Nota van wijziging : Nota van wijziging
36 200 XIV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2023
Nr. 11
NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 2 december 2022
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedsel kwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds
(F) voor het jaar 2023 luiden:
Vastgestelde departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2023 (bedragen x € 1.000)
Art.
Omschrijving
Verplichtingen
Uitgaven
Ontvangsten
Totaal
2.663.292
3.177.915
101.396
Beleidsartikelen
2.429.667
2.944.290
97.901
21
Land- en tuinbouw
773.396
649.814
55.280
22
Natuur, visserij en gebiedsgericht werken
766.464
1.456.449
33.365
23
Kennis en innovatie
400.589
348.809
9.256
24
Uitvoering en toezicht
489.218
489.218
0
Niet-beleidsartikelen
233.625
233.625
3.495
50
Apparaat
183.088
183.088
3.495
51
Nominaal en onvoorzien
50.537
50.537
TOELICHTING
Algemeen
In deze nota van wijziging wordt de oorspronkelijke memorie van toelichting van de
ontwerpbegroting 2023 van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
aangepast. Vanwege budgettaire ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden na het indienen
van het oorspronkelijke voorstel is de nota opgesteld. De wijzigingen hebben betrekking
op de raming van de verplichtingen en de uitgaven.
Artikelsgewijze toelichting bij de begrotingsartikelen
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld
en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar
2023 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie
van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
Artikel 21 Land- en tuinbouw
Zowel de kasuitgaven, als de verplichtingen op dit artikel worden verhoogd. Het betreft
€ 64,6 mln. aan verplichtingen en € 63,9 aan kasuitgaven. De mutaties worden hieronder
per maatregel toegelicht.
Transitie landbouw
In de Toekomst Landbouwbrief [TK 27 858, nr 518)] is een integraal maatregelenpakket voor 2023 en 2024 van € 226,6 mln. aan uitgaven
totaal aangekondigd. Het integrale pakket bestaat uit verschillende maatregelen die
hieronder separaat toegelicht worden. Alle maatregelen zijn vooruitlopend op en ter
ondersteuning van de gebiedsprogramma’s en no-regretmaatregelen die de transitie van
de landbouw een impuls geven. Voor artikel 21 betekent dit dat er in totaal € 27,3 mln.
aan kasuitgaven en € 28,3 mln. aan verplichtingen in 2023 en in totaal € 24,3 mln.
aan kasuitgaven en € 23,3 mln. aan verplichtingen voor 2024 wordt toegevoegd aan de
begroting LNV.
Psychosociale hulp
Het programma heeft als doel het verkleinen van de kloof tussen agrarische ondernemers
en psychosociale hulpverlening. Voor dit programma is in 2023 en in 2024 een bedrag
van € 0,3 mln. per jaar gereserveerd. Het programma, opgesteld door de sector en afgestemd
met hulpverleningsinstanties, legt focus op preventie (zelfbewust ondernemerschap,
weerbaarheid en mentale fitheid), versterken landelijke loketfunctie voor agrarische
ondernemers met psychosociale hulpvragen en instellen van een Platform AgroZorg waarin
alle betrokken organisaties zitting hebben en waar knelpunten geagendeerd en opgepakt
kunnen worden.
Stimulering omschakeling naar biologische landbouw
Om de omschakeling naar biologische landbouw te stimuleren is € 13,0 mln. per jaar
gereserveerd in 2023 en in 2024. De extensieve en grondgebonden werkwijze van biologische
landbouw draagt bij aan het oplossen van de stikstofproblematiek, het verbeteren van
biodiversiteit, bodemherstel en het verbeteren van de waterkwaliteit o.a. door verminderd
gebruik gewasbeschermingsmiddelen en mest en een robuustere landbouw verbonden met
de natuurlijke processen. Om ten volle te profiteren van het wenkend perspectief van
biologische landbouw in de gebiedsprocessen is het nodig om nu een aantal stappen
te zetten, waaronder het opzetten van een landelijke helpdesk, versterking van het
controlestelsel en het maken van afspraken over het bevorderen van de verkoop van
biologische producten, zoals aangegeven in het actieplan biologische landbouw dat
binnenkort verschijnt. De middelen die nu aan de LNV begroting worden toegevoegd maken
een start van deze omschakeling mogelijk.
Duurzamere gewasbescherming
In het Uitvoeringsprogramma gewasbescherming en in het coalitieakkoord zijn ambities
opgenomen om acties op het gebied van geïntegreerde gewasbescherming en het realiseren
van Kaderrichtlijn Water (KRW) doelen te intensiveren. In de Toekomstbrief Landbouw
is € 10,0 mln. per jaar in 2023 en 2024 aangekondigd waarmee enkele noodzakelijke
stappen kunnen worden gezet. Duurzame gewasbescherming leidt tot een drastische vermindering
van de behoefte aan chemische gewasbeschermingsmiddelen bij de agrarische ondernemers
en nagenoeg geen emissie naar het milieu. Hiermee draagt duurzame gewasbescherming
substantieel bij aan het realiseren van de waterkwaliteitsdoelen (KRW) en de biodiversiteitsdoelen.
Ketenafspraken
Bindende afspraken met ketenpartijen ter versterking van de positie van de boer zijn
nodig om de transitie te versnellen. Daarbij wordt een niet-vrijblijvende bijdrage
van banken, toeleveranciers, de verwerkende industrie en de retail verwacht. Waar
nodig worden afspraken juridisch geborgd. Voor de kosten voor het faciliteren van
het proces, het uitwerken van de afspraken, het monitoren en handhaven van gemaakte
afspraken, en voor financiële ondersteuning van de gemaakte afspraken wordt in 2023
voor € 3,0 mln. aan uitgaven geraamd.
Derogatie
Met een brief (TK 33 037, nr. 450) is aan de Tweede Kamer kenbaar gemaakt dat de Europese derogatiebeschikking zal
gaan wijzigen. De Europese beschikking voorziet vanaf 2023 in een stapsgewijze jaarlijkse
afbouw van de derogatie.
Derogatiedeelnemers zullen worden ondersteund met behulp van een tijdelijke transitie
tegemoetkomingsregeling. Voor deze transitieregeling stelt het kabinet in totaal maximaal
€ 130 mln. beschikbaar. Het deel dat wordt geraamd voor 2023 betreft € 23,7 mln. voor
zowel de kastuitgaven, als de verplichtingen. De regeling wordt in 2023 grotendeels
gedekt vanuit de begrotingsreserve Apurement. De jaren 2024 en 2025 zijn taakstellend
op de begroting van LNV verwerkt (artikel 51) en worden verder ingevuld bij Voorjaarsnota
2023.
De regeling moet ervoor zorgen dat het areaal grasland van deze bedrijven behouden
blijft, opdat de waterkwaliteit in Nederland niet achteruit gaat. Daarbij biedt deze
transitieregeling de gelegenheid aan derogatiedeelnemers om de bedrijfsvoering te
heroverwegen en eventueel aan te passen.
Dierentuinregeling
Als gevolg van de maatregelen omtrent de COVID-19 crisis in de vorm van lockdowns
zijn dierentuinen veel inkomsten misgelopen. Omdat de vaste kosten voor de verzorging
doorlopen zorgde het gebrek aan inkomsten voor een risico voor het dierenwelzijn.
Hierom is de tijdelijke regeling subsidie dierentuinen COVID-19 gepubliceerd. Om de
schade van de laatste lockdown, die van december 2021 t/m 26 januari 2022 heeft geduurd,
te compenseren is in 2022 vanuit deze regeling het derde steun- en herstelpakket beschikbaar
gesteld.
Omdat de verschillende COVID-19 regelingen na aanmelding bij de Europese Commissie
geen voorrang meer krijgen is er vertraging opgetreden en zal het niet meer mogelijk
zijn om alle voorschotten in 2022 uit te betalen. Van het geraamde bedrag uit 2022
zal € 12,9 mln. aan uitgaven en verplichtingen in het komende jaar moeten worden gedaan.
Vanwege de financiële situatie van dierentuinen is het van belang om te zorgen dat
de betalingen in zo spoedig mogelijk zullen plaatsvinden. Dit is van belang voor de
financiële gezondheid van de dierentuinen en daarmee het welzijn van de dieren.
Door verwerking in deze nota van wijziging wordt verdere vertraging voorkomen. Daarbij
is uitstel van betaling van het voorschot tot halverwege 2023 onwenselijk en kan consequenties
hebben voor de laatste betaling over deze periode. Na betaling van het voorschot zullen
later in het jaar de definitieve vaststellingen en daarmee ook de laatste betalingen
plaatsvinden.
Artikel 22 Natuur, visserij en gebiedsgericht werken
Zowel de kasuitgaven, als de verplichtingen op dit artikel worden in totaal verhoogd.
Het betreft in totaal € 231,3 mln. aan verplichtingen en € 237,1 aan kasuitgaven in
2023. De mutaties worden hieronder per maatregel toegelicht.
Uitvoeringskosten transitiefonds
De uitgaven van € 37,1 mln. voor de uitvoeringskosten Transitiefonds worden aan de
begroting toegevoegd. Hiervan is € 22,7 mln. een verhoging van de verplichtingenruimte
en uitgaven voor het Rijk. Daarnaast zijn de voorschotten richting de provincies van
€ 14,4 mln. opgenomen. Het gaat hierbij van een ophoging van het uitgavenbudget aangezien
deze als verplichtingen reeds zijn aangegaan in 2022.
De verhoging van de kasuitgaven bestaat onder andere uit een voorschot aan de provincies
van € 14,4 mln. welke wordt uitgekeerd als specifieke uitkering. Per provincie betekent
dit een bedrag van € 1,2 mln. in 2023. Deze middelen worden ingezet ten behoeve van
het realiseren van de opgave van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG).
Daarnaast wordt er in 2023 € 8,81 mln. beschikbaar gemaakt om de Regieorganisatie
Transitie Landelijk Gebied (RTLG) te faciliteren. De werkzaamheden bestaan onder andere
uit het verder in kaart brengen en opzetten van de informatiehuishouding van RTLG
ten behoeve van het NPLG, het organiseren van werkconferenties, het starten en onderhouden
van kennisplatforms, onderzoeksbudget en de verdere opbouw van de regieorganisatie.
Voor de verdere opbouw is onder meer budget beschikbaar gesteld voor het faciliteren
van de opbouw van het programmabureau en de lerende aanpak.
Ook worden de kosten voor de Ecologische Autoriteit van € 3,27 mln. in 2023 aan de
begroting toegevoegd. In navolging van het coalitieakkoord is er een Ecologische Autoriteit
ingesteld voor een onafhankelijke ecologische toets van de gebiedsplannen. De Ecologische
Autoriteit zal zich bezighouden met de aangeleverde natuurdoelanalyses en gebiedsprogramma’s
die aangeleverd worden door de provincies.
In het kader van gebiedsgericht werken worden middelen van in totaal € 4,1 mln. beschikbaar
gemaakt voor de departementen IenW (20 FTE) en BZK (11 FTE), aangezien zij ook een
belangrijke rol hebben ten aanzien van het NPLG. Tevens wordt in 2023 voor € 1,35 mln.
aan communicatiekosten gemaakt voor het NPLG. Het gaat hierbij om het ontwikkelen
en uitvoeren van een overkoepelende communicatieaanpak. Voor 2024 is additioneel € 1,35 mln.
vrijgemaakt.
Tot slot zijn er nog een aantal relatief kleinere bedragen die aan de begroting worden
toegevoegd. Zo zijn er de kosten voor monitoring, AERIUS van € 1,8 mln. Deze middelen
worden ingezet voor de doorontwikkeling en het beheer AERIUS (inclusief moderniseringsslag).
Daarnaast worden de middelen van € 1,0 mln. voor de inzet RVO betreffende de uitvoering
van wettelijke taken door DG Landelijk gebied & stikstof toegevoegd. Tot slot is € 2,4 mln.
is bestemd voor monitoring en rapportage, een verplichte taak die voortkomt uit de
Wet stikstofreductie en natuurverbetering. Uitvoering vindt plaats door een onafhankelijk
consortium bestaande uit PBL, RIVM en WUR.
Nationale grondbank (NGB)
Voor de aankoop van gronden door de nationale grondbank is voor 2023 een bedrag van
€ 200,0 mln. aan kastuitgaven en verplichtingen geraamd. Deze gronden worden aangekocht
om grondmobiliteit voor agrarische ondernemers te creëren, en zullen om deze reden
in de komende jaren met dit doel wederom verkocht worden. Deze koop en verkoop gebeurt
door middel van een plafondcorrectie. Eventuele afwaardering van deze gronden wordt
gefinancierd vanuit het transitiefonds. De afwaardering en de geraamde ontvangsten
uit verkoop van de gronden loopt door tot en met 2028. Intertemporeel zullen de budgetten
neutraal uitkomen. Het aankoopproces wordt uitgevoerd door het Rijksvastgoedbedrijf.
Overbruggingsregeling visserijsector
In 2023 wordt € 8,6 mln. aanvullende verplichtingruimte beschikbaar gesteld (d.w.z.
uit latere jaren naar voren geschoven) voor de overbruggingsregeling voor de visserijsector.
Deze regeling zal in het eerste kwartaal van 2023 worden opengesteld en hiervoor is
in totaal € 10,0 mln. beschikbaar. Met deze subsidieregeling wordt de druk door de
stijgende bedrijfskosten van dit moment voor de visserijsector verlaagd. De Tweede
Kamer is hierover op 15 november geïnformeerd (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1470).
Artikel 23 Kennis en Innovatie
Zowel de kasuitgaven, als de verplichtingen op dit artikel worden verhoogd. Het betreft
€ 145,3 aan verplichtingen en € 85,3 aan kasuitgaven. Het betreft twee mutaties die
hieronder worden toegelicht.
Transitie Landbouw
In de Toekomst Landbouwbrief [TK 30 252, nr.77] is een integraal maatregelenpakket voor 2023 en 2024 van € 226,6 mln. totaal aangekondigd.
Het integrale pakket bestaat uit verschillende maatregelen die hieronder separaat
toegelicht worden. Alle maatregelen zijn vooruitlopend op en ter ondersteuning van
de gebiedsprogramma’s en no-regretmaatregelen die de transitie van de landbouw een
impuls geven. Voor artikel 23 betekenen de maatregelen een verhoging van de kasuitgaven
met € 85,3 mln. in 2023 en € 89,7 mln. in 2024. De verplichtingen worden met hetzelfde
bedrag verhoogd. Hieronder worden de verschillende maatregelen uit de Toekomst Landbouwbrief
toegelicht:
Innovatie op het boerenerf
Voor het stimuleren van innovatie op het boerenerf word een bedrag van € 37,5 mln.
voor 2023 en € 26,5 mln. voor 2024 beschikbaar gesteld. Het doel is om zoveel mogelijk
boeren, die dit willen en nodig hebben, op meerjarige basis sociaaleconomische begeleiding
en coaching te bieden bij hun transitie naar een toekomstbestendige bedrijfsvoering.
Hiermee worden ondernemers geholpen bij de keuzes die in de gebiedsplannen nodig zijn
en die passen bij de transitieopgaven voor de eigen landbouwpraktijk.
Fieldlabs
Voor de ondersteuning vanuit LNV voor de fieldlabs (duurzame praktijkproeven op boerderijen)
wordt € 10,1 mln. in 2023 en € 26,9 mln. in 2024 beschikbaar gesteld. De Fieldlabs
hebben als doel om middels de (gebiedsgerichte) (door)ontwikkeling van nieuwe ideeën
en innovaties, de transitie naar duurzame en rendabele landbouwbedrijven te faciliteren
en versnellen. Aanvullend op coaching en advisering zorgen fieldlabs ervoor dat innovaties
snel en praktijkgericht bij de boer terecht komen. Fieldlabs dragen daarmee bij aan
reductie van stikstof en andere klimaat-belastende emissies, betere water- en bodemkwaliteit
en biodiversiteit.
Meten en Berekenen
Er wordt voor € 9,2 mln. in 2023 en € 10,0 mln. aan middelen beschikbaar gesteld voor
de verbetering van de wetenschappelijke meet en berekensysteem voor stikstof. Zo kan
de depositie van stikstof worden gemonitord en kan de nauwkeurigheid van de cijfers
worden verhoogd. Met deze middelen worden twee actielijnen opgestart: 1. Monitoring
en beleidsevaluatie en 2. Op bedrijfsniveau meetbaar maken van emissies. Voor de doorontwikkeling
van het systeem van meten en rekenen aan stikstof wordt aangesloten op het Nationaal
Kennisprogramma Stikstof (NKS).
KPI’s en bedrijfsmanagement
Agrarisch ondernemers worden bij het nemen van beslissingen over maatregelen waarmee
ze bijdragen aan de bedrijfsspecifieke doelen (kpi’s) voor stikstof, klimaat, water
en natuur en in het verantwoorden van prestaties, ondersteund via het opstellen en
doorontwikkelen van rekenregels en managementsystemen voor alle bedrijfstypen. Om
deze ondersteuning te blijven bieden is er voor 2023 en 2024 een bedrag van € 2,0 mln.
aan uitgaven gereserveerd. Daarbij is uitdrukkelijk oog voor integraliteit, wetenschappelijke
onderbouwing en validatie. Bij de (door-)ontwikkeling is ook oog voor het mogelijke
gebruik van deze managementsystemen voor het verantwoorden van prestaties.
Digitalisering
Voor maatregelen die zijn gericht op het (door)ontwikkelen, in praktijk brengen, ondersteunen,
en onderhouden van digitale technologie wordt € 27,5 mln. in 2023 en € 25,3 mln. in
2024 beschikbaar gesteld. Digitalisering (zoals de toepassing van precisielandbouw,
dashboards, Artificial Intelligence, robotisering) maakt efficiënter en effectiever
omgaan met hulpbronnen mogelijk. Deze maatregelen regelen de randvoorwaarden om duurzame
(digitale) technologieën beter te kunnen toepassen. Het stimuleert ook data-gedreven
gebiedsgerichte samenwerking op grondstofstromen zoals rond mest en diervoeder.
Besluitvorming Nationaal Groeifonds (NGF)
Het kabinet heeft besloten € 60,0 mln. toe te kennen uit het Nationaal Groeifonds
voor Cellulaire Agricultuur (Kamerbrief 36 200 L nr. 4). Gecoördineerd vanuit Cellulaire Agricultuur Nederland Stichting en in samenwerking
met het Ministerie van LNV, wordt een integrale aanpak uitgerold die gekwalificeerd
CA personeel opleidt, fundamentele en toegepaste CA kennis ontwikkelt en opschalingsfaciliteiten
beschikbaar maakt voor CA bedrijven. Om dit mogelijk te maken worden er voor 2023
voor € 60,0 mln. aan aanvullende verplichtingen aan de begroting toegevoegd. De kasuitgaven
worden voor de komende jaren in een kasritme gezet zoals in de budgettaire tabel is
te zien.
Artikel 50 Apparaat
Zowel de kasuitgaven, als de verplichtingen op dit artikel worden in 2023 verhoogd
met € 16,6 mln. In het kader van gebiedsgericht werken worden middelen beschikbaar
gemaakt voor 120 FTE (€ 16,6 mln.) per jaar aanvullende capaciteit voor LNV.
Artikel 51 Nog te verdelen
De mutaties op artikel 51 betreffen de besluitvorming derogatie, zie daartoe de toelichting
onder artikel 21.
Meerjarige doorwerking
In de onderstaande tabellen zijn per artikel de standen eerste suppletoire begroting
2022 vóór nota van wijziging, de mutaties en de standen suppletoire begroting 2022
na nota van wijziging meerjarig opgenomen.
Meerjarige doorwerking verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Art.
Omschrijving
2023
2024
2025
2026
2027
21
Land en tuinbouw
Stand vóór nota van wijziging
708.466
746.320
340.171
293.192
249.063
transitie landbouw
28.300
23.300
dierentuinregeling
12.900
Besluitvorming derogatie, dierentuinregeling
23.730
52.624
53.746
0
0
Stand na nota van wijziging
773.396
822.244
393.917
293.192
249.063
22
Natuur, visserij en gebiedsgericht werken
Stand vóór nota van wijziging
535.168
528.341
520.699
470.671
469.528
Besluitvorming transitiefonds
22.745
8.457
8.075
8.329
8.329
Aankoop gronden NGB
200.000
Overbruggingsregling Noordzee
8.551
– 2.000
– 2.000
– 2.000
– 2.551
Stand na nota van wijziging
766.464
534.798
526.774
477.000
475.306
23
Kennis en innovatie
Stand vóór nota van wijziging
255.289
246.938
237.681
231.678
224.150
transitie landbouw
85.300
89.700
Besluitvorming NGF
60.000
Stand na nota van wijziging
400.589
336.638
237.681
231.678
224.150
50
Apparaat
Stand vóór nota van wijziging
166.488
162.365
159.748
157.205
155.806
Besluitvorming transitiefonds
16.600
16.600
16.600
16.600
16.600
Stand na nota van wijziging
183.088
178.965
176.348
173.805
172.406
51
Nog te verdelen
Stand vóór nota van wijziging
51.567
52.624
53.746
42.682
44.832
Besluitvorming derogatie
– 1.030
– 52.624
– 53.746
0
0
Stand na nota van wijziging
50.537
0
0
42.682
44.832
Totaal
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Stand voor nota van wijziging
2.206.196
2.204.366
1.774.811
1.646.656
1.589.188
Besluitvorming transitiefonds, derogatie, NBG, Noordzee, transitie landbouw en NGF
457.096
136.057
22.675
22.929
22.378
Stand na nota van wijziging
2.663.292
2.340.423
1.797.486
1.669.585
1.611.566
Meerjarige doorwerking uitgaven (bedragen x € 1.000)
Art.
Omschrijving
2023
2024
2025
2026
2027
21
Land en tuinbouw
Stand vóór nota van wijziging
585.884
623.445
286.580
205.341
148.116
transitie landbouw
27.300
24.300
Dierentuinregeling
12.900
Besluitvorming derogatie
23.730
52.624
53.746
0
0
Stand na nota van wijziging
649.814
700.369
340.326
205.341
148.116
22
Natuur, visserij en gebiedsgericht werken
Stand vóór nota van wijziging
1.219.304
548.676
529.853
469.832
469.089
Besluitvorming transitiefonds
37.145
8.457
8.075
8.329
8.329
Aankoop gronden NGB
200.000
Stand na nota van wijziging
1.456.449
557.133
537.928
478.161
477.418
23
Kennis en innovatie
Stand vóór nota van wijziging
263.509
252.010
241.364
233.250
229.740
transitie landbouw
85.300
89.700
Besluitvorming NGF
0
15.000
10.000
10.000
10.000
Stand na nota van wijziging
348.809
356.710
251.364
243.250
239.740
50
Apparaat
Stand vóór nota van wijziging
166.488
162.365
159.748
157.205
155.806
Besluitvorming transitiefonds
16.600
16.600
16.600
16.600
16.600
Stand na nota van wijziging
183.088
178.965
176.348
173.805
172.406
51
Nog te verdelen
Stand vóór nota van wijziging
51.567
52.624
53.746
42.682
44.432
Besluitvorming derogatie
– 1.030
– 52.624
– 53.746
0
0
Stand na nota van wijziging
50.537
0
0
42.682
44.432
Totaal
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Stand voor nota van wijziging
2.775.970
2.106.898
1.734.057
1.559.538
1.492.992
Besluitvorming transitiefonds, derogatie, direnentuinregeling, transitie landbouw,
NGB en NGF
401.945
154.057
34.675
34.929
34.929
Stand na nota van wijziging
3.177.915
2.260.955
1.768.732
1.594.467
1.527.921
Meerjarige doorwerking ontvangsten (bedragen x € 1.000)
Art.
Omschrijving
2023
2024
2025
2026
2027
21
Land en tuinbouw
Stand vóór nota van wijziging
32.580
30.280
29.080
29.080
29.080
Besluitvorming derogatie
22.700
0
0
0
0
Stand na nota van wijziging
55.280
30.280
29.080
29.080
29.080
22
Natuur en biodiversiteit
Stand vóór nota van wijziging
33.365
30.257
27.053
24.409
22.756
Verkoop gronden NGB
18.620
23.275
Stand na nota van wijziging
33.365
30.257
27.053
43.029
46.031
Totaal
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Stand voor nota van wijziging
78.696
73.293
68.820
66.176
64.523
Verkoop gronden NGB
18.620
23.275
Besluitvorming derogatie
22.700
0
0
0
0
Stand na nota van wijziging
101.396
73.293
68.820
84.796
87.798
Gegeven,
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema
De Minister voor Natuur en Stikstof, Ch. van der Wal - Zeggelink
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Mede ondertekenaar
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof