Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Plas over de escalatie van de boerenprotesten
Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Minister-President en de Minister voor Natuur en Stikstof over de escalatie van de boerenprotesten (ingezonden 7 juli 2022).
Antwoord van Minister Staghouwer (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) en van Minister
Van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof) (ontvangen 20 juli 2022).
Vraag 1
Deelt u de zorgen over de voortgaande escalatie van de protesten? En welke zorgen
heeft het kabinet precies?1
Antwoord 1
Het kabinet hecht veel waarde aan de mogelijkheid om maatschappelijk ongenoegen te
kunnen uiten. Demonstreren is een grondrecht en een groot goed. Het kabinet vindt
het belangrijk dat boeren vreedzaam van zich kunnen laten horen. Het kabinet heeft
er echter geen begrip voor dat er spullen worden vernield, mensen worden bedreigd
en dat ambtsdragers worden geïntimideerd om de uitoefening van hun functie. Van uitoefening
van het demonstratierecht is dan geen sprake. Dergelijke acties raken aan de fundamenten
van onze democratische samenleving en kwalificeren als ondermijnend gedrag, met een
onveilige situatie voor de samenleving als gevolg. Dit gedrag zal nooit getolereerd
worden. De wet geldt voor iedereen, ook voor mensen die het niet eens zijn met voorgenomen
beslissingen. Het kabinet heeft groot respect voor de burgemeesters, politie en het
openbaar ministerie die de afgelopen weken hard gewerkt hebben om onveilige situaties
te beëindigen en op te treden. Zie verder het antwoord op vraag 4 en 5.
Vraag 2
Herkent u de signalen dat ook andere groepen dan boeren zich aansluiten bij de protesten?
Hoe zou u die groepen willen omschrijven en welke risico’s geeft dit nu en in de (nabije)
toekomst?
Antwoord 2
Ja, het kabinet herkent de signalen. De politie ziet onder andere anti-overheidsgroepen
die actief oproepen tot protestacties gerelateerd aan de stikstofthematiek. In enkele
gevallen ziet de politie deze groepen ook fysiek aansluiten bij de protesten die door
boeren zijn georganiseerd. Zolang er niet wordt opgeroepen tot buitenwettelijke acties
levert dit geen extra risico’s op.
Vraag 3
Deelt u de mening dat verdere escalatie van de onrust in de samenleving als geheel
en onrust onder boeren, tuinders en vissers snel voorkomen moet worden?
Antwoord 3
Ja, uiteraard zijn wij van mening dat verdere escalatie, te allen tijde moet worden
voorkomen.
Vraag 4 en 5
Welke stappen gaat u nu concreet ondernemen om escalatie te voorkomen?
Welke acties gaat u ondernemen als grotere groepen burgers zich aansluiten bij de
protesten?
Antwoord 4 en 5
Zoals aangegeven in het antwoord bij vraag 1 hecht het kabinet veel waarde aan de
mogelijkheid om maatschappelijk ongenoegen te kunnen uiten. Er moet ruimte zijn om
het gesprek te voeren met mensen die binnen de grenzen van de wet hun stem willen
laten horen. Daarom zetten wij als overheid in op het blijven onderhouden van het
onderlinge overleg en de goede dialoog, hoe hoog de spanning soms ook oploopt. Wij
zien het als onze taak om altijd op redelijke wijze in contact en gesprek te blijven
met (vertegenwoordigers van) (branche)organisatie maar ook met kritische groepen in
de samenleving. Tegen mensen die zich niet aan de wet houden, wordt hard opgetreden.
De aanpak op het gebied van Openbare Orde en Veiligheid (OOV) ligt bij het lokaal
bevoegd gezag. Vanuit die partijen worden lokaal maatregelen voorbereid en ingezet
om escalaties, gevaarlijke situaties en/of maatschappelijke ontwrichting, zoveel als
mogelijk te voorkomen.
Vraag 6
Hoe gaat u ervoor zorgen dat groepen in de samenleving zich weer gehoord voelen?
Antwoord 6
Voor wat betreft de onrust onder boeren rond de aanpak van onder andere de stikstofproblematiek
is een van de manieren het voeren van gesprekken en het daarvoor aanstellen van een
onafhankelijk gespreksleider. Het voeren van de gesprekken in het kader van de gebiedsprocessen
zijn echter ook van groot belang. Wij hechten er dan ook aan dat alle betrokken partijen
hieraan kunnen en zullen deelnemen.
Vraag 7
Vindt u dat de heer Remkes, die met zijn rapport «Niet alles kan» een van de adviseurs
is geweest van het kabinet voor het huidige stikstofbeleid, nu als onafhankelijke
bemiddelaar kan optreden? Zo ja, waarom?
Antwoord 7
Ja. De heer Remkes zal als onafhankelijk gespreksleider een aantal gesprekken begeleiden.
Hij is iemand met bewezen ervaring in het begeleiden van gesprekken waarbij de verhoudingen
ingewikkeld liggen.
Vraag 8
Heeft u andere kandidaten dan de heer Remkes overwogen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
De situatie afwegende is het kabinet tot de conclusie gekomen dat de heer Remkes voor
deze gesprekken de meest geschikte persoon is.
Vraag 9
Waarom heeft u voor de heer Remkes gekozen?
Antwoord 9
De heer Remkes heeft een goede staat van dienst op politiek-bestuurlijk vlak en is
zeer ervaren en deskundig op gebied van ingewikkelde verhoudingen.
Vraag 10
Vindt u ook dat de benoeming van de heer Remkes olie op het vuur heeft gegooid bij
boeren en burgers? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
In de reacties hebben we kunnen constateren dat de heer Remkes niet voor eenieder
de eerste keuze lijkt te zijn geweest. Desalniettemin zie je breed in de samenleving
het vertrouwen in de kennis en competenties van de heer Remkes.
Vraag 11
Hoe denkt u dat de inzet van de heer Remkes als bemiddelaar gaat bijdragen aan de-escalatie
van de situatie op korte termijn?
Antwoord 11
De heer Remkes zal als onafhankelijk gespreksleider een aantal gesprekken begeleiden.
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 7 is hij iemand met bewezen ervaring in
het begeleiden van gesprekken waarbij de verhoudingen ingewikkeld liggen.
Vraag 12
Bent u bereid de stikstofplannen tijdelijk on hold te zetten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
In de gesprekken wordt nadrukkelijk ruimte geboden om over de uitvoering van de plannen
te praten. Ook in het vervolgtraject zoals dat geschetst is in de startnotitie Nationaal
Programma Landelijk Gebied is daar nadrukkelijk ruimte voor. Vertragen op dat proces
of verlagen van de nationale doelen is evenwel geen optie, gezien de urgente klimaat-,
water- en natuuropgave. En ook in niemands belang gezien de druk die er nog steeds
is op de vergunningverlening als gevolg van de stikstofproblematiek.
Vraag 13
Bent u bereid de benoeming van de heer Remkes als bemiddelaar te heroverwegen? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 13
Nee, zoals hierboven toegelicht acht het kabinet de heer Remkes zeer geschikt is als
onafhankelijk gespreksleider.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H. Staghouwer, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Mede ondertekenaar
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.