Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Amendement van het lid Inge van Dijk c.s. ter vervanging van nr. 84 over het schrappen van de verhoging van de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken
36 202 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2023)
Nr. 87 AMENDEMENT VAN HET LID INGE VAN DIJK C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 841
Ontvangen 9 november 2022
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel XXXV vervalt.
II
In artikel XXXVII wordt «€ 22,67» vervangen door «€ 26,13».
III
Artikel XXXIX vervalt.
IV
In artikel XL, onderdeel D, wordt «€ 20,20» vervangen door «€ 8,83» en wordt «€ 22,67»
vervangen door «€ 26,13».
Toelichting
Met dit amendement wordt de in het wetsvoorstel voorgestelde verhoging van de verbruiksbelasting
van alcoholvrije dranken per 1 januari 2023 geschrapt. Het amendement regelt dat het
tarief van de verbruiksbelasting in plaats daarvan per 1 januari 2024 wordt verhoogd,
waardoor de verhoging samenvalt met het moment waarop het wetsvoorstel regelt dat
mineraalwater wordt uitgezonderd van de verbruiksbelasting (artikel XL, onderdeel B).
De gemiste budgettaire opbrengst van het niet verhogen van het tarief in 2023 wordt
verwerkt in de verhoging van het tarief per 1 januari 2024.
Indieners vinden het onwenselijk dat bij invoering van de verbruiksbelasting op alcoholvrije
dranken per 2023 mineraalwater nog niet kan worden uitgezonderd en daarmee ook extra
belast wordt, omdat mineraalwater het gezonde alternatief is voor frisdranken en de
verhoging van de belasting daarop niet doelmatig is. Ook zorgt het eerst in 2023 verhogen
en dan in 2024 weer verlagen van de verbruiksbelasting voor mineraalwater voor een
onwenselijk administratieve last zowel voor bedrijven als voor de Belastingdienst
en Douane. Wenselijker is de situatie dat in 2024 in één keer de verbruiksbelasting
op alcoholvrije dranken wordt verhoogd met uitzondering van mineraalwater.
Onderdeelsgewijze toelichting
Het amendement regelt dat de voorgestelde tariefsverhoging van de verbruiksbelasting
van alcoholvrije dranken per 1 januari 2023 wordt geschrapt (onderdeel III).
Het amendement regelt voorts dat het tarief van die verbruiksbelasting per 1 januari
2024 wordt verhoogd van € 8,83 naar € 26,13 (onderdeel IV).
Het laagste tarief van de bieraccijns is gelijkgesteld aan het tarief van de verbruiksbelasting.
Dat betekent dat in het geval van een verhoging van de verbruiksbelasting van alcoholvrije
dranken het laagste tarief van de bieraccijns met eenzelfde bedrag wordt verhoogd.
Dit amendement regelt daarom dat de verhoging van het laagste tarief van de bieraccijns
per 1 januari 2023 komt te vervallen (onderdeel I).
Daarnaast regelt het amendement dat het minimumbedrag aan accijns voor bier per 1 januari
2024 wordt verhoogd met eenzelfde bedrag als de verhoging van de verbruiksbelasting
per 1 januari 2024 tot € 26,13 (onderdeel II).
Budgettaire gevolgen
De budgettaire gevolgen van dit amendement zijn opgenomen in tabel 1.
Tabel 1: Budgettaire gevolgen amendement verbruiksbelasting.
(Bedragen in € miljoen, prijzen 2023)1
2023
2024
2025
2026
2027
Structureel
Verhogen verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken
– 300
75
75
75
75
75
Verhogen minimumbedrag bieraccijns
– 3
1
1
1
1
1
X Noot
1
Raming in prijzen van het jaar van invoering.
De budgettaire gevolgen van de tariefsverhoging in het wetsvoorstel inclusief dit
amendement zijn opgenomen in tabel 2.
Tabel 2: Budgettaire gevolgen belastingplan incl. amendement.
(Bedragen in € miljoen, prijzen 2023)1
2023
2024
2025
2026
2027
Structureel
Verhogen verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken
0
375
375
375
375
375
Verhogen minimumbedrag bieraccijns
0
5
5
5
5
5
X Noot
1
Raming in prijzen van het jaar van invoering.
Inge van Dijk
Idsinga
Grinwis
Romke de Jong
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Inge van Dijk, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
R.H. (Romke) de Jong, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Pieter Grinwis, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Folkert Idsinga, Tweede Kamerlid