Schriftelijke vragen : De beantwoording van schriftelijke vragen over de aanbesteding van fotografieopdrachten
Vragen van het de leden Sneller, Van Weyenberg en Romke de Jong (allen D66) aan de Minister-President, de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de beantwoording van schriftelijke vragen over de aanbesteding van fotografieopdrachten (ingezonden 30 mei 2022).
Vraag 1
Op welke wijze worden de (administratieve) verplichtingen voortvloeiend uit de huidige
raamovereenkomst als belastend ervaren door fotografen? Kunt u dit nader onderbouwen
en toelichten?1
Vraag 2
Kunt u de verschillen tussen de huidige raamovereenkomst voor fotografie bij de rijksoverheid
en de nieuwe (concept-)raamovereenkomst toelichten? Wat zijn de gevolgen voor de kosten
van het Rijk en de te verwachten gevolgen voor de inkomens van de fotografen?
Vraag 3
Wat is de toegevoegde waarde van de introductie van een bureau dat fotografen in gaat
huren ten opzichte van de huidige situatie waarin de Dienst Publiek en Communicatie
van het Ministerie van Algemene Zaken (AZ-DPC) fotografen inhuurt in opdracht van
ministeries?
Vraag 4
Hoe verhoudt het naar alle waarschijnlijkheid nieuwe uurtarief zich tot de kosten
die moeten worden betaald aan een bureau en wat zijn daarmee de kosten voor het Rijk
om een fotograaf in te huren? Hoe verschilt dit van de huidige raamovereenkomst en
waarom acht u dit verschil wenselijk?
Vraag 5
Kunt u onderbouwen waarom enkel de onmogelijkheid om het tarief aan te passen er volgens
u niet toe leidt dat de aanbesteding via één groot bureau ervoor kan zorgen dat dit
bureau marktmacht naar zich toe kan trekken ten opzichte van fotografen? Gaat u ook
de andere voorwaarden waartegen een fotograaf kan worden ingehuurd door het bureau
voorschrijven?
Vraag 6
Hoe beoordeelt u de situatie dat fotografen in toenemende mate afhankelijk zullen
zijn van deze ene marktpartij, terwijl deze marktpartij de beste kwaliteit moet gaan
leveren tegen de laagste prijs? Welke gevolgen verwacht u voor de tarieven voor fotografen?
Vraag 7
Wat is uw reactie op de stellingname dat fotografen geen verlichting van de administratieve
lasten zullen ondervinden, en dat zij zelfs extra administratieve lasten zullen ondervinden,
aangezien ze extra administratie zullen moeten bijhouden ten behoeve van het bureau
en er een langere lijn tussen de fotograaf en AZ-DPC wordt gecreëerd met als tussenschakel
het bureau?
Vraag 8
Hoe beoordeelt u dat het subgunningscriterium «beschikbaar stellen van een beeldbank»
zeer veel, zo niet alle op één na, partijen uitsluit van deze voorgenomen aanbestedingsprocedure,
nu er slechts één partij in Nederland is die aan dit subgunningscriterium zal kunnen
voldoen?
Vraag 9
Hoe beoordeelt u de stelling dat de fotografen slechts administratief worden verlicht
omdat ze geen Europese aanbestedingsprocedure hoeven te doorlopen, maar dat deze verlichting
verwaarloosbaar is omdat dit een eenmalig proces betreft?
Vraag 10
Hoe kijkt u naar de extra handelingen die worden geïntroduceerd door het toevoegen
van een rol voor een bemiddelingsbureau, door welke partij worden deze kosten gedragen?
Vraag 11
Op welke manier is er contact geweest met de 39 fotografen uit de huidige raamovereenkomst
over de werkwijze in de nieuwe raamovereenkomst? Wat waren hun reacties en hoe zijn
deze meegenomen in de vormgeving van de raamovereenkomst waar de nieuwe aanbesteding
op gebaseerd zal worden?
Indieners
-
Gericht aan
M. Rutte, minister-president -
Gericht aan
G. Uslu, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Gericht aan
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Gericht aan
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Indiener
Joost Sneller, Kamerlid -
Medeindiener
R.H. (Romke) de Jong, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
S.P.R.A. van Weyenberg, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.