Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Eerdmans over het inzetten van Rijksvastgoed en provinciaal vastgoed voor asielopvang
Vragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening over het inzetten van Rijksvastgoed en provinciaal vastgoed voor asielopvang (ingezonden 5 oktober 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid), mede namens de
            Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (ontvangen 2 december 2022).
            Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 483.
         
Vraag 1 en 2
            
Is er nog steeds sprake van dat u, zoals u op 16 augustus aan de Kamer schreef, van
               plan bent om het Ruimtelijk Ordeningsinstrumentarium (hierna RO-instrumentarium) op
               «meerdere locaties in andere gemeenten» dan Tubbergen in te zetten (Kamerstuk 19 637, nr. 2952)?
            
Zo nee, garandeert u daarmee dat het RO-instrumentarium niet langer ingezet wordt
               ten behoeve van asielopvang of opvang van statushouders? Zo ja, hoeveel en welke locaties
               in welke gemeenten zijn in beeld?
            
Antwoord 1 en 2
            
Het verlenen van een vergunning door de overheid door middel van het zogenaamde RO-instrumentarium
               is een maatregel die in vele opzichten verre van ideaal is. Deze maatregel gaan wij
               dan ook het liefste uit de weg. Helaas is de nood de afgelopen periode zo hoog geweest
               dat er pijnlijke keuzes gemaakt moesten worden. De inzet van RO-instrumentarium is
               op dit moment niet aan de orde.
            
Vraag 3
            
Wordt er momenteel Rijksvastgoed vrijgemaakt – of de voorbereidende handelingen daartoe
               verricht – voor asielopvang of opvang van statushouders? Zijn de gemeenten waarin
               dit vastgoed zich bevindt volledig op de hoogte van deze stappen? Welke gemeenten
               betreft het, om welke locaties gaat het en bieden zij medewerking aan de totstandkoming
               van de voorgenomen opvang?
            
Antwoord 3
            
Er is contact tussen het Rijksvastgoedbedrijf en het COA inzake het realiseren van
               opvanglocaties. Hierbij wordt gekeken naar panden en kavels. Mocht Rijksvastgoed ingezet
               worden voor opvang van asielzoekers of statushouders, dan treedt het COA in overleg
               met de gemeente. De gemeente gaat zelf over het huisvesten van aan hen gekoppelde
               statushouders. Het COA heeft bijna 195.000 m2 Rijksvastgoed in gebruik.
            
Vraag 4
            
Wordt er momenteel provinciaal vastgoed vrij- of gereedgemaakt – of de voorbereidende
               handelingen daartoe verricht – voor asielopvang of opvang van statushouders? Zijn
               de gemeenten waarin dit vastgoed zich bevindt volledig op de hoogte van deze stappen?
               Welke gemeenten betreft het, om welke locaties gaat het en bieden zij medewerking
               aan de totstandkoming van de voorgenomen opvang?
            
Antwoord 4
            
Een aantal Provinciale Regietafels heeft aan de provincie en aan het Rijksvastgoedbedrijf
               verzocht om ook in de eigen bestanden te kijken naar mogelijkheden voor gebouwen en
               percelen t.b.v. huisvesting van statushouders of het realiseren van asielopvang. Gemeenten
               worden zo snel mogelijk op de hoogte gesteld en betrokken als provinciaal vastgoed
               in hun gemeente beschikbaar is voor huisvesting van statushouders en/of asielopvang.
            
Vraag 5
            
Wanneer en op welke wijze heeft u provincies gevraagd c.q. opdracht gegeven voor het
               inventariseren en gereedmaken van provinciaal vastgoed voor asielopvang en/of de opvang
               van statushouders?
            
Antwoord 5
            
Wij hebben daar geen opdracht toe gegeven. Provincies en gemeenten mogen hun taakstelling
               m.b.t. plaatsing statushouders dan wel de opvang van asielzoekers realiseren met behulp
               van provinciaal vastgoed.
            
Vraag 6
            
Klopt het concrete signaal dat de provincie Noord-Holland bezig is met plannen in
               deze richting in Zwaagdijk-West in de gemeente Medemblik?
            
Antwoord 6
            
De provincie Noord-Holland voert een haalbaarheidsonderzoek uit voor een locatie in
               de gemeente Medemblik om hiervan de (on)mogelijkheden te onderzoeken van tijdelijke
               huisvesting van spoedzoekers, waaronder statushouders.
            
Vraag 7
            
In welke fase verkeren deze plannen? Klopt het dat deze momenteel officieel nog in
               de fase van een haalbaarheidsstudie zijn? Zo nee, in welke fase dan wel?
            
Antwoord 7
            
Het klopt dat er nog sprake is van een haalbaarheidsonderzoek.
Vraag 8
            
Is de gemeente volledig op de hoogte van iedere stap die door die provincie wordt
               gezet in deze concrete casus?
            
Antwoord 8
            
Ja. De provincie Noord-Holland en de gemeente Medemblik trekken samen op.
Vraag 9
            
Wat is er de reden van dat op het terrein in kwestie inmiddels werkzaamheden worden
               verricht, namelijk het verwijderen van een kas?
            
Antwoord 9
            
De provincie is al enige jaren eigenaar van de locatie. Er stond een kassencomplex
               van circa 10.000 m2 op het erf. Een deel van de kassen werd tot voor kort gebruikt als opslagruimte bij
               de woning. Helaas was er behoorlijk wat schade (door derden aangebracht) ontstaan.
               Vanuit veiligheidsoverwegingen zijn de kassen gesloopt.
            
Vraag 10
            
Sluit u uit dat er werkzaamheden worden verricht ten behoeve van opvang op dit terrein
               zonder dat de gemeente van deze stap in het proces op de hoogte is?
            
Antwoord 10
            
De provincie Noord-Holland en gemeente Medemblik geven aan dat dit het geval is.
Vraag 11
            
Kunt u bevestigen dat het College van gedeputeerde staten van Noord-Holland op dit
               moment geen gebruikmaakt van bevoegdheden zoals genoemd in artikel 3.1 besluit Omgevingsrecht,
               zo nodig voorafgegaan door toestemming van provinciale staten?
            
Antwoord 11
            
Ja
Vraag 12
            
Is uw oordeel dat het College van gedeputeerde staten van Noord-Holland, de eerder
               uitgevoerde werkzaamheden op het genoemde perceel en de beantwoorde schriftelijke
               Statenvragen (2022–79) in ogenschouw nemend, voldoet aan alle bepalingen in artikel
               167 van de Provinciewet? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 12
            
Artikel 167 Provinciewet gaat over de informatie-uitwisseling tussen Gedeputeerde
               en Provinciale staten. Oordeelsvorming daarover laten wij graag aan hen.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- 
              
                  Mede namens
 H.M. de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
