Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Smolders over de schrikbarende stijging van het aantal daklozen, met name onder jongeren
Vragen van het lid Smolders (Groep Van Haga) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de schrikbarende stijging van het aantal daklozen, met name onder jongeren (ingezonden 9 december 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Van Ooijen (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen
19 januari 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1192.
Vraag 1
Kent u het artikel: «Leger des Heils: aantal daklozen, vooral jongeren, stijgt schrikbarend?»1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wist u dat het afgelopen jaar het aantal daklozen met een kwart is toegenomen en onder
jongeren van 18 tot 22 jaar zelfs met de helft?
Antwoord 2
Ik ben bekend met de recente cijfers van het Leger des Heils over de toename van het
aantal dakloze mensen dat zij binnen hun verschillende voorzieningen zien. Het signaal
van het Leger des Heils baart mij zorgen en laat de urgentie zien van het Nationaal
Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis.
De landelijke cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Gemeentelijke
Monitor Sociaal Domein (GMSD) van het aantal dakloze mensen dat gemeenten in beeld
hadden in 2022, zijn nog niet beschikbaar. We weten daarom nog niet of de cijfers
van het Leger des Heils overeenkomen met het landelijke beeld.
Vraag 3
Bent u op de hoogte van het werkelijke aantal, dat nog veel hoger ligt, en heeft u
zicht op deze daklozen die «onder de radar» leven? Zo niet, wilt u deze exacte getallen
onderzoeken?
Antwoord 3
De monitoring van het aantal dakloze mensen is zeer complex. Op dit moment wordt dit
aantal op twee verschillende manieren op landelijk niveau gemonitord: de schatting
van het CBS en de monitor dakloosheid via de Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein
in samenwerking met de VNG en het CBS, met data over het aantal dakloze mensen dat
gemeenten in beeld hebben. We weten dat in de huidige vorm van monitoring een deel
van de dakloze mensen onder de radar blijft.
Verbetering van de monitoring is daarom een belangrijk onderdeel van het Nationaal
Actieplan Dakloosheid. We werken toe naar het hanteren van de ETHOS Light definitie
(European Typology of homelessness and Housing Exclusion). De ETHOS Light definitie
omvat niet alleen mensen die van een noodopvang of maatschappelijke opvang gebruik
maken, maar ook mensen die langer dan noodzakelijk in een instelling verblijven, op
onconventionele woonplekken verblijven, mensen die noodzakelijkerwijs bij hun netwerk
verblijven of mensen die geconfronteerd worden met dreigende huisuitzetting. De categorisering
in deze definitie laat goed zien dat dakloosheid geen statisch gegeven is, maar een
fluïde proces van meerdere vormen van het ontbreken van (in)stabiele huisvesting.
In het voorjaar van 2023 starten twee pilottellingen volgens de ETHOS Light definitie
in de regio’s Den Bosch en Oss. Ik wil op basis van de resultaten van deze pilot concrete
vervolgstappen zetten. In de tussentijd laat ik alvast onderzoek uitvoeren naar de
mogelijkheden tot het uitbreiden en verbeteren van de bestaande monitoring. Dat is
de monitoring die het CBS in samenwerking met VNG uitvoert.
Vraag 4
Bent u net als de voorzitter van het Leger des Heils ook enorm geschrokken van deze
getallen en ziet u deze in het zicht van de vele crisissen de komende jaren nog verder
stijgen?
Antwoord 4
In ben inderdaad geschrokken van de signalen van het Leger des Heils. Ongeacht de
meest recente cijfers, ben ik van mening dat in Nederland een te groot aantal mensen
dakloos is.
Structurele oplossingen die de transformatie naar preventie van dakloosheid en Wonen
Eerst bewerkstellingen zijn noodzakelijk. De krapte op de woningmarkt en de maatschappelijke
effecten van de energiecrisis en gevolgen daarvan op vele huishoudens maakt de noodzaak
tot het versnellen van deze transformatie urgenter dan ooit. Ook in deze lastige tijd
met hoge inflatie en toenemende bestaansonzekerheid is het onze ambitie om dakloosheid
in Nederland fors en structureel terug te dringen. Naast het Actieplan worden ook
maatregelen genomen als een koopkrachtpakket en de Nationale Woon-en Bouwagenda moet
voor meer betaalbare huisvesting zorgen. Toch bestaat het risico dat meer mensen dan
voorzien dakloos raken. We zetten alles op alles om dit te voorkomen, maar deze omstandigheden
kunnen effect hebben op het realiseren van de doelstelling van het Actieplan Dakloosheid.
Vraag 5
Vindt u het niet ook getuigen van weinig urgentie dat u met het Nationaal Actieplan
Dakloosheid wil beginnen in 2024 en oplossen in het jaar 2030? Hangt dit doeljaar
samen met de doelstellingen voor 2030 van de Verenigde Naties?
Antwoord 5
Het Nationaal Actieplan Dakloosheid is juist tot stand gekomen vanuit een breed gedeeld
gevoel van urgentie. Het is op 5 december 2022 gelanceerd en daarmee ook direct gestart.
Het doeljaar 2030 hangt samen met de doelstelling uit de Verklaring van Lissabon2 die door Nederland is ondertekend.
Vraag 6
Kent u het conceptwetsvoorstel van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
over het Wetsvoorstel gemeentelijke taken mogelijk maken asielopvangvoorzieningen
waarin onder andere deze maatregelen staan: «het aantal benodigde opvangplekken wordt
per gemeente verdeeld op basis van het aantal inwoners. Gemeenten worden nog niet
gedwongen om iets te doen, maar krijgen drie maanden de tijd om vrijwillig met een
plan te komen. Voor elke plek die een gemeente aanbiedt boven op het aantal dat van
ze gevraagd wordt, krijgt ze een beloning van 2.500 euro» en «Provincies moeten met
een plan komen voor de overige plekken die nodig zijn. Ze krijgen een beloning van
1.500 euro per plek, als ze meer dan 75 procent van de gevraagde opvangplekken regelen.
Als er dan nog plekken nodig zijn, gaat de Staatssecretaris gemeenten dwingen om voor
opvang te zorgen»?3, 4
Antwoord 6
Ja ik ken dit wetsvoorstel.
Vraag 7
Is het geen beter idee om de urgente maatregelen zoals aangegeven in vraag 6 nu direct
in te zetten voor onze daklozen voordat deze nog verder afglijden en helemaal buiten
de maatschappij komen te staan?
Antwoord 7
De maatregelen in het genoemde wetsvoorstel zijn geen maatregelen die bijdragen aan
het verminderen van het aantal dakloze mensen in Nederland. We willen niet toe naar
meer opvangplekken voor dakloze mensen, maar juist naar meer woonplekken conform de uitgangspunten van Wonen Eerst. De maatregelen die hier aan bijdragen
staan uitvoerig beschreven in het Nationaal Actieplan Dakloosheid, zoals het aangekondigde
Wetsvoorstel Versterking regie op de volkshuisvesting.
Vraag 8
Heeft u inzicht in de aantallen daklozen onder arbeidsmigranten en alle specifieke
problemen die zich voordoen met deze groep?5
Antwoord 8
Het precieze aantal dakloze EU-burgers is niet bekend. Het Rode Kruis schatte dat
in 2021 in Nederland zo’n 2.500 tot 3.000 EU-burgers dakloos waren (Rode Kruis, Valente,
Dokters van de Wereld, 2021). Stichting Barka geeft aan dat zij in 2021 in heel Nederland
binnen al hun projecten ongeveer 3.100 kwetsbare EU-burgers hebben ontmoet, waarvan
70% dakloos was (2.170). Wel zijn er signalen dat deze groep in omvang toeneemt: steeds
meer Midden- en Oost-Europese werknemers kloppen aan bij de maatschappelijke opvang.
De problemen waar deze specifieke doelgroep mee kampt staan beschreven in het onderzoek
van IVO6.
Vraag 9
Denkt u ook niet dat het dweilen is met de kraan open met betrekking tot het woningtekort
zolang de grenzen open worden gezet voor massale toestroom van asielzoekers?
Antwoord 9
Nee, deze mening deel ik niet.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.