Schriftelijke vragen : De inzet van voorspellende algoritmes met betrekking tot kinderen
Vragen van de leden Leijten, Kwint en Van Nispen (allen SP) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie en Veiligheid en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de inzet van voorspellende algoritmes met betrekking tot kinderen (ingezonden 15 november 2022).
Vraag 1
Klopt het dat de politie gebruik wil blijven maken van voorspellende algoritmes die
betrekking hebben op kinderen, het zogenaamde ProKid Plus, waarbij met behulp van
algoritmes wordt ingeschat hoe groot de kans is dat een kind een geweldsdelict pleegt?1
Vraag 2
Door welke instanties wordt dit algoritme gebruikt?
Vraag 3
Wie houdt er toezicht op het gebruik van dit algoritme en hoe gebeurt dit?
Vraag 4
Kunt u openbaar maken op basis van welke data en welke parameters dit algoritme wordt
ingezet? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Vindt u het wenselijk als er op basis van een voorspellend algoritme preventieve bestuursrechtelijke
maatregelen genomen worden, die rechtstreekse gevolgen hebben voor deze kinderen en
hun families? Kunt u uw antwoord uitgebreid toelichten?
Vraag 6
Zijn jeugdigen die uit dit algoritme komen vaker onderwerp van onderzoek van de politie
en bijvoorbeeld staande houdingen? Worden de profielen gebruikt in het toezicht op
straat?2
Vraag 7
Welke inzet van jeugdzorg volgt op basis van het voorkomen in de top400? Kunt u aangeven
of deze zorg vrijwillig of onder dwang wordt ingezet?
Vraag 8
Vindt u dat er voldoende rechtsbescherming is voor de kinderen en hun families die
op basis van het ProKid Plus algoritme in een bestuurlijk programma worden geplaatst?
Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 9
Wordt het gezinnen en kinderen vermeld dat zij door het algoritme zijn opgenomen in
de top400? Zo nee, waarom niet? Zo ja, is dan ook bekend op basis van welke gegevens
de jeugdigen zijn opgenomen zodat zij de kans hebben of krijgen om zich te verdedigen
tegen de verdenking dat ze potentieel crimineel zijn of worden? Kunt u uw antwoord
toelichten?
Vraag 10
Kunt u aangeven wat er is gedaan met de aanbevelingen van het WODC, dat in 2011 stelde
dat bij de pilot geen van de politiekorpsen een goed functionerend ProKid Plus programma
had?3
Vraag 11
Kunt u aangeven welke andere onderzoeken zijn gedaan en wat daar de conclusie van
was met betrekking tot het ProKid Plus algoritme? Zo nee, waarom niet?
Vraag 12
Heeft u adviezen en annotaties gekregen als het gaat om de ontwikkeling van het ProKid
Plus algoritme? Zo ja, kunt u deze delen met de Kamer?
Vraag 13
Zijn er privacy-impactanalyses of analyses over bescherming persoonsgegevens gemaakt
over/van ProKid? Kunt u deze delen met de Kamer?
Vraag 14
In hoeverre wordt het ProKid Plus algoritme gebruikt om tot kostenbesparingen te komen
op bijvoorbeeld jeugdzorg? Bent u het met ons eens dat het belang van het kind hierin
voorop zou moeten staan en niet de economische effecten? Kunt u antwoord toelichten?4
Vraag 15
Vindt u het wenselijk dat jeugdigen op basis van algoritmen in de top400 zijn geplaatst
zonder dat zij strafbare feiten hebben gepleegd, maar simpelweg vanwege de politieke
wens een top400 te hebben? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 16
Met wie worden de profielen en gegevens die door ProKid Plus zijn gemaakt/gegenereerd
gedeeld en op welke wijze wordt gegarandeerd dat jeugdigen en hun families niet nodeloos
worden achtervolgd door de inzet van dit algoritme?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.M. Leijten, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
J.P. Kwint, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Michiel van Nispen, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.