Motie : Motie van het lid Klaver c.s. over de aangekondigde bezuiniging van € 500 miljoen in de jeugdzorg van tafel halen
35 788 Kabinetsformatie 2021
Nr. 134 MOTIE VAN HET LID KLAVER C.S.
Voorgesteld 19 januari 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de problemen in de jeugdzorg al jaren onverminderd groot zijn, dat
kinderen in soms levensbedreigende situaties lang op wachtlijsten staan en dat de
coronacrisis deze problemen ook nog eens heeft vergroot;
constaterende dat er op verzoek van de overheid een arbitragecommissie is gekomen
die een uitspraak heeft gedaan over het tekort aan geld in de jeugdzorg en over de
hervormingen die nodig zijn om ervoor te zorgen dat jeugdzorg vooral terechtkomt bij
jongeren die dit het hardst nodig hebben;
constaterende dat het kabinet-Rutte III voor 2022 uitvoering heeft gegeven aan deze
uitspraak, maar dat het kabinet-Rutte IV van plan is om een bezuiniging van 500 miljoen
door te voeren, bijvoorbeeld door de behandeltermijnen te verkorten of een eigen bijdrage
te vragen;
verzoekt de regering om te handelen conform de uitspraak van de arbitragecommissie,
om de aangekondigde bezuiniging van 500 miljoen van tafel te halen en de gesprekken
over de noodzakelijke hervormingen in het jeugdstelsel zo snel mogelijk verder op
te pakken zonder de dreiging van deze bezuiniging,
en gaat over tot de orde van de dag.
Klaver
Ploumen
Ouwehand
Simons
Dassen
Den Haan
Azarkan
Van der Staaij
Eerdmans
Van der Plas
Marijnissen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Jesse Klaver, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
N.L. den Haan, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
S.H. Simons, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Caroline van der Plas, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
F. Azarkan, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Esther Ouwehand, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
E.M.J. Ploumen, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Joost Eerdmans, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
C.G. van der Staaij, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Laurens Dassen, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
L.M.C. Marijnissen, Tweede Kamerlid