Schriftelijke vragen : De ongekende droogte
Vragen van de leden Van Esch en Vestering (beiden PvdD) aan de Ministers voor Natuur en Stikstof, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Infrastructuur en Waterstaat over de ongekende droogte (ingezonden 1 juni 2022).
Vraag 1
            
Kunt u aangeven wat de laatste stand van zaken is aangaande de droogte?
Vraag 2
            
Kunt u bevestigen dat periodes van extreme droogte in de toekomst vaker voor zullen
               komen als gevolg van de klimaatcrisis?1
Vraag 3
            
Wat is het beeld dat naar voren komt uit de regionale verdringingsreeksen voor de
               verdeling van het beschikbare zoetwater? Kunt u op basis daarvan schetsen welke belangen
               momenteel het meest in de verdringing zijn geraakt?
            
Vraag 4
            
Kunt u aangeven op basis waarvan er onderscheid gemaakt wordt in de verschillende
               types natuur en de bijbehorende plaats in de verdringingsreeks? Zit er regionaal verschil
               in die criteria?
            
Vraag 5
            
Kunt u aangeven wat de grootste waterverbruikers zijn op de zandgronden (waar de afhankelijkheid
               van neerslag het grootst is)?
            
Vraag 6
            
Kunt u aangeven wat de grootste waterverbruikers zijn in de gebieden waar verzilting
               dreigt?
            
Vraag 7
            
Welke fundamentele keuzes maakt u om in die beide gebieden de watervraag van de industrie
               en landbouw te verminderen?
            
Vraag 8
            
Kunt u aangeven welke trend het Landelijk Grondwater Register (LGR) de laatste paar
               jaar liet zien voor het aantal waterputten en de hoeveelheid onttrokken grondwater?
               Klopt het dat beide sterk zijn gestegen? Wat zijn de consequenties daarvan voor de
               belangen zoals genoemd in de verdringingsreeks?
            
Vraag 9
            
Welke maatregelen zijn genomen nadat het Interprovinciaal Overleg en de Unie van Waterschappen
               concludeerden dat er, met name in de landbouw, een toename was in het aantal en de
               hoeveelheid grondwateronttrekkingen?2
Vraag 10
            
Kunt u ingaan op de toezegging die uw voorganger tijdens het wetgevingsoverleg Water
               d.d. 22 november 2021 aan het lid Vestering deed om de Kamer te informeren over het
               aantal illegale grondwaterwinputten? Kan zij deze informatie eerder delen?
            
Vraag 11
            
Is er uiteindelijk, zoals gevraagd, een landelijk en uitgebreid onderzoek gedaan naar
               de hoeveelheid illegale waterputten nadat in 2019 in Friesland bleek dat er bij 16
               bedrijven 30 geregistreerde waterputten en maar liefst 25 illegale waterputten waren?
            
Vraag 12
            
Is het nog altijd staande praktijk om gevonden illegale waterputten te legaliseren
               in plaats van af te sluiten en te beboeten? Zo ja, waarom en bent u van mening dat
               dit een juiste werkwijze is? Op welke manier draagt deze staande praktijk bij aan
               het voorkomen van verdroging?
            
Vraag 13
            
Is er, zeker ten tijde van droogte, een intensivering in de handhaving op het gebruik
               van (illegale) waterputten? Zo nee, waarom niet?
            
Vraag 14
            
Is het u bekend dat in Limburg en Noord-Brabant de vergunningsvrijstelling voor beregenen
               komt te vervallen? Zijn er provincies die het beregenen nog niet gereguleerd hebben
               met een vergunningsplicht? Indien dat het geval is, gaat u erop aandringen dat dit
               wel gebeurt?
            
Vraag 15
            
Op welke wijze wordt momenteel het voornemen vormgegeven om water beter vast te houden?
               Deelt u de mening dat nu daarbij de nadruk wel erg nadrukkelijk ligt op technische
               maatregelen, zoals het aanleggen van pijpleidingen en irrigatiesystemen, en te weinig
               op natuurlijke oplossingen, zoals een verbeterde bodemdoorlaatbaarheid en een vergroot
               natuurlijk waterbergingsvermogen?
            
Vraag 16
            
Op welke manier gaat u ervoor zorgen dat natuurlijke oplossingen, zoals verbeterde
               bodemdoorlaatbaarheid, een vergroot natuurlijk waterbergingsvermogen en een hoger
               grondwaterpeil versneld worden uitgevoerd, om droge periodes beter het hoofd te kunnen
               bieden?
            
Vraag 17
            
Deelt u de mening dat het onverstandig zou zijn om water vooral beter vast te gaan
               houden met permanent ondoorlaatbare waterkeringen omdat dit vismigratie zou bemoeilijken
               en daarmee een voorbeeld zou zijn van maladaptatie?
            
Vraag 18
            
Welke aanpassingen van de belastingsystematiek zijn er gedaan om te zorgen dat grootverbruikers
               minder financiële voordelen genieten en meer financiële prikkels krijgen om het waterverbruik
               terug te dringen? Klopt het dat u nog altijd de belasting op leidingwater (BOL) niet
               hebt aangepast?
            
Vraag 19
            
Deelt u de mening dat, zoals ook vastgelegd in de verdringingsreeks, drinkwater voor
               burgers belangrijker is dan water om te beregenen voor de landbouw? Wat is uw oordeel
               over het collectief dat drinkwaterbedrijven aansprakelijk wil stellen voor 300 miljoen
               euro?
            
Vraag 20
            
Vind u het wenselijk dat drinkwaterbedrijven boeren moeten compenseren wanneer zij
               drinkwater winnen?
            
Vraag 21
            
Klopt het dat de compensatie die betaald moet worden hoger zou kunnen zijn als boeren
               gewassen gaan verbouwen en methodes gaan gebruiken die meer water vragen? Acht u dat
               wenselijk?
            
Vraag 22
            
Bent u bereid de Waterwet aan te passen, ook omdat periodes van droogte in de toekomst
               door de klimaatcrisis vaker voor zullen gaan komen? Zo nee, waarom niet?
            
Vraag 23
            
Kunt u deze vragen nog beantwoorden voor het commissiedebat Water op 7 juni?
Indieners
- 
              
                  Gericht aan
 Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
- 
              
                  Gericht aan
 H. Staghouwer, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- 
              
                  Gericht aan
 M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- 
              
                  Indiener
 E.M. van Esch, Tweede Kamerlid
- 
              
                  Medeindiener
 L. Vestering, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
