Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Slootweg over het bericht ‘Medewerkers die klaagden over seksueel geweld binnen de VN werden ontslagen’
Vragen van het lid Slootweg (CDA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht «Medewerkers die klaagden over seksueel geweld binnen de VN werden ontslagen» (ingezonden 24 juni 2022).
Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking)
(ontvangen 8 juli 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Medewerkers die klaagden over seksueel geweld binnen
de VN werden ontslagen»?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2 en 3
Herkent u de geluiden dat seksueel geweld bij de Verenigde Naties (VN) niet wordt
gemeld of slachtoffers worden ontmoedigd om het te melden?
Herkent u de geluiden dat, wanneer er melding wordt gemaakt, er niet wordt gehandeld
en de medewerkers zich niet gehoord voelen of soms worden geïntimideerd?
Antwoord 2 en 3
Het kabinet is van mening dat alle vormen van seksueel geweld en intimidatie onacceptabel
zijn en moeten worden voorkomen en bestreden. Niet alleen op papier moeten de mechanismen
en procedures binnen de VN goed geregeld en toegankelijk zijn, ze moeten ook uitgevoerd
en gehandhaafd worden.
Het baart zorgen dat een aantal VN-medewerkers nog steeds ervaart dat de procedures
tekortschieten en spreekt over een cultuur van angst en straffeloosheid. Het is goed
dat zij dit aankaarten. Nederland neemt geluiden van melders altijd serieus en controleert
op organisatieniveau, samen met gelijkgezinde landen, of de VN adequate actie onderneemt
(zero tolerance for inaction) om er voor te zorgen dat klachten serieus genomen worden en adequaat en tijdig worden
afgehandeld. De specifieke zaken waarnaar wordt gerefereerd in het artikel zijn al
langer bekend in het publieke domein en bij Nederland, en zijn door de VN afgehandeld.
Naast meldmechanismen en procedures is het belangrijk dat organisaties een veilige
werkomgeving creëren en onderhouden. De VN als geheel en de afzonderlijke VN-organisaties
hebben zich hieraan gecommitteerd en belangrijke stappen gezet om die cultuur te verbeteren
en de interne systemen goed hierop te laten functioneren. Dit gebeurt onder andere
door versterking van capaciteit en budget voor opleiding, training, toezicht en onderzoek
op dit thema. Een evaluatie van VN Office of Internal Oversight Services (OIOS) uit 20212 laat een stijging zien van meldingen van seksuele uitbuiting en misbruik. Dit betekent
dat mechanismes verbeteren en meer mensen durven te melden.
Vraag 4
Welke signalen heeft u eerder ontvangen over seksueel grensoverschrijdend gedrag binnen
de VN of andere internationale organisaties?
Antwoord 4
De Secretaris-Generaal van de VN (SGVN) brengt jaarlijks een rapport uit over maatregelen
die de VN neemt ter versterking van de preventie en aanpak van seksuele uitbuiting
en misbruik.3 Hierin worden ook de jaarlijkse data over meldingen meegenomen. Cijfers over (seksuele)
intimidatie of machtsmisbruik komen per organisatie aan bod in het jaarlijkse rapport
van de onafhankelijke Internal Auditor. In het jaarlijkse rapport van de Ethics Office wordt doorgaans aangegeven hoeveel personeelsleden een verzoek hebben gedaan tot
gesprek of bemiddeling over (seksueel) machtsmisbruik. Naar aanleiding van eerdere
signalen en een rapport van de Joint Inspection Unit van de VN is de onderzoekscapaciteit verder opgevoerd, niet in het minst omdat bewijslast
soms erg lastig is. Klachten over machtsmisbruik worden beschouwd als interne personeelsaangelegenheid.
Naast jaarlijkse rapportages4, is de Kamer in diverse instanties geïnformeerd over signalen van seksueel grensoverschrijdend
gedrag bij internationale organisaties, bijvoorbeeld in 2018,5 2019,6 en 2021.7
Vraag 5
Kunt u ingaan op hoe de Nederlandse regering seksueel geweld binnen de VN, maar ook
binnen internationale hulporganen in het algemeen, waaraan Nederland een substantiële
financiële bijdrage levert, aan de kaak stelt?
Antwoord 5
Zie voor uitgebreidere informatie over de inzet van Nederland op seksueel grensoverschrijdend
gedrag bij partnerorganisaties de Kamerbrief met de jaarlijkse rapportage seksueel
grensoverschrijdend gedrag (2022), die u voor het reces zal toegaan.
Seksueel geweld en seksueel grensoverschrijdend gedrag zijn diepgewortelde en structurele
probleem van machtsmisbruik bij het werken met mensen in afhankelijke en kwetsbare
posities. Nederland vraagt consequent aandacht voor dit onderwerp op zowel VN-breed
niveau als bij specifieke VN-organisaties, net als bij alle andere organisaties waar
het ministerie een financieringsrelatie mee heeft, inclusief ngo’s. Tevens wordt dit
onderwerp multilateraal met grote regelmaat besproken in de bestuursvergaderingen
van deze partners.
Verder is Nederland vorig jaar voor alle donor-arrangementen met de VN een paragraaf
overeengekomen met bepalingen omtrent direct rapporteren van de VN aan relevante lidstaten
over specifieke gevallen van seksuele uitbuiting, misbruik en intimidatie. In donor-arrangementen
is vastgelegd dat Nederland als ultimum remedium de mogelijkheid behoudt financiële
sancties op te leggen. Dit kan door financiering in te houden of op te schorten.
Vraag 6
Kunt u nadere duiding geven hoe wordt ingezet op het voorkomen dat daders op andere
plekken binnen deze organisaties of binnen een andere VN-organisatie terechtkomen?
Antwoord 6
De VN heeft in 2018 de interne, centrale databaseUN Clear Check ingericht met gegevens van voormalig personeel tegen wie vastgestelde beschuldigingen
van seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld zijn ingebracht. Zo kunnen
zij niet meer werken bij de VN. De VN onderzoekt momenteel mogelijkheden om andere
organisaties toegang tot Clear Check te verlenen. Van diverse VN-organisaties heeft Nederland inmiddels vernomen dat dit
systeem in de praktijk ook daadwerkelijk heeft geleid tot het niet in dienst nemen
van mensen wiens naam in Clear Check voorkomt.
Vraag 7
Hoe wordt er gewerkt om deze medewerkers, met diplomatieke status en immuniteit voor
nationale wetgeving, een passende straf op te leggen?
Antwoord 7
Afhankelijk van de ernst van de situatie kan de VN maatregelen nemen tegen VN medewerkers
en leidinggevenden die variëren van een reprimande, het veranderen van functie of
verantwoordelijkheden, tot het beëindiging van het dienstverband of ontslag op staande
voet. Ook heeft de VN een eigen onderzoeksentiteit (OIOS) en een geschillenbeslechting
mechanisme (VN Administratief Tribunaal) voor personele zaken.
De SGVN heeft het recht en de plicht om de immuniteit van een functionaris op te heffen
zodat vervolging van strafbare feiten door nationale rechter plaats kan vinden. Het
Office of Legal Affairs van de VN kan zaken naar de nationale autoriteiten doorverwijzen voor strafrechtelijke
vervolging. Voorwaarde voor strafrechtelijke vervolging is wel dat de handeling strafbaar
is naar nationaal recht. Daarnaast kan, na opheffing van de immuniteit, de weg naar
een civielrechtelijke of administratiefrechtelijke procedure openstaan.
Vraag 8
Pleit het kabinet internationaal voor een klokkenluidersregeling voor dit soort situaties?
Antwoord 8
De VN en specifieke VN-organisaties hebben eigen klokkenluidersregelingen. In de doorlichting
van deze regeling door de Joint Inspection Unit (Onafhankelijke Externe Toezichthouder op de VN – JIU) in 2018 bleek uit een onderzoek
onder het personeel vooral gebrek aan vertrouwen dat er iets met de klacht/informatie
gedaan zou worden en angst dat de klokkenluider uiteindelijk onvoldoende bescherming
zou krijgen en zelf slachtoffer zou worden.
In opvolging van de JIU-aanbevelingen wordt, net als bij de meldingen over (seksueel)
machtsmisbruik, gewerkt aan het aanpakken eventuele angstcultuur bij organisatiedelen,
het versterken van het vertrouwen van en in medewerkers (ongeacht in welke functie
of op welk niveau) en het verminderen van hiërarchisch-autoritaire verhoudingen binnen
de organisaties.
In een gezamenlijke brief die namens donoren in december 2021 aan de SGVN werd verstuurd
is gevraagd om een update over de status van de implementatie van de aanbevelingen.
NL zet zich in de bestuursraden van de verschillende organisaties in voor sterke onderzoekssystemen
(audit and investigations en ethics) met voldoende financiering om hun taken adequaat en in onafhankelijkheid uit te
voeren, waardoor ook de heersende angstcultuur doorbroken kan worden wanneer daar
sprake van is.
Vraag 9
Is er een mogelijkheid om financiële bijdragen te korten voor dergelijke organisaties,
wanneer er geen orde op zaken wordt gesteld?
Antwoord 9
Ja. Elke keer als bij een VN-organisatie sprake is van grootschalige fraude, corruptie
of gevallen van seksueel grensoverschrijdend gedrag, spreekt Nederland, in samenwerking
met andere donoren, de betreffende organisatie hierop aan en eist verbeteringen gericht
op het voorkómen van dergelijk wangedrag en een zorgvuldige en snelle afhandeling
vanuit een slachtofferperspectief. Afhankelijk van de situatie worden ten behoeve
van extra druk ook financiële middelen bevroren of onthouden.
Een recent voorbeeld hiervan is een fraudegeval bij het VN-Bureau voor projectondersteunende
diensten (UNOPS). Nederland heeft naar aanleiding van zorgen rondom een fraudezaak
bij UNOPS bij een investeringsfonds in duurzame infrastructuur, waar overigens geen
directe Nederlandse financiering van is, gevraagd om duidelijke maatregelen tegen
fraude. Nederland zal bij UNOPS de komende periode terughoudend zijn bij het aangaan
van nieuwe verplichtingen. Ook zullen geen nieuwe betalingen aan UNOPS worden verricht,
totdat beter inzicht is verkregen in de effecten van deze zaak op de gehele UNOPS-organisatie
en de maatregelen die genomen zullen worden om de controlemechanismen bij UNOPS te
versterken.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.