Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Beckerman over de opzegging van de overeenkomsten van de standplaatsen op het Vakantiepark Berkenven
Vragen van het lid Beckerman (SP) aan de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening over de opzegging van de overeenkomsten van de standplaatsen op de camping Het Berkenven (ingezonden 18 januari 2022).
Antwoord van Minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening), mede namens
de Minister van Economische Zaken en Klimaat (ontvangen 14 maart 2022). Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1533.
Vraag 1
Kent u het bericht inzake de opzegging van de overeenkomsten van de standplaatsen
op de camping Het Berkenven?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u zich voorstellen dat mensen mentaal instorten als zij te horen krijgen dan
hun verblijf gesloopt wordt?
Antwoord 2
Ik begrijp dat dit vervelend nieuws is voor de standplaatshouders. Ik verwacht van
gemeenten en eigenaren dat zij zorgvuldig handelen, indien dit aan de orde is.
Vraag 3 en 4
Weet u dat deze opzegging betekent dat volwassenen en kinderen dakloos worden gemaakt?
Hoeveel kinderen worden er dakloos gemaakt?
Antwoord 3 en 4
Het klopt dat er op dit vakantiepark permanente bewoning heeft plaatsgevonden. De
gemeente heeft de nieuwe eigenaar hierop geattendeerd. De eigenaar heeft aangegeven
er zorg voor te dragen dat er geen mensen dakloos worden als gevolg van de herstructurering
van het park. De eigenaar begeleidt actief de permanente bewoners naar alternatieve
huisvesting. Op het moment van contact met de gemeente zijn naar ik begreep slechts
nog enkele recreatiewoningen bewoond. Het merendeel van de bewoners heeft reeds andere
huisvesting gevonden. Voor de resterende bewoners wordt door de eigenaar gezocht naar
een oplossing. Er bevinden zich geen minderjarigen meer op het vakantiepark. De gemeente
heeft aangegeven geen aanwijzingen te hebben dat er mensen dakloos zijn geworden als
gevolg van deze ontwikkeling.
Ik heb de gemeente opgeroepen om samen met de eigenaar van het park te voorkomen dat
er mensen op straat komen te staan.
Vraag 5
Deelt u de mening dat minderjarige kinderen gezien het Kinderrechtenverdrag niet zo
maar op straat gezet mogen worden? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 5
Ja. Dit betekent echter niet dat een huisuitzetting automatisch in strijd met het
Kinderrechtenverdrag is. Er dient gezorgd te worden voor passende alternatieve opvang
dan wel huisvesting. Op grond van artikel 27 van het Kinderrechtenverdrag hebben ouders
de primaire verantwoordelijkheid voor het waarborgen, naar vermogen en binnen de grenzen
van hun financiële mogelijkheden, van de levensomstandigheden die nodig zijn voor
de ontwikkeling van het kind, waar huisvesting een belangrijk onderdeel van is. Staten
die partij zijn bij het Kinderrechtenverdrag dienen wel, in overeenstemming met de
nationale omstandigheden en met de middelen die hun ten dienste staan, passende maatregelen
te nemen om ouders en anderen die verantwoordelijk zijn voor het kind te helpen dit
recht te verwezenlijken.
Er bevinden zich naar ik begrepen heb geen minderjarigen meer op het vakantiepark.
Vraag 6 en 7
Klopt het als de wethouder laat weten dat de gemeente geen invloed op de plannen heeft?
Deelt u de mening dat de gemeente voor deze bewoners dient op te komen en wat vindt
u ervan dat de gemeente tot op heden niet thuis geeft?
Antwoord 6 en 7
De overname van het vakantiepark Berkenven en de opzegging van de overeenkomsten is
in de eerste plaats een privaatrechtelijke aangelegenheid tussen de standplaatshouders
en de parkeigenaar. De juridische basis hiervoor ligt in het Burgerlijk Wetboek en
de overeenkomsten tussen de standplaatshouders en de eigenaar. Formeel kan een gemeente
hierin niet treden.
Wel heeft de wethouder een moreel appel gedaan richting de eigenaar om zorg te dragen
dat er geen mensen op straat komen te staan. De eigenaar heeft daar gehoor aan gegeven.
Vraag 8
Wat betekent het voor de juridische positie van deze mensen als de gemeente in kwestie
heeft meegewerkt aan het inschrijven van deze mensen op deze camping in de Basisregistratie
Personen en heeft de gemeenten niet automatisch een zorgplicht dan wel huurdersbescherming
gecreëerd nu zij niet tegen permanente bewoning gehandhaafd heeft? Kunt u uw antwoord
nader toelichten?
Antwoord 8
Op grond van de Wet basisregistratie personen is de gemeente verplicht om een betrokkene
in de Basisregistratie Personen (BRP) in te schrijven op het adres waar hij of zij
(feitelijk) woonachtig is. Ook mensen die permanent wonen op een vakantiepark waar
dit niet is toegestaan moeten dus in de BRP worden ingeschreven. Er kunnen geen rechten
of plichten in relatie tot permanente bewoning worden ontleend aan een inschrijving
in de BRP.
De gemeente heeft aangegeven dat de bewoners van het park ten tijde van de inschrijving
een brief is gestuurd waarin in is aangegeven dat permanente bewoning van het park
niet is toegestaan.
Vraag 9
Wie heeft er een herhuisvestingsplicht in deze kwestie en vindt u, indien de gemeente
bij permanente bewoning niet gehandhaafd heeft, dat de gemeente een herhuisvestingsplicht
heeft? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 9
Er bestaat geen herhuisvestingsplicht in gevallen van permanente bewoning op een vakantiepark
waar dat niet is toegestaan. Die plicht ontstaat ook niet als de gemeente niet gehandhaafd
heeft. Uiteraard is het belangrijk dat mensen niet op straat komen te staan. De nieuwe
eigenaar heeft aangegeven hiervoor zorg te zullen dragen. Ik heb de gemeente opgeroepen
om toe te zien dat dit ook gebeurt en dit te voorkomen.
Vraag 10 en 11
Hoe lang zijn de wachtlijsten voor een sociale huurwoning in de gemeente Tubbergen?
Hoe lang zijn de wachtlijsten voor een sociale huurwoning in de omliggende gemeenten?
Antwoord 10 en 11
Naar schatting van de gemeente is dat tussen de 1 en 2 jaar. Ik vind het ongewenst
dat woningzoekenden lang op de wachtlijst moeten staan voor zij een sociale huurwoning
toegewezen krijgen. Daarom zijn verschillende maatregelen genomen om de bouw van nieuwe
woningen te versnellen en de druk op de woningmarkt te verlagen. Ik verwijs uw Kamer
hiervoor naar de brief van 5 oktober 2021.2
Vraag 12, 13, 14 en 15
Wat kan de gemeente doen om de standplaatshouders op de camping Het Berkenven te beschermen
en wat kunt u nu al doen om standplaatshouders zoals de standplaatshouders op Het
Berkenven te beschermen?
Deelt u de mening dat mensen die aantoonbaar permanent op deze en/of andere campings
verbleven automatisch huurdersbescherming (moeten) krijgen? Kunt u uw antwoord nader
toelichten?
Is deze extra stikstof als gevolg van sloop gevolgd door nieuwbouw gezien de reeds
aanwezige stikstofcrisis wenselijk nu dit op grote schaal in vele vakantieparken gebeurt?
Kunnen we nu concluderen dat standplaatshouders letterlijk en figuurlijk in de kou
worden gelaten nu vakantieparken massaal worden opgekocht? Kunt u uw antwoord nader
toelichten?
Antwoord 12, 13, 14 en 15
Recent zijn twee moties aangenomen van de SP. Met deze moties wordt de regering verzocht
onderzoek te doen naar het opkopen van vakantieparken door investeerders en de gevolgen
hiervan voor natuur, ruimtelijke ordening en de huidige gebruikers. Deze moties zijn
aangenomen. Daar deze twee moties nauw verbonden zijn, is besloten om middels één
onderzoek beide moties in uitvoering te brengen. Mijn collegaminister van Economische
Zaken en Klimaat en ik hebben dit inmiddels samen opgepakt.
In dit onderzoek zal gekeken worden naar de instrumenten die medeoverheden tot hun
beschikking hebben om dit proces van opkopen te beïnvloeden. Hierbij zal ook gekeken
worden of de rechten van recreanten (juridisch) voldoende geborgd zijn wanneer een
park van eigenaar verandert en of er aanpassingen aan wet- en regelgeving noodzakelijk
zijn. Ik wacht de resultaten van het onderzoek af. Ik verwacht uw Kamer in het tweede
kwartaal van 2022 over de resultaten te kunnen informeren.
Vraag 16 en 17
Deelt u de mening dat mensen tijdens de winter zonder passend alternatief niet op
straat gezet mogen worden?
Deelt u de mening dat mensen nooit en al helemaal niet tijdens de coronapandemie zonder
passend alternatief op straat gezet mogen worden?
Antwoord 16 en 17
Ja. Ik vind het inderdaad onwenselijk dat mensen op straat terecht komen, zeker in
de winter en tijdens de coronapandemie waarin wij ons bevinden. Ik roep daarom gemeenten
op om bij herstructurering van een recreatiepark oog te hebben voor de vervolghuisvesting
van mensen die permanent in een recreatiewoning wonen, vooral als het hierbij gaat
om mogelijk kwetsbare groepen zoals ouderen of kinderen.
Vraag 18
Waar moeten gezien de zwaar overspannen woningmarkt de mensen van Het Berkenven die
daar permanent wonen naar toe?
Antwoord 18
De bewoners van het park zullen elders een woning moeten vinden. Dit is het merendeel
van de bewoners ook gelukt. De resterende bewoners worden geholpen om vervolghuisvesting
te vinden.
Vraag 19
Bent u gezien het groot aantal voorbeelden reeds bereid om in te grijpen?
Antwoord 19
Graag verwijs ik naar het antwoord op vraag 12, 13, 14 en 15.
Vraag 20
Vindt u het rendement dat deze roofinvesteerders willen maken belangrijker dan het
dak boven het hoofd van de huidige standplaatshouders?
Antwoord 20
Ik verwijs uw Kamer naar het antwoord op vraag 12, 13, 14 en 15.
Vraag 21, 22 en 23
Deelt u de mening dat iemand die permanent in een huis op deze camping verblijft dat
huis aan mag aanmerken als diens leefomgeving? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Deelt u de mening dat de sloop van iemands permanente verblijf een inbreuk in de levenssfeer
van deze bewoner is? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Deelt u de mening dat de sloop van iemands permanente verblijf een inbreuk op het
recht op behoorlijke huisvesting van deze bewoner is? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 21, 22 en 23
Ik ben mij bewust van het feit dat de sloop van een recreatiewoning, vooral als daar
permanent gewoond wordt, ingrijpend is voor standplaatshouders. De rechten die benoemd
worden in bovenstaande vragen zijn evenwel niet absoluut. Inbreuken daarop zijn toegestaan
voor zover die noodzakelijk en proportioneel zijn. Uit artikel 8 eerste lid, van het
Europees Verdrag inzake de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM)
en het recht op behoorlijke huisvesting zoals onder meer opgenomen in artikel 11 van
het Internationaal verdrag inzake de economische, sociale en culturele rechten (OIVESCR)vloeit
voorts een procedurele eis voort: een bewoner die geconfronteerd wordt met het verlies
van zijn woning moet de mogelijkheid hebben de proportionaliteit van de maatregel
door een onafhankelijke rechter te laten toetsen.
De verplichtingen die voortvloeien uit deze rechten, zijn primair verplichtingen voor
de overheid. Maar ook burgers, bedrijven en woningcorporaties moeten zich ten opzichte
van (andere) burgers aan mensenrechten houden vanwege de horizontale werking die veel
van deze rechten hebben. Dat betekent dat ook voor bedrijven geldt dat zij bij de
sloop van woningen rekening moeten houden met de rechten op opvang, familieleven en
huisvesting van hun huurders. Of de verhuurder voldoende rekening heeft gehouden met
de belangen van de huurders, is uiteindelijk aan de rechter om te bepalen.
Vraag 24
Kunt u zich voorstellen dat oudere bewoners hun sociale netwerk op de camping zien
verdwijnen als zij gedwongen worden om naar elders te verhuizen?
Antwoord 24
Ik kan mij dat voorstellen.
Vraag 25
Heeft de nieuwe dan wel de oude eigenaar een (zorg)plicht om in kaart te brengen wat
de mogelijke gevolgen van de sloop kunnen zijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 25
Bij de sloop of uitbreiding van een vakantiepark moet worden voldaan aan de geldende
publiekrechtelijke regelgeving. Het is in de eerste plaats aan het lokale bevoegd
gezag, de gemeente of provincie, om te beoordelen wat binnen de kaders wel en niet
mogelijk is. Dit doen zij binnen de grenzen van nationale en internationale regelgeving,
bijvoorbeeld op het gebied van natuur, stikstof, en bereikbaarheid en via lokale instrumenten
als verordeningen en bestemmingsplannen. De eigenaar zal moeten handelen binnen die
kaders.
Vraag 26
Kunt u zich voorstellen dat de mensen op de camping Het Berkenven een gemeenschap
vormen?
Antwoord 26
Ja.
Vraag 27
Hoe moet het met de ouderen die daar van elkaar afhankelijk zijn?
Antwoord 27
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 18.
Vraag 28
Deelt u de mening dat de sloop van standplaatsen die een gemeenschap vormen ook als
sloop van één geheel te worden gezien?
Antwoord 28
Ik begrijp dat de sloop van standplaatsen veel voor mensen kan betekenen.
Vraag 29
Is het mogelijk dat deze standplaatshouders gezondheidsschade kunnen oplopen nu hun
ontspanningsmogelijkheid dan wel dak boven het hoofd ontnomen wordt?
Antwoord 29
Ik verwijs uw Kamer naar het antwoord op vraag 12, 13, 14 en 15.
Vraag 30
Is hier sprake van een gedwongen huisuitzetting? Zo nee, in welke gevallen met betrekking
tot de camping Het Berkenven zou hier wel sprake van zijn? Kunt u uw antwoord nader
toelichten?
Antwoord 30
Nee, hiervan is geen sprake. Op het moment van contact met de gemeente zijn slechts
nog enkele objecten bewoond. Voor de resterende bewoners wordt door de eigenaar gezocht
naar een oplossing. Indien men er niet in slaagt om tot een bevredigende oplossing
te komen kan uiteindelijk over gegaan worden tot gedwongen uitzetting. Ik heb de gemeente
opgeroepen om samen met de eigenaar van het park te voorkomen dat er mensen op straat
komen te staan.
Vraag 31
Bent u voorstander van een rechterlijke toets om te bepalen of in dit soort gevallen
mensenrechten en/of huurderbescherming geschonden worden? Kunt u uw antwoord nader
toelichten?
Antwoord 31
Ik het eerdergenoemde onderzoek naar het opkopen van vakantieparken zal gekeken worden
of de rechten van recreanten (juridisch) voldoende geborgd zijn wanneer een park van
eigenaar verandert en of er aanpassingen aan wet- en regelgeving noodzakelijk zijn.
Belangrijk om hierbij aan te geven is dat huurders van vakantiewoningen niet vallen
onder de huurbescherming.
Vraag 32
Deelt u de mening dat het hier meer gaat dan alleen het woongenot van recreanten,
aangezien mensen nu afhankelijk zijn van vakantieparken om te kunnen voorzien in een
primaire levensbehoefte namelijk een dak boven het hoofd?
Antwoord 32
Permanente bewoning gaat inderdaad om meer dan alleen recreëren. Ik begrijp dat mensen
wiens woonbehoefte niet vervuld wordt op de reguliere woningmarkt een vakantiewoning
zien als dat alternatief. Daarom roep ik gemeenten in dit soort situaties ook op om
permanente bewoners te ondersteunen bij het vinden van passende woonruimte elders.
In het geval van vakantiepark Berkenven is dit voor overgrote meerderheid van de bewoners
ook al gelukt.
Er wordt door verschillende groepen gebruik gemaakt van vakantieparken voor permanente
bewoning. De keuze van iemand om permanent te gaan wonen op een vakantiepark is sterk
afhankelijk van iemands persoonlijke situatie. Uiteraard speelt ook de beschikbaarheid
van passende en betaalbare woonruimte daarin een rol. Daarom zet ik mij maximaal in
om het woningtekort zo snel mogelijk terug te dringen.
Daarbij moet wel gezegd worden dat beschikbaarheid niet de enige factor is die hierin
mee weegt. Dat een persoon kiest voor een vakantiewoning in plaats van een reguliere
woning, betekent niet dat er geen enkel ander alternatief beschikbaar is. Persoonlijke
woonwensen en voorkeuren spelen hierin ook een belangrijke rol.
Vraag 33
Vindt u het ook schrijnend dat kinderen en ouderen hier extra hard door geraakt worden?
Antwoord 33
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 16 en 17.
Vraag 34
Hoeveel mensen zijn er landelijk in 2021 al gedupeerd door het roofgedrag van deze
investeerders?
Antwoord 34
Ik verwijs uw Kamer naar het antwoord op vraag 12, 13, 14 en 15.
Vraag 35
Begrijpt u waarom mensen een permanent verblijf op een camping zoeken? Kunt u uw antwoord
nader toelichten?
Antwoord 35
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 32.
Vraag 36
Wat zou u doen als u moet kiezen tussen een permanent verblijf op een camping of dakloos
raken?
Antwoord 36
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 32.
Vraag 37
Is het mensenrechtelijk toegestaan dat mensen hun woning op deze camping moeten verlaten
als zij geen betaalbaar alternatief hebben en daardoor dus dakloos raken? Kunt u uw
antwoord nader toelichten?
Antwoord 37
Dakloosheid acht het kabinet een belangrijke mensenrechtenkwestie. Dat mensen dakloos
raken doordat zij hun huis moeten verlaten, acht het kabinet zeer onwenselijk. Bij
de beslissing om de huur op te zeggen, dient de verhuurder – in het kader van de proportionaliteitsweging
die het recht op bescherming van de woning en het familie- en privéleven van hem verlangt
– onder meer mee te wegen of een huurder (in feite) permanent in de recreatiewoning
woont, of er betaalbare alternatieven voorhanden zijn en wat de persoonlijke situatie
is van de huurder en van degenen die van hem afhankelijk zijn. Dit betekent niet dat
de verhuurder verplicht is om alternatieve woonruimte te bieden. Wel betekent dit
dat een verhuurder grote terughoudendheid moet betrachten om huurovereenkomsten op
te zeggen als er een risico op dakloosheid van de betreffende personen bestaat.
Vraag 38
Deelt u de mening dat de overheid haar zorgplicht verzaakt heeft als deze mensen hun
toevlucht moeten zoeken naar een woning op een camping? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 38
Artikel 22 van de Grondwet bepaalt dat bevordering van voldoende woongelegenheid voorwerp
van zorg is voor de overheid. Dat wil niet zeggen dat de overheid iedereen in Nederland
te allen tijde van een huis naar keuze moet voorzien. Wel betekent dit dat de overheid
beleid moet voeren dat erop is gericht te voorzien in voldoende woongelegenheid. Dit
heeft volop de aandacht van dit kabinet. Daarbij is het bewonen van een recreatiewoning
niet noodzakelijkerwijs een uit nood geboren keuze.
Vraag 39
Hoeveel schade is er op deze camping inmiddels aan de natuur inclusief dieren toegebracht?
Antwoord 39
Het is in de eerste plaats aan het lokale bevoegd gezag, de gemeente of provincie,
om toe te zien op de aanpassingen aan het park en de eventuele gevolgen die dit heeft
voor de omgeving.
Vraag 40
Wat vindt u ervan dat de huidige huurders geconfronteerd worden met een opzegging
van de huurovereenkomst terwijl hen beloofd is dat de verandering van eigenaar geen
snelle gevolgen zou hebben?
Antwoord 40
De desbetreffende toezegging is bij mij, noch bij de gemeente, bekend. Daar komt bij
dat – ook in het geval dat er inderdaad een toezegging is gedaan – het hierbij gaat
om een privaatrechtelijke aangelegenheid waarin ik, noch de Minister van EZK, kan
treden.
Vraag 41, 42, 43, 44, 45 en 46
Wat vindt u van het feit dat deze standplaatshouders slechts een paar maanden de tijd
krijgen om hun mooie chalet/caravan af te breken dan wel te verplaatsen?
Deelt u de mening dat opzegging van de overeenkomsten extra wrang is voor mensen die
net heel veel geld geïnvesteerd hebben en dus onredelijk is?
Vindt u het redelijk om van bewoners te eisen dat ze binnen één maand hun standplaats
dienen te ontruimen om in aanmerking te komen voor de tegemoetkoming in de verhuiskosten
van 300 euro?
Deelt u de mening dat de voorgestelde tegemoetkoming in de verhuiskosten ad 300 euro
onvoldoende is en deelt u de mening dat deze voorgestelde tegemoetkoming in de verhuiskosten
geen recht doet aan de werkelijke schade c.q. kosten? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Deelt u de mening dat de nieuwe eigenaar, Engbertsdijkvenen Recreatie BV, dan wel
de oude eigenaar de (zorg)plicht heeft om standplaatshouders te wijzen op hun rechten
en plichten? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Wat vindt u ervan dat de nieuwe eigenaar, Engbertsdijkvenen Recreatie BV, slechts
300 euro als compensatie vergoedt?
Antwoord 41, 42, 43, 44, 45 en 46
De voorwaarden voor het opzeggen van de overeenkomsten is vastgelegd in een privaatrechtelijke
overeenkomst tussen de standplaatshouder en de eigenaar van het park. De zorgplicht
van de verhuurder wordt in deze overeenkomst vormgegeven. Het gaat dan om voorwaarden
voor opzegging, de opzegtermijnen en regelingen ter compensatie.
Als een standplaatshouders de indruk heeft dat er onredelijk gehandeld wordt kan deze
zich voor een onafhankelijk oordeel tot de rechter wenden, in sommige gevallen is
er ook een geschillencommissie waartoe men zich kan wenden. Het is niet aan mij, of
aan mijn collegaminister van EZK, om te beoordelen of de verhuurder zich in dit geval
aan de afspraken en voorwaarden heeft gehouden.
Vraag 47
Hoeveel standplaatshouders hebben die 300 euro uitbetaald gekregen?
Antwoord 47
De eigenaar heeft aan de gemeente laten weten dat er maatwerk-afspraken zijn gemaakt
tussen de eigenaar en de standplaatshouders. De precieze vorm van compensatie verschilt
dus.
Vraag 48
Deelt u de mening dat mensen die geïnvesteerd hebben volledig gecompenseerd zouden
moeten worden? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 48
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 41, 42, 43, 44, 45 en 46.
Vraag 49
Heeft de nieuwe eigenaar van de grond die de overeenkomst met de standplaatshouder
wenst op te zeggen een herhuisvestingsplicht als mensen kunnen aantonen dat ze daar
permanent verblijven? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 49
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 9.
Vraag 50, 51 en 52
Wat vindt ervan dat mensen een paar weken voordat de verkoop bezegeld werd een chalet/caravan
gekocht hebben en als gevolg van de voorgenomen sloop de waarde van hun chalet/caravan
met 80% zagen dalen?
Deelt u de mening dat de nieuwe standplaatshouders gecompenseerd dienen te worden
die door de voorgenomen sloop de waarde van hun nieuwe aankoop in rook zien opgaan?
Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Wiens plicht is het om de toekomstige standplaatshouders te informeren over een op
handen zijnde verkoop van de camping?
Antwoord 50, 51 en 52
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 41, 42, 43, 44, 45 en 46.
Vraag 53
Deelt u de mening dat de standplaatshouders meer zeggenschap zouden moeten krijgen
als de grond onder hun standplaats verkocht wordt? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 53
Ik verwijs uw Kamer naar het antwoord op vraag 12, 13, 14 en 15.
Vraag 54
Bij wie kunnen de standplaatshouders terecht als blijkt dat de nieuwe eigenaar praktijken
erop nahoudt die niet door de beugel kunnen?
Antwoord 54
Als een standplaatshouders de indruk heeft dat de overeenkomst tussen de eigenaar
en de standplaatshouder geschonden wordt kan deze zich voor een onafhankelijk oordeel
tot de rechter wenden.
Belanghebbenden kunnen een verzoek om handhaving indienen bij het bevoegd gezag (de
gemeente of de provincie) als zij de indruk hebben dat de sloop of uitbreiding van
het park in strijd is met de geldende wet- en regelgeving. In het geval dat het bevoegd
gezag toestemming heeft verleend voor de sloop of uitbreiding, bijvoorbeeld in de
vorm van een vergunning, dan kunnen belanghebbenden ook daartegen in bezwaar en vervolgens
in beroep bij de rechter indien gewenst.
Vraag 55
Heeft de gemeente gecontroleerd op onveilige situaties op deze camping? Zo ja, hoe
vaak en wat zijn de uitkomsten?
Antwoord 55
De gemeente heeft diverse keren gecontroleerd maar geen onveilige situaties geconstateerd.
Vraag 56 en 57
Vindt u dat er zorgvuldig met de belangen van de standplaatshouders is omgegaan? Kunt
u uw antwoord nader toelichten?
Zijn er zorgplichten door de oude eigenaar geschonden? Zo ja, welke?
Antwoord 56 en 57
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 41, 42, 43, 44, 45 en 46.
Vraag 58
Wat vindt u van het feit dat sommige standplaatshouders al 50 jaar op deze camping
verblijven en nu op stel en sprong moeten vertrekken? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 58
Recreëren is voor veel mensen een belangrijke activiteit die in het teken staat van
rust, reflectie en samenzijn. Ik begrijp dat recreanten gehecht zijn aan een vaste
recreatieplek, zeker als zij hier al geruime tijd gebruik van maken. Het blijft echter
zaak dat de verplichtingen voor de nieuwe eigenaar aangaande de sloop van (gedeelten
van) het park zijn voorgeschreven in de relevante wet- en regelingeving en de onderlinge
overeenkomst tussen standplaatshouder en eigenaar.
Waar het permanente bewoning betreft vind ik het wel van belang dat mensen niet op
straat komen te staan, zonder alternatieve woning. Ik ben blij te horen van de gemeente
dat hier zorg voor wordt gedragen door de nieuwe eigenaar. Ik verwijs uw Kamer hiervoor
naar mijn antwoord op vraag 3, 4 en 5.
Vraag 59 en 60
Kunt u verzekeren dat deze standplaatshouders toegang tot de camping blijven krijgen
totdat deze zaak beslecht is? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Kunt u verzekeren dat mensen het gehele jaar door toegang tot essentiële zaken zoals
gas (indien aanwezig), water, het internet en stroom blijven krijgen totdat deze zaak
beslecht is? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 59 en 60
Op dit moment zijn slechts nog enkele objecten bewoond, het merendeel van de bewoners
heeft een andere huisvesting gevonden. Voor de resterende bewoners wordt door de eigenaar
gezocht naar een oplossing, in de tussentijd hebben de bewoners toegang toe de nutsvoorzieningen.
De eigenaar heeft aangegeven zorg te dragen dat niemand op straat komt te staan.
Vraag 61
Klopt het dat er nog minimaal 17 permanente bewoners op de camping Het Berkenven zijn?
Hoeveel van hen huren een chalet/caravan en hoeveel bezitten een chalet/caravan en
hoeveel bezitten grond en een chalet?
Antwoord 61
Op het moment van contact met de gemeente, begin februari, zijn 2 standplaatsen in
beeld die nog worden bewoond en waar nog geen oplossing voor is gevonden. De eigenaar
probeert samen met de huurders te komen tot een oplossing. De overige huurders hebben
zelf of in samenwerking met de eigenaar een nieuwe plek gevonden.
Vraag 62
Klopt het dat de elektra van bewoners afgesloten werd?
Antwoord 62
Wat bij de desbetreffende gemeente bekend is, is dat dit niet bewust is gebeurd en
dat de huurders inmiddels weer zijn voorzien van gas en stroomtoevoer.
Vraag 63
Mag de nieuwe eigenaar, Engbertsdijksvenen Recreatie BV, gas- en /of stroomtoevoer
in de winter afsluiten? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 63
De afspraken over de gas- en /of stroomtoevoer zijn vastgelegd in de privaatrechtelijke
overeenkomst tussen de standplaatshouder en de eigenaar van het park.
Vraag 64
Klopt het dat de sloop gevaarlijke taferelen oplevert?
Antwoord 64
Bij de desbetreffende gemeente zijn geen signalen dat de sloop gevaarlijke situaties
oplevert.
Vraag 65
Hoe groot is de kans dat de nieuwe eigenaar, Engbertsdijksvenen Recreatie BV, niet
de vereiste vergunning krijgt voor welk nieuw ontwikkelplan dan ook?
Antwoord 65
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 25.
Vraag 66
Is de nieuwe eigenaar, Engbertsdijksvenen Recreatie BV, door de gemeente gescreend?
Zo ja, wat heeft de screening opgeleverd?
Antwoord 66
Nee.
Vraag 67
Klopt het dat de nieuwe eigenaar, Engbertsdijksvenen Recreatie BV, de huidige standplaatshouders
één maand extra namelijk tot 1 februari de tijd gegeven heeft om in de stacaravan
te overnachten zodat zij iets meer tijd hebben om een nieuwe woning te zoeken? Zo
ja, bevestigt de nieuwe eigenaar, Engbertsdijksvenen Recreatie BV, hiermee dat mensen
permanent op deze camping mochten verblijven? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 67
De eigenaar heeft de huurders inderdaad een maand langer de tijd gegeven om de standplaats
opgeruimd achter te laten. Dit staat los van de vraag of permanente bewoning wel of
niet is toegestaan op het vakantiepark.
Vraag 68
Deelt u de mening dat de nog huidige bewoners op z’n minst veel meer tijd zouden moeten
krijgen om een ander huis te kunnen zoeken dan wel de tijd krijgen om een ander plek
voor de caravan te zoeken?
Antwoord 68
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op 3,4 en 5.
Vraag 69
Klopt het dat de gemeente tot voor kort naar de camping Het Berkenven verwees om te
gaan wonen vanwege het enorme tekort aan woningen?
Antwoord 69
Uit navraag blijkt dat deze doorverwijzing niet bekend is bij de desbetreffende gemeente.
Vraag 70
Bent u bereid te onderzoeken of de verkoop van de grond aan alle gestelde voorwaarden
voldoet, gezien de (mogelijke) grote impact op de mensen, de natuur en de dieren?
Antwoord 70
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 54.
Vraag 71
Hoe kan het zo zijn dat verschillende mensen daar verschillende uitkeringen wel mogen
ontvangen door verschillende instanties maar geen rechten hebben zodra hun verblijf
gesloopt wordt? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 71
Hoe dat kan hangt af van om welke uitkering het gaat en welk recht is vervallen. In
zijn algemeenheid kan gezegd worden dat het mogelijk is om uitkeringen te ontvangen
als iemand permanent woonachtig is op een vakantiepark, ook waar dit niet is toegestaan.
Hieraan kunnen dan vervolgens geen rechten worden ontleend met betrekking tot het
bewonen van een vakantiewoning.
Vraag 72
Welke rol spelen de natuurwaarden en de dieren in de voorgenomen sloop indien mensen
daar permanent verblijven? Kunt u daarbij ingaan op mogelijke rechten op een groene
omgeving?
Antwoord 72
Het feit dat er permanente bewoning plaatsvindt op het vakantiepark heeft geen gevolgen
voor de rol van natuurwaarden en dieren bij een sloop van bestaande vakantiewoningen.
Natuurwaarden zijn geborgd in vigerende wet- en regelgeving.
Artikel 21 van de Grondwet draagt de overheid op zorg te dragen voor de bewoonbaarheid
van het land en de bescherming en verbetering van het leefmilieu. Hieronder wordt
wel een recht op een schoon milieu of een schoon leefklimaat begrepen alsmede – via
de horizontale werking van de grondrechten – een verplichting voor bedrijven om zorg
te dragen voor een schoon milieu (of in ieder geval af te zien van activiteiten die
het milieu vervuilen). Van milieuvervuiling zoals hier bedoeld, is geen sprake bij
het slopen en herbouwen van een vakantiepark.
Vraag 73
Wat vindt u van de ontwikkeling dat roofinvesteerders in vakantieparken steeds meer
parken opkopen en de standplaatshouders het nakijken hebben?
Antwoord 73
Ik verwijs uw Kamer naar het antwoord op vraag 12, 13, 14 en 15.
Vraag 74
Wat vindt u van het feit dat de nieuwe eigenaar niet eerst met de mensen in gesprek
gegaan is alvorens deze een besluit tot sloop genomen heeft?
Antwoord 74
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 41, 42, 43, 44, 45 en 46.
Vraag 75 en 76
Deelt u de mening dat de voorgenomen sloop van deze camping zal leiden tot veel meer
autoverkeer en/of lichtvervuiling en/of meer drukte gedurende het hele jaar aangezien
het aannemelijk is dat de nieuwe (horeca)voorziening(en) ook voor niet-parkgasten
bereikbaar zal zijn? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Is de voorgenomen sloop gevolgd door nieuwbouw niet strijdig met de klimaateisen/klimaatdoelen
die we in Nederland gesteld hebben aangezien deze nieuwbouw onnodig voor extra CO2 en/of stikstof uitstoot zorgt? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 75 en 76
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 25.
Vraag 77
Is renovatie duurzamer dan sloop gevolgd door nieuwbouw?
Antwoord 77
Dit verschilt per situatie.
Vraag 78
Bieden de bestaande bestemmingsplannen genoeg mogelijkheden om deze standplaatshouders,
de natuur en de dieren goed te beschermen? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 78
Ik verwijs uw Kamer naar het antwoord op vraag 12, 13, 14 en 15.
Vraag 79
Kan het zo zijn dat het nog op te stellen ontwikkelplan van de nieuwe eigenaar zal
stuiten op bestuursrechtelijke belemmeringen? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 79
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 25.
Vraag 80
Mogen huurovereenkomsten al opgezegd worden, terwijl er nog geen ontwikkelplan van
de nieuwe eigenaar aanwezig is?
Antwoord 80
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 41, 42, 43, 44, 45 en 46.
Vraag 81
Voldoet de opzegging van de huurovereenkomsten aan alle wet- en regelgeving? Kunt
u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 81
Ik heb geen reden om aan te nemen dat de opzegging niet deugd. Daarbij is het aan
de rechter om te oordelen of een overeenkomst voldoet aan geldende wet- en regelgeving,
niet aan ministers.
Vraag 82
Is het u inmiddels ook duidelijk dat voorgenomen herstructureringen van vakantieparken/campings
aan strengere voorwaarden moeten gaan voldoen? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Antwoord 82
Ik verwijs uw Kamer naar het antwoord op vraag 12, 13, 14 en 15.
Vraag 83
Welke integrale (maatwerk)oplossingen biedt de gemeente Tubbergen aan de overgebleven
standplaatshouders aan?
Antwoord 83
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 3, 4, en 5.
Vraag 84
Komen deze bewoners in aanmerking voor een urgentieverklaring? Kunt u uw antwoord
nader toelichten
Antwoord 84
Nee. Het is aan de gemeente om te bepalen wie in aanmerking komt van een urgentieverklaring.
De gemeente heeft aangegeven dat het kleine groepje personen dat op dit moment nog
permanent verblijft op het vakantiepark niet in aanmerking komt voor een urgentieverklaring.
Vraag 85
Wat is uw reactie op de handen zijnde ontruiming van de camping Het Berkenven ten
tijde van een wooncrisis, waar gezinnen met kinderen bij betrokken zijn?
Antwoord 85
Ik verwijs uw Kamer naar mijn antwoord op vraag 3, 4, en 5.
Vraag 86
Kunt u de vragen apart beantwoorden en niet clusteren alstublieft?
Antwoord 86
Omwille van de leesbaarheid en samenhang is een beperkt deel van de antwoorden geclusterd
beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening -
Mede namens
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.