Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Sneller en Bromet over de openbare agenda
Vragen van de leden Sneller (D66) en Bromet (GroenLinks) aan alle bewindspersonen over hun openbare agenda (ingezonden 28 februari 2022).
Antwoord van Minister Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat), mede namens Minister
voor Klimaat en Energie (ontvangen 24 maart 2022).
Vraag 1
Op welke manier is de motie-Sneller/Bromet over de openbare agenda van bewindspersonen
in uw herinnering aan de orde gesteld tijdens het constituerend beraad?1
Antwoord 1
De formateur heeft in het constituerend beraad gewezen op de openbare agenda van de
bewindslieden.
Vraag 2
Bent u bereid deze motie onverkort uit te voeren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Ja. In aanloop naar het aantreden van het kabinet-Rutte IV is de openbare agenda van
de bewindslieden meermaals onderwerp van gesprek geweest in de Voorlichtingsraad (VoRa).
Het overleg van de secretarissen-generaal heeft begin januari 2022 ingestemd met de
VoRa-notitie «Openbare agenda bewindslieden». In deze notitie is een aantal adviezen
opgenomen dat moet bijdragen aan een gebruiksvriendelijkere openbare agenda die tegemoet
komt aan de motie Sneller en Bromet. Ook worden de agenda-items, conform de motie
Sneller/Bromet, op rijksoverheid.nl gecategoriseerd. Zo kan er worden gezocht op trefwoord,
bijvoorbeeld «gesprek», «ontvangst», «werkbezoek» of «evenement». Ook kan op bewindspersoon
worden gezocht of op de voltallige kabinetsploeg.
Het Ministerie van EZK werkte al grotendeels conform deze notitie. We streven er naar
om vanaf nu ook de contactgegevens van een medewerker van de directie Communicatie
van het ministerie op te nemen bij de agenda-items en een korte beschrijving te geven
van het onderwerp van het betreffende agenda-item.
Vraag 3
Bent u bekend met de Notitie van de Rijksvoorlichtingsdienst over de Openbare agenda
bewindspersonen (d.d. 3 januari 2022)? Onderschrijft u de zeven afspraken die daarin
beschreven worden en bent u bereid deze nauwgezet na te leven?
Antwoord 3
Ja, ik ben bekend met deze notitie. Ik onderschrijf de zeven afspraken uit de notitie
en streef ernaar dat conform deze notitie wordt gewerkt.
Vraag 4
Hoe beoordeelt u de uitkomsten van het onderzoek van Open State Foundation dat slechts
14% van de afspraken die zijn opgenomen in de openbare agenda’s de informatie bevat
die conform de Uitvoeringsrichtlijn openbare agenda bewindspersonen vereist is (terwijl
de opgenomen afspraken slechts een deel zijn van diegene die daar volgens de Uitvoeringsrichtlijn
in hadden moeten staan en de afspraken die wel aan de normen voldoen uitsluitend bij
de Ministeries van LNV en Financiën voorkomen)?2, 3 Welke concrete doelstelling voor de mate van naleving van de bestaande afspraken
heeft u zichzelf voor de rest van deze kabinetsperiode gesteld?
Antwoord 4
Ik houd mijn agenda op dit moment al zoveel mogelijk bij conform de afspraken uit
de notitie «Openbare agenda bewindslieden». Er is bij EZK op een tweetal punten ruimte
voor verbetering, zie ook mijn antwoord op vraag 2. Ik zal mijn agenda in de resterende
kabinetsperiode zoveel mogelijk bijhouden conform de afspraken uit de notitie «Openbare
agenda bewindslieden».
Vraag 5
Herkent u het beeld uit het artikel «Over mooie voornemens en agenda’s die tekort
schieten» uit de Volkskrant van 23 februari 2022 dat naleving van de beslispunten
uit deze notitie tot nog toe onvoldoende is, laat staan de motie die daarbovenop bijvoorbeeld
om «zoveel mogelijk realtime» openbaarmaking in plaats van achteraf over de afgelopen
week?
Antwoord 5
Ik heb kennis genomen van het artikel «Over mooie voornemens en agenda’s die tekort
schieten» en zoals hierboven beschreven erken ik dat mijn openbare agenda nog niet
op alle onderdelen conform de VoRa-notitie wordt gepubliceerd. Hier zal de komende
periode verandering in worden gebracht.
Vraag 6
Bent u bereid om uw openbare agenda met terugwerkende kracht tot het moment van uw
aantreden bij te werken zodat deze alsnog voldoet aan genoemde afspraken?
Antwoord 6
Ik zal mijn openbare agenda met terugwerkende kracht bijwerken tot aan het moment
van mijn aantreden.
Vraag 7
Op welke wijze bent u voornemens verbetering aan te brengen in de naleving van de
normen uit de genoemde motie en notitie voor toekomstige afspraken?
Antwoord 7
Zoals aangegeven leef ik de normen vrijwel allemaal na en zal ik op een aantal onderdelen
verbetering aanbrengen.
Vraag 8
In het licht van de nadruk die de premier tijdens het debat over de begroting Algemene
Zaken op 14 oktober 2021 legde op «het principe van de individuele ministeriële verantwoordelijkheid
in ons staatsbestel»: kunnen alle bewindspersonen deze vragen individueel beantwoorden?
Antwoord 8
Deze antwoorden zijn van toepassing voor alle bewindspersonen van het Ministerie van
Economische Zaken en Klimaat. Daarom heb ik deze vragen mede namens de Minister voor
Klimaat en Energie en de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Mede namens
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.