Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Volgend jaar mogelijk 30 procent minder metro’s, bussen en trams’
Vragen van het lid Alkaya (SP) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de Minister van Financiën over het bericht «Volgend jaar mogelijk 30 procent minder metro’s, bussen en trams» (ingezonden 22 april 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten «Volgend jaar mogelijk 30 procent minder metro’s, bussen
en trams» en «Volgend jaar minder bussen en treinen in de provincie: «Het zijn geen
leuke keuzes»»?1 2
Vraag 2
Wat is uw reactie op dit nieuws?
Vraag 3
Deelt u de mening dat een afname van twintig tot dertig procent aan openbaar vervoer
(ov) volstrekt onacceptabel is?
Vraag 4
Bent u in overleg met de provincies en vervoerregio’s over de nieuw op te stellen
dienstregelingen?
Vraag 5
Is u bekend op hoeveel plaatsen rekening wordt gehouden met forse krimp van het ov-aanbod?
Vraag 6
Wat gaat u doen aan deze dreigende kaalslag?
Vraag 7
Bent u bereid om de beschikbaarheidsvergoeding voort te zetten over 2023? Zo nee waarom
niet?
Indieners
-
Gericht aan
S.A.M. Kaag, minister van Financiën -
Gericht aan
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat -
Indiener
M.Ö. Alkaya, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.