Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op de leden Hammelburg en Sjoerdsma over het bericht ‘Miljoenen chips Nederlandse fabrikanten belanden in Rusland ondanks sancties’
Vragen van de leden Hammelburg en Sjoerdsma (beiden D66) aan de Ministers voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en van Buitenlandse Zaken over het bericht «Miljoenen chips Nederlandse fabrikanten belanden in Rusland ondanks sancties» (ingezonden 3 februari 2023).
Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking)
en van Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 7 maart 2023).
Vraag 1
Wanneer was het kabinet op de hoogte van de aanwezigheid van de miljoenen Nederlandse
chips in Russische pantserhouwitsers, een kruisraketten en gevechtshelikopters?1
Antwoord 1
De Nederlandse overheid is voor het eerst in maart 2022 op de hoogte gebracht dat
elektronische componenten van Nederlandse producenten werden teruggevonden in Russisch
militair materieel. Initiële informatie wees op toepassingen in UAVs en diverse soorten
verbindingsapparatuur. Later werd duidelijk dat steeds meer westerse componenten werden
teruggevonden in een enorm breed scala aan Russisch militair materieel.
Vraag 2
Waarom heeft u, nadat u door de nieuwsredacties werd ingelicht, er wel voor gekozen
om deze redacties een schriftelijke reactie te sturen, maar heeft u niet de Kamer
geïnformeerd?
Antwoord 2
Het ministerie heeft de betreffende nieuwsredacties een schriftelijke reactie gestuurd
op een specifiek verzoek om verduidelijking. Hoewel de onthullingen in het bericht
er niet minder zorgelijk om zijn, is het al geruime tijd openbaar bekend dat westerse
elektronische componenten via tussenhandelaren hun weg vinden naar de Russische militaire
industrie.
Het wijdverspreide gebruik van westerse waaronder ook Nederlandse elektronische
componenten in Russisch militair materieel is vanaf eind maart 2022 door diverse media,
zowel nationaal als internationaal, gerapporteerd. In augustus 2022 werd de omleiding
van elektronische componenten via tussenhandelaren inzichtelijk gemaakt door onderzoek
van onder andere een Britse NGO, het Royal United Services Institute. Aan de hand van een Nederlands voorstel zijn de goederen in kwestie opgenomen in
de Ruslandsancties. In november 2022 heeft de Minister voor BHOS mede namens de Minister
van BZ deze problematiek geadresseerd in een brief, in antwoord op vragen van de heer
Klink (VVD)2.
Vraag 3
Welke acties heeft u ondernomen sinds begin december bekend werd dat Iraanse drones
met Nederlandse chips op het slagveld in Oekraïne zijn gevonden?
Antwoord 3
Nederland is een van de initiatiefnemers van de sanctie-listing van personen en entiteiten
uit Iran in verband met de levering van UAVs aan Rusland voor gebruik in Oekraïne.
Het aanpakken van sanctieontwijking heeft voor Nederland hoge prioriteit, zoals mede
blijkt uit ons recente non-paper hierover. Daarnaast wordt gekeken wat er diplomatiek
mogelijk is om druk te zetten op tussenhandelaren in derde landen. Nederland heeft
in EU verband steun uitgesproken voor het aanmerken van UAV motoren als gesanctioneerde
goederen en bespreekt de problematiek in bilaterale gesprekken.
Vraag 4
Kunt u uiteenzetten hoe bedrijven met een bewezen geschiedenis van het faciliteren
van de Russische krijgsmacht zoals vermeld in het onderzoek miljoenen Nederlandse
chips in handen hebben kunnen krijgen? Bent u bereid om bedrijven waarvan dit type
activiteit in landen als Rusland of Iran bekend is op een zwarte lijst te plaatsen?
Antwoord 4
Het gebruik van westerse dus ook Nederlandse componenten in Russische wapensystemen
is hoogst onwenselijk. De componenten waar het hier om gaat zijn echter veelal universeel
toepasbaar en worden in bulk (ordegrootte 100 miljard per jaar) over de gehele wereld
verscheept. Ook in ieder Nederlands huishouden zijn veel van deze componenten terug
te vinden.
Ondanks consultaties met betrokken bedrijven is niet duidelijk te zeggen hoe de handelsstromen
van teruggevonden componenten zijn gelopen. De logistieke ketens zijn vaak lang en
complex: Nederlandse exporteurs hebben inzicht in de klanten van hun distributeurs,
maar daarna houdt hun inzicht vaak op.
Russische bedrijven die op enige wijze bijdragen aan de Russische militaire industrie
worden opgenomen in bijlage IV van sanctieverordening 833/2014, waarvoor additionele
handelsrestricties gelden. Nederland levert een zeer actieve bijdrage aan het doen
van voorstellen hiervoor.
In het 9e sanctiepakket van sanctieverordening 269/2014 zijn diverse Iraanse entiteiten, die
betrokken waren bij wapenleveranties aan Rusland, gesanctioneerd.
Vraag 5
Bent u bereid om duidelijk te maken aan de landen die dergelijke tussenhandelaren
huisvesten, dat het met Nederlandse producten bijdragen aan agressie ook diplomatieke
gevolgen kan hebben?
Antwoord 5
Ja, daar is het kabinet toe bereid en dit gebeurt ook actief.
Vraag 6
Vallen dergelijke tussenhandelaren onder bestaande sanctiewetgeving? Zo nee, bent
u bereid wetgeving aan te passen?
Antwoord 6
Sanctieverordening (EU) 269/2014 geeft een aantal juridische gronden om personen en
entiteiten te sanctioneren, waaronder het «materieel of financieel bijdragen aan acties
die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne
ondermijnen of bedreigen».
Deze sanctioneringsgronden zijn niet landgebonden. Met de recente opname van diverse
Iraanse personen en entiteiten die hebben bijgedragen aan het leveren van UAVs aan
Rusland, heeft de EU reeds personen en entiteiten in derde landen, die bijdragen aan
de Russische invasie, gesanctioneerd.
Het is onacceptabel dat tussenhandelaren Nederlandse goederen zonder toestemming doorleveren
aan Russische wapenfabrikanten. Nederland heeft middels een non-paper ingezet op een
veel structurelere aanpak van sanctieomzeiling, waaronder ook door de inzet van het
sanctie-instrument.
Vraag 7
Welke stappen gaat het kabinet nog meer ondernemen om Nederlandse bedrijven te ondersteunen
bij het nastreven van het gezamenlijke doel om niet met Nederlandse producten bij
te dragen aan de Russische agressie? Bent u bereid om, in overleg met bedrijven, de
mogelijkheid te verkennen om in contracten op te laten nemen dat doorverkoop van producten
op de sanctielijsten niet is toegestaan?
Antwoord 7
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken is doorlopend in nauw contact met betrokken
bedrijven en deelt waar mogelijk informatie om hen te ondersteunen in het vormen van
hun beleid. De bedrijven stellen reeds uitgebreide contractuele voorwaarden aan hun
distributeurs v.w.b. de doorverkoop van hun producten. Indien nodig kan het ministerie
met deze bedrijven samen bezien of dergelijke voorwaarden nog verder aangescherpt
kunnen worden.
Vraag 8
Hoe kan het dat er sinds het instellen van de sancties helemaal geen daling in de
doorverkoop van chips zichtbaar is? Wordt de doorverkoop van chips gemonitord? Waren
er eerdere signalen van de inlichtingendiensten? Zo ja, welke actie is daarop ondernomen?
Antwoord 8
Het is duidelijk dat Rusland, ondanks het instellen van de sancties, via tussenhandelaren
toch aan elektronische componenten kan komen. Rusland heeft reeds decennia ervaring
in de heimelijke aanschaf van westerse technologie.
Het is echter niet zo dat de sancties geen impact hebben gehad. Van een aantal tussenhandelaren
is een afname te zien in verscheepte componenten na het instellen van sancties. De
Russische behoefte is groot, en sancties verstoren belangrijke aanvoerlijnen.
De doorverkoop van elektronische componenten wordt door diverse actoren gemonitord.
Zo heeft Nederland onder meer onderzoek van het Britse Royal United Services Institute
gebruikt om draagvlak te winnen voor het sanctioneren van veel elektronische componenten.
De inlichtingendiensten hebben zich reeds meermaals in het openbaar3, 4 uitgesproken over de dreiging van de Russische verwervingspogingen van Nederlandse
technologie. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken zet zich samen met de Diensten
in om bedrijven voor te lichten over risicos van doorverkoop, onder andere tijdens
het exportcontroleseminar.
Vraag 9
In hoeverre voorziet huidige wetgeving naast het dual-use beleid in het voorkomen
dat Nederlandse chips in Russische handen terechtkomen?
Antwoord 9
De teruggevonden door Nederlandse bedrijven geproduceerde halfgeleiders vielen
tot voor kort niet onder exportcontrole. Mede naar aanleiding van een voorstel van
Nederland zijn deze goederen inmiddels toegevoegd aan de Ruslandsancties (Verordening
(EU) 833/2014 van de Raad) middels het achtste pakket dat op 5 oktober 2022 werd aangenomen.
Het is daarmee verboden om deze goederen aan Rusland te leveren, inclusief via tussenhandelaren
in derde landen. Dit betekent echter niet dat de handel in deze goederen naar derde
landen verboden is. Gezien de volumes waar we hier over spreken (vele miljarden per
jaar) is een 100% controle hierop niet mogelijk.
Vraag 10
Welke individuele maatregelen kan de Nederlandse overheid nemen om de doorverkoop
van chips te verminderen, reguleren of handhaven, wanneer de Europese Unie niet tot
gepaste maatregelen komt en blijft achterlopen op de VS met het handhaven op de doorverkoop
van chips?
Antwoord 10
Het kabinet zet er op in dat de Europese Unie tot gepaste maatregelen komt om de illegale
doorverkoop van westerse halfgeleiderproducten aan te pakken. Nederland neemt hierin
een voortrekkersrol. Nederland zet daarnaast in op meer onderzoek naar sanctieomzeiling,
werkt nauw samen met betrokken producenten om informatie te delen en kaart de problematiek
via diplomatieke kanalen aan.
Vraag 11
Wat zijn de voor- en nadelen van deze maatregelen?
Antwoord 11
Intensivering op het delen van informatie over omleidingsrisicos en betrokken tussenhandelaren
helpt betrokken producenten om duidelijke richtlijnen uit te zetten richting hun distributeurs
in het buitenland.
Het nadeel hiervan is dat het probleem niet zo zeer bij Nederlandse exporteurs ligt,
en zelfs niet bij hun buitenlandse distributeurs, maar bij verkopers die een aantal
stappen verder in de keten liggen. Op die plekken heeft het beleid van de oorspronkelijke
exporteur nauwelijks meer invloed, mede omdat het schenden van dergelijke richtlijnen
geen juridische consequenties heeft.
Daarom heeft vooralsnog de eerste voorkeur van het kabinet dat de EU juridische consequenties
oplegt aan betrokken entiteiten in derde landen.
Vraag 12
Welke stappen neemt de Nederlandse overheid in het faciliteren van onderzoek naar
de handelsroute die deze chips afleggen?
Antwoord 12
Het kabinet geeft een hoge prioriteit aan het stoppen van sanctieomzeiling, in het
bijzonder als het aankomt op kritieke componenten. Om onderzoek naar handelsroutes
te faciliteren werkt het kabinet onder andere samen met onderzoeksinstituten. Het
kabinet heeft de ambitie om deze samenwerking in de nabije toekomst te intensiveren.
Verder zet het kabinet in op een Europees contactpunt sanctieomzeiling cf. motie Brekelmans
voor een EU OFAC. Inmiddels is er een EU sanctiegezant aangesteld die outreach naar
derde landen kan doen. Ook dit contactpunt kan een rol spelen bij het in kaart brengen
van omzeilingroutes wanneer EU lidstaten-informatie met elkaar delen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.