Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Agema over de beantwoording van eerdere Kamervragen over code zwart
Vragen van het lid Agema (PVV) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de beantwoording van eerdere Kamervragen over code zwart (ingezonden 11 januari 2022).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 7 maart
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1496.
Vraag 1
Bent u bekend met de beantwoording van de schriftelijke Kamervragen over code zwart
van 20 december 2021?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening met uw ambtsvoorganger dat code zwart pas wordt afgekondigd als
er sprake van is dat alle zorgcapaciteit volledig is benut, alle zorgverlening maximaal
opgeschaald en afgeschaald is en de samenwerking tussen zorgaanbieders zorgbreed volledig
en maximaal is benut en er op dat moment geen lokale of regionale oplossingen meer
mogelijk zijn om de continuïteit van zorg te waarborgen?
Antwoord 2
De situatie zoals deze in de vraag wordt beschreven is in het Tijdelijk Beleidskader
«Continuïteit en kwaliteit van zorg in fase 3 van de COVID-19 pandemie»2 (hierna: beleidskader fase 3) geclassificeerd als fase 3 conform het geactualiseerde
opschalingsplan van het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ)3.
Specifiek voor de IC-zorg in de ziekenhuizen is het draaiboek «Pandemie» van de Nederlandse
Vereniging voor Intensive Care (NVIC) opgesteld.4 In dit draaiboek wordt fase 3 voor de IC verdeeld in drie stappen (a, b en c) die
gaan over de triage van patiënten. In het draaiboek «Pandemie» wordt voor fase 3 stap
a en b uitgewerkt welke medische criteria toegepast moeten worden in ziekenhuizen
om bij onvoldoende plek een keuze te kunnen maken welke patiënt in aanmerking komt
voor opname op de IC. Aansluitend op het draaiboek «Pandemie» zijn in het draaiboek
«Triage op basis van niet-medische overwegingen voor IC-opname ten tijde van fase
3 in de COVID-19 pandemie» van de Federatie Medisch Specialisten (FMS) en de Koninklijke
Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (KNMG) de criteria voor
fase 3 stap c apart uitgewerkt.5 In deze laatste stap vindt besluitvorming plaats op basis van niet-medische gronden,
omdat het niet meer mogelijk is om op basis van medische overwegingen onderscheid
te maken tussen verschillende mensen die een IC-bed nodig hebben. In dit draaiboek
van de FMS en de KNMG staat beschreven dat er sprake is van een iteratief proces waarin
binnen fase 3 binnen een ziekenhuis wisselend sprake kan zijn van triage op basis
van criteria zoals vastgesteld voor stap a en stap b (draaiboek «Pandemie») of stap
c (draaiboek «Triage op basis van niet-medische overwegingen voor IC-opname ten tijde
van fase 3 in de COVID-19 pandemie»), afhankelijk van de druk op de IC en beschikbare
capaciteit.
Vraag 3
Deelt u de mening dat dit een omslachtige omschrijving is van het feit dat in geval
van code zwart er geen intensive care (ic)-bed beschikbaar meer is voor een coronapatiënt
of reguliere patiënt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
In een brief van mijn ambtsvoorganger aan de voorzitters van veldpartijen6 staat beschreven dat fase 3 – een situatie waarbij sprake is van een zorgcrisis op
landelijke schaal – gesignaleerd kan worden vanuit diverse sectoren binnen de zorg,
bijvoorbeeld een tekort aan IC-bedden maar ook een tekort in de ouderen- of huisartsenzorg
als door ziekteverzuim of uitstroom van personeel de continuïteit niet meer geborgd
kan worden. Het signaal dat overgegaan dient te worden tot afkondiging van fase 3
kan dus vanuit verschillende sectoren komen, maar in alle gevallen geldt fase 3 na
afkondiging zorgbreed.
Naast de zorgbrede afkondiging van fase 3 kan in het geval uitsluitend de IC-capaciteit
van de ziekenhuizen een knelpunt vormt, de procedure van het draaiboek «Pandemie»
en het draaiboek «Triage op basis van niet-medische overwegingen voor IC-opname ten
tijde van fase 3 in de COVID-19 pandemie» worden gevolgd.
Vraag 4
Deelt u de mening dat de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport niet degene
zou moeten zijn die code zwart afkondigt, omdat de Minister ook de eindverantwoordelijke
voor het coronabeleid is en er dus belang bij heeft om een code zwart niet af te kondigen
met alle mogelijke gevolgen van dien? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waar of bij wie
gaat u de verantwoordelijkheid voor het afkondigen van code zwart neerleggen?
Antwoord 4
Het afkondigen van fase 3 – waarbij sprake is van een nationale zorgcrisis – is een
zware ingreep, met verstrekkende consequenties voor alle betrokken partijen in de
zorgketen. Het raakt alle zorgmedewerkers en patiënten. In fase 3 doen we concessies
met betrekking tot de toegankelijkheid en kwaliteit van zorg. De afkondiging van fase
3 dient een goed en zorgvuldig proces te zijn en de besluitvorming over fase 3 dient
ordentelijk te verlopen en inhoudelijk voldoende onderbouwd te zijn. In het beleidskader
fase 3 worden de stappen beschreven, waaronder een verzoek vanuit de LNAZ en een verificatie
door de toezichthouders, die voorafgaan aan het afkondigen van fase 3 door de Minister
van VWS.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.