee de maatwerkaanpak verduurzaming industrie is begonnen, dat er mogelijk een
aparte vorm van maatwerk gestart zal worden. Hierover wordt uw Kamer binnenkort nader
geïnformeerd.
76
Welke mogelijkheden ziet u om het proces van de maatwerkafspraken te versnellen om
daarmee sneller tot bindende afspraken te komen die mee kunnen tellen voor de (aanvullende)
klimaatmaatregelen van het kabinet?
Antwoord
In de Kamerbrief van 27 februari jl. heb ik aangegeven dat ik mij, samen met alle
betrokkenen, maximaal wil inzetten om zo snel mogelijk tot bindende maatwerkafspraken
te komen. De overheid benadert de bedrijven hierbij actief voor gesprekken, waarbij
het aan de bedrijven zelf is om met ambitieuze plannen te komen. De maatwerkaanpak
is een nieuwe aanpak en blijkt een intensief en complex proces, zowel voor de overheid
als de betrokken partijen. Maatwerkafspraken zijn geen gemakkelijke afspraken: het
gaat om complexe, ingrijpende aanpassingen en grote investeringen voor de lange termijn.
Om sneller knelpunten aan te pakken, bijvoorbeeld op het terrein van energie-infrastructuur,
heb ik daarnaast het NPVI opgericht. Zo hoop ik meer tempo te kunnen maken op de echte
realisatie van projecten, zowel binnen als buiten de overheid. Ik verwacht dat het
NPVI de maatwerkaanpak gaat helpen met het versterken van de benodigde uitvoeringskracht,
het matchen van aanbod op de vraag van de maatwerkbedrijven, het verbinden van maatwerk
met de bredere energieclusters en met het aansturen van de noodzakelijke beleidsaanpassingen.
77
Op basis waarvan wordt berekend of er te weinig resterend potentieel/ambitie voor
additionele CO2-reductie is en er daarom geen maatwerktraject met een bedrijf wordt gestart? Bij
welke bedrijven kan dit eventueel het geval zijn en in hoeverre speelt dit nu al in
het maatwerktraject?
Antwoord
Als er geen of te weinig resterend potentieel en/of ambitie is voor additionele CO2-reductie, dan zal er geen maatwerktraject worden gestart met een bedrijf dat wel
tot de top-20 grootste industriële uitstoters behoort. Als maatstaf geldt hierbij
de verwachte situatie in 2030 en de reductie die het betreffende bedrijf dan al geacht
wordt te bereiken. De CO2-heffing is daar ook op afgestemd. De maatwerkaanpak is een stap extra en een aanvullend
instrument voor additionele CO2-reductie bovenop de CO2-heffing om bedrijven in Nederland te verder te verduurzamen. Sommige bedrijven hebben
al gebruik gemaakt van de mogelijkheid om substantiële reductieplannen te laten faciliteren
met het bestaande generieke instrumentarium (bijvoorbeeld SDE++). In dat geval wordt
goed bezien of een maatwerkafspraak nog toegevoegde waarde heeft. Dit wordt bepaald
op basis van gesprekken met het desbetreffende bedrijf. De keuze om niet met een maatwerkaanpak
te starten, wordt dan ook in goed overleg met het desbetreffende bedrijf gemaakt.
78
Welke andere maatregelen worden er met betrekking tot de afvalverbrandingsinstallaties
(AVI’s) verkend voordat een maatwerktraject wordt gestart en op welke termijn verwacht
u hierover duidelijkheid te kunnen bieden?
Antwoord
Op dit moment worden maatregelen verkend om in overleg met de sector tot een geleidelijke
afbouw van verbrandingscapaciteit te komen, zoals verzocht door de motie van het lid
Mulder.10
79
Geeft de samenvatting van de ondertekende Expression of Principles in figuur 2 de
totaal beoogde CO2-reductie weer vóór 2030?
Antwoord
In de Kamerbrief van 27 februari jl. is in figuur 2 de totaal beoogde CO2-reductie weergegeven uit de vier ondertekende EoP’s met TSN, Dow Benelux, Nobian
en OCI. Hierbij is het van belang om te benoemen dat in deze figuur de reductie van
zowel de industrie- als de elektriciteitstafel is meegenomen en bij elkaar is opgeteld.
80
Wat gebeurt er indien knelpunten op het gebied van vergunningen, infrastructuur etc.
zodanig in de weg staan dat een bedrijf, zonder dat het daar zelf iets aan kan doen,
niet in staat is om de in een maatwerkafspraak overeengekomen doelen tijdig te behalen?
Moet de CO2-heffing daarom niet een hardheidsclausule bevatten?
Antwoord
Het is van belang om te benadrukken dat de CO2-heffing los staat van de maatwerkaanpak. De maatwerkaanpak is een aanvullend middel
om bedrijven in Nederland te laten vergroenen. Om te komen tot maatwerkafspraken wordt
zorgvuldig gekeken naar de randvoorwaarden die daarvoor nodig zijn, zoals op het gebied
van energie-infrastructuur. Dit wordt meegenomen in de maatwerkafspraken. De maatwerkaanpak
maakt de kans dat een bedrijf de CO2-heffing niet voor zou kunnen blijven dus geringer.
81
Op welke wijze zal in de aparte vorm van maatwerk voor industriële stikstofpiekbelasters
ook de mogelijke CO2-reductie bij deze bedrijven worden meegenomen?
Antwoord
De aanpak stikpiekbelasters industrie zal zoveel mogelijk sturen op een integrale
aanpak. Zoals aangegeven in de Kamerbrief van 10 februari jl.11 zal daar waar geen verdere winst met aanscherping van vergunningen behaald kan worden,
gekeken worden naar mogelijkheden tot verdere bovenwettelijke reductie, bijvoorbeeld
via algehele verduurzaming door bijvoorbeeld elektrificatie of door het verbeteren
van verbrandings- of verhittingsprocessen. Op die manier wordt de uitstoot van zowel
CO2 als NOx gereduceerd. Daarbij zal ook goed gekeken moeten worden naar invulling van de randvoorwaarden,
zoals voldoende ruimte op het (lokale) elektriciteitsnet.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.H. (Agnes) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat -
Mede ondertekenaar
D.D. van Dijke, adjunct-griffier