Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Plas over Rijtestlocatie terugbrengen naar Terneuzen
Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over Rijtestlocatie terugbrengen naar Terneuzen (ingezonden 17 januari 2022).
Antwoord van Minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat), mede namens de Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 8 februari 2022).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de open brief die de Top/Gemeentebelangen en SP uit de gemeente
Terneuzen hebben verstuurd aan de Tweede Kamerleden, met als onderwerp Rijvaardigheidstesten
CBR in Zeeuws-Vlaanderen?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u ervan op de hoogte dat 75-plussers uit Zeeuws-Vlaanderen en andere mensen die
een rijvaardigheidstest moeten doen, sinds het verdwijnen van de rijvaardigheidstestlocatie
uit Terneuzen en de overplaatsing naar Goes, nu veel verder moeten reizen en verplicht
tol moeten betalen om de reis naar de CBR-locatie naar Goes te maken en weer terug?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Bent u van mening dat dit rechtsongelijkheid ten gevolg heeft voor de 75-plussers
in Zeeuws-Vlaanderen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
In 2016 is door het CBR een uitvoerige evaluatie uitgevoerd met betrekking tot het
locatiebeleid voor het afnemen van rijtesten. Aanleiding daarvoor was onder andere
de constatering dat de vraag naar rijtesten op bepaalde locaties dusdanig laag was
dat het in termen van bedrijfsvoering een uitdaging was om deze dienstverlening op
alle 53 locaties in stand te houden. Een rijtest wordt immers door een specialist
(een zogenaamde Deskundige Praktische Rijgeschiktheid, DPR) uitgevoerd en niet door
een examinator. Ter illustratie: in Terneuzen werden ten tijde van de evaluatie in
2016, jaarlijks gemiddeld 111 rijtesten afgenomen (circa twee per week). Dat was het
laagste aantal rijtesten van alle 53 locaties.
Op basis van de evaluatie in 2016 is besloten de rijtest minder fijnmazig aan te bieden
en te concentreren op 30 locaties (in plaats van 53). Een belangrijk uitgangspunt
bij de keuze voor de locaties die overbleven was dat de afstand tot een locatie in
termen van aanrijdtijd acceptabel zou blijven en voor alle burgers niet boven de 60
minuten zou mogen komen. Dit werd mede ingegeven op basis van klantonderzoek. Dit
uitgangspunt is vervolgens landelijk toegepast voor alle locaties. In deze heroverweging
is uiteindelijk de keuze gemaakt de rijtesten die afgenomen werden in Terneuzen te
concentreren op de locatie Goes. Ook op 22 andere locaties is het afnemen van de rijtest
verplaatst naar een nabijgelegen locatie. De concentratie van 53 naar 30 locaties
is in 2017 geëffectueerd.
Vervolgens is in 2018 de sluiting van de 22 locaties geëvalueerd middels een enquête
onder klanten en rijopleiders die in de eerste drie kwartalen een rijtest hadden gedaan.
Op basis van de resultaten van deze enquête en na overleg met de brancheverenigingen
BOVAG, FAM en VRB is besloten om de locatie Winschoten te heropenen voor rijtesten
gelet op de geografische ligging en het relatief hoge volume rijtesten op deze locatie
(gemiddeld 341 per jaar, circa 7 rijtesten per week, ruim driemaal zoveel als in Terneuzen).
Het aantal locaties waar rijtesten worden afgenomen komt daarmee op 31.
Vraag 4
Bent u ervan op de hoogte dat ouderen, of men nu wel of geen extra rijlessen neemt
bij een erkend rijschoolhouder, of wel/niet slaagt voor de rijtest, dan ook nog ruim
300 euro kwijt zijn aan medische keuringen en legeskosten? Vindt u dat een acceptabel
bedrag, gezien het feit dat veel ouderen afhankelijk zijn van de AOW en in sommige
gevallen slechts een klein pensioen erbij krijgen?
Antwoord 4
Het klopt dat er kosten verbonden zijn aan een medische beoordeling ten behoeve van
het rijbewijs. Het is in het belang van de verkeersveiligheid dat onderzocht wordt
of bestuurders nog rijgeschikt zijn. Dit wordt gedaan door een BIG-geregistreerd arts.
Ook kan eventueel aanvullend medisch onderzoek nodig zijn. De gemaakte kosten worden
hierbij doorgerekend aan de rijbewijshouder. Voor rijbewijskeuringen door artsen en
medisch specialisten geldt een basisprestatie met een maximumtarief van € 114,14 (inclusief
BTW). Dit staat voor een keuring van een kwartier directe tijd (de keuring zelf) en
een kwartier indirecte tijd (voorbereiding en opstellen rapport). De directe tijd
mag per kwartier dat de keuring langer duurt door middel van een toeslag in rekening
worden gebracht. Enkel neurologen en psychiaters mogen twee extra toeslagen in rekening
brengen voor indirecte tijd. De NZa stelt deze tarieven en prestaties vast en houdt
hier toezicht op.
Naar aanleiding van eerdere signalen over de hoge kosten van de medische keuring,
heb ik uw Kamer toegezegd hierover in 2021 in gesprek te gaan met de NZa. De uitkomst
van dit gesprek, is dat de NZa heeft laten weten een verbetertraject te zijn gestart
naar de prestaties en tarieven van de medische keuring. Daarnaast vindt er herijking
plaats van onder andere de tarieven van de medische keuring. Ik zal uw Kamer conform
het verzoek van het lid de Hoop tijdens de regeling van werkzaamheden van 1 februari
op korte termijn nader informeren over de medische keuringen voor rijgeschiktheid.
De medische keuring draagt bij aan het uitsluiten van risico’s voor de verkeersveiligheid.
Helaas gaat ouderdom vaak gepaard met verminderd zicht en cognitieve achteruitgang.
Daarom is er een 75+ keuring. De kosten daarvan bestaan uit het invullen van de Gezondheidsverklaring
(€ 41,50 euro), de 75+ keuring zelf door een keurend arts (doorgaans circa € 55 euro)
en de kosten van eventuele vervolgonderzoeken door een medisch specialist. Aan het
afnemen van een rijtest zijn geen kosten verbonden. Wel dient voor de duur van de
rijtest het gebruik van een lesauto bekostigd te worden door de betrokkene, indien
door het CBR vanwege de veiligheid wordt gevraagd om een auto met dubbele bediening.
Indien dit niet het geval is, kan de kandidaat met een eigen auto naar de rijtest
komen.
In hoeverre specialistische vervolgonderzoeken al dan niet nodig zijn om de rijgeschiktheid
te kunnen bepalen, verschilt per individu. Dit kan in sommige gevallen een opstapeling
van kosten betekenen die de rijbewijshouder zelf dient te betalen.
Ook zijn er kosten voor de verlenging van het rijbewijs bij de gemeente (maximaal
€ 41,60 voor een normale (niet-spoed) aanvraagprocedure). Dit tarief dient ter dekking
van de kosten voor de aanvraag, de productie en de afgifte van het rijbewijsdocument.
Het tarief wordt jaarlijks vastgesteld per ministeriële regeling.
Vraag 5
Waarom kunnen er in Terneuzen nog wel rijexamens worden afgenomen bij het Service
Examen Centrum van het CBR en geen rijvaardigheidstesten meer?
Antwoord 5
Het aantal rijexamens dat wordt afgenomen in Terneuzen is veel hoger dan het aantal
rijtesten. In de periode tot 2016 werden in Terneuzen gemiddeld slechts 111 rijtesten
afgenomen (circa 2 per week). Dat maakt het lastig om een kwalitatieve, betrouwbare
en klantgerichte dienstverlening te borgen. Het lage aantal rijtesten was een van
de redenen om deze dienstverlening te concentreren in Goes. Het aantal praktijkexamens
dat wordt afgenomen in Terneuzen is vele malen hoger (circa 3.600 per jaar) en rechtvaardigt
dat het CBR deze dienstverlening in Terneuzen continueert.
Vraag 6
Bent u bereid om met het CBR te bespreken om één of twee dagen per week/maand de rijtesten
voor de Zeeuws-Vlamingen terug in Terneuzen te brengen, door de aanvragen van ouderen
de clusteren en de medische rijinstructeur van het CBR de test te laten afnemen? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 6
Er is naar aanleiding van de hierboven genoemde signalen overleg geweest met het CBR.
Het CBR heeft de verplaatsing van rijtesten van Terneuzen naar Goes vervolgens nogmaals
bekeken. Daarbij is geconcludeerd dat de evaluatie van het locatiebeleid voor de rijtesten
in 2016 zeer zorgvuldig heeft plaatsgevonden. Daarbij is ook onderzoek onder klanten
gedaan. Om een kwalitatieve, betrouwbare en klantgerichte dienstverlening te kunnen
borgen is het volume van het aantal rijtesten van belang. De verplaatsing van de rijtesten
naar Goes betekent dat op die locatie een groter volume aan rijtesten ontstaat waardoor
deze dienstverlening op meer dagen aangeboden kan worden. Hierdoor hebben klanten
meer keuze in de dag waarop zij de rijtest willen doen en zijn zij over het algemeen
sneller aan de beurt. Daarnaast is in 2018 de concentratie naar 30 locaties geëvalueerd
onder klanten en rijopleiders. Dat gaf geen aanleiding het besluit omtrent Terneuzen
te herzien. Conform de huidige prognose van het CBR is de verwachting dat voor 2022
het aantal kandidaten voor een rijtest afkomstig uit Zeeuws-Vlaanderen circa 100 betreft.
Het organiseren en plannen van rijtesten in Terneuzen voor een dusdanig kleine groep
kent veel haken en ogen in de uitvoering, onder meer omdat er voor het afnemen van
rijtesten een aparte specialist (Deskundige Praktische Rijgeschiktheid, DPR) naar
de locatie moet komen en nog een extra DPR achter de hand moet worden gehouden voor
het geval de eerste DPR uitvalt door ziekte. Dat maakt het lastig om te plannen en
daarbij voldoende rekening te houden met de wensen van de klant.
Vraag 7
Bent u het ermee eens dat het onwenselijk is dat veel Zeeuws-Vlaamse ouderen nu hun
rijbewijs laten verlopen, omdat het voor hun een onoverkomelijk bezwaar is om de rijtest
in Goes af te leggen en zij hierdoor veel minder mobiel worden en in hun bewegingsvrijheid
worden beperkt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Het CBR herkent het signaal niet dat veel ouderen hun rijbewijs laten verlopen vanwege
het feit dat zij daarvoor naar Goes moeten.
Vraag 8
Bent u het ermee eens dat het voor de ouderen en voor mensen met een beperking belangrijk
is dat zij zoveel mogelijk de regie kunnen houden over hun leven en zelfstandig kunnen
blijven functioneren? Zo ja, kunt u aangeven hoe dat rijmt met de onmogelijkheid voor
deze Zeeuws-Vlamingen om een rijtest te doen in Terneuzen?
Antwoord 8
Ja, het is belangrijk dat iedereen regie over zijn eigen leven kan houden en zo lang
mogelijk zelfstandig kan blijven. Het blijft voor iedereen mogelijk een rijtest te
doen bij het CBR. Dat kan alleen sinds 2017 niet meer vanaf de locatie Terneuzen.
Ook op 21 andere locaties is deze dienstverlening verplaatst naar een nabijgelegen
locatie. De reistijd (enkele reis) naar Goes is circa 25 minuten langer. De rijtest
zelf wordt door het CBR niet in rekening gebracht.
Vraag 9
Bent u het ermee eens dat rijtesten weer mogelijk maken in Terneuzen kostenbesparend
is voor overheden omdat ouderen anders een beroep moeten doen op de collectieve voorzieningen
van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van hun gemeente, indien het voor
hun niet haalbaar is om de rijtest in Goes af te leggen? Zo nee, kunt u duiden waarom
niet?
Antwoord 9
Het is mij niet bekend in hoeverre er een beroep wordt gedaan op de WMO door mensen
uit Zeeuws-Vlaanderen voor wie het niet haalbaar is om de rijtest in Goes af te leggen.
Daarnaast geldt ook dat het afnemen van rijtesten op 53 locaties aanzienlijk meer
kosten met zich meebrengt dan op 31 locaties. Deze kosten moeten ook maatschappelijk
worden opgebracht. Een rijtest wordt immers niet in rekening gebracht door het CBR.
Vraag 10
Bent u het ermee eens dat inwoners van Zeeuws-Vlaanderen in een achterstandspositie
verkeren ten opzichte van andere inwoners van Zeeland, gelet op de langere reistijd
en hogere kosten? Zo nee waarom niet?
Antwoord 10
Het CBR hanteert landelijk dezelfde uitgangspunten voor het locatiebeleid ten aanzien
van het afnemen van rijtesten. Er is dus geen sprake van een andere behandeling voor
inwoners van Zeeuws-Vlaanderen of Zeeland. Daarmee is er geen sprake van een achterstandspositie.
Vraag 11
Bent u het ermee eens dat de menselijke maat leidend moet zijn in overheidsbeleid
en de regels niet belangrijker mogen zijn dan het centraal stellen van de behoefte
van de burger, ofwel: de overheid is er voor burgers en niet andersom (ook uitgesproken
door de Nationale ombudsman)? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u dat in dit specifieke
geval in de praktijk brengen?
Antwoord 11
Het toepassen van de menselijke maat is een belangrijk aandachtspunt bij de inrichting
van de dienstverlening van overheden. Daarbij hoort een juiste en volledige belangenafweging.
Dit houdt in dat gekeken moet worden naar het knelpunt dat de burger ervaart afgezet
tegen de uitvoerbaarheid en kosten van mogelijke alternatieven. In dit geval heeft
er voorafgaand aan de verplaatsing van de dienstverlening van Terneuzen naar Goes
een zorgvuldige evaluatie plaatsgevonden, zijn er landelijk dezelfde criteria gehanteerd
in termen van maximale aanrijdtijden, past het alternatief (ruimschoots) binnen deze
criteria en levert het alternatief om eenmaal per maand rijtesten vanuit Terneuzen
te organiseren andere knelpunten in de uitvoering op. Vanuit het belang van de borging
van een kwalitatieve, betrouwbare en klantgerichte dienstverlening is het CBR van
mening dat de gehanteerde criteria in 2016 nog steeds valide zijn.
Vraag 12
Bent u het ermee eens dat Zeeuws-Vlaanderen door de overheid nog steeds niet wordt
gezien als een volwaardige regio, maar elke keer weer wordt benadeeld, (zie ook het
verdwijnen de geestelijke gezondheidszorg (GGD), het UWV, de Rechtbank sector kanton
van locatie Terneuzen, de douane, een volwaardig belastingkantoor en het CBR)? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 12
Het kabinet heeft nadrukkelijk aandacht voor de positie van alle regio’s in Nederland.
Hierbij spelen allerlei aspecten een rol: maatschappelijk, sociaal, economisch en
ruimtelijk. Ook voor Zeeland heeft het Kabinet volop aandacht: er zijn twee Regio
Deals, één NOVI gebied en het pakket Wind in de Zeilen. Wat betreft rijksdiensten
en rijkswerkgelegenheid hecht het kabinet aan een evenwichtige spreiding. Daarbij
kan er spanning zijn tussen de noodzaak van een efficiënte bedrijfsvoering en de wens
om rijksdiensten in een bepaalde regio in stand te houden. Besluitvorming hierover
vindt plaats na een zorgvuldig proces, waarbij er met meerdere belangen rekening wordt
gehouden.
Vraag 13
Wanneer gaat u Zeeuws-Vlaanderen en zijn inwoners erkennen als een volwaardige regio,
met dezelfde behoeftes en noden als alle andere regio’s in Nederland?
Antwoord 13
Het Rijk heeft veel aandacht voor de regionale vraagstukken en kansen in Zeeland en
in het bijzonder Zeeuws-Vlaanderen. Daarom is er een sterke Rijk-regio samenwerking
in Zeeland en Zeeuws-Vlaanderen om de kansen in de regio optimaal te benutten. Deze
samenwerking uit zich in twee Regio Deals, het NOVI gebied North Sea Port District
en het pakket Wind in de Zeilen.
Vraag 14
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden?
Antwoord 14
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede namens
H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.