Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de rapportage Industrieel Participatie beleid 2019-2020 (Kamerstuk 26231-33)
2022D30098 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Defensie heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd
aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de rapportage Industrieel Participatie
beleid 2019-2020 (Kamerstuk 26 231, nr. 33).
De voorzitter van de commissie, De Roon
De adjunct-griffier van de commissie, Mittendorff
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de rapportage Industrieel participatie
beleid 2019–2020. Deze leden hebben daar enkele vragen en opmerkingen over.
De leden van de VVD-fractie ontvangen graag een toelichting op de vraag hoe het kabinet
gaat zorgen dat extra defensie-investeringen bij buitenlandse aankopen ook voor extra
industriële participatie zorgen. Deze leden vragen op welk bedrag aan gerealiseerde
IP of andere indicatoren het kabinet mikt voor de komende jaren.
De leden van de VVD-fractie vragen wat de meest actuele stand van zaken is aangaande
de uitvoering van motie Valstar1. Deze leden vragen een nadere toelichting op hoe de achterstanden in aanschaf van
materieel en onderhoud bij de marine zo snel mogelijk teruggedrongen zouden kunnen
worden. Deze leden vragen hoe de Nederlandse industrie daarbij betrokken wordt.
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de zorgen die leven bij de Nederlandse
defensie-industrie aangaande de betrokkenheid bij de aanschaf en onderhoud van essentieel
materieel, zoals de nieuwe onderzeeboten. Deze leden vragen hoe het kabinet ervoor
zorgt dat kennis van kritieke systemen in Nederland gewaarborgd blijft. Zij vragen
wat het kabinet gaat doen om de zorgen van de Nederlandse industrie weg te nemen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R. de Roon, voorzitter van de vaste commissie voor Defensie -
Mede ondertekenaar
F.H. Mittendorff, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.