Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Beckerman over de berichten 'Ik ben ziek geworden van mijn huis' en 'Trees woonde 1,5 jaar in hotel vanwege huurhuis vol schimmel, nu moet ze 11.000 euro betalen'
Vragen van het lid Beckerman (SP) aan de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening over de berichten «Ik ben ziek geworden van mijn huis» en «Trees woonde 1,5 jaar in hotel vanwege huurhuis vol schimmel, nu moet ze 11.000 euro betalen» (ingezonden 3 februari 2022).
Antwoord van Minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) (ontvangen
4 april 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1766.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht in het AD «Legionellabesmetting werd Patricia (50) bijna
fataal: «Ik ben ziek geworden van mijn huis»» d.d. 24 januari jongstleden?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u bekend met het bericht in het AD «Trees woonde 1,5 jaar in hotel vanwege huurhuis
vol schimmel, nu moet ze 11.000 euro betalen» d.d. 3 januari jongstleden?2
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Kunt u zich voorstellen dat ik hier een zeer lange lijst met krantenberichten kan
benoemen van huurders uit het hele land die enorm veel last van vocht en schimmel
hebben?
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4, 5 en 6
Wat vindt u ervan dat huurders van woningcorporatie Woonbron in de wooncomplexen Oostblok,
Waterblok en Stille Putten te Delft in de afgelopen tien jaar steeds vaker in de winter
zonder verwarming zitten?
Wat vindt u ervan dat huurders van woningcorporatie Woonbron in de wooncomplexen Oostblok,
Waterblok en Stille Putten te Delft al jaren enorm veel last van vocht- schimmel hebben?
Wat vindt u ervan dat bewoners van eerdergenoemde wooncomplexen ernstig ziek worden
van hun eigen woning?
Antwoord 4, 5 en 6
Voorop staat dat een verhuurder, dus ook een woningcorporatie, zich als goed verhuurder
dient te gedragen en dat een huurder recht heeft op een technisch goede en veilige
woning. Op verzoek van uw Kamer heb ik u geïnformeerd over zorgen die er bestaan over
de onderhoudsstaat van complexen van woningcorporatie Woonbron heb ik op 28 februari
jl. (uw kenmerk: file:///O:/Downloads/kamerbrief-reactie-op-brief-over-toestanden-bij-woningcorporatie-woonbron.pdf).
Vraag 7 en 8
Wat vindt u ervan dat huurders van Vestia in Den Haag en andere steden ook soortgelijke
problemen hebben waarbij zij jaren op herstel moeten wachten terwijl de gezondheid
aangetast wordt?
Wat vindt u ervan dat huurders niet durven terug te keren naar hun eigen woning?
Antwoord 7 en 8
Zoals hiervoor al aangegeven staat voorop dat een verhuurder, dus ook een woningcorporatie,
zich als goed verhuurder dient te gedragen en dat een huurder recht heeft op een technisch
goede en veilige woning.
Vraag 9 en 10
Kunt u zich voorstellen dat vele huurders niet gehoord worden die niet de media weten
te vinden of minder assertief zijn waarbij zij dus al jaren in een vocht- en schimmelwoning
wonen omdat de problemen niet verholpen worden?
Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat deze en vele andere tienduizenden huurders
in een gezonde en veilige woning kunnen wonen?
Antwoord 9 en 10
Vocht- en schimmel hoort niet in een huis. Ik ben het volstrekt eens met de noodzaak
om vocht en schimmel aan te pakken. Zoals aangegeven in de beantwoording op schriftelijke
vragen (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 611) vraagt het wegnemen en voorkomen van vocht en schimmel om een brede aanpak die zich
zowel richt op huiseigenaren en verhuurders, als op bewoners zelf. De aanpak is laagdrempelig,
mede in het belang van mogelijk minder assertieve huurders. De brede aanpak bestaat
uit de volgende onderdelen:
• In de Volkshuisvestelijke prioriteiten 2021 – 2025 is de aanpak van vocht en schimmel
expliciet opgenomen als onderdeel van de kwaliteitsverbetering en verduurzaming van
corporatiewoningen. Daarmee is gewaarborgd dat de aanpak onderdeel is van de prioriteiten
die landelijk opgepakt moeten worden. Corporaties zijn verplicht om de volkshuisvestelijke
prioriteiten in hun bod op het gemeentelijk woonbeleid te betrekken.
• Met de VNG is afgesproken dat gemeenten worden gewezen op het belang van de aanpak
en het maken van prestatieafspraken met corporaties en huurdersorganisaties. RIGO
heeft op verzoek van BZK een rapport opgesteld om lokale partijen hierbij te helpen
en aan te sporen (RIGO, »Eindrapport afspraken aanpak vocht en schimmel», 31 augustus
2020).
• TNO heeft samen met GGD-Amsterdam en Abf Research handreikingen opgesteld voor de
aanpak van vocht en schimmel door huiseigenaren, verhuurders en huurders (TNO/ABF
Research/GGD Amsterdam, »Vocht en schimmelvorming in woningen – Bevindingen en handreikingen
op basis van WoOn2018 en Energiemodule 2018», 29 september 2020). Aedes, Vastgoed
Belang, de Woonbond en enkele Amsterdamse woningcorporaties hebben hierbij geparticipeerd.
• Aedes heeft de handreikingen uit het TNO-onderzoek meegenomen in een nieuw programma
van eisen voor ventilatie en bij de renovatie van woningen.
• De middelen voor het Volkshuisvestingsfonds zijn onder meer beschikbaar gesteld voor
renovatie van woningen met vocht- en schimmelproblemen. In totaal worden er 20.000
woningen gerenoveerd.
• Met Aedes heb ik afspraken gemaakt om de komende vijf jaar € 100 mln. per jaar extra
te investeren in onderhoud en verbetering, met specifieke focus op schimmelproblematiek
als gevolg van gebrekkige kwaliteit van de woning, brandveiligheid en loden leidingen.
• Op de woningmarktwebsite van BZK is een omvangrijk dossier opgenomen over de aanpak
(Aanpak vocht en schimmel | Woningmarktbeleid). In infographics wordt ingegaan op zaken als ventileren en technische aspecten waarmee
bij de bouw of verbouwing rekening moet worden gehouden om vocht- en schimmelvorming
te voorkomen. Hiermee is de informatievoorziening fors verbeterd.
Het aanpakken van vocht- en schimmel vraagt blijvend om aandacht. In het WoON2021
zijn uitgebreide vragen opgenomen over vocht- en schimmel in woningen. Uit de antwoorden
kunnen wellicht nieuwe inzichten volgen die helpen bij de succesvolle aanpak.
Vraag 11
Deelt u de mening dat vocht en schimmel in een woning de gezondheid van huurders ernstig
kan aantasten?
Antwoord 11
Ja, dat is in individuele gevallen mogelijk, afhankelijk van de specifieke omstandigheden.
Vraag 12 en 13
Bent u ook van mening dat het uitermate schrijnend is dat ook vele kinderen en baby’s
door de aanwezigheid van vocht en schimmel in een woning getroffen worden?
Deelt u de mening dat kinderen en baby’s die in een vocht- of schimmelwoning opgroeien
blootgesteld worden aan een gevaarlijke woonomgeving?
Antwoord 12 en 13
Ook voor kinderen en baby’s is het van belang dat ze wonen in een huis zonder vocht
en schimmel. In hoeverre de aanwezigheid van schimmel en vocht in een woning gevaarlijk
is voor de gezondheid van een kind of een baby, zodanig dat sprake zou zijn van een
gevaarlijke woonomgeving is niet in algemene zin aan te geven.
Vraag 14
Is de blootstelling van kinderen en baby’s aan vocht en/of schimmel in een woning
een schending van het Kinderrechtenverdrag? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 14
Artikel 24 van het Kinderrechtenverdrag bevestigt het recht van het kind op het genot
van de grootst mogelijke mate van gezondheid. Het VN-Kinderrechtcomité, dat toezicht
houdt op de naleving van het Kinderrechtenverdrag, geeft in haar commentaar bij dit
artikel (General comment No. 15) aan dat onder andere de afwezigheid van schimmel
in de woning een vereiste is voor een gezonde opvoeding en ontwikkeling. Staten die
partij zijn bij het Kinderrechtenverdrag dienen alle passende wettelijke, bestuurlijke
en andere maatregelen te nemen om het recht op gezondheid voor kinderen te verwezenlijken,
in de ruimste mate waarin de hun ter beschikking staande middelen dit toelaten. In
de context van de onderhavige vraag voldoet Nederland aan deze verplichting, doordat
wij regelgeving hebben die verhuurders verplicht tot het verhelpen van vocht en schimmel,
en we mogelijkheden bieden aan huurders om juridische stappen te ondernemen als de
verhuurder in gebreke blijft.
Vraag 15
Is de kwaliteit van een woning onderdeel van het internationale recht op en van een
nationale zorgplicht van het Rijk voor behoorlijke huisvesting?
Antwoord 15
Ja.
Vraag 16
Deelt u de mening dat vocht- en schimmelwoningen een schending zijn van het recht
op behoorlijke huisvesting? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 16
Het recht op huisvesting zoals dat is neergelegd in artikel 22, tweede lid, van de
Grondwet, behelst met name een opdracht aan de overheid om te zorgen voor voldoende
huisvesting die ook van voldoende kwaliteit is. Ook in het internationale recht is
het recht op behoorlijke huisvesting in de eerste plaats een opdracht aan de overheid.
Er kan in beginsel geen individueel recht aan worden ontleend jegens de overheid op
een kwalitatief goede of gezonde woning. De overheid moet zorgen voor regelgeving
die verhuurders verplicht tot het verhelpen van vocht en schimmel en voor mogelijkheden
voor huurders om juridische stappen te ondernemen als de verhuurder in gebreke blijft.
Deze regelgeving is er.
Vraag 17
Deelt u de mening dat de ondermaatse kwaliteit van vele woningen een (belangrijk)
onderdeel is van de huidige wooncrisis? Zo ja, welke crisismaatregelen hebt u tot
dusver genomen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 17
Het overgrote deel van de (sociale) woningen in Nederland is van goede kwaliteit.
Bij een deel van de woningvoorraad is renovatie en verbetering nodig. Dit is de verantwoordelijkheid
van verhuurders. Gemeenten zien toe op de kwaliteit van woningen. Zoals ik in mijn
eerdere antwoorden heb toegelicht voer ik een brede aanpak voor het oplossen van vocht-
en schimmelproblematiek.
Vraag 18
Bent u ook van mening dat de aanpak vocht- en schimmelwoningen tot topprioriteit benoemd
moet worden gezien de (enorme) gezondheidsschade die het kan toebrengen?
Antwoord 18
Zoals uit mijn eerdere antwoorden blijkt worden er verschillende inspanningen verricht
in het kader van de aanpak van vocht en schimmel, waarbij sprake is van een brede
aanpak.
Vraag 19 en 20
Kan de aanwezigheid van vocht en/of schimmel in een woning van invloed zijn op de
levensverwachting van mensen?
Moeten huurders ook gecompenseerd worden voor de gezondheidsschade die zij oplopen
als gevolg van vocht en/of schimmel in de woning? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 19 en 20
Of en in hoeverre schimmel de levensverwachting van een persoon beïnvloed is niet
in algemeenheid aan te geven. Ook kan niet in zijn algemeenheid gesteld worden dat
in geval van gezondheidsschade een recht zou bestaan op compensatie voor huurders.
Mocht in een specifiek geval een huurder bij de verhuurder verzoeken om compensatie
voor opgelopen gezondheidsschade, dan zullen daarvoor alle omstandigheden van het
geval moeten worden beoordeeld.
Vraag 21
Deelt u de mening dat woningcorporaties een ultimatum moeten krijgen wanneer zij de
vocht- en schimmelproblematiek opgelost dienen te hebben, aangezien de volksgezondheid
in het geding is? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 21
Het stellen van een ultimatum aan woningcorporaties vind ik geen verstandige route.
De aanpak van vocht- en schimmelproblematiek is complex en vraagt om een brede waaier
aan maatregelen. Zoals ik in mijn eerdere antwoorden heb toegelicht voer ik actief
beleid om verhuurder en gemeenten te stimuleren om maatregelen te nemen om vocht-
en schimmelproblematiek aan te pakken. Ook bestaan er mogelijkheden voor huurders
om onderhoudsproblemen aan de orde te stellen.
Vraag 22
Bent u bekend met het cijfer dat bijna één op de vijf huishoudens last heeft van vocht
of schimmel en dat wij dus praten over ruim 1,5 miljoen huishoudens?3
Antwoord 22
Ja.
Vraag 23
Heeft u een zorgplicht voor de honderdduizenden huurders die in meer of mindere mate
last van vocht en/of schimmel hebben? Zo ja, welke maatregelen hebt u reeds genomen
om dit te voorkomen en op te lossen en wat gaat u verder ondernemen om deze problemen
te voorkomen en op te lossen en wanneer?
Antwoord 23
Verhuurders zijn primair verantwoordelijk voor de staat en het onderhoud van hun woningen.
Laat het onderhoud van woningen (zeer) te wensen over, dan hebben gemeenten de bevoegdheid
om hierop te handhaven. Als Minister heb ik een stelselverantwoordelijkheid voor de
corporatiesector. Mijn brede aanpak om vocht- en schimmelproblemen aan te pakken heb
ik in mijn eerdere antwoorden toegelicht.
Vraag 24 en 25
Begrijpt u de omvang en importantie van het vocht- en schimmelprobleem? Kunt u dit
nader toelichten?
Ervaart u urgentie bij dit belangrijke en zeer omvangrijke probleem? Zo ja, waaruit
blijkt dat?
Antwoord 24 en 25
Ja, ik begrijp de omvang en de urgentie van deze problematiek en voer daarom een brede
aanpak om dit op te lossen.
Vraag 26, 27 en 28
Deelt u de mening dat een landelijk meldpunt voor vocht en schimmel ervoor kan zorgen
dat de problematiek beter in kaart gebracht kan worden en ervoor kan zorgen dat er
meer expertise in huis is om huurders verder te begeleiden? Zo ja, wanneer kunnen
wij een voorstel voor een dergelijk landelijk meldpunt verwachten? Zo nee, waarom
niet?
Waarom hebben huurders veel meer last van vocht en schimmel dan eigenaar-bewoners
en zou dit verschil mogen bestaan?4
Wat vindt u ervan dat verhuurders soms jarenlang niets aan de aanpak van vocht- en
schimmelwoningen doen?
Antwoord 26, 27 en 28
Verhuurders zijn primair verantwoordelijk voor de staat en het onderhoud van hun woningen.
Laat het onderhoud van woningen (zeer) te wensen over, dan hebben gemeenten de bevoegdheid
om hierop te handhaven. Ook hebben huurders de mogelijkheid via de Huurcommissie of
desnoods de rechter een slechte onderhoudssituatie te laten oplossen. Ik voer met
alle betrokken partijen een brede aanpak om vocht- en schimmelproblemen op te lossen.
Tegen deze achtergrond zie ik geen toegevoegde waarde in een landelijk meldpunt.
Vraag 29
Deelt u de mening dat in een tijd van een enorme toename van longklachten als gevolg
van astma de aanwezigheid van vocht en/of schimmel in een woning de leefsituatie nog
gevaarlijker maakt?
Antwoord 29
Vanuit gezondheidsoogpunt is de aanwezigheid van vocht en schimmel in een woning niet
bevorderlijk.
Vraag 30
Bent u het ermee eens dat er een versnelde procedure moet komen om huurders in staat
te stellen de vocht- en schimmelproblematiek te verhelpen, aangezien hun gezondheid
in het geding is? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 30
Huurders hebben al verschillende manieren om een oplossing af te dwingen voor deze
problematiek. Zo kunnen zij naar de Huurcommissie, de rechter of de gemeente te stappen.
Een nieuwe, versnelde procedure is in dit geval niet de oplossing, maar het is wel
van groot belang dat de bestaande procedures goed werken. Daarom draag ik er zorg
voor dat de Huurcommissie deze huurders snel kan helpen door snel uitspraak te doen.
Zoals ik uw Kamer eerder heb laten weten, werkt de Huurcommissie aan het terugdringen
van haar achterstanden, zodat partijen snel geholpen worden.5 Ik zal uw Kamer binnenkort informeren over de resultaten van het actieplan over 2021
en de stand van zaken van de Huurcommissie.
Vraag 31
Kan het zo zijn dat een (tijdelijke) huurverlaging, nadat de verhuurder daartoe door
de Huurcommissie gedwongen wordt, voor de verhuurder goedkoper is om deze situatie
aan te houden dan daadwerkelijk de gebreken te verhelpen? Zo ja, wat gaat u doen om
deze situaties te voorkomen?
Antwoord 31
Als de Huurcommissie in haar uitspraak de huur verlaagt, dan blijft deze verlaging
gelden totdat het gebrek wordt verholpen. Het is daarom in het belang van verhuurder
om het gebrek zo snel mogelijk op te lossen, omdat de gederfde huuropbrengsten blijven
stijgen. Alleen bij een contract dat zeer snel zal aflopen kan het – afhankelijk van
de huurprijs en de kosten van het verhelpen van het gebrek – in theorie mogelijk zijn
dat de verhuurder goedkoper uit is door de gebreken niet te verhelpen. Mij zijn geen
signalen bekend dat dit in de praktijk voorkomt. Ook in dat geval heeft de huurder
alsnog de mogelijkheid om via de kantonrechter of de gemeente onderhoud af te dwingen.
Vraag 32 en 33
Waarom geeft u steevast het antwoord dat een gang naar de Huurcommissie de oplossing
voor huurders is die last van vocht en schimmel hebben?
Deelt u de mening dat een gang naar de Huurcommissie een vorm van symptoombestrijding
is?
Antwoord 32 en 33
De Huurcommissie is niet de enige oplossing voor huurders die met deze problematiek
kampen, maar vormt wel een laagdrempelige en efficiënte manier om een oplossing af
te dwingen. Zoals ik in mijn eerdere antwoorden heb toegelicht voer ik een brede aanpak
die ook verhuurders aanspreekt op hun verantwoordelijkheden.
Vraag 34
Wat kunt u via wet- en regelgeving, bijvoorbeeld via het Bouwbesluit, doen om het
probleem zoveel mogelijk te voorkomen?
Antwoord 34
Alle gebouweigenaren dienen aan de geldende bouwvoorschriften te voldoen. In artikel 204,
tweede lid artikel en 206 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek is daarnaast geregeld
dat de huurder recht heeft op huurgenot en dat de verhuurder op een verzoek van de
huurder gebreken dient te verhelpen, tenzij dit redelijkerwijs niet van de verhuurder
kan worden verwacht. Daarmee is gewaarborgd dat huurders recht hebben op een woning
van goede kwaliteit.
Vraag 35, 36 en 37
Stelt u nog steeds voor dat honderdduizenden door vocht en schimmel getroffen huurders
een gang naar de Huurcommissie moeten maken? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Deelt u de mening dat niet iedereen de gang naar de Huurcommissie weet te vinden?
Bent u het ermee eens dat een gang naar de Huurcommissie geen oplossing is voor dit
structurele en zeer omvangrijke probleem? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 35, 36 en 37
Zoals ik in mijn eerdere antwoorden heb toegelicht voer ik voor het oplossen van vocht-
en schimmelproblemen een brede aanpak die ook verhuurders aanspreekt op hun verantwoordelijkheden.
De Huurcommissie is niet de enige oplossing voor deze problematiek, maar vormt wel
een laagdrempelige en efficiënte manier voor een individuele huurder om een oplossing
af te dwingen. Het klopt dat niet iedereen de gang naar de Huurcommissie weet te vinden.
In sommige gevallen geldt bijvoorbeeld dat sprake is van een gebrek aan kennis over
de mogelijkheden of dat een taalbarrière een rol speelt. Om alle huurders te kunnen
bereiken, is het belangrijk dat de Huurcommissie de toegankelijkheid van haar informatiebronnen,
zoals de website en het telefonisch contact, vergroot. Zo zijn eerder al de website
van de Huurcommissie herschreven in taalniveau B1 en ook toegankelijk gemaakt voor
Engelssprekenden. In 2022 werkt de Huurcommissie verder aan het ontsluiten van haar
informatie. Over deze maatregelen zal ik uw Kamer binnenkort nader informeren.
Vraag 38
Deelt u de mening dat de Huurcommissie de verhuurder moet kunnen opleggen dat het
gebrek of de gebreken binnen een afzienbare tijd opgelost moeten zijn, aangezien de
gezondheid van huurders in het geding is? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 38
De Huurcommissie is een onafhankelijke geschillenbeslechter. Indien sprake is van
een gebrek, kan zij per uitspraak de huur verlagen tot het gebrek is verholpen. De
Huurcommissie is echter geen handhavende partij en ziet niet toe op naleving van de
uitspraak. Hiervoor kan de huurder naar de kantonrechter of gemeente stappen.
Vraag 39
Deelt u de mening dat huurders de mogelijkheid moeten krijgen om tijdelijk elders
te wonen op kosten van de verhuurder als deze niet op tijd het gebrek of de gebreken
oplost? Zo ja, wat gaat u doen om dit te bewerkstelligen? Kunt u uw antwoord nader
toelichten?
Antwoord 39
Als een huurder wordt geconfronteerd met (zeer) ernstige gebreken in of aan de woning,
dan kan de huurder de verhuurder civielrechtelijk aansprakelijk stellen als die de
gebreken niet verhelpt en schadevergoeding vorderen, omdat de gehuurde woonruimte
niet voldoet aan de eisen die daaraan redelijkerwijs mogen worden gesteld. Met de
schadevergoeding kan de huurder zo nodig vervangend verblijf bekostigen.
Vraag 40
Welke aanpassingen in wet- en regelgeving kunt u maken om de verhuurder te dwingen
om het gebrek of de gebreken te verhelpen zodat huurders (weer snel) in een gezonde
en veilige woning kunnen wonen zonder o.a. vocht en schimmel?
Antwoord 40
Ik zie op dit moment geen aanknopingspunten om wet- en regelgeving aan te passen om
verhuurders te dwingen problemen met vocht en schimmel sneller aan te pakken.
Vraag 41
Ziet u nu het belang in voor een APK voor woningen gezien het enorme aantal van ruim
1,5 miljoen huishoudens en de mogelijke grote gezondheidsschade voor volwassenen,
kinderen en baby’s? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 41
Ik ben geen voorstander van een verplichte algemene periodieke keuring voor huurwoningen.
Dit zou een enorme operatie zijn en het zou ook leiden tot een groot aantal keuringen
van woningen waar helemaal geen problemen zijn. Ik zet daarom in op maatwerk, zoals
toegelicht in mijn eerdere antwoorden.
Vraag 42
Deelt u de mening dat de mogelijkheid van een gang naar de Huurcommissie het aantal
vocht- en schimmelwoningen niet omlaag gebracht heeft? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 42
De Huurcommissie helpt huurders om hun recht te halen in het geval van een vocht-
of schimmelwoning. Zoals ik in mijn eerdere antwoorden heb aangegeven is een brede
aanpak nodig voor het oplossen van deze complexe problematiek.
Vraag 43 en 44
Wat is de status van de motie leden Beckerman en Koerhuis6 die uitspreekt om de vocht- en schimmelwoningproblematiek standaard onderdeel van
de prestatieafspraken tussen gemeente, corporaties en huurdersorganisaties te laten
worden?
Mag ervan worden uitgegaan dat de in de vorige vraag genoemde motie vanaf 2023 standaard
een onderdeel van de prestatieafspraken wordt?
Antwoord 43 en 44
De motie Beckerman en Koerhuis is uitgevoerd door middel van het opnemen van de aanpak
van vocht- en schimmelproblemen in de volkshuisvestelijke prioriteiten. Op grond van
de Woningwet moet een corporatie de volkshuisvestelijke prioriteiten betrekken bij
het bod aan de gemeente en huurdersorganisatie(s) om te komen tot prestatieafspraken.
Daarnaast is zoals gezegd met Aedes afgesproken dat corporaties de komende vijf jaar
100 mln. extra investeren in onderhoud en verbetering met specifieke focus op schimmelproblematiek
als gevolg van gebrekkige kwaliteit van de woning, brandveiligheid en loden leidingen.
Ook deze afspraak zal worden opgenomen in de volkshuisvestelijke prioriteiten en zijn
beslag krijgen in de lokale prestatieafspraken.
Vraag 45
Hoe is de motie van de leden Beckerman en Koerhuis7, die verzoekt om de aanpak van vocht- en schimmelproblematiek in het helde land te
laten gelden, uitgevoerd?
Antwoord 45
Deze motie heb ik uitgevoerd door middel van de brede aanpak die ik voer.
Vraag 46 en 47
Hoeveel woningen zijn er sinds de in de vorige vraag genoemde motie d.d. 15 januari
2020 in het kader van de vocht- en schimmelproblematiek aangepakt?
Hoeveel woningen dienen er nog in het kader van de vocht- en schimmelproblematiek
aangepakt te worden?
Antwoord 46 en 47
Deze aantallen worden niet specifiek bijgehouden. Wel zal in het onderzoek «Woon2021»
beter inzicht worden gegeven in deze problematiek.
Vraag 48
Hoe is motie van het lid Beckerman c.s.8, die uitspreekt om in het kader van de volksgezondheid een integrale, landelijke
aanpak te bewerkstelligen om schimmel- en vochtproblematiek te voorkomen en te verhelpen,
uitgevoerd?
Antwoord 48
Deze motie heb ik uitgevoerd door middel van de brede aanpak die ik voer.
Vraag 49
Kunt u deze vragen alstublieft ieder afzonderlijk behandelen en niet clusteren?
Antwoord 49
Dat heb ik zoveel mogelijk gedaan. Daar waar het voor de helderheid van de beantwoording
van de gestelde vragen dienstig is, heb ik vragen samengenomen in de beantwoording.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.