Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Becker over het gebrek aan een planning rond afspraken over eergerelateerd geweld en zelfbeschikking uit het coalitieakkoord
Vragen van het lid Becker (VVD) aan de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en voor Justitie en Veiligheid over het gebrek aan een planning rond afspraken over eergerelateerd geweld en zelfbeschikking uit het coalitieakkoord (ingezonden 9 maart 2022).
Antwoord van Minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), mede namens de
Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Minister voor Rechtsbescherming
(ontvangen 5 april 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met de planningsbrieven van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Ministerie van Justitie
en Veiligheid die recent met de Tweede Kamer zijn gedeeld?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 3
Deelt u de mening dat een belangrijke opdracht uit het coalitieakkoord niet of nauwelijks
worden genoemd, namelijk die tegen eergerelateerd geweld en voor zelfbeschikking?
Kunt u uiteenzetten welke voortgang het kabinet deze regeerperiode wil boeken op het
terrein van culturele onderdrukking binnen gesloten gemeenschappen waaronder het tegengaan
van huwelijksdwang, achterlating, huwelijkse gevangenschap, gedwongen leven in isolement
(zoals de schrijnende situatie van honderden verborgen vrouwen) het verbeteren van
de situatie van LHBTI-ers en eergerelateerd geweld en welke planning hierbij hoort?
Antwoord 2 en 3
Nee, ik deel de mening niet dat de inzet op zelfbeschikking ontbreekt in de planningsbrieven.
In de planningsbrief die ik uw Kamer heb toegestuurd, wordt aangegeven dat ik uw Kamer
op zijn laatst na de zomer zal informeren over een preventieve aanpak waarbij – samen
met onder meer zelforganisaties en ngo’s – gewerkt wordt aan «verandering van binnenuit»
in gesloten gemeenschappen ter bevordering van het recht op zelfbeschikking, mede
naar aanleiding van een aantal amendementen2.
Deze preventieve aanpak ter bevordering van zelfbeschikking werk ik uit in een meerjarig
programma. Hierbij wil ik inzetten op het vergroten van bewustwording van mensen van
het recht op zelfbeschikking en op het in gang brengen van een mentaliteitsverandering
binnen gesloten gemeenschappen. Ik wil bijdragen aan de bewustwording van mensen dat
iedereen zelf mag bepalen hoe zij het leven naar eigen inzichten invullen. Hier hoort
ook het bieden van handelingsperspectief bij om eigen keuzes te kunnen maken over
onder meer opleiding, werk en vrije partnerkeuze
Deze aanpak is onderdeel van een brede interdepartementale aanpak waarbij ik samenwerk
met mijn collega’s van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, voor Rechtsbescherming,
Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en Buitenlandse Zaken zoals vermeld in de Actieagenda
Schadelijke Praktijken. Deze actieagenda is onder het vorige kabinet op 18 februari
2020 naar uw Kamer verstuurd. Zoals in deze actieagenda is aangegeven, willen we zorgen
dat er minder (potentiële) slachtoffers komen van schadelijke praktijken, dat slachtoffers
beter worden bereikt en geholpen, professionals en omstanders worden ondersteund en
daders aangepakt. Uw Kamer wordt voor het einde van de zomer geïnformeerd over de
inzet van het huidige kabinet voor de komende jaren.
Vraag 4
Wanneer kan de Kamer een voorstel tegemoet zien om medeplichtigen van eergerelateerd
geweld zwaarder te gaan straffen?
Antwoord 4
In de zesde voortgangsrapportage Geweld hoort nergens thuis3 is uw Kamer geïnformeerd over de wijze waarop omgegaan wordt met medeplichtigen van
eergerelateerd geweld. Uit het onderzoek dat is uitgevoerd in het kader van de motie
van Van Wijngaarden en Peters blijkt dat medeplichtigen van eergerelateerd geweld
op basis van de verschillende deelnemingsvormen al vervolgd kunnen worden. Indien
het delict met voorbedachte rade is gepleegd en dit bewezen kan worden, leidt dit
tot een zwaardere strafeis. De huidige juridische bepalingen bieden voldoende mogelijkheden
voor vervolging van medeplichtigen. De Kamer zal om die reden geen voorstel ontvangen.
Vraag 5
Kunt u uiteenzetten welke voortgang het kabinet deze regeerperiode wil boeken op het
gebied van het tegengaan en voorkomen van genitale verminking en welke planning hierbij
hoort?
Antwoord 5
Vrouwelijke genitale verminking (hierna: VGV) is een ernstige vorm van mishandeling
en strafbaar in Nederland. Zoals per brief met uw Kamer gedeeld op 18 maart 2021,
zijn er onder de actieagenda schadelijke praktijken verschillende maatregelen genomen
om schadelijke praktijken, waaronder VGV, te voorkomen en tegen te gaan.4
Met een driejarige subsidie vanuit VWS aan Federatie van Somalische Associaties in
Nederland (FSAN) worden nieuwe sleutelpersonen opgeleid en krijgen bestaande sleutelpersonen
bijscholing over de verschillende vormen van schadelijke praktijken, waaronder VGV.
Jaarlijks worden 150 huiskamergesprekken gevoerd door sleutelpersonen en hiermee worden
minimaal 900 ouders die in deze potentiële doelgroep kunnen vallen geïnformeerd over
schadelijke praktijken.
Er wordt een brede voorlichtingscampagne over de verschillende vormen van schadelijke
praktijken ontwikkeld. Pharos ontvangt hiervoor subsidie en werkt hiermee samen met
kennispartijen en kleine (zelf)organisaties die deel uitmaken van de relevante gemeenschappen.
Daarnaast voert Pharos een aantal andere maatregelen uit. Het betreft het opzetten
van e-learnings voor professionals in de zorg (zoals huisartsen, gynaecologen en verloskundigen)
en justitie (zoals de politie en het OM) zodat signalen eerder en beter herkend kunnen
worden.
Voor het tegengaan van VGV speelt Pharos ook een rol in de implementatie van de leidraad
«Medische zorg voor vrouwen en meisjes met vrouwelijke genitale verminking (VGV)»
en het verbreden van de registratiesystemen in de Jeugdgezondheidszorg voor het verbeteren
van de signalering van VGV.
Het Ministerie van VWS heeft laten onderzoeken in hoeverre (dreigende of gerealiseerde)
VGV wordt gesignaleerd door professionals, met als doel om de totale groep van (potentiële)
slachtoffers beter door professionals in beeld te brengen. Dit onderzoek is met uw
Kamer gedeeld op 18 juni 2021.5 Zo benadrukt het rapport dat het karakter van VGV als vorm van geweld éénmalig is
met zeer ernstige gevolgen, wat – in het eenmalige karakter – verschilt van andere
vormen van huiselijk geweld. In de periode voordat de besnijdenis plaatsvindt is de
dreiging acuut, maar zijn de signalen moeilijk zichtbaar.
Er zijn hiermee belangrijke stappen gezet, op basis waarvan we ons de komende jaren
blijven inzetten voor het voorkomen en tegengaan van VGV. Het kabinet zal uw Kamer
voor het einde van de zomer informeren over de voorgestelde inzet op schadelijke praktijken,
waaronder VGV, voor de komende jaren. De uitkomsten en aanbevelingen uit het rapport
over VGV nemen we hierin mee.
Vraag 6
Wanneer kan de Kamer een voorstel tegemoet zien om met preventieve gerechtelijke beschermingsbevelen
te gaan werken om te voorkomen dat vrouwen worden meegenomen naar het buitenland?
Antwoord 6
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 5 wordt uw Kamer nader geïnformeerd over
de inzet op schadelijke praktijken, waaronder ook de inzet op preventieve gerechtelijke
beschermingsbevelen.
Vraag 7
Kunt u uiteenzetten welke voortgang het kabinet deze regeerperiode wil maken op het
terrein van integratie, het tegengaan van parallelle samenlevingen en het tegengaan
van radicalisering en welke planning hierbij hoort?
Antwoord 7
In het inburgeringsbeleid is zelfbeschikking één van de kernwaarden, waaraan aandacht
wordt besteed tijdens de kennisoverdracht inzake de basiswaarden en fundamentele vrijheden
van de Nederlandse samenleving. Dit komt aan de orde via de voorbereiding van het
examenonderdeel Kennis Nederlandse Maatschappij en in het participatieverklaringstraject.
Zoals aan uw Kamer is aangegeven in mijn brief van 19 november jl6, heeft Femmes for Freedom voorlichtingsmateriaal ontwikkeld over zelfbeschikking
voor onder meer vrouwen, LHBTI+-personen en nieuwkomersgroepen in het algemeen. Dit
pakket is op 3 februari jl. gelanceerd. Het pakket bestaat onder meer uit een gids
voor nieuwkomers en verschillende animaties over onderwerpen als huwelijksdwang, eergerelateerd
geweld en eigen studie- en partnerkeuze. Het materiaal is in meerdere talen beschikbaar,
zowel in geschreven als gesproken vorm. Ook heeft Femmes for Freedom voorlichtingslessen
ontwikkeld die door docenten en andere professionals inburgering kunnen worden gegeven.
De materialen worden verspreid naar gemeenten en AZC’s.
We willen dat iedereen in Nederland vrij kan zijn om eigen keuzes te maken binnen
de grenzen van de rechtsstaat. Dit vraagt om een weerbare en veerkrachtige samenleving.
Zoals aangegeven in de Kamerbrief over beleid preventie radicalisering van 19 november
jl.7 werkt SZW op verschillende manieren aan het tegengaan van parallelle samenlevingen
en radicalisering door voedingsbodems voor radicalisering weg te nemen. Hierbij zetten
we in op het aanpakken van maatschappelijke spanningen en op het vergroten van de
veerkracht en weerbaarheid van groepen en personen die extra ontvankelijk kunnen zijn
voor spanningen en extremistische boodschappen. Zo verminderen en voorkomen we aantasting
van de sociale stabiliteit.
In deze aanpak ondersteunt SZW gemeenten in hun lokale integrale aanpak door middel
van adviesgesprekken, met de toolkit Evidence Based Werken en financiële ondersteuning
via de Versterkingsgelden. SZW geeft ook training en advies aan professionals en gemeenschappen
waarbij wordt ingezet op het vergroten van bewustwording, van kennis en handelingsperspectieven.
Uitgangspunt in deze lokale integrale aanpak zijn interventies die bewezen effect
hebben op het voorkomen van radicalisering, zoals opvoedondersteuning, trainingen
en coaching voor kwetsbare jongeren, theaterinterventies en jeugdwerk gericht op preventie
radicalisering.
Vraag 8
Wanneer kan de Kamer een voorstel tegemoet zien om een meldplicht voor medewerkers
in de zorg en het onderwijs in te voeren bij eergerelateerd geweld, huwelijksdwang
of vrouwelijke genitale verminking?
Antwoord 8
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 5 ontvangt uw Kamer een brief met daarin
een voorstel voor de inzet van het kabinet op schadelijke praktijken voor de komende
jaren. Een plan van aanpak om signaleren en melden van eergerelateerd geweld, huwelijksdwang
en vrouwelijke genitale verminking door professionals te vergroten, zal hierin worden
meegenomen, met daarin een uiteenzetting van het voornemen om een meldplicht in te
voeren voor medewerkers in de zorg en het onderwijs.
Vraag 9
Welke voortgang wilt u, al dan niet in samenwerking met het Ministerie van Financiën,
deze regeerperiode maken op het gebied van financiële zelfredzaamheid van vrouwen
en welke planning hoort hierbij?
Antwoord 9
Het bevorderen van de financiële onafhankelijkheid van vrouwen is een belangrijke
pijler binnen het emancipatiebeleid van dit kabinet. Het zorgt niet alleen voor meer
gendergelijkheid over de hele linie, maar geeft vrouwen de vrijheid om hun eigen keuzes
en hun talenten te ontplooien. De exacte maatregelen legt dit kabinet vast in de Emancipatienota,
die uw Kamer rond het zomerreces ontvangt.
Daarnaast is het voor financiële zelfredzaamheid van vrouwen belangrijk dat zij zelf
hun geldzaken begrijpen en kunnen beheren. Om goed mee te kunnen doen in onze samenleving,
heb je taal- reken-, digitale en financiële vaardigheden nodig. Wie niet, of onvoldoende,
over deze basisvaardigheden beschikt is vaak minder zelfredzaam, en heeft minder participatie-
en ontwikkelingsmogelijkheden. In Nederland vinden we dat iedereen de kans moet krijgen
om mee te doen, om te werken, een opleiding te volgen, te stemmen, en gezond door
het leven te gaan. Daarom is het actieprogramma Tel mee met Taal van de Ministeries
van OCW, BZK, SZW en VWS in het leven geroepen.
Voor mensen met geldvragen en geldzorgen zijn in veel gemeenten vrijwilligersorganisaties
actief, zoals Schuldhulpmaatje en Humanitas. Verder hebben diverse gemeenten laagdrempelige
loketten voor vragen, zoals de buurtteams die in veel gemeenten actief zijn, of specifieke
loketten voor geldvragen.
Tot slot zal in het meerjarig programma gericht op zelfbeschikking dat ik – als onderdeel
van de Actieagenda Schadelijke praktijken en in vervolg op de amendementen van lid
Becker over dit onderwerp – naar uw kamer zal sturen specifieke aandacht uitgaan naar
acties gericht op het verhogen van de financiële weerbaarheid van vrouwen die in afhankelijkheidsrelaties
zitten in gesloten gemeenschappen.
Vraag 10
Wanneer kan de Kamer een voorstel tegemoet zien om de bij afgelopen begrotingsbehandeling
structureel gemaakte post van 300.000 euro uit het integratiebudet jaarlijks in te
vullen voor ondersteuning en hulp rond genoemde thema’s?
Antwoord 10
Zoals in het antwoord op vraag 5 aangegeven, wordt uw Kamer nader geïnformeerd over
de inzet op schadelijke praktijken waaronder ook over een meerjarig programma gericht
op de bevordering van zelfbeschikking.
Vraag 11
Deelt u de mening dat de genoemde onderwerpen heel belangrijk zijn en volop aandacht
van de bewindspersonen moeten krijgen en voorkomen moet worden dat door versnippering
en verdeling tussen ministeries deze zaken onvoldoende prioriteit krijgen?
Antwoord 11
Zoals is aangegeven in de voortgangsbrief van 18 maart 2021 over de Actieagenda Schadelijke
Praktijken is er sprake van een heldere aansturing inzake de uitvoering van de Actieagenda
schadelijke praktijken. Ons gezamenlijke doel is om schadelijke praktijken eerder
en beter in beeld te krijgen, te stoppen en duurzaam op te lossen. Het kabinet vindt
het onacceptabel dat praktijken als huwelijksdwang en eergerelateerd geweld nog in
Nederland voorkomen. Daarom zetten wij via de maatregelen uit de Actieagenda stevig
in op preventie, vroegsignalering, hulpverlening en repressie.
De verschillende departementen dragen elk vanuit de eigen verantwoordelijkheid bij
aan de aanpak van schadelijke praktijken. Gedurende de looptijd van de actieagenda
is de Staatssecretaris van VWS de coördinerend bewindspersoon. Ik ben van mening dat
de coördinatie tussen de departementen hiermee op een goede manier vorm krijgt.
Vraag 12
Kunt u deze vragen een voor een beantwoorden voorafgaande aan het commissiedebat Inburgering
en integratie van 30 maart aanstaande?
Antwoord 12
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede namens
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming -
Mede namens
M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.