Schriftelijke vragen : Het bericht dat de Belgische overheid gokreclames aan banden gaat leggen
Vragen van de leden Van Nispen (SP) en Bikker (ChristenUnie) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht dat de Belgische overheid gokreclames aan banden gaat leggen (ingezonden 11 mei 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht dat de Belgische federale regering gokreclames
wil gaan verbieden?1
Vraag 2
Kunt u aangeven hoe het staat met het door u aangekondigde voorstel voor de zomer
een wijziging van de Wet op de kansspelen aan de Kamer te sturen om reclame voor risicovolle
kansspelen in te perken? Op welke termijn wordt dit wetsvoorstel aan de Kamer gestuurd?
Vraag 3
Heeft u inmiddels het Besluit werving, reclame en verslavingspreventie kansspelen
aangepast en dit ter consultatie aangeboden? Zo nee, wanneer denkt u dit te gaan doen?
Vraag 4
Heeft u de Regeling werving, reclame en verslavingspreventie kansspelen reeds aangepast
zodat bijvoorbeeld rolmodellen, geen rol meer mogen spelen in reclames voor risicovolle
kansspelen? Zo ja, kunt u aangeven wat u precies aan deze regeling heeft gewijzigd
en per wanneer de nieuwe regeling in werking treedt? Zo nee, waarom niet en per wanneer
kan de Kamer de gewijzigde Regeling dan wel verwachten?
Vraag 5
Kunt u aangeven in hoeverre alle vergunde aanbieders van kansspelen zich houden aan
de afspraken die u met de sector heeft gemaakt, in het bijzonder de volgende afspraken:
geen reclame op de radio, geen reclame in de buitenruimte, geen reclame in de geprinte
media, en het hanteren van kortere tijdsvensters voor tv-reclames? Bent u tevreden
over de naleving van deze afspraken? Zo nee, wat gaat u hieraan doen?
Vraag 6
Kunt u aangeven hoe de vergunde aanbieders invulling hebben gegeven aan de open norm
voor limieten en het beperken van de communicatie over bonussen? Heeft de Kansspelautoriteit
voldoende capaciteit om erop toe te zien dat vergunde aanbieders zich nu inderdaad
aan de geest van de wet houden? Zo ja, waaruit blijkt dat?
Vraag 7
Kunt u ingaan op de opmerking van de Belgische Minister van Justitie dat tijdens de
coronapandemie het aantal gokkers fors is gestegen, onder jongeren zelfs een stijging
van 43 procent? Heeft u reden om aan te nemen dat dit in Nederland anders is en waarop
baseert u dit?
Vraag 8
De Belgische overheid noemt dat op basis van internationaal onderzoek naar voren komt
dat zo'n 40 procent van de winst van gokbedrijven afkomstig is van mensen met een
gokverslaving, bent u bekend met dit onderzoek en wat is uw reactie op de bevindingen?
Geldt dit ook voor de gokbedrijven waar de Nederlandse staat in deel neemt?
Indieners
-
Gericht aan
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming -
Indiener
Michiel van Nispen, Kamerlid -
Medeindiener
Mirjam Bikker, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.