Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Hijink over het bericht dat er het afgelopen jaar een recordaantal fusies en overnames was in de zorg en dat de rol van private equity groeit
Vragen van het lid Hijink (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat er het afgelopen jaar een recordaantal fusies en overnames was in de zorg en dat de rol van private equity groeit (ingezonden 7 maart 2023).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 20 maart
2023).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat er het afgelopen jaar een recordaantal fusies
en overnames was in de zorg en dat de rol van private equity groeit?1
Antwoord 1
Het onderzoek van Deloitte waar het betreffende artikel in het Financieele Dagblad
naar verwijst, heeft betrekking op het aantal fusies en overnames in de Nederlandse
gezondheidszorg (zorgverleners), toeleveranciers aan de zorg (denk aan hulpmiddelen
en dienstverlening) en de life sciences markt (bijvoorbeeld farma, medtech en biotechnologie).
Over het geheel van deze markten heeft Deloitte geconstateerd dat in 2022 124 fusies
en overnames hebben plaatsgevonden, acht meer dan het jaar daarvoor. Van deze 124 transacties
hadden er 43 betrekking op de zorgverlening en 81 op de toelevering- en life sciencemarkten.
Voor de zorgverlening betekent dat een afname van het aantal fusies en overnames ten
opzichte van het jaar daarvoor toen er 55 transacties hebben plaatsgevonden.
Ik deel de visie van de onderzoekers van Deloitte dat commerciële activiteiten van
zorgaanbieders ook positieve effecten kunnen hebben op de zorg, doordat er bijvoorbeeld
meer prikkel ontstaat tot innovatie. Of om te kunnen bijdragen aan de toegankelijkheid
van zorg, zeker bij schaarste in het zorgaanbod. Tegelijk realiseer ik me dat zich
ook risico’s kunnen voordoen, bijvoorbeeld wanneer het realiseren van (uitkeerbare)
winst een groter belang krijgt dan de kwaliteit of de toegankelijkheid van zorg. Dat
is uiteraard onwenselijk. Daarom is van belang dat iedere zorgaanbieder die in Nederland
zorg levert, voldoet aan de Nederlandse wet- en regelgeving. Dat geldt onder andere
voor de eisen rond kwaliteit van zorg door zorgaanbieders zoals vastgelegd in de Wkkgz,
de bepalingen rond het winstuitkeringsverbod in de Wtzi en de bepalingen over bestuursstructuur
zoals vastgelegd in de Wtza. De toezichthouders in de zorg zien hierop toe.
Vraag 2
Bent u het ermee eens dat de stijging van het aantal overnames in de zorg door private
equity aangeeft dat het momenteel te lucratief is voor op winst beluste investeerders
om geld uit de zorg te trekken?
Antwoord 2
Het onderzoek van Deloitte laat zien dat in de zorgverlening in 2022 43 fusies of
overnames hebben gespeeld. Over een langere periode is inderdaad sprake van een toenemend
aantal transacties. Dat de zorg aantrekkelijk kan zijn voor partijen om te investeren
in de sector heeft ook voordelen, zoals ik heb aangegeven in het antwoord op vraag
1. Wanneer commerciële activiteiten van zorgaanbieders bijdragen aan goede en passende
zorg dan juich ik dat toe. Maar wel onder de voorwaarde dat de financiële belangen
van aandeelhouders en andere betrokkenen niet zwaarder wegen dan de maatschappelijke
belangen bij het leveren van zorg die betaalbaar, toegankelijk en van goede kwaliteit
is.
Iedere partij die zorg verleent in Nederland heeft zich aan de bestaande regelgeving
op deze terreinen te houden, de toezichthouders in de zorg, de IGJ (inspectie Gezondheidszorg
en Jeugd) en de NZa (Nederlandse Zorgautoriteit), zien daarop toe en hebben de mogelijkheid
om waar nodig passende maatregelen te treffen. Daarnaast hebben inkopers van zorg
(zorgverzekeraars en zorgkantoren) een belangrijke rol bij de bewaking van de doelmatigheid
van de zorg in ons zorgstelsel.
Vraag 3
Bent u het ermee eens dat de stijging van het aantal overnames in de zorg door private
equity een onwenselijke ontwikkeling is? Zo ja, welke stappen gaat u zetten om deze
ontwikkeling tegen te gaan? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Zoals ik in mijn antwoord op de vragen 1 en 2 heb aangegeven ben ik het met de vragensteller
eens dat zich risico’s kunnen voordoen voor de kwaliteit of toegankelijkheid van zorg
wanneer aan het realiseren van (uitkeerbare) winst een groter belang wordt gehecht
dan deze publieke belangen. Ook commerciële aanbieders dienen zich daarom, net als
alle andere zorgaanbieders in Nederland, te houden aan de geldende regelgeving in
de zorg. Alle zorgaanbieders, commercieel of niet, dienen te allen tijde de belangen
van de patiënten, cliënten en/of andere belanghebbenden, de zorgorganisatie en het
maatschappelijk belang voorop te stellen. Zij mogen zichzelf niet verrijken ten koste
van de patiënten- en cliëntenzorg, en dienen zorggeld doelmatig te besteden. Dat vraagt
om een integere bedrijfsvoering van zorgaanbieders waarbij zij ook verantwoord omgaan
met keuzes rond winstuitkering. Zoals ik vaker heb aangegeven vind ik het belangrijk
dat de integere bedrijfsvoering van zorg- en jeugdhulpaanbieders beter geborgd wordt
en dat de publiekrechtelijke randvoorwaarden aan de bedrijfsvoering worden aangescherpt.
Met deze doelstelling is het wetsvoorstel Integere bedrijfsvoering zorg- en jeugdhulpaanbieders
(Wibz) in voorbereiding2.
Daarnaast merk ik nogmaals op dat commerciële partijen ook een positieve bijdrage
kunnen leveren aan innovatie of aan de toegankelijkheid van de zorg in Nederland.
Zie ook daarvoor de antwoorden op de vragen 1 en 2.
Vraag 4
Bent u het ermee eens dat de stijging van het aantal overnames door private equity
van farma- en medische technologiebedrijven aangeeft dat het momenteel te lucratief
is om via deze bedrijven geld uit de zorg te trekken?
Antwoord 4
Bedrijven in de farma en medische technologiesector leveren een product tegen een
vastgestelde vergoeding. Het is vooral zaak dat we erop toezien dat er geen verschraling
van aanbod, ongewenste monopolyvorming of prijsverhoging plaatsvindt. Fusies en overnames
kunnen ook leiden tot schaalvoordelen, die zich mogelijk vertalen in een lagere prijs.
Vraag 5
Zou het niet beter zijn als de besluiten over eventuele fusies van zorginstellingen
zouden worden gemaakt op basis van zorginhoudelijke afwegingen, in plaats van dat
dit wordt bepaald door op winst gerichte investeerders?
Antwoord 5
Zorginhoudelijke afwegingen en de mogelijkheid om winst uit te keren sluiten elkaar
niet uit. Ik ben van mening dat de maatschappelijke belangen van betaalbare, toegankelijke
en kwalitatief goede zorg zwaarder moeten wegen dan de financiële belangen van aandeelhouders
en andere betrokkenen. Maar de mogelijkheid van het uitkeren van winst kan die zorginstellingen
die op grond van de WTZi wel winst mogen uitkeren daarbij wel prikkelen tot innovaties
of andere overwegingen die de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg
ondersteunen.
Vraag 6
Bent u bereid om te onderzoeken hoe winsten uit de zorg kunnen worden gesloopt, waardoor
de kwaliteit en toegankelijkheid van zorg weer bij alle besluiten in de zorg leidend
kunnen zijn?
Antwoord 6
Zoals uit mijn antwoorden op bovenstaande vragen blijkt ben ik niet voor het verruimen
van het bestaande verbod op winstuitkeringen in de zorg. Wel ben ik voornemens om
in het in voorbereiding zijnde wetsvoorstel Integere bedrijfsvoering zorg- en jeugdhulpaanbieders
de mogelijkheid te creëren om zo nodig voorwaarden te kunnen stellen aan winstuitkeringen
die risico’s vormen voor de kwaliteit, beschikbaarheid of toegankelijkheid van zorg.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.